Regeling van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 19 april 2018, 2018-0000029070, tot wijziging van de Regeling vrijstelling verplichtingen sociale zekerheidswetten in verband met het vervallen van de sollicitatieplicht één jaar voor de pensioengerechtigde leeftijd

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

Gelet op de artikelen 24, achtste lid, en 26, derde lid, van de Werkloosheidswet, 16, eerste lid, van de Wet inkomensvoorziening oudere werklozen, 32, tweede lid, van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen en 30aa, tweede lid, van de Ziektewet;

Besluit:

ARTIKEL I

De Regeling vrijstelling verplichtingen sociale zekerheidswetten wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 1a wordt ‘van de IOW19’ vervangen door ‘van de IOW, 19’.

B

Artikel 3 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het tweede lid vervalt.

2. Voor de tekst vervalt de aanduiding ‘1.’.

C

In artikel 7 vervalt ‘op de eerste dag van werkloosheid of ziekte respectievelijk op de eerste dag dat hij recht heeft op een WGA-uitkering,’.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 mei 2018.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 19 april 2018

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, W. Koolmees

TOELICHTING

Algemeen

Van de sollicitatieplicht is onder meer vrijgesteld de WW-gerechtigde1 die op de eerste dag van werkloosheid de leeftijd van één jaar voor de pensioengerechtigde leeftijd, bedoeld in artikel 7a van de Algemene Ouderdomswet, heeft bereikt. Deze vrijstelling gold echter niet voor uitkeringsgerechtigden die tijdens de uitkeringsduur deze leeftijd bereiken. Voor dit onderscheid zijn geen gerechtvaardigde redenen. Daarom is met deze wijzigingsregeling geregeld dat de vrijstelling van de sollicitatieplicht geldt voor de uitkeringsgerechtigde die de leeftijd van één jaar voor de pensioengerechtigde leeftijd bereikt.2

Dit laat onverlet dat het uitkeringsgerechtigden van deze leeftijd vrijstaat actief naar werk te zoeken. Het vervallen van de sollicitatieverplichting voor de groep die tijdens de periode van werkloosheid de leeftijd van één jaar voor de pensioengerechtigde leeftijd bereikt, zal naar verwachting een beperkt financieel effect hebben op de uitkeringslasten. Naar verwachting komen de jaarlijkse WW-uitkeringslasten € 150.000 hoger uit. De vrijstelling gaat ook gelden voor mensen die een IOW-, ZW- of WGA-uitkering ontvangen. De verruiming van de vrijstelling voor deze groepen heeft een verwaarloosbaar effect op de uitkeringslasten.

Hoewel de sollicitatieplicht ook voor ouderen tot meer werkhervatting leidt, is het effect van de uitbreiding van de vrijstelling beperkt. Uit cijfers van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (hierna: UWV) blijkt dat het aantal werkhervattingen in het laatste jaar voor de pensioengerechtigde leeftijd sterk afneemt.

Regeldruk

Voor de groep mensen die bij instroom in de uitkering nog niet de leeftijd van één jaar voor de pensioengerechtigde leeftijd heeft bereikt, maar deze leeftijd wel bereikt tijdens de duur van de uitkering, geldt dat zij niet langer hoeven te voldoen aan de sollicitatieverplichting en daarover geen verantwoording hoeven af te leggen. Uit cijfers van UWV blijkt dat het in 2018 om circa 21.000 mensen (bezien over de eerder genoemde uitkeringen) gaat.

Uitvoeringstoets UWV

UWV heeft aangegeven de hiervoor genoemde wijziging met ingang van 1 mei 2018 uit te kunnen voeren. Daarbij heeft UWV van de gelegenheid gebruik gemaakt om een aantal aanvullende wijzigingen voor te stellen. Zo heeft UWV gevraagd de vrijstelling van de verplichtingen die nu al geldt voor de eerste termijn van arbeidstijdverkorting ook uit te breiden tot de tweede termijn (verlenging) van de arbeidstijdverkorting.

Artikelsgewijs

Artikel I

Onderdeel A

Artikel I, onderdeel A, betreft uitsluitend een redactionele aanpassing.

Onderdeel B

In het eerste lid van artikel 3 is geregeld dat de WW- of IOW-gerechtigde wiens werkloosheid het gevolg is van onwerkbaar weer of waarvoor een ontheffing is verleend inzake arbeidstijdverkorting, is vrijgesteld van enkele verplichtingen,2 genoemd in de WW en IOW. In het tweede lid van artikel 3 is bepaald dat vrijstelling enkel geldt voor de werknemer wiens arbeidstijd tot nul is verkort en voor de duur van de eerste ontheffing.

Met deze wijziging wordt geregeld dat de vrijstellingen gaan gelden gedurende de gehele duur van de arbeidstijdverkorting en niet alleen tijdens de duur van de eerste ontheffing. Er is geen reden om bij de verlenging van de arbeidsduurverkorting hiervan af te wijken.

Onderdeel C

Met onderdeel C is de daadwerkelijke vrijstelling van de sollicitatieplicht, zoals beschreven in het algemeen deel van deze toelichting, vormgegeven.

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, W. Koolmees


X Noot
1

Naast de WW-gerechtigden zijn de IOW-, de ZW- en de WGA-gerechtigden vrijgesteld van de sollicitatieplicht.

X Noot
2

Zie Kamerstukken II 2016/17, 29 544, nr. 763.

X Noot
2

Vgl. Stcrt. 2005, 250, blz. 3.

Naar boven