Verkeersbesluit Aanwijzen en inrichten van individuele gehandicaptenparkeerplaats aan de Bereklauw te Werkendam

Logo Werkendam

Zaaknr: 2017-003092

VB 17-09

 

Burgemeester en wethouders van Werkendam,

Op grond van artikel 18, eerste lid, onder d, van de Wegenverkeerswet 1994 en op grond van het collegebesluit van 29 juni 2010, ben ik bevoegd dit verkeersbesluit te nemen.

Inleiding:

De gemeente heeft een verzoek ontvangen voor het aanwijzen en inrichten van een invalidenparkeerplaats op kenteken aan de Bereklauw te Werkendam.

Het verzoek dient getoetst te worden aan de beleidsregel “Gereserveerde gehandicaptenplaatsen”, vastgesteld d.d. 14 juni 2008.

Vereiste van besluit

Op grond van artikel 15, tweede lid, van de Wegenverkeerswet 1994 moet een verkeersbesluit worden genomen voor maatregelen op of aan de weg tot wijziging van de inrichting van de weg of tot het aanbrengen of verwijderen van voorzieningen ter regeling van het verkeer, indien de maatregelen leiden tot een beperking of uitbreiding van het aantal categorieën weggebruikers dat van een weg of weggedeelte gebruik kan maken.

Artikel 12 van het BABW bepaalt dat de plaatsing van de borden E6, zoals deze staan opgenomen in bijlage 1 van het RVV 1990, moet gebeuren krachtens een verkeersbesluit

Overwegingen:

1.De verzoeken voor het aanwijzen en inrichten van een gehandicaptenparkeerplaats

zijn getoetst aan de beleidsregel “Gereserveerde gehandicaptenparkeerplaatsen”, vastgesteld door het college van Burgemeester en Wethouders op 14 juni 2008. In de beleidsregel zijn de volgende punten opgenomen:

    • De aanvrager is in het bezit van een Gehandicaptenparkeerkaart voor bestuurders;

    • De aanvrager beschikt niet over een parkeermogelijkheid op eigen terrein.

    • Indien de aanvrager aan wie geen gehandicaptenparkeerkaart type bestuurder, maar type passagier, als bedoeld in artikel 49 BABW, is verstrekt, kan alleen in de volgende drie gevallen in aanmerking komen voor een gehandicaptenparkeerplaats op kenteken:

      • De aanvrager is permanent rolstoelgebonden en heeft geen beschikking over een elektrische rolstoel of scootmobiel;

      • De aanvrager kan niet alleen in/bij de woning worden achtergelaten (geldt bij jonge kinderen)

      • Er zijn verkeerstechnisch gezien geen mogelijkheden om voor de woning in of uit te stappen zonder ernstige verkeershinder te veroorzaken.

    • 2.

      De overwegingen met betrekking tot de aanvrager zijn beknopt weergegeven: de aanvrager is in het bezit van een gehandicaptenparkeerkaart “passagier ” en is minderjarig kind. Er is geen mogelijkheid voertuig op eigen terrein te parkeren en kind in/uit voertuig te laten stappen. Daarnaast is het in verband met de verkeersveiligheid niet wenselijk om voor de woning te parkeren omdat het voertuig dan het zicht voor overige weggebruikers belemmert.

    • 3.

      Gelet op bovenstaande overwegingen luidt het advies om de aanvraag te honoreren en een parkeervak aan te wijzen en in te richten als gehandicaptenparkeerplaats op kenteken.

Belangenafweging artikel 2 WVW

Van de in artikel 2 eerste en tweede lid, van de Wegenverkeerswet 1994 genoemde belangen, liggen de volgende belangen ten grondslag aan dit besluit:

  • 1.

    Het beschermen van weggebruikers en passagiers

  • 2.

    Het zoveel mogelijk waarborgen van de vrijheid van het verkeer.

Bij de afweging van het algemene belang (het waarborgen van de vrijheid van verkeer) met het individuele belang van een gegarandeerde korte afstand tussen parkeerplaats en toegang woning, kan het individuele belang alleen voorgaan als voldaan wordt aan de criteria uit de beleidsregel “Gereserveerde gehandicaptenparkeerplaatsen d.d. 14 juni 2008.

Overleg

Met betrekking tot dit besluit zijn de bepalingen van de Wegenverkeersweg 1994

(WVW 1994), het Regelement verkeersregels en verkeerstekens 1990 (RVV 1990) en het Besluit administratieve bepalingen in het wegverkeer (BABW) van toepassing.

Alle wegen en/of weggedeelten waarop dit besluit betrekking heeft, zijn gelegen binnen en zijn in beheer bij de gemeente Werkendam. Artikel 23 van het BABW is op dit besluit niet van toepassing.

Overeenkomstig het bepaalde in artikel 24 van het Besluit Administratieve Bepalingen inzake het Wegverkeer (BABW) over dit besluit overleg heeft plaatsgevonden met de betrokken korpschef, vertegenwoordigd door de heerH.G.M. (Harrie)Tuerlings, Senior Gebiedsgebonden Politie Verkeersadviseur Eenheden Hart van Brabant en de Baronie , district Oosterhout, van de politie Midden- en West-Brabant, wiens advies onder aan dit besluit is weergegeven;

Besluiten

Op grond van vorenstaande overwegingen besluit ik:

  • 1.

    Door middel van het plaatsen van het bord E6, zoals bedoeld in bijlage 1 van het RVV 1990 (inclusief onderbord OB 309 met kentekennummer), nabij de woning Bereklauw nabij huisnummer 66 te Werkendam een individuele gehandicaptenparkeerplaats op kenteken aan te wijzen;

  • 2.

    De toewijzing van deze gehandicaptenparkeerplaatsen wordt ingetrokken:

    • 1.

      Na overlijden van de betrokken persoon;

    • 2.

      Indien de gezondheidstoestand van de betrokken persoon of de parkeer- of verkeerssituatie dusdanig is gewijzigd dat de parkeerplaats niet zou zijn toegewezen;

    • 3.

      Indien de betrokken persoon verhuist of wordt opgenomen in een

verpleeginrichting zonder uitzicht op terugkeer in de woning op korte termijn

     

  • 3.

    Te bepalen, dat met het van kracht worden van dit besluit eerdere verkeersmaatregelen in het onderhavige verkeersgebied komen te vervallen indien die met dit besluit in strijd zijn dan wel hiermee niet in overeenstemming zijn;

  • 4.

    Te bepalen dat de bekendmaking van dit verkeersbesluit gebeurd door plaatsing van het besluit in de Staatscourant.

 

Werkendam, 4-5-2017

Namens burgemeester en wethouders van Werkendam,

  

J.H.P.M. van Schayk-van Dortmont,

medewerkster verkeer en vervoer

  

Inzage

 

Het hiervoor genomen besluit wordt voor belanghebbenden ter inzage gelegd gedurende zes weken met ingang van de dag na de publicatie in de Staatscourant, tijdens de openingstijden, bij het Klantcontactcentrum in het gemeentehuis.

 Bezwaar

Ingevolge de bepalingen van de Algemene wet bestuursrecht kan, binnen zes weken na datum van publicatie, een bezwaarschrift tegen dit besluit worden ingediend bij het College van burgemeester en wethouders van Werkendam, Postbus 16, 4250 DA Werkendam.

 

Het bezwaarschrift dient te zijn ondertekend en tenminste te bevatten: naam en adres van indiener; de dagtekening; een omschrijving van het besluit waartegen uw bezwaar is gericht en de gronden van uw bezwaar. Wanneer u zich door een derde laat vertegenwoordigen, verzoeken wij u tevens te vermelden de naam, het volledige adres en het telefoonnummer van deze persoon.

 Voorlopige voorziening

Het indienen van een bezwaarschrift heeft geen schorsende werking. In geval van onverwijlde spoed kunt u een verzoek om voorlopige voorziening indienen bij de Voorzieningenrechter van de Arrondissementsrechtbank Breda, sector Bestuursrecht, Postbus 90006, 4800 RA Breda. Een dergelijk verzoek dient vergezeld te gaan van een kopie van het bezwaarschrift. Voor het indienen van een dergelijk verzoek wordt een griffierecht geheven.

 

Datum effectuering

Het besluit zal na publicatie in de Staatscourant worden uitgevoerd. 

 

Naar boven