Geslotenverklaring voor vrachtverkeer, Lange Blikstraat Terneuzen

Logo Waterschap Scheldestromen

Het adjunct afdelingshoofd Wegen van waterschap Scheldestromen,

gelet op de bepalingen van de Wegenverkeerswet 1994, het Besluit Administratieve Bepalingen inzake het Wegverkeer (BABW), het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 (RVV 1990) en de Algemene Wet Bestuursrecht (Awb),

overwegende:

  • -

    dat de Lange Blikstraat ten zuiden van Terneuzen is gelegen;

  • -

    dat deze weg de Koegorsstraat en de Oostkade met elkaar verbindt;

  • -

    dat de Lange Blikstraat als ETW-B gecategoriseerd is en hier een 60 km/uur limiet geldt;

  • -

    dat de Lange Blikstraat 4.00 meter breed is;

  • -

    dan aan de Oostkade de bedrijven Heros en Yara gelegen zijn;

  • -

    dat deze bedrijven veel vrachtverkeer aantrekken;

  • -

    dat een deel van het vrachtverkeer (circa 18% van het totale verkeersaanbod) de Lange Blikstraat gebruikt om bij Heros of Yara te komen;

  • -

    dat het wegdek en de bermen van de Lange Blikstraat daardoor kapot gereden worden;

  • -

    dat dit vrachtverkeer kan afwikkelen via de route N61 / Koegorsstraat / Industrieweg of de route N61 / N686 (Finlandweg) / Oostkade en dat deze wegen hiervoor zijn gedimensioneerd;

  • -

    dat aan de Lange Blikstraat het bedieningsgebouw van de Sluiskiltunnel is gelegen en dit gebouw bereikbaar blijft voor vrachtverkeer;

  • -

    dat gelet op het voorgaande, met het onderhavige verkeersbesluit de volgende doelstellingen worden beoogd:

    • het verzekeren van de veiligheid op de weg;

    • het beschermen van de weggebruikers en passagiers;

    • het voorkomen of beperken van door het verkeer veroorzaakte overlast of hinder;

  • -

    dat ter zake ingevolge artikel 24 van het BABW overleg is gevoerd met de korpschef van de politie Zeeland – West-Brabant, namens deze de beleidsadviseur verkeer (advies d.d. 10 maart 2017) en dit politieadvies negatief was omdat ook landbouwverkeer schade veroorzaakt;

  • -

    dat, ondanks het negatief politieadvies, de geslotenverklaring voor vrachtwagens wordt ingesteld, omdat het waterschap geconstateerd heeft dat vrachtverkeer de schade aan de bermen veroorzaakt;

  • -

    dat het voornemen is voorgelegd aan de gemeente Terneuzen d.d. 6 maart 2017;

  • -

    dat de gemeente Terneuzen hier geen reactie op heeft gegeven;

  • -

    dat het voornemen is voorgelegd aan de provincie Zeeland d.d. 13 april 2017 in verband met het in eigendom hebben van een boerderij aan de Lange Blikstraat;

  • -

    dat provincie Zeeland, d.d. 22 juni 2017, heeft aangegeven geen bezwaar te hebben tegen het instellen van de geslotenverklaring voor vrachtwagens;

  • -

    dat het voornemen is voorgelegd aan Heros en Yara d.d. 6 maart 2017;

  • -

    dat beide bedrijven geen reactie op het voornemen hebben gegeven.

besluit:

Tot het instellen van:

 

  • 1.

    een geslotenverklaring voor vrachtverkeer op de Lange Blikstraat, door het plaatsen van bord C7, zoals opgenomen in bijlage 1 van het RVV 1990;

Mededelingen

Bezwaar

Op grond van de Algemene wet bestuursrecht kan tegen dit besluit binnen zes weken na de dag waarop dit is bekend gemaakt een bezwaarschrift worden ingediend.

Het bezwaarschrift moet worden gericht aan het dagelijks bestuur van waterschap Scheldestromen, Kanaalweg 1, 4337 PA Middelburg.

Het bezwaarschrift dient te zijn ondertekend en ten minste het volgende te bevatten:

 

  • 1.

    de naam en het adres van de indiener;

  • 2.

    de dagtekening;

  • 3.

    vermelding van de datum en het nummer of kenmerk van het besluit waartegen het bezwaarschrift zich richt;

  • 4.

    een opgave van redenen waarom men zich met het besluit niet kan verenigen.

 

Indien een bezwaarschrift is ingediend is het mogelijk om daarnaast een verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening in te dienen. Een dergelijk verzoek dient te worden gericht aan de voorzieningenrechter van de Rechtbank Zeeland-West Brabant, Team Bestuursrecht, Postbus 90006, 4800 PA Breda.

 

Het verzoek dient te zijn ondertekend en ten minste het volgende te bevatten:

 

  • 1.

    de naam en het adres van de verzoeker;

  • 2.

    de dagtekening;

  • 3.

    vermelding van het bestuursorgaan dat het besluit heeft genomen en datum en nummer of kenmerk van dat besluit;

  • 4.

    de gronden van het verzoek (motivering).

 

Bij het verzoek dient voorts een afschrift van het bezwaarschrift te worden gevoegd.

 

Naar aanleiding van het verzoek kan de voorzieningenrechter een voorlopige voorziening treffen indien onverwijlde spoed, gelet op de betrokken belangen, dat vereist.

Voor de behandeling van een verzoek om een voorlopige voorziening wordt een bedrag aan griffierecht geheven. De griffier van de Rechtbank wijst de verzoeker na de indiening van diens verzoek op de verschuldigdheid van het griffierecht en bericht de verzoeker binnen welke termijn het verschuldigde griffierecht moet worden voldaan.

Naar boven