Verkeersbesluit, gemeente Delft, project Spoorzone – definitieve inrichting Ada van Hollandstraat: aanwijzen verplicht brom-/fietspad

Logo Delft

Nummer: 2914001

Burgemeester en wethouders van Delft,

Gelet op:

  • -

    artikel 18, lid 1 onder d van de Wegenverkeerswet 1994 (hierna: WVW 1994) ingevolge waarvan verkeersbesluiten worden genomen door burgemeester en wethouders voor zover zij betreffen het verkeer op wegen, welke niet in beheer zijn bij het Rijk, de Provincie of een waterschap;

  • -

    artikel 15, lid 1 van de WVW 1994 ingevolge waarvan de plaatsing van de bij algemene maatregel van bestuur aangewezen verkeerstekens en onderborden, voor zover daardoor een gebod of verbod ontstaat, geschiedt krachtens een verkeersbesluit;

  • -

    artikel 15, lid 2 van de WVW 1994 ingevolge waarvan maatregelen op of aan de weg tot wijziging van de inrichting van de weg of tot het aanbrengen of verwijderen van voorzieningen ter regeling van het verkeer geschieden krachtens een verkeersbesluit, indien de maatregelen leiden tot een beperking of uitbreiding van het aantal categorieën weggebruikers dat van een weg of weggedeelte gebruik kan maken;

  • -

    artikel 12 van het Besluit Administratieve Bepalingen inzake het Wegverkeer (hierna: BABW) ingevolge waarvan de plaatsing of verwijdering van de in dit artikel genoemde verkeerstekens moet geschieden krachtens een verkeersbesluit;

  • -

    artikel 14 van het BABW ingevolge de plaatsing van onderborden, zoals bedoeld in artikel 8, lid 2 en lid 3 van het BABW, in het betrokken verkeersbesluit tot uitdrukking wordt gebracht;

  • -

    artikel 24 BABW ingevolge waarvan verkeersbesluiten worden genomen na overleg met (een gemachtigde van) de korpschef van de politie;

Overwegende dat:

  • -

    het project Spoorzone Delft in 2009 is gestart, met een geplande uitvoeringsperiode van ruim 10 jaar;

  • -

    dit project onder meer het slopen van het spoorviaduct langs de Phoenixstraat, het bouwen van een 2.300 meter lange spoortunnel voor vier spoorlijnen welke vanaf het DSM/Gist terrein tot aan de Abtswoudseweg bij de Engelsestraat loopt, het bouwen van 1.500 woningen en 23.000 m2 kantoorruimte, het bouwen van een nieuwe station en stadskantoor, het aanleggen van een nieuwe parkeergarage onder de Spoorsingel en het aanleggen van een 600 meter lang stadspark boven de spoortunnel omhelst;

  • -

    het plangebied van dit project in het noorden begint op het terrein van DSM/Gist, ongeveer ten noordoosten van de Frederik Matthesstraat, en richting het zuiden loopt tot voorbij de Abtswoudseweg, tot ongeveer ter hoogte van de Minervaweg;

  • -

    in de planning van dit project rekening is gehouden met het gereed komen van zowel de spoortunnel als de definitieve inrichting van de openbare ruimte van de Phoenixstraat / Spoorsingel en directe omgeving daarvan medio 2017;

  • -

    vervolgens in de periode na 2017 de laatste stedelijke ontwikkelingen gerealiseerd zullen worden, afhankelijk van de marktontwikkelingen;

  • -

    de werkzaamheden aan de spoortunnel, Phoenixstraat, Spoorsingel en omgeving inmiddels conform de planning in de afrondende fase zitten, hetgeen betekent dat de definitieve inrichting van de openbare ruimte op korte termijn wordt opgeleverd en in gebruik wordt genomen;

  • -

    de definitieve inrichting naast nieuw groen, water, bestrating en straatmeubilair ook bestaat uit een combinatie van nieuw aangelegde wegen en paden, oude wegen en paden die gedurende de werkzaamheden aan de Spoorzone niet toegankelijk waren en nu wederom in gebruik genomen worden en bestaande wegen en paden die in het kader van het project (deels) zijn aangepast;

  • -

    elk van de wegen en paden binnen het plangebied van de Spoorzone zijn eigen functie en daaraan gekoppeld gewenste gebruik door verkeersdeelnemers kent;

  • -

    dit gewenste gebruik zoveel mogelijk richting verkeersdeelnemers kenbaar wordt gemaakt door de wijze waarop de openbare ruimte is ingericht;

  • -

    het desalniettemin vanuit het oogpunt van het waarborgen van de lokale verkeersveiligheid, doorstroming van het verkeer en bereikbaarheid wenselijk wordt geacht om dit op specifieke locaties te ondersteunen met verkeersmaatregelen in de vorm van bebording en markering teneinde gevaarlijke en derhalve onwenselijke verkeerssituaties te voorkomen;

  • -

    hiertoe voor elk van de (nieuwe) straten en paden binnen het plangebied van het project Spoorzone verkeersbesluiten worden opgesteld waarin, voor zover van toepassing, wordt ingegaan op:

    • oude verkeersmaatregelen die in het verleden reeds zijn ingesteld en in de nieuwe situatie worden teruggebracht/gehandhaafd, waarvoor derhalve geen nieuwe besluitvorming nodig is;

    • oude verkeersmaatregelen die in het kader van de nieuwe inrichting komen te vervallen en daartoe in het verkeersbesluit formeel worden opgeheven;

    • nieuw in te stellen verkeersmaatregelen ter (be)geleiding van het verkeer in de nieuwe situatie, waartoe formeel besloten wordt in het betreffende verkeersbesluit;

  • -

    dit verkeersbesluit betrekking heeft op het gedeelte van de Ada van Hollandstraat gelegen tussen huisnummer 2 en de aansluiting op de (heringerichte) Coenderstraat;

  • -

    op bovengenoemd gedeelte van de Ada van Hollandstraat de volgende infrastructurele wijzigingen zijn doorgevoerd in het kader van het project Spoorzone:

    • bovengenoemd gedeelte van de Ada van Hollandstraat is heringericht als vrijliggend pad, dat uitsluitend bestemd is voor gebruik door fietsers en bromfietsers in twee rijrichtingen;

    • het als pad heringerichte gedeelte van de Ada van Hollandstraat sluit aan op het verplichte fietspad dat aan de westzijde van de (heringerichte) Coenderstraat ligt;

    • het als pad heringerichte gedeelte van de Ada van Hollandstraat sluit daarnaast ook aan op de (brom)fietsoversteeklocatie over de Coenderstraat, richting het Stationsplein;

    • in de nieuwe situatie is het voor (brom)fietsers derhalve enkel toegestaan om in het verlengde van de Ada van Hollandstraat de Coenderstraat over te steken richting het Stationsplein en vice versa. Fietsers kunnen desgewenst ook van het vrijliggende fietspad langs de Coenderstraat gebruik maken;

    • de Parallelweg is heringericht tot voetgangersgebied. Dit, in combinatie met het voorgaande, heeft erin geresulteerd dat het voormalige kruispunt Parallelweg – Ada van Hollandstraat is komen te vervallen.

  • -

    het gedeelte van de Ada van Hollandstraat gelegen tussen huisnummer 2 en de (heringerichte) Coenderstraat, gelet op het voorgaande, wordt aangewezen als verplicht brom-/fietspad teneinde ter plaatse een formele (brom)fietsverbinding vanuit de wijk naar de brom-/fietsroute langs de Coenderstraat en richting het station te bieden, die aansluit op de overige (brom)fietsinfrastructuur;

  • -

    de aanduiding van bovengenoemd gedeelte van de Ada Van Hollandstraat als verplicht brom-/fietspad fysiek wordt ondersteund door het plaatsen van een paaltje in het wegdek ter hoogte van huisnummer 2, waar het brom-/fietspad richting Coenderstraat begint;

  • -

    tot slot de voorrangsregeling zoals die voor de herinrichting van kracht was ter hoogte van het kruispunt Ada van Hollandstraat – Parallelweg middels dit verkeersbesluit formeel wordt opgeheven, gezien het feit dat dit kruispunt niet langer bestaat;

  • -

    het treffen van een verkeersmaatregel een normale maatschappelijke ontwikkeling is waarmee een ieder kan worden geconfronteerd en waarvan de nadelige gevolgen in beginsel voor rekening van betrokkenen behoren te blijven;

  • -

    de bovenvermelde maatregelen op basis van artikel 2 van de WVW 1994 strekken tot het verzekeren van de veiligheid op de weg, het beschermen van weggebruikers en passagiers en het waarborgen van de bruikbaarheid van de weg;

  • -

    de onder ‘besluiten’ genoemde wegen binnen de bebouwde kom liggen en in eigendom, beheer en onderhoud zijn bij de gemeente Delft;

  • -

    het college van burgemeester en wethouders, overeenkomstig artikel 18, lid 1 onder d van de WVW 1994, het bevoegd gezag is voor het nemen van dit verkeersbesluit en dat deze bevoegdheid op grond van het gewijzigde mandaatbesluit van 27 september 2011 is gemandateerd aan de gemeentedirecteur, waarbij ondermandaat is verleend aan het afdelingshoofd Ruimte Advies;

  • -

    overeenkomstig artikel 24 van het BABW overleg is gevoerd met de (gemachtigde van de) Chef van politie van de Eenheid Den Haag en dat er positief is geadviseerd;

nemen, gelet op het voorgaande, de volgende

B E S L U I T E N :

  • 1.

    door het verwijderen van de borden model B4, B5 en B6 van het RVV 1990 alsmede de haaientanden op het wegdek, de aanduiding van het kruispunt Parallelweg – Ada van Hollandstraat als voorrangskruising op te heffen en het verkeersbesluit met kenmerk 96010447 van 30 oktober 1996, waarin destijds is besloten tot het instellen van deze voorrangsregeling, hierbij in te trekken;

  • 2.

    het tot vrijliggend pad heringerichte gedeelte van de Ada van Hollandstraat, gelegen tussen huisnummer 2 en de Coenderstraat, aan te wijzen als verplicht brom-/fietspad door het plaatsen van borden model G12a en G12b van Bijlage 1 van het RVV 1990;

  • 3.

    ter nadere duiding dat de Ada van Hollandstraat vanaf huisnummer 2 in oostelijke richting een verplicht fietspad is in de nieuwe situatie en ter voorkoming dat autoverkeer hier gebruik van gaat maken, een paaltje in het wegdek te plaatsen ter hoogte van huisnummer 2;

  • 4.

    de in dit verkeersbesluit genoemde bebording aan te brengen zoals aangegeven op de bij dit besluit behorende situatietekening:

Het college van burgemeester en wethouders van Delft,

Namens het college,

Mevrouw L.E. van Reenen

Afdelingshoofd Advies Ruimte & Economie

Delft, 5 december 2016

Bijlagen: situatietekening

Als u het met dit besluit niet eens bent, kunt u binnen 6 weken na dagtekening een bezwaarschrift indienen bij het bestuursorgaan dat dit besluit genomen heeft. Hoe u dat doet, kunt u lezen op www.delft.nl/bezwaarschrift.

Het indienen van een bezwaarschrift schort de werking van dit besluit niet. Degenen die een bezwaarschrift hebben ingediend kunnen, als er sprake is van spoedeisend belang, ook op grond van artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht, bij de president van de Arrondissementsrechtbank ‘s-Gravenhage, sector bestuursrecht, Postbus 20302, 2500 EH ’s-Gravenhage vragen een voorlopige voorziening te treffen. Voor het behandelen van een dergelijk verzoek wordt griffierecht geheven.

N.B.: op dit besluit is de Crisis- en herstelwet van toepassing. Dit betekent dat de belanghebbende in het beroepschrift moet aangeven welke beroepsgronden hij aanvoert tegen het besluit. Na afloop van de termijn van zes weken kunnen geen nieuwe beroepsgronden meer worden aangevoerd. Vermeld in het beroepschrift dat de Crisis- en herstelwet van toepassing is.

De belanghebbende die schade lijdt, of zal lijden, als gevolge van het onderhavige besluit of uitvoeringshandelingen die hieruit voortvloeien, kunnen, voor zover de schade redelijkerwijs niet of niet geheel te zijner laste behoort te blijven en voor zover de vergoeding niet, of niet voldoende anderszins is verzekerd, een verzoek om schadevergoeding doen. Ter zake is de “Regeling Nadeelcompensatie Verkeer en Waterstaat 1999” van toepassing. Meer informatie over het Schadeloket Spoorzone Delft is te vinden op www.spoorzonedelft.nl .

Naar boven