Verkeersbesluit, gemeente Delft, project Spoorzone – definitieve inrichting Spoorsingel: aanwijzen vrijliggende paden als fietspad

Logo Delft

Nummer: 2913729

Burgemeester en wethouders van Delft,

Gelet op:

  • -

    artikel 18, lid 1 onder d van de Wegenverkeerswet 1994 (hierna: WVW 1994) ingevolge waarvan verkeersbesluiten worden genomen door burgemeester en wethouders voor zover zij betreffen het verkeer op wegen, welke niet in beheer zijn bij het Rijk, de Provincie of een waterschap;

  • -

    artikel 15, lid 1 van de WVW 1994 ingevolge waarvan de plaatsing van de bij algemene maatregel van bestuur aangewezen verkeerstekens en onderborden, voor zover daardoor een gebod of verbod ontstaat, geschiedt krachtens een verkeersbesluit;

  • -

    artikel 15, lid 2 van de WVW 1994 ingevolge waarvan maatregelen op of aan de weg tot wijziging van de inrichting van de weg of tot het aanbrengen of verwijderen van voorzieningen ter regeling van het verkeer geschieden krachtens een verkeersbesluit, indien de maatregelen leiden tot een beperking of uitbreiding van het aantal categorieën weggebruikers dat van een weg of weggedeelte gebruik kan maken;

  • -

    artikel 12 van het Besluit Administratieve Bepalingen inzake het Wegverkeer (hierna: BABW) ingevolge waarvan de plaatsing of verwijdering van de in dit artikel genoemde verkeerstekens moet geschieden krachtens een verkeersbesluit;

  • -

    artikel 14 van het BABW ingevolge de plaatsing van onderborden, zoals bedoeld in artikel 8, lid 2 en lid 3 van het BABW, in het betrokken verkeersbesluit tot uitdrukking wordt gebracht;

  • -

    artikel 24 BABW ingevolge waarvan verkeersbesluiten worden genomen na overleg met (een gemachtigde van) de korpschef van de politie;

Overwegende dat:

  • -

    het project Spoorzone Delft in 2009 is gestart, met een geplande uitvoeringsperiode van ruim 10 jaar;

  • -

    dit project onder meer het slopen van het spoorviaduct langs de Phoenixstraat, het bouwen van een 2.300 meter lange spoortunnel voor vier spoorlijnen welke vanaf het DSM/Gist terrein tot aan de Abtswoudseweg bij de Engelsestraat loopt, het bouwen van 1.500 woningen en 23.000 m2 kantoorruimte, het bouwen van een nieuwe station en stadskantoor, het aanleggen van een nieuwe parkeergarage onder de Spoorsingel en het aanleggen van een 600 meter lang stadspark boven de spoortunnel omhelst;

  • -

    het plangebied van dit project in het noorden begint op het terrein van DSM/Gist, ongeveer ten noordoosten van de Frederik Matthesstraat, en richting het zuiden loopt tot voorbij de Abtswoudseweg, tot ongeveer ter hoogte van de Minervaweg;

  • -

    in de planning van dit project rekening is gehouden met het gereed komen van zowel de spoortunnel als de definitieve inrichting van de openbare ruimte van de Phoenixstraat / Spoorsingel en directe omgeving daarvan medio 2017;

  • -

    vervolgens in de periode na 2017 de laatste stedelijke ontwikkelingen gerealiseerd zullen worden, afhankelijk van de marktontwikkelingen;

  • -

    de werkzaamheden aan de spoortunnel, Phoenixstraat, Spoorsingel en omgeving inmiddels conform de planning in de afrondende fase zitten, hetgeen betekent dat de definitieve inrichting van de openbare ruimte op korte termijn wordt opgeleverd en in gebruik wordt genomen;

  • -

    de definitieve inrichting naast nieuw groen, water, bestrating en straatmeubilair ook bestaat uit een combinatie van nieuw aangelegde wegen en paden, oude wegen en paden die gedurende de werkzaamheden aan de Spoorzone niet toegankelijk waren en nu wederom in gebruik genomen worden en bestaande wegen en paden die in het kader van het project (deels) zijn aangepast;

  • -

    elk van de wegen en paden binnen het plangebied van de Spoorzone zijn eigen functie en daaraan gekoppeld gewenste gebruik door verkeersdeelnemers kent;

  • -

    dit gewenste gebruik zoveel mogelijk richting verkeersdeelnemers kenbaar wordt gemaakt door de wijze waarop de openbare ruimte is ingericht;

  • -

    het desalniettemin vanuit het oogpunt van het waarborgen van de lokale verkeersveiligheid, doorstroming van het verkeer en bereikbaarheid wenselijk wordt geacht om dit op specifieke locaties te ondersteunen met verkeersmaatregelen in de vorm van bebording en markering teneinde gevaarlijke en derhalve onwenselijke verkeerssituaties te voorkomen;

  • -

    hiertoe voor elk van de (nieuwe) straten en paden binnen het plangebied van het project Spoorzone verkeersbesluiten worden opgesteld waarin, voor zover van toepassing, wordt ingegaan op:

    • oude verkeersmaatregelen die in het verleden reeds zijn ingesteld en in de nieuwe situatie worden teruggebracht/gehandhaafd, waarvoor derhalve geen nieuwe besluitvorming nodig is;

    • oude verkeersmaatregelen die in het kader van de nieuwe inrichting komen te vervallen en daartoe in het verkeersbesluit formeel worden opgeheven;

    • nieuw in te stellen verkeersmaatregelen ter (be)geleiding van het verkeer in de nieuwe situatie, waartoe formeel besloten wordt in het betreffende verkeersbesluit;

  • -

    dit verkeersbesluit betrekking heeft op de Spoorsingel;

Herinrichting noordzijde Spoorsingel tot vrijliggend fietspad

  • -

    de Spoorsingel, voordat het project Spoorzone van start ging, aan de noordzijde beschikte over een directe aansluiting op de Kampveldweg;

  • -

    deze aansluiting in het kader van het project Spoorzone is heringericht tot een vrijliggend pad, dat in het verlengde ligt van en aansluit op de fietsoversteek over de Kampveldweg en de vrijliggende fietspaden aan weerzijden van de Kampveldweg/Ruys de Beerenbrouckplein;

  • -

    het gedeelte van de Spoorsingel gelegen tussen de De Vriesstraat en de Kampveldweg in de nieuwe situatie derhalve voornamelijk nog zal fungeren als een verbinding voor langzaam verkeer;

  • -

    het, gegeven het voorgaande, logisch zou zijn om het gedeelte van de Spoorsingel gelegen tussen de De Vriesstraat en de Kampveldweg aan te wijzen als fietspad;

  • -

    een aandachtspunt in deze echter wordt gevormd door het feit dat langs dit weggedeelte van de Spoorsingel ook een aantal woningen liggen, ten aanzien waarvan het wenselijk wordt geacht dat deze voor de bewoners ervan bereikbaar blijven met de auto;

  • -

    het in dat verband wenselijk wordt geacht om enkel het gedeelte van de Spoorsingel gelegen tussen huisnummer 98 en de Kampveldweg aan te wijzen als fietspad;

Herinrichting zuidzijde Spoorsingel tot vrijliggend fietspad

  • -

    de Spoorsingel, voordat het project Spoorzone van start ging, aan de zuidzijde aansloot op en in het verlengde lag van de Coenderstraat;

  • -

    het zuidelijke gedeelte van de Spoorsingel, gelegen tussen de Hugo de Grootstraat en de Coenderstraat, in het kader van het project Spoorzone nu is heringericht tot een vrijliggend en in twee rijrichtingen te gebruiken pad dat aansluit op het vrijliggende fietspad dat langs de Coenderstraat in zuidelijke richting loopt;

  • -

    het gelet hierop dan ook wenselijk wordt geacht om het gedeelte van de Spoorsingel gelegen tussen de Hugo de Grootstraat en de Coenderstraat aansluitend hierop ook als fietspad aan te wijzen, om zodoende een logisch fietsnetwerk te creëren welke fietsers in staat stelt om vanaf de Spoorsingel via de Coenderstraat en Nieuwe Gracht richting de Westlandsweg te rijden en vice versa;

  • -

    het treffen van een verkeersmaatregel een normale maatschappelijke ontwikkeling is waarmee een ieder kan worden geconfronteerd en waarvan de nadelige gevolgen in beginsel voor rekening van betrokkenen behoren te blijven;

  • -

    de bovenvermelde maatregelen op basis van artikel 2 van de WVW 1994 strekken tot het verzekeren van de veiligheid op de weg, het beschermen van weggebruikers en passagiers, het waarborgen van de bruikbaarheid van de weg en de vrijheid van het verkeer;

  • -

    de onder ‘besluiten’ genoemde wegen binnen de bebouwde kom liggen en in eigendom, beheer en onderhoud zijn bij de gemeente Delft;

  • -

    het college van burgemeester en wethouders, overeenkomstig artikel 18, lid 1 onder d van de WVW 1994, het bevoegd gezag is voor het nemen van dit verkeersbesluit en dat deze bevoegdheid op grond van het gewijzigde mandaatbesluit van 27 september 2011 is gemandateerd aan de gemeentedirecteur, waarbij ondermandaat is verleend aan het afdelingshoofd Ruimte & Economie Advies;

  • -

    overeenkomstig artikel 24 van het BABW overleg is gevoerd met de (gemachtigde van de) Chef van politie van de Eenheid Den Haag en dat er positief is geadviseerd;

nemen, gelet op het voorgaande, de volgende

B E S L U I T E N :

  • 1.

    door het plaatsen van borden model G11 van Bijlage 1 van het RVV 1990 het gedeelte van de Spoorsingel gelegen tussen huisnummer 98 en de Kampveldweg aan te wijzen als fietspad;

  • 2.

    door het plaatsen van borden model G11 van Bijlage 1 van het RVV 1990 het vrijliggende pad dat vanaf de Spoorsingel ter hoogte van de Hugo de Grootstraat in zuidelijke richting loopt en aansluit op het fietspad langs de Coenderstraat aan te wijzen als fietspad;

  • 3.

    de in dit verkeersbesluit genoemde bebording en markering aan te brengen zoals aangegeven op de bij dit besluit behorende situatietekening:

Het college van burgemeester en wethouders van Delft,

Namens het college,

Mevrouw L.E. van Reenen

Afdelingshoofd Ruimte & Economie Advies

Delft, 6 november 2017

Bijlagen: situatietekening

Als u het met dit besluit niet eens bent, kunt u binnen 6 weken na dagtekening een bezwaarschrift indienen bij het bestuursorgaan dat dit besluit genomen heeft. Hoe u dat doet, kunt u lezen op www.delft.nl/bezwaarschrift.

Het indienen van een bezwaarschrift schort de werking van dit besluit niet. Degenen die een bezwaarschrift hebben ingediend kunnen, als er sprake is van spoedeisend belang, ook op grond van artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht, bij de president van de Arrondissementsrechtbank ‘s-Gravenhage, sector bestuursrecht, Postbus 20302, 2500 EH ’s-Gravenhage vragen een voorlopige voorziening te treffen. Voor het behandelen van een dergelijk verzoek wordt griffierecht geheven.

N.B.: op dit besluit is de Crisis- en herstelwet van toepassing. Dit betekent dat de belanghebbende in het beroepschrift moet aangeven welke beroepsgronden hij aanvoert tegen het besluit. Na afloop van de termijn van zes weken kunnen geen nieuwe beroepsgronden meer worden aangevoerd. Vermeld in het beroepschrift dat de Crisis- en herstelwet van toepassing is.

De belanghebbende die schade lijdt, of zal lijden, als gevolge van het onderhavige besluit of uitvoeringshandelingen die hieruit voortvloeien, kunnen, voor zover de schade redelijkerwijs niet of niet geheel te zijner laste behoort te blijven en voor zover de vergoeding niet, of niet voldoende anderszins is verzekerd, een verzoek om schadevergoeding doen. Ter zake is de “Regeling Nadeelcompensatie Verkeer en Waterstaat 1999” van toepassing. Meer informatie over het Schadeloket Spoorzone Delft is te vinden op www.spoorzonedelft.nl .

Naar boven