Verkeersbesluit voor het nemen van verkeersmaatregelen voor de scheepvaart in verband met het realiseren van een kitesurfzone in het Markermeer nabij de Houtribdijk te Lelystad, Rijkswaterstaat

13 april 2017

RWS-2017/16468

DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN MILIEU

Begripsbepaling

In deze beschikking wordt verstaan onder:

“Het hoofd afdeling vergunningverlening”:

het hoofd afdeling vergunningverlening, Postbus 2232, 3500 GE Utrecht;

“De waterbeheerder”:

de Minister van Infrastructuur en Milieu, per adres Rijkswaterstaat Midden-Nederland, Postbus 2232, 3500 GE Utrecht, per e-mail adres handhaving-middennederland@rws.nl;

“Verkeer- en Watermanagement afdeling Noord-Oost ”:

het hoofd van de afdeling Noord-Oost van Verkeer- en Watermanagement van Rijkswaterstaat, tel. 088-7973300;

“District Noord, Midden Nederland”:

het hoofd van het district Midden-Nederland Noord, Postbus 2232, 3500 GE Utrecht;

“scheepvaartverkeer”:

verkeer van schepen en andere vaartuigen, overeenkomstig de bepalingen in de Scheepvaartverkeerswet;

“CMIJ”:

de Centrale Meldpost IJsselmeergebied van de Rijkswaterstaat te Lelystad telefoonnummer 088-7973300, email cmij@rws.nl, bereikbaar per VHF op kanaal 1;

“BABS”:

Besluit administratieve bepalingen inzake het Scheepvaartverkeer;

“Svw”:

Scheepvaartverkeerswet;

“Bpr”:

Binnenvaartpolitiereglement;

“Awb”:

Algemene wet bestuursrecht.

OVERWEGINGEN TEN AANZIEN VAN HET BESLUIT

Stichting Hoekipa Dijk te Lelystad wil het kitesurfen mogelijk maken op het Markermeer te Lelystad. Om die reden is Stichting Hoekipa Dijk voornemens een nieuwe kitesurfzone op het Markermeer in te richten. Het gebied sluit aan, aan de strekdam van de Houtribdijk waar Stichting Hoekipa Dijk ook voornemens is een recreatieterrein aan te brengen en te beheren. Door de gemeente Lelystad is reeds een windsurfopstapplaats op die locatie aangebracht. Deze windsurfopstapplaats gaat ook als kitesurfopstapplaats fungeren. Stichting Hoekipa Dijk heeft daarom een verzoek ingediend tot het nemen van een verkeersbesluit voor het aanwijzen van een kitesurfgebied in het Markermeer te Lelystad.

Onderhavig verzoek is geregistreerd onder zaaknummer RWSV2015-00007393, met kenmerk RWS-2015/55155.

Juridisch kader

Op grond van artikel 9.05, lid 2 van het Binnenvaartpolitiergelement (BPR) is het verboden om te varen met een door een vlieger voortbewogen plank of klein schip. In het derde lid van dat artikel staat aangegeven dat de bevoegde autoriteit vaarwegen of gedeelten daarvan aan kan wijzen waarop het verbod, bedoeld in het tweede lid, overdag niet van toepassing is.

Op grond van artikel 2 Scheepvaartverkeerswet (Svw) ben ik bevoegd een verkeersbesluit te nemen. Daarbij dien ik de in artikel 3 Svw opgenomen belangen in acht te nemen van onder meer een vlotte en veilige doorvaart en het voorkomen of beperken van schade en veiligheidsrisico’s in verband met schepen.

Op grond van artikel 5 Svw kan ik beslissen een verkeersteken aan te brengen en op grond van artikel 7 Svw kan ik besluiten, al dan niet onder voorwaarden, een ontheffing te verlenen van een verkeersbesluit.

In bijlage 7 van het Bpr zijn de verkeerstekens opgenomen. Onder A van deze bijlage de verbodstekens. In bijlage 8 van het Bpr zijn regels opgenomen ten aanzien van de markering van het vaarwater.

Op grond van artikel 2 van het Besluit administratieve bepalingen scheepvaartverkeer (BABS) mag het bevoegd gezag bij het nemen van een verkeersbesluit uitsluitend gebruik maken van verkeerstekens, die een gebod of verbod bevatten zoals is opgenomen in bijlage 7 en 8 van het Bpr.

Belangenafweging en motivering

Omdat steeds meer mensen de kitesurfsport willen beoefenen, is de behoefte aan kitesurfgebieden toegenomen. Stichting Hoekipa Dijk te Lelystad wil daarom het kitesurfen mogelijk maken op het Markermeer nabij Lelystad.

Door het aanwijzen van een kitesurfzone is het scheepvaartverkeer in het aangewezen gedeelte van het vaarwater gewaarschuwd voor snel bewegende kitesurfers. Bij het aanwijzen van de kitesurfzone is rekening gehouden met de afstand tot de scheepvaartroute, de scheiding van diverse recreatievormen zoals zwemmen en windsurfen en het houden van voldoende afstand tot de aangewezen gebieden vallende onder de Natuurbeschermingswet.

De kitesurfzone wordt gemarkeerd met betonning in het Markermeer. Op de betonning worden borden met aanwijzingen geplaatst.

Door de genomen maatregelen zijn de belangen van de Scheepvaartverkeerswet in acht genomen.

Natuurbeschermingswet 1998

De kitesurflocatie wordt aangelegd in het Natura 2000-gebied Markermeer & IJmeer (Vogelrichtlijn- en Habitatrichtlijn gebied). Gedeputeerde staten van Flevoland hebben besloten, op grond van artikel 19d van de Natuurbeschermingswet 1998, een vergunning te verlenen aan Stichting Hoekipa Dijk voor de realisatie van een kitesurfzone bij de Houtribsluizen in het Markermeer. De Natuurbeschermingswetvergunning met kenmerk 1871251 is op 7 oktober 2016 onherroepelijk geworden.

De kitesurfzone mag jaarrond worden gebruikt, met uitzondering van de maand mei, kitesurfen is dan niet toegestaan in verband met nestelende visdieven.

Overleg

Bij de voorbereiding van het besluit heb ik zienswijzen gevraagd aan:

gemeente Lelystad, provincie Flevoland, Beroepschartervaart, Hiswa, Platform waterrecreatie, Watersportverbond, Vissersbond en Visserij Nederland.

De Provincie Flevoland heeft al een vergunning op grond van de Natuurbeschermingswet afgegeven. Het Watersportverbond heeft een positieve zienswijze gegeven. De gemeente Lelystad heeft op 14 december een zienswijze gegeven. Van de overige aangeschreven instanties zijn geen zienswijzen ontvangen, ik ga er daamee vanuit dat zij geen bezwaar hebben tegen het voornemen het Verkeersbesluit vast te stellen.

De zienswijze van de gemeente Lelystad richt zich twee zaken. De eerste is op de mogelijkheid van het blijven combineren van wedstrijdzeilgebieden en het kitesurfgebied. De tweede over de kosten van de betonning.

Hierover is het volgende afgewogen tijdens het beoordelen van onderhavig verzoek.

Het inrichten en aanwijzen van een Kitesurfzone houdt niet in dat het voor overige vaarweggebruikers verboden is hier te varen. Het kitesurfgebied is open voor andere vaarweggebruikers, zij dienen echter alleen rekening te houden dat er kitesurfers in het gebied kunnen zijn. Het is gebruikelijk dat bij (inter)nationale zeilwedstrijden de betreffende organisatie contact opneemt met andere vaarweggebruikers om het gebruik af te stemmen. Daarmee blijft het mogelijk om zeilwedstrijden op deze locatie te houden.

De gemeente Lelystad wil niet dat de kosten voor het markeren van het kitesurfgebied ten laste komt van de gemeente Lelystad of de gebruikers. Hierover is het volgende te melden. De betonning moet gelegd worden om de nautische veiligheid te garanderen. Werkwijze is dat RWS markeerdienst deze betonning verzorgd zodat deze conform richtlijnen, uniform en veilig wordt uitgelegd. Tot op heden wordt dergelijke betonning niet verrekend met de aanvrager, en dat zal in eerste instantie voor deze aanvraag ook gelden. Echter is een kader in ontwikkeling binnen RWS welke gaat beschrijven hoe er met dit onderwerp in de toekomst om moet worden gegaan. De mogelijkheid bestaat dat de financiering van betonning voor dergelijke activiteiten in de toekomst wel doorbelast gaat worden naar de aanvrager. Hierover zal dan apart gecommuniceerd worden.

De zienswijze van de gemeente Lelystad geeft geen reden om het Verkeersbesluit te wijzigen.

Procedure

Door mij is geen voorbereidingsprocedure op grond van de Algemene wet bestuursrecht, afdeling 3.4, gevolgd. Reden hiervan is, dat ik ervan uitga dat andere belanghebbenden door het nemen van dit besluit niet in hun rechten worden aangetast.

BESLUIT:

Op grond van vorenstaande overwegingen besluit ik op grond van de artikelen 2, 3, 5 en 7 van de Scheepvaartverkeerswet, juncto artikel 2 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het Scheepvaartverkeer juncto bijlage 7 en 8 van Binnenvaartpolitiereglement:

  • 1. dat het een gemarkeerde kitesurfzone betreft op de locatie zoals aangegeven in Bijlage 1 van dit verkeersbesluit;

  • 2. dat de kitesurfzone kenbaar wordt gemaakt door de aan te brengen betonning met het aanwijzingsteken E.20 ‘zeilplanken toegestaan’ met onderbord ‘Skysurfen’, van bijlage 7 van het Bpr;

  • 3. dat deze verkeersmaatregel jaarrond van kracht is met uitzondering van de maand mei.

DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN MILIEU, namens deze, hoofd Vergunningverlening Rijkswaterstaat Midden-Nederland R.M. Kok

MEDEDELINGEN

Op grond van de Algemene wet bestuursrecht kan tegen dit besluit binnen zes weken na de dag waarop dit besluit is bekend gemaakt, een bezwaarschrift worden ingediend. Het bezwaarschrift moet worden gericht aan de Minister van Infrastructuur en Milieu en worden gezonden aan de hoofdingenieur-directeur van RWS Midden – Nederland, t.a.v. de afdeling Werkenpakket, Postbus 2232, 3500 GE Utrecht.

Het bezwaarschrift dient te zijn ondertekend en ten minste het volgende te bevatten:

  • a. de naam en adres van de indiener;

  • b. de dagtekening;

  • c. een omschrijving van het besluit, waartegen het bezwaar is gericht en

  • d. de gronden van het bezwaar.

Indien een bezwaarschrift is ingediend, is het mogelijk om daarnaast een verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening in te dienen. Een dergelijk verzoek dient te worden gericht aan de voorzieningenrechter van de rechtbank binnen het rechtsgebied, waarin de indiener van het bezwaarschrift zijn woonplaats heeft. Het verzoek dient te zijn ondertekend en ten minste het volgende te bevatten:

  • a. de naam en het adres van de verzoeker;

  • b. de dagtekening;

  • c. de gronden van het verzoek (motivering).

Bij het verzoek dient voorts een afschrift van het bezwaarschrift te worden overgelegd. Zo mogelijk wordt tevens een afschrift van het besluit, waarop het geschil betrekking heeft, overgelegd. Naar aanleiding van het verzoek kan de voorzieningenrechter een voorlopige voorziening treffen, indien onverwijlde spoed, gelet op de betrokken belangen, dat vereist.

Voor de behandeling van een verzoek om een voorlopige voorziening wordt een bedrag aan griffierecht geheven. De griffier van de betrokken rechtbank wijst de verzoeker na indiening van diens verzoek op de verschuldigdheid van het griffierecht en bericht de verzoeker binnen welke termijn en op welke wijze het verschuldigde griffierecht moet worden voldaan.

Indien het bezwaar- en/of verzoekschrift in een vreemde taal is gesteld en een vertaling voor een goede behandeling van het verzoek noodzakelijk is, dient de indiener zorg te dragen voor een vertaling.

BIJLAGE 1. SITUATIETEKENING

Naar boven