Besluit Dagelijks Bestuur Verkeersbesluit instellen erf en eenrichtingsverkeer in de Robert Doumastraat, Maurits Kannstraat, Robbert Cijferstraat en de Johan Limpersstraat.

Logo Amsterdam

Het dagelijks bestuur van stadsdeel Nieuw-West,

 

Gelet op de Wegenverkeerswet 1994 (WVW 1994), het Besluit Administratieve Bepalingen inzake het Wegverkeer (BABW), het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990 (RVV 1990), de Algemene wet bestuursrecht, de Verordening op de bestuurscommissies 2013, en het mandaatbesluit van het Algemeen bestuur van de bestuurscommissie voor Stadsdeel Nieuw-West van 23 november 2016, onderdeel I.1 van het ondermandatenregister behorende bij het ondermandatenbesluit dagelijks bestuur de dato 22 november 2016,

 

Overwegingen ten aanzien van het besluit

• de Robert Doumastraat, Maurits Kannstraat, Robbert Cijferstraat en de Johan Limpersstraat onder beheer zijn van en gelegen zijn binnen de grenzen van het stadsdeel Nieuw-West;

• in de huidige situatie in de Robert Doumastraat, Maurits Kannstraat, Robbert Cijferstraat, Johan Limpersstraat en in de directe omgeving daarvan een maximum snelheid geldt van 30km/h en een blauwe zone van kracht is;

• de Robert Doumastraat, Maurits Kannstraat, Robbert Cijferstraat en Johan Limpersstraat gedurende de periode van augustus 2017 t/m halverwege 2018 worden heringericht;

• er op 7 oktober 2015 een bewonersavond geweest is en de bewoners ingestemd hebben met het ontwerp, te weten het instellen van een erf;

• overleg is gevoerd met de Centrale Verkeerscommissie Amsterdam (CVC Amsterdam), welke heeft ingestemd met het ontwerp;

• voor het instellen van een erf in de uitvoeringsvoorschriften BABW de volgende regels staan beschreven:

1. Het erf moet voornamelijk een verblijfsfunctie hebben. Dit houdt in, voor zover het gemotoriseerd verkeer betreft, dat de wegen binnen een erf slechts een functie mogen hebben voor verkeer dat zijn bestemming of zijn vertrekpunt binnen het erf heeft en de intensiteit van het verkeer het karakter van het erf niet mag aantasten.

2. Binnen het erf moeten snelheidsbeperkende voorzieningen zijn aangebracht waardoor stapvoets rijden redelijkerwijze uit die omstandigheden voortvloeit.

3. De indruk moet worden vermeden dat de weg is verdeeld in een rijbaan en een trottoir. Er mag daarom geen doorlopend hoogteverschil bestaan in het dwarsprofiel van een weg binnen een erf.

4. De in- en uitgangen van een erf moeten als in- of uitritconstructie zijn uitgevoerd.

5. De parkeerplaatsen moeten worden aangegeven met een P-tegel of een P-bord.

• de Robert Doumastraat, Maurits Kannstraat, Robbert Cijferstraat, de Johan Limpersstraat na de herinrichting, aan bovenstaande regels conform uitvoeringsvoorschriften BABW voldoen, uitgezonderd punt 5 omdat parkeren op eigen terrein gefaciliteerd wordt;

• in artikel 44 van het RVV1990 aangegeven staat dat voetgangers op wegen gelegen binnen een erf de rijbaan over de volle breedte mogen gebruiken;

• in artikel 45 van het RVV1990 aangegeven staat dat bestuurders binnen een erf niet sneller mogen rijden dan 15 km per uur.

• In artikel 46 van het RVV1990 aangegeven staat dat voor bestuurders van een motorvoertuig het verboden is om binnen een erf te parkeren;

• het erf wel gebruikt mag worden voor het onmiddellijk laden- en lossen van goederen;

• het vanuit het verkeersveiligheidsoogpunt en het verblijfskarakter van het erf het ongewenst is dat voertuigen in twee richtingen kunnen rijden, mede gelet op de rijbaanbreedte (3,50M);

• het stadsdeel Nieuw-West, gelet op bovenstaande, overgaat tot het instellen van een erf en eenrichtingsverkeer in de Robert Doumastraat, Maurits Kannstraat, Robbert Cijferstraat en de Johan Limpersstraat;

• de bovengenoemde beoogde maatregelen kunnen worden ingesteld door het plaatsen van de benodigde bebording , zoals aangegeven is op de situatietekening;

• de verkeerscirculatie in de Robert Doumastraat, Maurits Kannstraat, Robbert Cijferstraat en de Johan Limpersstraat vanuit het westen in oostelijke richting gaat;

• fietsers van bovenstaande verkeersmaatregel worden uitgezonderd door middel van een onderbord conform model OB52 van bijlage 1 van het RVV 1990;

• bovenstaande verkeersmaatregelen ingesteld kunnen worden door het plaatsen van verkeersborden conform model C02, C03, G05 en G06 van bijlage 1 van het RVV1990 zoals aangegeven is op de bij dit verkeersbesluit behorende situatietekening;

• de bovenvermelde maatregel op basis van artikel 2 van de WVW 1994 strekt tot het verzekeren van de veiligheid op de weg, het in stand houden van de weg en het waarborgen van de bruikbaarheid daarvan, alsmede het waarborgen van de vrijheid van verkeer;

• met betrekking tot de in dit besluit genoemde maatregelen conform artikel 24 van het BABW overleg is gevoerd met de politie en dat deze positief heeft geadviseerd;

 

BESLUIT

1. Een erf in te stellen in de Robert Doumastraat, Maurits Kannstraat, Robbert Cijferstraat en de Johan Limpersstraat door het plaatsen van de verkeersborden conform model G05 en G06 van bijlage 1 van het RVV 1990.

2. Eenrichtingsverkeer in te stellen in de Robert Doumastraat, Maurits Kannstraat, Robbert Cijferstraat en de Johan Limpersstraat waarbij de verkeerscirculatie vanuit het westen in oostelijke richting gaat, door het plaatsen van de verkeersborden conform model C2 en C3 van de bijlage 1 van het RVV 1990.

3. Fietsers uit te zonderen van onder lid 2 ingestelde verkeersmaatregel door het plaatsen van verkeersbord conform model OB52 van bijlage 1 van het RVV 1990;

4. De bebording aan te brengen zoals aangegeven op de bij dit besluit behorende situatietekening.

 

Het dagelijks bestuur van de bestuurscommissie stadsdeel Nieuw West,

Namens deze,

Mevrouw drs. C.M.A.L. Steenkamp-Faaij

Manager Schoon & Heel Stadsdeel Nieuw West

Bezwaar- of beroepsclausule

De belanghebbende bij dit besluit kan op grond van artikel 7:1, eerste lid van de Algemene wet bestuursrecht binnen zes weken na bekendmaking tegen dit besluit een gemotiveerd bezwaarschrift indienen bij het Algemeen bestuur van stadsdeel Nieuw-West, postbus 2003,1000 CA Amsterdam. Een bezwaarschrift dient de gronden van het bezwaar te vermelden en een omschrijving van het besluit waartegen het is gericht. Het bezwaarschrift moet zijn voorzien van een datum en naam, adres en handtekening van de belanghebbende. Dient iemand anders namens u een bezwaarschrift in, dan dient deze een volmacht van u mee te sturen. Het indienen van een bezwaarschrift schort de werking van dit besluit niet op. Indien onverwijlde spoed dit vereist, kan hangende de behandeling van het bezwaarschrift een voorlopige voorziening worden gevraagd aan de Voorzieningenrechter van de Rechtbank Amsterdam, sector Bestuursrecht Algemeen, Postbus 75850, 1070 AW Amsterdam. U kunt het verzoek om een voorlopige voorziening ook indienen via http://loket.rechtspraak.nl/bestuursrecht U moet dan wel beschikken over een elektronische handtekening (DigiD). Kijk op de genoemde site voor de precieze voorwaarden.

 

Naar boven