Regeling van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 14 maart 2017, nr. 2017-0000115564, houdende aanpassing van de Subsidieregeling energiebesparing eigen huis (verhoging subsidieplafond)

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

Gelet op artikel 8, eerste lid, van het Kaderbesluit BZK-subsidies;

Besluit:

ARTIKEL I

De Subsidieregeling energiebesparing eigen huis wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 3 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘€ 35.700.000’ vervangen door: € 43.810.000

2. In het tweede en derde lid wordt ‘1 januari 2018’ vervangen door: 1 januari 2019.

B

In artikel 18 vervallen het tweede lid alsmede de aanduiding ‘1’ voor het eerste lid.

C

In artikel 21, eerste lid, wordt ‘1 januari 2018’ vervangen door: 1 januari 2019.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van 15 maart 2017.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, R.H.A. Plasterk

TOELICHTING

In het kader van het Belastingplan 2016 is besloten tot een extra impuls van 100 miljoen euro om eigenaren-bewoners te stimuleren energiebesparende maatregelen te nemen. In brieven van 26 januari, 18 mei en 7 oktober 2016 van de Minister voor Wonen en Rijksdienst aan de Tweede Kamer (Kamerstukken II 2015/16, 30 196, nrs. 384 en 457) is in dit verband gemeld dat 61 miljoen euro wordt ingezet als subsidie voor individuele eigenaren-bewoners en verenigingen van eigenaars (VvE’s) ten behoeve van omvangrijke energiebesparende maatregelen in bestaande koopwoningen. Hiertoe strekt de Subsidieregeling energiebesparing eigen huis (SEEH).

Het bedrag van 61 miljoen euro wordt verspreid over de periode van 15 september 2016 tot en met 31 december 2018 in tranches beschikbaar gesteld. De eerste tranche betrof de openstelling van de regeling van 15 september 2016 tot 1 maart 2017. Hiertoe waren voor die periode in artikel 3, eerste, tweede en derde lid, van de SEEH subsidieplafonds vastgesteld voor onderscheidenlijk subsidie aan individuele eigenaren-bewoners (15 miljoen euro), subsidie aan VvE’s voor energieadvies en procesbegeleiding (2 miljoen euro) en subsidie aan VvE’s voor energiebesparende maatregelen (3,5 miljoen euro). De tweede tranche was aanvankelijk voorzien per 1 maart 2017. Het plafond van 15 miljoen euro voor subsidie aan individuele eigenaren-bewoners werd echter reeds voor die datum bereikt; daarom is de looptijd van de SEEH verlengd tot 1 januari 2018 en zijn de subsidieplafonds voor subsidies aan individuele eigenaren-bewoners en voor maatregelensubsidies aan VvE’s aangepast per 1 maart 2017 tot onderscheidenlijk 35,7 miljoen euro en 6 miljoen euro.

De plafonds van 2, onderscheidenlijk 6 miljoen euro voor subsidie aan VvE’s zullen naar verwachting pas in de loop van 2018 worden bereikt. De looptijd van deze plafonds wordt daarom met een jaar verlengd tot 1 januari 2019. Dit is geregeld in artikel I, onderdeel A, tweede lid, van de onderhavige regeling.

Het plafond voor subsidie aan individuele eigenaren-bewoners van 35,7 miljoen euro zal daarentegen naar verwachting reeds in april 2017 worden bereikt. Het is wenselijk de regeling ononderbroken voort te zetten. Daarom wordt het subsidieplafond op grond van artikel I, onderdeel A, eerste lid, van de onderhavige regeling reeds met ingang van 15 maart 2017 verhoogd tot 43.810.000 miljoen euro. De aanpassing betreft nog steeds de 61 miljoen euro die ter beschikking staat: er komt dus geen nieuw budget bij.

De laatste resterende middelen van het totale budget van 61 miljoen euro zullen op een ander moment beschikbaar worden gesteld; daartoe zal de SEEH te zijner tijd opnieuw worden aangepast.

Voorts is in artikel I, onderdeel B, de bepaling in artikel 18 met betrekking tot het verlenen van een voorschot bij verstrekking van subsidies van meer dan 25.000 euro geschrapt. Hiermee is beoogd te voorkomen dat gelden moeten worden uitgekeerd op een moment waarop dat vanwege de begrotingssystematiek van het Rijk nog niet mogelijk is. Overeenkomstig artikel 23, derde lid, van het Kaderbesluit BZK-subsidies zal in de beschikkingen tot verlening van subsidie van meer dan 25.000 euro de wijze van uitbetaling worden opgenomen.

Ten slotte is in artikel I, onderdeel C, de horizonbepaling in artikel 21, eerste lid, van de SEEH aangepast aan de verlengde looptijd van de plafonds voor subsidies aan VvE’s.

Deze wijzigingsregeling treedt in werking met ingang van 15 maart 2017. Hierbij is afgeweken van de vaste verandermomenten en minimale invoeringstermijn van twee maanden. De reden hiervoor is de urgentie te voorkomen dat tijdelijk geen subsidieaanvragen kunnen worden ingediend vanwege het bereiken van het subsidieplafond. De afwijking is daarmee gebaseerd op de eerste uitzonderingsgrond, genoemd in de brief van 11 december 2009 van de Minister van Justitie aan de Tweede Kamer (Kamerstukken II 2009/10, 29 515, nr. 309).

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, R.H.A. Plasterk

Naar boven