VERKEERSBESLUIT

Logo Roermond

BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN ROERMOND,

No 34501-2017

IN OVERWEGING NEMENDE,

dat zij op grond van het bepaalde in artikel 18, eerste lid onder d van de Wegenverkeerswet 1994 bevoegd zijn tot het nemen van verkeersbesluiten;

  • dat de Mijnheerkensweg gelegen is in de gemeente Roermond;

  • dat de Mijnheerkensweg gecategoriseerd is als “Gebiedsontsluitingsweg”;

  • dat de Mijnheerkensweg gelegen is binnen de bebouwde kom;

  • dat het college van burgemeester en wethouders op 12 december 2017 heeft besloten medewerking te verlenen aan de realisatie van een tijdelijke aansluiting tussen de N280 en de Mijnheerkensweg;

  • dat deze tijdelijke aansluiting bestaat uit de aanleg van een rotonde op de T-kruising Mijnheerkensweg met op en afritten van en naar de N280;

  • dat het doel van deze aanleg is om de verkeersstromen van en naar Roermond met name tijdens de reconstructie van de N280 te waarborgen;

Dat op grond van artikel 15, eerste lid, van de Wegenverkeerswet 1994 een verkeersbesluit moet worden genomen voor de plaatsing of verwijdering van de in artikel 12 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer genoemde verkeerstekens, alsmede voor onderborden voor zover daardoor een gebod of verbod ontstaat of wordt gewijzigd.

Dat op grond van artikel 15, tweede lid, van de Wegenverkeerswet 1994 een verkeersbesluit moet worden genomen voor maatregelen op of aan de weg tot wijziging van de inrichting van de weg of tot het aanbrengen of verwijderen van voorzieningen ter regeling van het verkeer, indien de maatregelen leiden tot een beperking of uitbreiding van het aantal categorieën weggebruikers dat van een weg of weggedeelte gebruik kan maken.

Dat de maatregel strekt tot bescherming van de belangen als bedoeld in artikel 2 van de Wegenverkeerswet 1994, meer in het bijzonder:

  • het verzekeren van de veiligheid op de weg

  • het beschermen van weggebruikers en passagiers

  • het in stand houden van de weg en het waarborgen van de bruikbaarheid daarvan

  • het zoveel mogelijk waarborgen van de vrijheid van het verkeer

Dat overeenkomstig artikel 24 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer overleg met de politie is gepleegd en dat zij een positief advies heeft afgegeven:

gelet op het bepaalde in de Wegenverkeerswet 1994, het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990, het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer.

BESLUITEN:

  • 1.

    Te bepalen, dat met het van kracht worden van dit besluit eerdere verkeersmaatregelen in het onderhavige verkeersgebied komen te vervallen en/of worden ingetrokken, indien deze met dit besluit in strijd zijn dan wel hiermee niet in overeenstemming zijn;

  • 2.

    Door plaatsing van verkeerstekens op borden volgens model D1, D2,D3, C9, C11 en B6 van bijlage 1 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens, en het aanbrengen van haaietanden op het wegdek en op- en afritten, een rotonde aan te leggen ter hoogte van het T-kruispunt Mijnheerkensweg, waarbij de bestuurders van de toeleidende wegen voorrang moeten verlenen aan de bestuurders op de rotonde alsmede de aanleg van een vrijliggende fietspad langs de Mijnheerkensweg tussen de aan te brengen rotonde en de Parallelweg (zie bijgevoegde situatietekening voor de exacte locatie van het gebied);

  • 3.

    Dit besluit ter openbare kennisgeving te brengen middels publicatie in de digitale Staatscourant, op 22 februari 2018.

Bijlagen:

-situatietekening

Roermond, 15 februari 2018.

Afschrift van dit besluit is gezonden aan:

  • a.

    de Regiopolitie Limburg-Noord, district Roermond;

  • b.

    de afdeling stadstoezicht;

  • c.

    de afdeling beheer openbare ruimte, wijkopzichter;

  • d.

    de afdeling beheer openbare ruimte.

Nota van aanvulling.

  • 1.

    Tegen het voornoemd verkeersbesluit kunnen belanghebbenden, op grond van het bepaalde in artikel 20 van de Wegenverkeerswet 1994 jo. 7:1 van de Algemene Wet Bestuursrecht, binnen zes weken na de bekendmaking, schriftelijk bezwaar indienen bij ons college. Het maken van bezwaar schorst niet de werking van dit besluit.

  • 2.

    Het bezwaarschrift dient ten minste te bevatten: uw naam en adres, de datum, een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar is gericht en de motivatie van het bezwaar.

  • 3.

    Indien, gelet op betrokken belangen, onverwijlde spoed dit vereist, bestaat op grond van artikel 8:1 van de Algemene Wet Bestuursrecht tevens de mogelijkheid, gelijktijdig met of na het indienen van het bezwaarschrift een voorlopige voorziening te vragen bij de voorzieningenrechter van de rechtbank Roermond, postbus 950, 6040 AZ Roermond.

Naar boven