Verkeersbesluit inrijverbod touringcars Prins Hendrikkade

Logo Amsterdam

Kenmerk; CE18-01867

 

Het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam

gelet op:

de Wegenverkeerswet 1994 (Wvw 1994);

het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 (RVV 1990);

het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW);

de Algemene wet bestuursrecht (Awb);

onderdeel l.1 uit het bij de Verordening op het lokaal bestuur behorende bevoegdhedenregister van het dagelijks bestuur alsmede onderdeel l.1 van het algemeen mandaatbesluit stadsdeel Centrum

 

 

Overwegende:

  • 1.

    dat het college van B&W op 5 december 2017 besloten heeft maatregelen te nemen om de groei van de stad en de toename van toerisme in goede banen te leiden;

  • 2.

    dat één van de maatregelen die in dat kader is aangekondigd een strengere opstelling ten opzichte van touringcars in het centrum is, waaronder een inrijverbod op bepaalde wegen, omdat het doorgaande touringcarverkeer bijdraagt aan de drukte in het centrum en de doorstroming van het verkeer belemmert;

  • 3.

    dat het inrijverbod uitsluitend geldt voor het traject van de Prins Hendrikkade tussen Droogbak aan de westkant en de IJtunnel aan de oostkant;

  • 4.

    dat de weg Prins Hendrikkade tot die wegen behoort, omdat die wegen veel door touringcars en tevens door andere weggebruikers worden gebruikt, waaronder kwetsbare fietsers en voetgangers;

  • 5.

    dat het gebruik door touringcars intensiever is geworden sinds het inrijverbod voor touringcars op de wegen Martelaarsgracht – Nieuwezijds Voorburgwal – Spuistraat – Kattegat;

  • 6.

    dat voor de wegen: Martelaarsgracht – Nieuwezijds Voorburgwal – Spuistraat – Kattegat ook een verkeersbesluit is genomen om het inrijden van touringcars te verbieden, uitgezonderd bestemmingsverkeer;

  • 7.

    dat daardoor intensiever gebruik van de Prins Hendrikkade wordt verwacht;

dat de beoogde doelstellingen van het inrijverbod voor touringcars, uitgezonderd bestemmingsverkeer, zijn: het weren van doorgaand verkeer van touringcars, die geen bestemming op die route hebben (artikel 2 lid 1 c en d WVW) en het verbeteren van de verkeersveiligheid (artikel 2 lid 1 a WVW);

dat doorgaand verkeer van touringcars ten koste gaat van de verkeersveiligheid in de binnenstad, vooral door de combinatie met het langzamere en kwetsbare fietsverkeer (artikel 2 lid 1b WVW) op de wegen;

dat uit gesprekken met bewoners blijkt dat deze onveilige situatie door bewoners ook als zodanig wordt ervaren;

  • 8.

    dat deze wegen zijn gelegen binnen de bebouwde kom van Amsterdam en in beheer zijn bij de gemeente Amsterdam;

  • 9.

    dat de wegen die hiervoor zijn benoemd, wegen zijn als bedoeld in artikel 18, lid 1 onder d van de WVW 1994;

  • 10.

    dat voor het plaatsen van bord C7a op grond van artikel 15 lid 1 WVW jo artikel 12 BABW een verkeersbesluit genomen dient te worden, zoals aangegeven in onderstaand besluit;

  • 11.

    dat aan het bord voor het inrijverbod voor touringcars een onderbord OB 108 zal worden toegevoegd met de tekst: uitgezonderd bestemmingsverkeer;

  • 12.

    dat aan het bord voor het inrijverbod voor touringcars een onderbord zal worden toegevoegd met de tekst: uitgezonderd lijnbussen;

  • 13.

    dat de bovenvermelde maatregel wordt genomen op basis van artikel 2 van de WVW 1994 om de veiligheid op de weg te verzekeren, weggebruikers en passagiers te beschermen, de weg in stand te houden en de bruikbaarheid daarvan te waarborgen, de door het verkeer veroorzaakte overlast te beperken;

  • 14.

    dat deze voorgenomen verkeersmaatregelen zijn besproken met een vertegenwoordiging van de ondernemers (onder andere Stichting Welkom Amsterdam, vereniging Amsterdam City, KNV-bus, Kon. Horeca NL, gidsenorganisatie Guidor, diverse touringcarbedrijven – rondvaartrederijen en touroperators), waarbij aan de orde is geweest dat het terugdringen van onnodig verkeer in de binnenstad onontkoombaar is en dat dit een stap in het bereiken van dit doel is;

dat met het van kracht worden van dit besluit eerdere verkeersmaatregelen in het onderhavige verkeersgebied komen te vervallen indien met dit besluit in strijd zijn dan wel hiermede niet in overeenstemming zijn;

  • 15.

    dat de halteerplaatsen op de wegen deels bereikbaar blijven voor touringcars;

  • 16.

    dat overeenkomstig artikel 24 van het BABW overleg is gepleegd met de gemandateerde van de politie, eenheid Amsterdam; dat het advies van de politie negatief is.

  • 17.

    dat wij veel effect verwachten van begeleidende maatregelen zoals het gebruik van touringcarstewards op cruciale plaatsen in de stad en van de informatieverstrekking vanuit de ondernemers in de toeristische branche;

  • 18.

    het hierna genoemde weggedeelte onder beheer is van en gelegen is binnen de grenzen van stadsdeel Centrum.

 

BESLUIT

  • 1.

    door het plaatsen van het bord C7a (gesloten voor autobussen) met onderbord OB 108 “uitgezonderd bestemmingsverkeer” van bijlage I van het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990 en een onderbord “uitgezonderd lijnbussen”, in de IJtunnel ter hoogte van de afslag Prins Hendrikkade-west voor verkeer komende uit noordelijke richting, een inrijverbod te creëren voor doorgaand touringcarverkeer (uitgezonderd bestemmingsverkeer en lijnbussen);

  • 2.

    door het plaatsen van het bord C7a (gesloten voor autobussen) met onderbord OB 108 “uitgezonderd bestemmingsverkeer” van bijlage I van het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990 en een onderbord “uitgezonderd lijnbussen”, op de Nieuwe Foeliestraat ter hoogte van het kruispunt met de Prins Hendrikkade voor verkeer komende uit zuidelijke richting, een inrijverbod te creëren voor doorgaand touringcarverkeer (uitgezonderd bestemmingsverkeer en lijnbussen);

  • 3.

    door het plaatsen van het bord C7a (gesloten voor autobussen) met onderbord OB 108 “uitgezonderd bestemmingsverkeer” van bijlage I van het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990 en een onderbord “uitgezonderd lijnbussen”, op de Prins Hendrikkade ter hoogte van het kruispunt met IJtunnel en de Nieuwe Foeliestraat voor verkeer komende uit oostelijke richting, een inrijverbod te creëren voor doorgaand touringcarverkeer (uitgezonderd bestemmingsverkeer);

  • 4.

    dit besluit in werking te laten treden op 22 juli 2018 en zodra de borden onder 1, 2 en 3 geplaatst zijn;

  • 5.

    route en wegen conform bijgaande situatietekening.

MEDEDELINGEN

Bezwaar- of beroepsclausule

Een belanghebbende bij dit besluit kan op grond van artikel 20 van de Wegenverkeerswet 1994 beroep instellen. Ingevolge artikel 7.1 van de Algemene wet bestuursrecht, dient men alvorens beroep in te stellen, tegen het besluit bezwaar te maken.

Stuur dit uiterlijk zes weken na de publicatie van het besluit in de Staatscourant naar:

Het dagelijks bestuur van de bestuurscommissie van stadsdeel Centrum

t.a.v. het Juridisch Bureau

Postbus 202

1000 AE Amsterdam

 

Vermeld in uw bezwaarschrift:

- uw naam, adres en telefoonnummer

- een duidelijke omschrijving van het besluit waartegen u bezwaar maakt (stuur

een kopie mee of noem het kenmerk van het besluit)

- de redenen van uw bezwaar

- de datum en handtekening

Dient iemand anders namens u een bezwaarschrift in? Stuur dan een volmacht mee.

 

Het indienen van een bezwaarschrift schorst de werking van dit besluit niet. Het besluit blijft dus gelden.

Is dit voor u nadelig en kunt u de afloop van de bezwaarprocedure niet afwachten? Dan kunt u, als u een bezwaarschrift hebt ingediend, om een voorlopige voorziening vragen bij:

De Voorzieningenrechter van de Rechtbank te Amsterdam,

Sector Bestuursrecht

Postbus 75850

1070 AW Amsterdam

Voor het indienen van dit verzoekschrift is griffiegeld verschuldigd.

Het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam

namens hen het dagelijks bestuur van de bestuurscommissie van stadsdeel Centrum

namens deze

I. Reuselaars

Afdelingshoofd Schoon en Heel

Naar boven