Proces-verbaal van de uitslag van het referendum

Model Wrr 83

Met dit formulier doet het centraal stembureau verslag van de zitting waarin de uitslag is vastgesteld van het referendum.

1. Referendum

Dit proces-verbaal heeft betrekking op het referendum over de Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten 2017

Datum referendum 21 maart 2018

2. Zitting

Het betreft de openbare zitting van het centraal stembureau in 's-Gravenhage.

Datum zitting

29 maart 2018

Tijdstip zitting

11:00

3. Aantal stemmen

Het totaal aantal stemmen voor de wet / het verdrag

3.122.628

 

Het totaal aantal stemmen tegen de wet / het verdrag

3.317.496

 

Het totaal aantal blanco stemmen bedraagt

270.288

 
   

+

Het totaal aantal geldig uitgebrachte stemmen bedraagt

6.710.412

 

Het totaal aantal ongeldige stemmen bedraagt

23.813

 

4. Aantal kiesgerechtigden

Het totaal aantal kiesgerechtigden voor het referendum bedraagt 13.064.932

5. Vaststelling van de opkomst van het referendum

Het opkomstpercentage bedraagt (afgerond 51,54 %)

6. Vaststelling van de uitslag van het referendum

Van het aantal kiezers dat een GELDIGE stem heeft uitgebracht, heeft

VOOR de wet/het verdrag gestemd. (afgerond: 46,53 %)

Van het aantal kiezers dat een GELDIGE stem heeft uitgebracht, heeft

TEGEN de wet/het verdrag gestemd. (afgerond: 49,44 %)

7. Verschil tussen het aantal toegelaten kiezers en het aantal getelde stemmen

In de processen-verbaal van de stembureaus is vastgesteld in hoeverre er:

  • meer stembiljetten zijn geteld, dan dat er kiezers zijn toegelaten;

  • minder stembiljetten zijn geteld, dan dat er kiezers zijn toegelaten.

Voor beide categorieën afzonderlijk stelt u het aantal voor het referendum vast.

Welke verschillen zijn in de processen-verbaal vastgesteld tussen het aantal toegelaten kiezers en het aantal getelde stembiljetten?

  • In de stembureaus zijn 2.820 stembiljetten meer geteld, dan dat er kiezers zijn toegelaten tot de stemming.

  • In de stembureaus zijn 7.661 stembiljetten minder geteld, dan dat er kiezers zijn toegelaten tot de stemming.

Hoe worden deze verschillen in de processen-verbaal verklaard?

Mogelijke verklaringen voor het verschil

Vermeld hoe vaak de volgende situaties zich hebben voorgedaan volgens de processen-verbaal.

Hoe vaak heeft een kiezer het stembiljet niet ingeleverd?

3.443

Hoe vaak is er een stembiljet te weinig uitgereikt?

119

Hoe vaak is er een stembiljet te veel uitgereikt?

1.042

Hoe vaak zat er geen stembiljet in de envelop? (bij briefstembureaus)

18

Hoe vaak zaten er twee of meer stembiljetten in een envelop? (bij briefstembureaus)

4

Hoe vaak zijn er stembiljetten kwijtgeraakt? (bij briefstembureaus)

0

Hoe vaak kon er geen verklaring gegeven worden voor het verschil?

4.726

Hoe vaak is er een andere verklaring gegeven?

1.129

8. Aantal kiezers dat bij volmacht mocht stemmen

Het aantal kiezers dat mocht stemmen met een geldig volmachtbewijs (schriftelijk of via ingevulde stem- of kiezerspas), bedraagt 607.404

9. Bezwaren van aanwezige kiezers

Tijdens de zitting zijn:

geen bezwaren ingebracht.

bezwaren ingebracht: zie de gewaarmerkte bijlage met opmerkingen van het centraal stembureau.

10. Geschillen

Tijdens het onderzoeken van de geldigheid van de stemming en de juistheid van de vaststelling van de uitkomsten van de stemming door de stembureaus en de hoofdstembureaus, zijn te dien aanzien:

geen geschillen gerezen.

geschillen gerezen: zie gewaarmerkte bijlage met opmerkingen van het centraal stembureau.

11. Ondertekening

Hierbij verklaar ik, de voorzitter van het centraal stembureau, dat de tellingen waarvan de resultaten zijn weergegeven in dit proces-verbaal, zijn uitgevoerd volgens de voorgeschreven procedures.

   

Datum

29 maart 2018

   

Naam en handtekening voorzitter

J.G.C. Wiebenga

   

Naam en handtekening leden

G.M.M. Blokdijk

   
 

R.B. Andeweg

   
 

J.E. van den Brink

   
 

P. Castenmiller

   
 

R. Nehmelman

   
 

W.M.B. Stoker

BIJLAGE I BEZWAREN

bij het proces-verbaal van de zitting van het centraal stembureau d.d. 29 maart 2018 tot het vaststellen van de uitslag van het referendum inzake de Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten 2017.

Tijdens de zitting zijn door aanwezige kiezers de volgende bezwaren ingebracht:

Dhr. De Wildt heeft het volgende bezwaar geuit:

Blanco stemmen zijn geldig. Daarom moet de Kiesraad de blanco stemmen ook betrekken bij de vaststelling van de uitslag van een raadgevend referendum. In 2016 heeft de Kiesraad geadviseerd de Wet raadgevend referendum te verduidelijken, omdat thans onvoldoende duidelijk is hoe bepaald moet worden dat een meerderheid van de kiezers zich in afwijzende zin over een wet heeft uitgesproken. De wetgever heeft geen gevolg gegeven aan dit advies. De Kiesraad staat nu onder politieke en maatschappelijke druk om te komen tot een uitspraak tot afwijzing van de referendabele wet. De kiezer verzoekt het centraal stembureau om in het proces-verbaal van deze zitting op te nemen, dat aan de door vastgestelde cijfers en percentages, gelet op de onduidelijkheid omtrent de juiste interpretatie van artikel 3 van de Wet raadgevend referendum, geen conclusie met betrekking tot het al dan niet bestaan van een raadgevende uitspraak tot afwijzing van de referendabele wet kan worden verbonden. Eerst moet de wetgever duidelijkheid scheppen over zijn bedoeling met die bepaling.

Naar aanleiding van bovenstaande bezwaren merkt het centraal stembureau het volgende op:

M.b.t. het bezwaar van de heer De Wildt:

Waar het verkiezingsaangelegenheden betreft, moet wetgeving heel precies zijn. Om discussie over de juiste interpretatie of handelwijze te voorkomen, zijn sommige onderwerpen daarom tot in detail in de Kieswet geregeld. De Wet raadgevend referendum laat helaas soms interpretatieruimte. In zulke situaties is het desalniettemin aan het centraal stembureau om de wet toe te passen. Het centraal stembureau stelt eerst, onder andere, het aantal geldige en ongeldige stemmen vast (art. 79 Wrr). Daarnaast wordt het opkomstpercentage vastgesteld door de som van het totaal aantal geldige en ongeldige stembiljetten te delen door het totaal aantal kiesgerechtigden (art. 80 Wrr). En vervolgens stelt het centraal stembureau vast hoeveel procent van de kiezers die een geldige stem hebben uitgebracht zich voor en hoeveel procent van de kiezers die een geldige stem hebben uitgebracht zich tegen de aan het referendum onderworpen wet hebben uitgesproken (art. 81 Wrr). Het centraal stembureau leest artikel 81 van de Wet raadgevend referendum in samenhang met artikel 3 van die wet. De Kiesraad heeft eerder al gecommuniceerd hoe hij de wet zou uitleggen. Het advies van de Kiesraad, noch de daarin neergelegde interpretatie van de Wet raadgevend referendum, is voor de wetgever aanleiding geweest om de wettekst aan te passen.

BIJLAGE II GESCHILLEN

Bijlage bij het proces-verbaal van de zitting van het centraal stembureau d.d. 29 maart 2018 tot het vaststellen van de uitslag van het referendum inzake de wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten 2017

  • 1. Het centraal stembureau heeft de processen-verbaal van alle stembureaus, de gemeentelijke tellingen, de elektronische telbestanden en de processen-verbaal van de hoofdstembureaus onderzocht en bezien op aspecten die van belang zouden kunnen zijn voor de geldigheid van de stemming. Bij deze werkzaamheden heeft het centraal stembureau ook meldingen betrokken die zijn binnengekomen bij de Kiesraad en bij het gezamenlijk met het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties ingestelde Informatiepunt Verkiezingen.

  • 2. In het algemeen is de stemming goed verlopen; in verreweg de meeste stemlokalen is de dag zonder incidenten verlopen. Toch zijn er zoals gebruikelijk wel een paar bijzonderheden te melden en zijn door kiezers bezwaren of opmerkingen ingediend.

  • 3. Niet in alle stemlokalen kon de stemming op het voorgeschreven tijdstip aanvangen. In een aantal gevallen stonden de stembureauleden voor een gesloten deur of waren zij nog niet in de volledige bezetting aanwezig. In die lokalen moest de stemming daardoor noodgedwongen later aanvangen. Op een paar gevallen na waren deze lokalen een half uur later alsnog geopend. Sommige kiezers waren verrast door de vormgeving van het stembiljet die aanmerkelijk afweek van het biljet voor de gemeenteraadsverkiezing en er ook in navolging van de ervaringen bij het vorige referendum anders uitzag. Stembureauleden merkten op dat zij door het dunne papier soms te maken hebben gehad met wat zij als ‘klevende stembiljetten’ beschreven. In twee gevallen is gaandeweg de dag gemerkt dat kiezers gestemd hadden met een andere kleur potlood dan rood. Deze stemmen zijn dientengevolge ongeldig. In deze twee lokalen werden uiteindelijk bij elkaar 13 stemmen ongeldig verklaard.

  • 4. In 17 stembureaus, met name in het noorden van het land, waren kiezers onwetend over het feit dat er alleen voor het referendum gestemd kon worden. Het betrof hier gemeenten waar, door een herindeling, niet nu ook gemeenteraadsverkiezingen plaatsvonden. Ongeveer 40 maal is opgemerkt dat een kiezer in het lokaal meldde geen stempas te hebben ontvangen. Het stembureau kan ter plekke niet nagaan of dat terecht is, bijvoorbeeld omdat een kiezer wel voldoet aan de vereisten om te stemmen voor de gemeenteraadsverkiezing, maar niet aan de vereisten om te stemmen voor het raadgevend referendum. Het stemmen met een onderhandse volmacht heeft in een paar stemlokalen tot opmerkingen geleid, omdat deze volmachten niet altijd volledig en correct waren ingevuld.

  • 5. Er zijn ook dit keer veel opmerkingen gemaakt over de inrichting en toegankelijkheid van het stemlokaal. Hiervan was in 411 gevallen sprake. Waar mogelijk hebben stembureauleden gepoogd bezwaren direct te verhelpen. Daarbij valt te denken aan de gevallen waarin de inrichting van het lokaal werd aangepast ter waarborging van het stemgeheim of de bewegwijzering naar het stemlokaal werd verbeterd. Stembureauleden hebben in een paar gevallen moeten optreden tegen ongewenste uitingen in het stemlokaal. Het meest in het oog springende voorbeeld was daarbij een Turkse vlag die in een stemlokaal in Nijmegen hing. Verstoring van de orde heeft er in één geval toe geleid dat een stemlokaal eerder ontruimd is. Het betreft hier het stemlokaal op het station van Heerhugowaard waar overlast de burgemeester ertoe noopte het stembureau eerder te doen sluiten. Een gewonde viel in de gemeente Venray waar een kiezer in een scootmobiel per ongeluk een stemhokje omstootte en daarbij een stembureaulid verwondde. Eén en ander liep verder goed af, niet in de minste plaats omdat het mobiele stembureau zich op dat moment in het ziekenhuis bevond.

  • 6. De aan de Kiesraad ter hand gestelde processen-verbaal geven ook inzicht in de stemopneming door de stembureaus. In een aantal processen-verbaal heeft de Kiesraad een opvallende uitslag dan wel anderszins opvallende cijfers geconstateerd. Zo is bij een viertal stembureaus (in de gemeenten Amersfoort, Bergen op Zoom, Breda en Eemsmond) twijfel gerezen over de juistheid van de ingevulde stemaantallen. In deze stemlokalen lag het aantal stemmen vóór de Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten 2017 tussen de 95,4 en 99,4%. Op verzoek van de Kiesraad is door de desbetreffende gemeenten nagegaan hoe deze aantallen zijn te verklaren. Gebleken is dat in de desbetreffende stembureaus sprake moet zijn geweest van een verschrijving. In één stembureau zijn bijvoorbeeld abusievelijk aantallen overgenomen uit het proces-verbaal voor de gemeenteraadsverkiezing.

  • 7. Andere opvallende bevindingen bij de stemopneming betreffen onder meer de lage opkomst in een stemlokaal in Hollands Kroon. De opkomst van 11,3% kan worden verklaard door het hoge aantal opgeroepen kiezers voor dat district (3.000) en het lage aantal uitgebrachte stemmen (339). In twee stembureaus zijn relatief grote aantallen volmachtstemmen geteld. In een stemlokaal in Gilze en Rijen was 39,8% van de uitgebrachte stemmen een volmachtstem. In Bloemendaal ging het om 43,1%. Ter vergelijking, het landelijke percentage van het aantal stemmen dat bij volmacht is uitgebracht bedraagt 9,0%. Ook bij dit referendum is bij de stemopneming het aantal uitgebrachte stemmen vergeleken met het aantal opgekomen kiezers. Daarbij zijn in verschillende stembureaus telverschillen geconstateerd tussen de aantallen ontvangen stempassen, volmachtbewijzen en kiezerspassen enerzijds en in de stembus aangetroffen stembiljetten anderzijds. In totaal zijn er 10.481 telverschillen geconstateerd, hetgeen op een aantal van circa 9.000 stembureaus neerkomt op circa één per stembureau. Voor de meeste telverschillen is door het stembureau een verklaring gegeven.

  • 8. De Kiesraad heeft in genoemde bevindingen geen aanleiding gezien te besluiten tot een hertelling. De Wet raadgevend referendum geeft met artikel 77 weliswaar een basis om daartoe te besluiten wanneer de Raad kennis krijgt van fouten en onzorgvuldigheden in de processen- verbaal. De Raad heeft evenwel geconstateerd dat een hertelling van de stembiljetten in die stembureaus waar verschrijvingen en telverschillen geconstateerd zijn, geen effect zou kunnen hebben op de einduitslag, gelet op het verschil van 194.868 tussen de vóór- en tegenstemmen en de marge bij de opkomst. Wel verdient het zorgvuldig tellen en invullen van het proces-verbaal blijvende aandacht, de Kiesraad zal daar in zijn evaluatieadvies op aandringen.

  • 9. Samenvattend luidt het oordeel van het centraal stembureau dat sprake is van een rechtsgeldige uitslag.

Naar boven