Autorisatiebesluit Universiteit Maastricht, Rijksdienst voor Identiteitsgegevens

Datum: 26 februari 2015

Kenmerk: 2015-0000115829

In het verzoek van 6 november 2014, 2014-0000602813, heeft de Universiteit Maastricht verzocht om autorisatie voor de systematische verstrekking van gegevens uit de basisregistratie personen in verband met het uitvoeren van het onderzoek “Gezondheidseffecten van blootstelling op de werkplek”.

Gelet op de artikelen 3.1 en 3.13 van de Wet basisregistratie personen en artikel 44 van het Besluit basisregistratie personen wordt op dit verzoek als volgt besloten.

Paragraaf 1. Begripsbepalingen

Artikel 1

In dit besluit wordt verstaan onder:

a. de onderzoeksinstelling:

Universiteit Maastricht;

b. het onderzoek:

het onderzoek “Gezondheidseffecten van blootstelling op de werkplek”, beschreven in bijlage I bij dit besluit;

c. de Wet BRP:

de Wet basisregistratie personen;

d. het Besluit BRP:

het Besluit basisregistratie personen;

e. de basisregistratie personen:

de basisregistratie personen, bedoeld in artikel 1.2 van de Wet BRP;

f. de systematische verstrekking:

de systematische verstrekking, bedoeld in artikel 1.1, onder g, van de Wet BRP;

g. de persoonslijst:

de persoonslijst, bedoeld in artikel 1.1, onder c, van de Wet BRP;

h. de ingeschrevene:

de ingeschrevene, bedoeld in artikel 1.1, onder e, van de Wet BRP;

i. de verstrekking van gegevens op verzoek:

de verstrekking van gegevens, bedoeld in artikel 37, eerste lid, onder c, van het Besluit BRP, waarbij het aantal personen waarover informatie wordt verstrekt per verzoek ten hoogste tien bedraagt.

Paragraaf 2. De verstrekking van gegevens op verzoek aan de onderzoeksinstelling

Artikel 2

  • 1. Aan de onderzoeksinstelling wordt op zijn verzoek een gegeven verstrekt dat is vermeld op de persoonslijst van een ingeschrevene, indien het een gegeven betreft dat is opgenomen in bijlage II bij dit besluit.

  • 2. De onderzoeksinstelling verzoekt slechts om een gegeven dat is opgenomen in bijlage II, indien de verstrekking van gegevens noodzakelijk is voor de uitvoering van het onderzoek en het verzoek gericht is op het verkrijgen van gegevens over de ingeschrevene waarop het onderzoek betrekking heeft.

  • 3. Aan de onderzoeksinstelling worden geen gegevens verstrekt, indien een of meer van de gegevens waarvan de onderzoeksinstelling bij zijn verzoek gebruik heeft gemaakt, niet is opgenomen in bijlage II bij dit besluit.

Paragraaf 3. Overige verstrekkingen aan de onderzoeksinstelling

Artikel 3

  • 1. Indien een verstrekking aan de onderzoeksinstelling op grond van dit besluit een gegeven betreft dat op juistheid wordt of is onderzocht, bevat de verstrekking naast dit gegeven tevens de gegevens over dat onderzoek.

  • 2. De verstrekking van gegevens aan de onderzoeksinstelling die op grond van dit besluit plaatsvindt, bevat geen gegeven waarbij “indicatie onjuist dan wel strijdigheid met de openbare orde” is vermeld.

  • 3. Indien aan de onderzoeksinstelling gegevens worden verstrekt van een persoonslijst waarvan de bijhouding is opgeschort, bevat de verstrekking tevens de gegevens omtrent de reden en de datum van de opschorting, alsmede, voor zover deze gegevens zijn opgenomen op de persoonslijst, gegevens over de verificatie en de aanlevering van de verstrekte gegevens.

Paragraaf 4. Slotbepalingen

Artikel 4

  • 1. De onderzoeksinstelling verstrekt aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties onverwijld alle nieuw gebleken informatie die betrekking heeft op hetgeen geregeld is in dit besluit.

  • 2. Deze informatie betreft in ieder geval wijzigingen in:

    • a. de taak of de wijze van uitvoering van de taak van de onderzoeksinstelling;

    • b. de regelgeving ten aanzien van de taak of de wijze van uitvoering van de taak van de onderzoeksinstelling;

    • c. de gegevens uit de basisregistratie personen die noodzakelijk zijn voor de uitvoering van de taak van de onderzoeksinstelling

Artikel 5

Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 maart 2015 en werkt terug tot en met 1 januari 2015.

Het besluit en de bijlagen bij het besluit worden gepubliceerd in de Staatscourant.

’s-Gravenhage, 26 februari 2015

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, namens deze, G.M. Keijzer-Baldé Directeur Agentschap Basisadministratie Persoonsgegevens en Reisdocumenten

Bezwaar

Belanghebbenden kunnen binnen zes weken na bekendmaking van dit besluit daartegen per brief bezwaar maken bij de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, Postbus 10451, 2501 HL Den Haag. Het bezwaarschrift moet zijn ondertekend, voorzien zijn van een datum alsmede de naam en het adres van de indiener en dient vergezeld te gaan van de gronden waarop het bezwaar berust en, zo mogelijk, een afschrift van het besluit waartegen het bezwaar is gericht.

BIJLAGE I

Bijlage bij artikel 1 van dit besluit.

ONDERZOEKSPROJECT:

Centraal doel/probleemstelling van het onderzoek

Bij het onderzoek "Gezondheidseffecten van blootstelling op de werkplek" zal men kijken naar de rol van de werkomgeving op het ontstaan van ziekten, met name kanker en hart- en vaatziekten, onder werknemers. Het doel van het onderzoek is om blootstellingen aan chemische stoffen op de werkplek te relateren aan een (mogelijk) verhoogd risico op het ontwikkelen van specifieke neoplasmata. Hiertoe wordt een cohort van werknemers, die in het verleden werkzaam zijn geweest op een werkplek waarbij sprake was van blootstelling aan bepaalde chemische stoffen, gevolgd in de tijd met betrekking tot hun vitale status (en indien van toepassing, mortaliteit en oorzaak specifieke sterfte). Het betreft hier werknemers die vanaf de oprichting van de fabriek, rond 1960, een halfjaar of meer in deze fabriek(en) werkzaam zijn of zijn geweest.

Het onderzoek heeft tot doel waardevolle informatie te genereren op basis waarvan aanbevelingen aan werknemers, werkgevers, arbodiensten en overheid gedaan kunnen worden. Deze aanbevelingen dienen vervolgens te leiden tot een betere afstemming van werk en gezondheid en een betere begeleiding van werknemers of oud-werknemers. Een dergelijk onderzoek is alleen mogelijk als gedurende langere tijd informatie wordt verzameld bij eenzelfde groep mensen.

Korte beschrijving van het onderzoeksproject

Het onderzoek vindt plaats door middel van vragenlijsten en een blootstellingsschatting door metingen en expert opinion. Daarnaast wordt van de deelnemers de oorzaak specifieke sterfte achterhaald door middel van een koppeling met het doodsoorzakenregister van het CBS aan de hand van datum c.q. plaats van overlijden en het aktenummer.

Het betreft een retrospectief alsmede een prospectief cohort onderzoek waarbij gegevens over werk en gezondheid middels vragenlijsten en metingen en expert opinion, worden verzameld. De gegevens uit de BRP zijn noodzakelijk om ziekte specifieke mortaliteit te kunnen bestuderen.

De historische adresgegevens zullen gebruikt worden om na te gaan of de juiste persoon aangeschreven wordt. Primair worden naam en geboortedatum gebruikt om een persoon in de BRP te vinden.

Onderzoeksgroep

De onderzoeksgroep bestaat uit werknemers die in het verleden werkzaam zijn geweest, of nog werkzaam zijn in de aan het onderzoek deelnemende bedrijven.

Aantal personen waarover gegevens worden opgevraagd uit de basisregistratie personen:

De onderzoeksgroep betreft ongeveer 10.000 personen waarvan gegevens zullen worden opgevraagd.

Gegevensbescherming

Het onderzoek is aangemeld bij het College Bescherming Persoonsgegevens. Tevens houdt de organisatie zich aan de richtlijnen van de federatie van medisch wetenschappelijke verenigingen, zoals opgesteld door Coreon. Dit houdt onder meer in dat de beveiliging van elektronische documenten en databestanden zijn geregeld in het reglement Persoonsgegevens van Universiteit Maastricht en in een uitvoeringsregeling van de vakgroep Epidemiologie, waarin per onderzoek is vastgelegd welke gegevens worden verzameld, welke personen toegang hebben tot identificerende gegevens, onderzoeksgegevens, de koppelingssleutel en voor welke doel de gegevens gevraagd zijn. Regelmatig worden back-ups gemaakt van alle data op de instellingsservers van de Universiteit Maastricht.

BIJLAGE II

Bijlage bij artikel 2 van dit besluit.

rubriek

omschrijving

   

01

PERSOON

   

01.01.10

A-nummer persoon

01.02.10

Voornamen persoon

01.02.20

Adellijke titel/predicaat persoon

01.02.30

Voorvoegsel geslachtsnaam persoon

01.02.40

Geslachtsnaam persoon

01.03.10

Geboortedatum persoon

01.03.20

Geboorteplaats persoon

01.04.10

Geslachtsaanduiding

   

51

PERSOON

   

51.02.10

Voornamen persoon

51.02.30

Voorvoegsel geslachtsnaam persoon

51.02.40

Geslachtsnaam persoon

51.04.10

Geslachtsaanduiding

   

06

OVERLIJDEN

   

06.08.10

Datum overlijden

06.08.20

Plaats overlijden

06.08.30

Land overlijden

06.81.10

Registergemeente akte waaraan gegevens over overlijden ontleend zijn

06.81.20

Aktenummer van de akte waaraan gegevens over overlijden ontleend zijn

   

07

INSCHRIJVING

   

07.70.10

Indicatie geheim

   

08

VERBLIJFPLAATS

   

08.09.10

Gemeente van inschrijving

08.11.10

Straatnaam

08.11.20

Huisnummer

08.11.30

Huisletter

08.11.40

Huisnummertoevoeging

08.11.50

Aanduiding bij huisnummer

08.11.60

Postcode

08.11.70

Woonplaatsnaam

08.13.10

Land adres buitenland

08.13.20

Datum aanvang adres buitenland

08.14.20

Datum vestiging in Nederland

   

58

VERBLIJFPLAATS

   

58.09.10

Gemeente van inschrijving

58.11.10

Straatnaam

58.11.20

Huisnummer

58.11.30

Huisletter

58.11.40

Huisnummertoevoeging

58.11.50

Aanduiding bij huisnummer

58.11.60

Postcode

58.11.70

Woonplaatsnaam

58.13.20

Datum aanvang adres buitenland

58.14.20

Datum vestiging in Nederland

   

TOELICHTING

1. Algemeen

Inleiding

De Wet basisregistratie personen (Wet BRP) vormt de juridische basis voor de basisregistratie personen. In de basisregistratie personen zijn persoonsgegevens opgeslagen in de vorm van persoonslijsten.

De basisregistratie personen bevat gegevens over personen die zijn ingeschreven bij een van de gemeenten in Nederland. De gemeenten houden deze gegevens bij.

Verder zijn in de basisregistratie personen gegevens opgenomen van personen die buiten Nederland woonachtig zijn, zogenoemde niet-ingezetenen. Gegevens van niet-ingezetenen worden bijgehouden door de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties in de Registratie Niet-Ingezetenen (RNI). Over niet-ingezetenen wordt een beperkter aantal gegevens bijgehouden dan over ingezetenen. De gegevens in de RNI zijn niet aangemerkt als authentieke gegevens. Gegevens over niet-ingezetenen kunnen namelijk minder gemakkelijk actueel gehouden worden dan gegevens over ingezetenen.

De Wet BRP biedt de grondslag voor systematische gegevensverstrekking over ingezetenen en niet-ingezetenen aan overheidsorganen en daartoe aangewezen andere organisaties. Bij de systematische verstrekking worden vanuit een centraal bestand op geautomatiseerde wijze persoonsgegevens uit de basisregistratie personen verstrekt.

Organisaties die in aanmerking komen voor systematische gegevensverstrekking

Allereerst komen overheidsorganen in aanmerking voor systematische gegevensverstrekking uit de basisregistratie personen. Daarnaast kunnen ook organisaties die werkzaamheden verrichten met een gewichtig maatschappelijk belang daarvoor in aanmerking komen, indien deze werkzaamheden en deze organisaties op grond van artikel 3.3 van de Wet BRP zijn aangewezen. Voorts voorziet artikel 3.13 Wet BRP in systematische gegevensverstrekking aan onderzoeksinstellingen. Waar in het vervolg van deze toelichting zal worden gesproken over "de afnemer" worden daarmee zowel overheidsorganen als derden als onderzoeksinstellingen bedoeld.

Het autorisatiebesluit

Afnemers die systematisch gegevens verstrekt willen krijgen uit de basisregistratie personen dienen hiertoe een verzoek in bij de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Het verzoek wordt gedaan in de vorm van een autorisatieaanvraagformulier. In dit formulier is aangegeven welke gegevens, over welke personen en voor welke taken de aanvrager op systematische wijze verstrekt wenst te krijgen. Het verzoek wordt getoetst, waarbij wordt uitgegaan van de beoordelingscriteria zoals deze zijn neergelegd in de Wet BRP en het Besluit basisregistratie personen (Besluit BRP). Onder meer bepalend is of en in hoeverre de verstrekking van de gegevens noodzakelijk is voor de goede vervulling van de taak van de aanvrager. Hierbij wordt steeds de bescherming van de persoonlijke levenssfeer van de personen, van wie de aanvrager gegevens verstrekt wenst te krijgen, gewaarborgd.

Na toetsing van het autorisatieverzoek wordt door de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties een autorisatiebesluit ten behoeve van de aanvrager genomen. In dit autorisatiebesluit wordt bepaald welke gegevens over welke categorieën van personen en in welke gevallen aan de afnemer worden verstrekt. Aan het autorisatiebesluit kunnen voorschriften en beperkingen worden verbonden in het belang van een zorgvuldige en doelmatige gegevensverstrekking.

Het autorisatiebesluit wordt voor zover mogelijk technisch vertaald in een zogenoemde autorisatietabelregel. Aan de hand van de autorisatietabelregel wordt de geautoriseerde afnemer herkend en kan de gegevensverstrekking vanuit de basisregistratie personen geautomatiseerd afgewikkeld worden.

2. Toelichting op de wijzen van verstrekken

De systematische gegevensverstrekking uit de basisregistratie personen kan op verschillende wijzen plaatsvinden. Op grond van dit besluit vindt de verstrekking op de volgende manieren plaats:

De verstrekking op verzoek

Een afnemer kan op verzoek een set gegevens van een persoonslijst verstrekt krijgen. In het autorisatiebesluit is opgenomen welke gegevens van welke categorieën personen mogen worden opgevraagd.

Indien een onderzoek is ingesteld of afgerond naar een gegeven of een verzameling van gegevens, wordt hiervan bij het verstrekte gegeven melding gedaan.

Bij verstrekking van gegevens van een persoonslijst die deel uitmaakt van de Registratie niet-ingezetenen, is het van belang om aan te geven wanneer de gegevens op de persoonslijst geverifieerd zijn en welke organisatie de in een categorie opgenomen gegevens heeft aangeleverd. Om dit te bereiken, worden de verificatiegegevens of de gegevens over de aanleverende organisatie meeverstrekt als er gegevens worden verstrekt uit een categorie waarin die gegevensgroepen voorkomen.

Op een persoonslijst kan bij historische gegevens de indicatie “onjuist dan wel strijdigheid met de openbare orde” geplaatst worden. Deze gegevens zijn foutief en worden daarom in principe niet verstrekt.

Indien gegevens worden opgevraagd van een persoonslijst die is opgeschort, hetgeen onder meer gebeurt indien een ingeschrevene is overleden of geëmigreerd, worden de reden en datum opschorting bijhouding van de persoonslijst meeverstrekt.

3. De Universiteit Maastricht

Dit besluit is een autorisatiebesluit dat is genomen ten behoeve van de Universiteit Maastricht (in dit besluit genoemd: de onderzoeksinstelling). De onderzoeksinstelling is een instelling als bedoeld in artikel 1.2 van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek.

Om als onderzoeksinstelling voor systematische gegevensverstrekking uit de basisregistratie personen in aanmerking te komen, moet zijn voldaan aan de volgende voorwaarden:

  • het onderzoek moet een algemeen belang dienen;

  • de gegevens uit de basisregistratie personen moeten noodzakelijk zijn voor het betreffende onderzoek;

  • de verzoeker dient te hebben aangetoond dat de nodige voorzieningen zijn getroffen teneinde te verzekeren dat verdere verwerking van de verstrekte gegevens uitsluitend geschiedt ten behoeve van het onderzoek en dat ook overigens is voorzien in zodanige waarborgen dat de persoonlijke levenssfeer van de betrokkene niet onevenredig wordt geschaad;

  • de gegevens mogen slechts in geanonimiseerde vorm aan derden beschikbaar worden gesteld, tenzij de ingeschrevene uitdrukkelijk met de voorgenomen openbaarmaking van de hem betreffende gegevens heeft ingestemd; en

  • het College bescherming persoonsgegevens is over het verzoek om systematische gegevensverstrekking uit de basisregistratie personen gehoord.

De onderzoeksinstelling voldoet aan deze voorwaarden.

3.1. De taak van de onderzoeksinstelling

Een toelichting van het onderzoek waarvoor de onderzoeksinstelling gegevens vertrekt krijgt uit de basisregistratie personen is opgenomen in bijlage I van dit besluit.

3.2. Wijzen van verstrekken aan de onderzoeksinstelling

De onderzoeksinstelling krijgt de gegevens die noodzakelijk zijn voor de vervulling van de hierboven beschreven taken op systematische wijze verstrekt uit de basisregistratie personen. De systematische verstrekking aan de onderzoeksinstelling vindt plaats door middel van gegevensverstrekking op verzoek.

De verstrekking van gegevens op verzoek aan de onderzoeksinstelling

De onderzoeksinstelling mag op verzoek gegevens opvragen uit de basisregistratie personen. Het betreft de gegevens die zijn opgenomen in bijlage II bij dit besluit. De onderzoeksinstelling mag gegevens opvragen over de personen waarop het onderzoek betrekking heeft.

3.3. Toelichting te verstrekken gegevens

Categorie 01 en 51 Persoon

De onderzoeksinstelling dient de identiteit van de betrokkenen vast te kunnen stellen. De onderzoeksinstelling krijgt hiertoe de identificerende gegevens uit categorie 01 van de persoonslijst van de ingeschrevene verstrekt. Het A-nummer wordt gebruikt om de verschillende verstrekkingen die uit de basisregistratie personen worden ontvangen aan elkaar te koppelen en tot de juiste persoon te herleiden. Gegevens uit categorie 01 dienen tevens om de ingeschrevene op de juiste wijze aan te kunnen schrijven.

Categorie 06 Overlijden

De onderzoeksinstelling krijgt het gegeven “Datum overlijden” uit categorie 06 van de persoonslijst van de ingeschrevene verstrekt om vast te kunnen stellen of de ingeschrevene nog in leven is.

Categorie 07 Inschrijving

De onderzoeksinstelling krijgt het gegeven “Indicatie geheim” uit categorie 07 van de persoonslijst van de ingeschrevene verstrekt. Met dit gegeven wordt aangeduid of een ingeschrevene de gemeente heeft verzocht om zijn of haar gegevens niet te verstrekken aan derden, dan wel aan kerken. Indien dit het geval is, kan de onderzoeksinstelling aanvullende maatregelen treffen om de privacy van de ingeschrevene te waarborgen.

Categorie 08 en 58 Verblijfplaats

Gegevens uit de categorieën 08 en 58 van de persoonslijst van de ingeschrevene worden verstrekt ten behoeve van de correspondentie met de ingeschrevene. De gegevens betreffende de verblijfplaats van de ingeschrevene kunnen ook van belang zijn in verband met het vaststellen van de sociaaleconomische achtergrond van de ingeschrevene.

4. Inlichtingenplicht

Teneinde de autorisatie actueel te houden dient de onderzoeksinstelling tijdig inlichtingen te verschaffen over wijzigingen die zich voordoen in zijn taak, in de regelingen waarop die taak is gebaseerd of wijzigingen in de gegevens uit de basisregistratie personen die noodzakelijk zijn voor de uitvoering van die taak. Het is de uitdrukkelijke verantwoordelijkheid van de onderzoeksinstelling om deze informatie onverwijld kenbaar te maken aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Eventuele gevolgen van onjuistheden in de autorisatie als gevolg van het niet of niet tijdig doorgeven van dergelijke wijzigingen komen voor de verantwoordelijkheid van de onderzoeksinstelling.

5. Publicatie

Dit besluit wordt gepubliceerd in de Staatscourant. Het besluit wordt tevens geplaatst op de internetpagina van het Agentschap BPR, www.bprbzk.nl.

Naar boven