Openbare Bibliotheken 2017

Verbindendverklaring gewijzigde CAO-bepalingen

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Besluit van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 21 april 2017 tot wijziging van het besluit tot algemeen verbindendverklaring van bepalingen van de collectieve arbeidsovereenkomst voor Openbare Bibliotheken

UAW Nr. 11853

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid;

Gelezen het verzoek van het Centraal Overleg Arbeidsvoorwaarden Openbare Bibliotheken namens partijen bij bovengenoemde collectieve arbeidsovereenkomst, strekkende tot algemeen verbindendverklaring van gewijzigde bepalingen van deze collectieve arbeidsovereenkomst;

Partij ter ener zijde: Vereniging van Openbare Bibliotheken (VOB);

Partijen ter andere zijde: FNV Publiek Belang en CNV Connectief.

Gelet op de artikelen 2, 4 en 5 van de Wet op het algemeen verbindend en het onverbindend verklaren van bepalingen van collectieve arbeidsovereenkomsten;

Besluit:

Dictum I

Het besluit tot algemeen verbindendverklaring van bepalingen van de collectieve arbeidsovereenkomst voor Openbare Bibliotheken1 wordt met inachtneming van dictum II als volgt gewijzigd:

A

De onder dictum I opgenomen bepalingen worden als volgt gewijzigd:

Artikel 4 komt te luiden:

‘Artikel 4 (Aard van de arbeidsovereenkomst)

  • 1.

    • a. De arbeidsovereenkomst kan onverminderd het bepaalde in artikel 7:652 en 7:676 van het BW worden aangegaan voor bepaalde of onbepaalde tijd.

    • b. Een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd vermeldt de reden voor de tijdelijkheid, en het tijdstip waarop of de omstandigheid waaronder deze eindigt. Indien de arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd wordt aangegaan ter vervanging, wordt de naam van de vervangen werknemer vermeld.

  • 2. Op arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd is artikel 7:668a van het BW van toepassing.’

Artikel 27 komt te luiden:

‘Artikel 27 (Vakantierecht)

  • 1. Aan de werknemer wordt in elk kalenderjaar vakantie met behoud van salaris verleend.

  • 2. Voor de toepassing van het voorgaande lid wordt onder het salaris mede verstaan het bedrag aan toelage onregelmatige dienst dat in de drie kalendermaanden voorafgaande aan het aanvangstijdstip van de vakantie gemiddeld in een maand is toegekend.

  • 3.

    • a. Het vakantieverlof wordt gesteld op 180 uur per kalenderjaar, te onderscheiden in een wettelijk deel van 144 uur en een bovenwettelijk deel van 36 uur.

    • b. In afwijking van lid 3a verwerft de werknemer die arbeidsongeschikt is, naast het wettelijk deel, het bovenwettelijk deel slechts over het tijdvak van de laatste zes maanden van zijn arbeidsongeschiktheid. Hierbij worden tijdvakken samengeteld, als zij elkaar met een onderbreking van minder dan een maand opvolgen.

  • 4. Het vakantieverlof van de werknemer die in de loop van het kalenderjaar in dienst treedt of wordt ontslagen, wordt vastgesteld in evenredigheid met het aantal uren waarop hij krachtens het derde en vierde lid aanspraak zou hebben, indien hij het gehele jaar in dienst was.

  • 5. Het vakantieverlof van de werknemer die geen volledig dienstverband heeft, wordt bepaald in evenredigheid met het vakantieverlof waarop hij recht zou hebben bij een volledig dienstverband.

  • 6. Het bovenwettelijk vakantierecht van de op 1 januari 2005 in dienst zijnde werknemers wordt, als overgangsregeling tot het einde van hun dienstverband, verhoogd volgens onderstaande tabel: geboortejaar 1951 tot en met 1955: 7,2 uur Op het aantal uren verhoging is voor het overige het gestelde in de leden 3b, 4 en 5 onverminderd van toepassing.’

BIJLAGE A SALARISREGELING OPENBARE BIBLIOTHEKEN

Artikel 1 van bijlage A salarisregeling openbare bibliotheken komt te luiden:

‘Artikel 1 (Begripsbepalingen)

a) salarisschaal:

reeks van bedragen corresponderend met een vaste reeks volgnummers, zoals genoemd in artikel 9 van deze regeling;

b) salaris:

het op de werknemer van toepassing zijnde bedrag uit de op hem van toepassing zijnde salarisschaal;

c) salarisanciënniteit:

de tijd, die in aanmerking komt voor de vaststelling van het salaris van een werknemer op een hoger bedrag dan het voor een volwassene geldende minimum van de schaal, welke op zijn functie betrekking heeft;

d) periodiek:

het verschil tussen opeenvolgende bedragen in de salarisschaal, corresponderend met opeenvolgende volgnummers;

e) formatieplaats:

een functie van 36 uur per week uitgevoerd door een of meer werknemers;

f) FUWA-instrument:

het rekenprogramma dat onder die naam door de VOB wordt aangeboden en onderhouden en door partijen bij deze cao is geaccordeerd voor de bepaling van het niveau van functies en de inschaling van deze functies in deze salarisregeling. Het FUWA-instrument maakt het mogelijk om iedere denkbare functie te waarderen overeenkomstig deze cao;

g) FUWA-expert:

deskundige die na het volgen van een namens de VOB onder de naam 'expert-training' aangeboden opleiding en na een geslaagd toetsing namens de VOB geschikt is bevonden om het FUWA-instrument voor de werkgever te gebruiken en de werkgever te adviseren bij de waardering van het niveau van een functie. De hoedanigheid 'FUWA-expert' kan alleen behouden worden door deelname aan een jaarlijks door de VOB te organiseren intervisiebijeenkomst;

h) adjunct-directeur en directeur:

degene die een arbeidsovereenkomst heeft met de werkgever, met betrekking tot de functie van adjunct-directeur of respectievelijk directeur.’

Artikel 9 van bijlage A salarisregeling openbare bibliotheken komt te luiden:

‘Artikel 9 (Structuur salarisschalen en salaristabellen)

De Salarisregeling Openbare Bibliotheken kent naast schaal 0 (het Minimum(jeugd)loon voor o.a. hulp- en vakantiekrachten) de volgende schalen:

BIJLAGE D REGELING SOCIAAL PLAN

Artikel 1 van bijlage D Regeling Sociaal plan komt te luiden:

‘Artikel 1 (Definities) van Bijlage D (Regeling Sociaal Plan)

a. Reorganisatie (inclusief fusie, of afsplitsing)

Een reorganisatie, waaronder ook zijn begrepen fusie of afsplitsing, is iedere belangrijke wijziging in de organisatie, zoals bedoeld in artikel 25 van de Wet op de ondernemingsraden, die leidt tot inkrimpen, of verplaatsen, dan wel beëindigen van activiteiten, wijziging, of vermindering van functie(s), herplaatsing van werknemers en/of boventallig verklaring.

b. De Regeling

De Regeling Sociaal Plan.

c. Formatieplaatsenplan

Het overzicht van functies na reorganisatie.

d. Reorganisatieplan

Beschrijving, volgens art. 4 van deze Regeling, van de huidige en de nieuwe organisatie/organisatieonderdelen en de huidige bezetting, alsmede de planning van uitvoering en overlegmomenten met de ondernemingsraad of personeelsvertegenwoordiging.

e. Herplaatsingskandidaat

De werknemer van wie de functie komt te vervallen.

f. Oude functie

De functie die de boventallige werknemer voor het besluit tot reorganisatie vervulde en door de reorganisatie is komen te vervallen.

g. Nieuwe functie

Een functie die vóór de reorganisatie niet voorkwam.

h. Uitwisselbare functies

Functies met verschillende benamingen die naar inhoud, vereiste kennis en vaardigheden en vereiste competenties vergelijkbaar zijn en naar functieniveau en beloning gelijkwaardig zijn.

i. Passende functie

Een functie die naar het oordeel van de werkgever voor wat betreft inhoud, benodigde kennis en vaardigheden voldoende verwant is aan de oude functie van de werknemer, of een functie waarvoor de werknemer binnen redelijke tijd geschikt te maken is. Een functie is slechts passend als de functie maximaal één salarisschaal lager is gewaardeerd dan de oude functie van de werknemer.

Een functie die voor het overige passend is, zal niet als zodanig worden beschouwd indien zwaarwegende persoonlijke omstandigheden van sociale en/of medische aard zich aantoonbaar daartegen verzetten, of leidt tot een reistijd die in redelijkheid niet aanvaardbaar is.

j. Plaatsingsplan

Het document waarin de plaatsing van werknemers in de nieuwe organisatie is vastgelegd.

k. Boventallige werknemer

De werknemer van wie de functie en de arbeidsplaats is komen te vervallen als direct gevolg van een besluit tot reorganisatie.

l. Transitievergoeding

De vergoeding zoals bedoeld in de artikelen 7:673 en 7:673a van het BW.

m. Commissie

De bezwarencommissie als bedoeld in artikel 17.’

Dictum II

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst en heeft geen terugwerkende kracht.

’s-Gravenhage, 21 april 2017

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, namens deze, De directeur Uitvoeringstaken Arbeidsvoorwaardenwetgeving, M.H.M. van der Goes


X Noot
1

Stcrt. 11 september 2015, nr. 23635, laatstelijk gewijzigd bij besluit van 16 juni 2016 (Stcrt. 21 juni 2016, nr. 26010)

Naar boven