Wijziging van 13 september 2016 van de vrijstelling biociden VectoBac WG®en Aqua-K-Othrine®exotische muggen 2016

IENM/BSK-2016/169202

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu,

handelende in overeenstemming met de Staatssecretaris van Economische Zaken;

gezien het verzoek van de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 25 augustus 2016, kenmerk 997921-153701-PG om de vrijstellingen van het verbod op het gebruik van de biociden VectoMax®, VectoBac®WG en Aqua-K-Othrine® te wijzigen in verband met een verruiming van de toepassing van deze biociden;

gelet op artikel 46, eerste lid, van de Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden;

BESLUIT:

ARTIKEL I

Het besluit tot vrijstelling op grond van artikel 46, eerste lid, Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden inzake de biociden VectoBac®WG en Aqua-K-Othrine® van 19 mei 2016, met kenmerk IENM/BSK-2016/81048 (Vrijstelling biociden VectoBac WG en Aqua-K-Othrine exotische muggen 2016)1 wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 1 wordt ‘VectoBac®WG en Aqua-K-Othrine®’ vervangen door: VectoMax®, VectoBac®WG en Aqua-K-Othrine®

B

Artikel 2 komt te luiden:

Artikel 2

Ten behoeve van de bestrijding van de larven en adulten van invasieve exotische muggen is het op de markt aanbieden voor uitsluitend het hierna genoemde gebruik en het gebruik in de hierna genoemde omstandigheden toegestaan van:

  • a. het middel VectoBac®WG in kunstmatige waterpartijen op en tot 500 meter rond bedrijven die gebruikte banden importeren;

  • b. het middel Aqua-K-Othrine® op en tot 200 meter rond bedrijven die gebruikte banden importeren;

  • c. het middel VectoMax in kunstmatige waterpartijen op en tot 500 meter rond bedrijven die gebruikte banden importeren, in kleine waterbevattende objecten op en tot 500 meter rond volkstuincomplexen en begraafplaatsen;

  • d. de middelen VectoMax®, VectoBac®WG en Aqua-K-Othrine® op overige locaties mits aan elk van de volgende voorwaarden is voldaan:

    • 1°. De noodzaak van de bestrijding van exotische muggen op de betreffende locatie blijkt uit een advies van het RIVM en de NVWA.

    • 2°. Aangetoond kan worden dat de bestrijdingsstrategie is gekozen met de minste milieubelasting.

    • 3°. Na het beëindigen van de bestrijding worden per locatie de werkwijze en het behaalde resultaat geëvalueerd en wordt hierover gerapporteerd aan de minister van Infrastructuur en Milieu.

C

Artikel 6 komt te luiden:

Artikel 6

Dit besluit wordt aangehaald als: Vrijstelling biociden VectoBac®WG en Aqua-K-Othrine® exotische muggen 2016.

D

De bijlage wordt als volgt gewijzigd:

1. Na ‘H319: Veroorzaakt ernstige oogirritatie wordt toegevoegd:

H410: Zeer giftig voor in het water levende organismen, met langdurige gevolgen.

2. Na ‘P301+P310: NA INSLIKKEN: Onmiddellijk een ANTIGIFCENTRUM/arts/…raadplegen’ wordt toegevoegd:

Voorschriften en beperkingen voor gebruik VectoMax®

Het middel mag alleen worden toegepast met geschikte handschoenen

De volgende zinnen dienen op het etiket te worden opgenomen:

P260: Stof/rook/gas/nevel/damp/spuitnevel niet inademen.

P280: Beschermende handschoenen/beschermende kleding/oogbescherming/gelaatsbescherming dragen.

P284: Adembescherming dragen.

Daarnaast dienen de volgende zinnen opgenomen te worden:

‘Micro-organismen kunnen mogelijk sensibiliserende reacties veroorzaken.’

‘Onbeschermde personen dienen niet aanwezig te zijn wanneer de behandeling plaatsvindt.’

3. Na ‘Milieuvoorschriften’ wordt toegevoegd: voor toepassing op en bedrijven die gebruikte banden importeren.

ARTIKEL II

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, S.A.M. Dijksma

Bezwaar

Op grond van artikel 7:1 Algemene wet bestuursrecht kan een belanghebbende bij dit besluit daartegen binnen zes weken na de dag waarop dit besluit bekend is gemaakt, een bezwaarschrift indienen bij het bestuursorgaan dat het besluit heeft genomen. Een dergelijk bezwaarschrift dient u

te adresseren aan de Staatssecretaris van het ministerie van Infrastructuur en Milieu, Postbus 20901, 2500 EX Den Haag. Het bezwaarschrift dient te zijn ondertekend en ten minste te bevatten:

  • a. naam en adres van de indiener;

  • b. de dagtekening;

  • c. een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaarschrift zich richt (datum en nummer of kenmerk);

  • d. een opgave van de redenen waarom men zich met het besluit niet kan verenigen;

  • e. een afschrift van het besluit waartegen het bezwaarschrift zich richt.

    Het niet voldoen aan deze eisen kan leiden tot niet-ontvankelijkheid van het bezwaarschrift.

TOELICHTING

Inleiding

Bij brief van 25 augustus 2016, kenmerk 997921-153701-PG heeft de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) gevraagd om een wijziging van de vrijstellingen van het verbod op het gebruik van de volgende middelen voor de bestrijding van invasieve exotische muggen:

  • VectoMax® op basis van de werkzame stoffen Bacillus thuringiensis israeliensis (Bti) en Bacillus sphaericus (Bs);

  • VectoBac®WG op basis van de werkzame stof Bacillus thuringiensis israeliensis (Bti) en

  • Aqua-K-Othrine® op basis van deltamethrin.

Aanleiding voor het verzoek is de vondst van enkele muggen buiten de zone van 500 meter om bedrijven die gebruikte banden importeren. De bestrijding van invasieve exotische muggen met deze middelen is noodzakelijk ter bescherming van de volksgezondheid tijdens het muggenseizoen in 2016.

In overeenstemming met de aanvraag wordt het toepassingsbereik van de vrijstellingen gewijzigd en wordt de vrijstelling voor VectoMax® verlengd tot 1 november 2016. Beide aanpassingen worden uitgevoerd door een wijziging van de Vrijstelling biociden VectoBac®WG en Aqua-K-Othrine® exotische muggen 2016.

Voor de overige locaties waarmee het toepassingsbereik van de vrijstellingen wordt uitgebreid, zijn aanvullende voorwaarden opgenomen. De vrijstellingen blijven voor het overige ongewijzigd, inclusief de gebruiksvoorschriften die voor de biociden in de daarbij opgenomen bijlagen zijn opgenomen. Alleen voor het gebruik van Aqua-K-Othrine® wordt een waarschuwingsvoorschrift voor het gebruik toegevoegd.

Volksgezondheid en invasieve exotische muggen

Invasieve exotische muggen, waaronder de Aziatische tijgermug, kunnen diverse potentieel ernstige ziekten zoals knokkelkoorts (dengue) overdragen en daarom worden deze muggen bestreden. Voor veel infectieziekten die via muggen worden overgedragen is geen adequate behandeling of vaccin beschikbaar. Het voorkómen van vestiging van exotische muggen is daarom een voorzorgsmaatregel om uitbraken van infectieziekten te voorkomen zoals die zich bijvoorbeeld in 2012 op Madeira hebben voorgedaan, waarbij meer 2000 gevallen van dengue gemeld zijn. Ook zika is een voorbeeld van een ziekte die door muggen wordt overgedragen.

Door het bestrijden van de vestiging van exotische muggen die ziekten kunnen overdragen, kan worden voorkomen dat biociden grootschalig moeten worden ingezet, zoals nu het geval is in landen waar deze muggen zijn gevestigd en genoemde ziekten voorkomen.

Verruiming reikwijdte vrijstelling

Met ingang van 3 maart 2016 is een vrijstelling verleend voor VectoMax® en met ingang van 21 mei 2016 (een dag na datum bekendmaking in de Staatscourant) is een vrijstelling verleend voor het gebruik van VectoBac®WG en Aqua-K-Othrine®. Deze vrijstellingen zijn verleend ten behoeve van de bestrijding van larven en adulten van exotische muggen op specifieke locaties en onder specifieke omstandigheden, zijnde de gebruikte-bandenindustrie.

De aanleiding voor de verruiming is het volgende. In de reguliere monitoring zijn recent exotische muggen gevangen op de Luchthaven Schiphol. Verder zijn exotische muggen aangetroffen op een vrachtwagenrecyclingbedrijf in Weert en in een woonwijk in Veenendaal. In beide gevallen betrof het vondsten buiten de reguliere monitoring. Ten slotte worden exotische muggen in Europa steeds noordelijker gesignaleerd, vanuit gebieden met permanente vestiging in Zuid-Europa.

De NVWA en het RIVM adviseren acuut op de locaties in Weert en Veenendaal te bestrijden. Echter, de eerder in 2016 verleende vrijstellingen zijn daartoe niet toereikend omdat het geen bedrijf uit de gebruikte-bandenindustrie betreft. Een bredere vrijstelling waarbij de middelen kunnen worden ingezet bij noodsituaties, is noodzakelijk. Voor zowel situaties binnen als buiten de reguliere monitoring is een follow-up strategie nodig om na het aantreffen van een exotische mug direct tot bestrijding te kunnen overgaan waar nodig. Om deze mogelijkheid te bieden wordt de reikwijdte van de twee vrijstellingen uitgebreid met overige locaties. Artikel 2 van de vrijstelling voor VectoBac®WG en Aqua-K-Othrine® exotische muggen 2016 wordt daartoe zodanig gewijzigd dat het toepassingsgebied voor de drie biociden (inclusief VectoMax®) wordt uitgebreid zoals beschreven in artikel 2, onderdeel c.

Om de inzet van biociden binnen de vrijstelling zo beperkt mogelijk te houden, moet worden voldaan aan de opgenomen voorwaarden die als doel hebben dat het gebruik wordt beperkt tot een absoluut minimum en de impact op de omgeving wordt geminimaliseerd.

Verlenging vrijstelling VectoMax®

In de reguliere monitoring op gebruikte-bandenbedrijven zijn eind juni tijgermuggen aangetroffen. In verband met de volksgezondheidsrisico’s van deze muggen is de NVWA gestart met de bestrijding. Dit loopt door tot het einde van het ‘muggenseizoen’, te weten tot 1 november. Daarvoor moet VectoMax® tot die datum worden ingezet. Vanwege noodzakelijke bestrijdingsacties duurt het muggenseizoen langer dan de oorspronkelijke vrijstellingsperiode van 180 dagen, die begon op 1 maart 2016 en loopt tot eind augustus, is verlenging van de vrijstelling tot 1 november 2016 nodig.

Risicobeoordeling Ctgb

Vanuit humaantoxicologisch en milieutechnisch oogpunt zijn er geen bezwaren tegen een verruiming van de vrijstelling waarbij VectoMax® of VectoBac®WG wordt ingezet om tijgermuggen en andere invasieve exotische muggen op de aangegeven locaties te bestrijden. Er zijn wel risico’s voor aquatische organismen en bestuivers zoals bijen en andere (nuttige) insecten geïdentificeerd bij de toepassing van Aqua-K-Othrine® op andere locaties dan waarvoor de bestaande vrijstelling van toepassing was.

Het Ctgb wijst er op dat schade aan insectenpopulaties buiten de industrieterreinen waar de bandenbedrijven gelegen zijn onvermijdelijk is en pleit er daarom voor om, mede met het oog op behoud van het natuurlijk evenwicht en bescherming van de natuurlijke vijanden, uiterste terughoudendheid te betrachten bij de bestrijding in de wijdere omgeving.

De beschikbaarheid van adequate middelen (zowel adulticide als larvicide middelen) voor de bestrijding van genoemde invasieve exotische muggen is een essentieel onderdeel van de hierna bedoelde integrale aanpak ter voorkoming van de definitieve vestiging van deze muggen in Nederland in het kader van de bescherming van de volksgezondheid.

Beleid exotische muggen

De minister van VWS werkt aan een aanpassing van het beleid rond exotische muggen.

Op 26 juni 2015 is de Tweede Kamer geïnformeerd over de beleidswijzigingen die de minister op dit dossier voor ogen heeft (Kamerstukken II 2014/15, 32 793, nr. 191). Nu zijn gemeenten op grond van de Wet publieke gezondheid nog verantwoordelijk voor de aanpak van exotische muggen wanneer deze in Nederland worden aangetroffen. De bestrijding van de ongewenste invoer en vestiging van exotische muggen in Nederland, zoals de tijgermug, moet in de toekomst onder verantwoordelijkheid van de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport komen. De uitvoering, het toezicht en de handhaving komt in handen van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA). Daarnaast wordt de minister in staat gesteld preventieve maatregelen op te leggen en daar sancties aan te koppelen bij het niet opvolgen van deze maatregelen. Dit alles zal een landelijke uniforme aanpak bevorderen waarmee de vestiging van exotische muggen zolang mogelijk kan worden uitgesteld. De minister van VWS heeft daartoe een voorstel voor wetswijziging van de Wet publieke gezondheid aangekondigd. Het wetsvoorstel (Kamerstukken II 2015/16, 34 472, nr. 2) is op 10 mei 2016 bij de Tweede Kamer ingediend.

De NVWA heeft voor uitvoering voornoemde taken een draaiboek opgesteld op basis van Integrated Pest Management (IPM) met frequente inspecties en bemonsteringen als belangrijke onderdelen. Professionele bestrijders van de NVWA dienen aan de hand van dit draaiboek te werk te gaan bij een vondst van een exotische mug. Het Centrum Monitoring Vectoren (CMV) van de NVWA voert volgens een vast programma regelmatige surveys uit.

Op grond van het bovenstaande en tegen de achtergrond van de waarborgen van gecontroleerde en effectieve bestrijding in een IPM-aanpak en de inzet van professionele bestrijders door de NVWA, adviseert het Ctgb om, ondanks de geconstateerde ecotoxicologische risico’s bij toepassing van Aqua-K-Othrine®, toch positief te beslissen op dit verzoek tot verruiming van de huidige vrijstelling voor alle drie de middelen.

De minister van VWS heeft voorts via de Wereld Gezondheidsorganisatie (WHO) de ontwikkeling van een kader gefinancierd om de komende jaren de preventie, monitoring en bestrijding van deze invasieve exotische muggen te verbeteren (2014-2020). Het kader moet de lidstaten helpen bij het ontwikkelen of actualiseren van hun eigen operationele plannen, de harmonisatie van deze plannen en benaderingen tussen landen, grensoverschrijdende actie te ondernemen en mobiliseren van middelen om deze plannen uit te voeren.

De ervaring leert dat er ondanks deze maatregelen toch exotische muggen worden aangetroffen. Dat maakt het gebruik van biociden tegen larven en volwassen muggen een essentieel onderdeel van de bestrijding. De aanpak van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) bij de aansturing en organisatie van de bestrijding van de tijgermug is vormgegeven volgens de principes van het IVM (Integral Vector Management), een door de WHO voorgestane aanpak.

De bestrijding zelf berust op 3 pijlers:

  • 1. het verwijderen/voorkomen van broedplaatsen;

  • 2. het bestrijden van de larven;

  • 3. het bestrijden van de adulten.

De bestrijding wordt uitsluitend uitgevoerd door getrainde experts onder toezicht van de NVWA en waar nodig ondersteund door Kennis en Adviescentrum Dierplagen (KAD) en RIVM.

Artikelsgewijze toelichting

Artikel I, onderdelen A en B

Artikel 1 regelt de uitbreiding van de vrijstelling voor VectoBac®WG en Aqua-K-Othrine® met VectoMax® (onderdeel A). De reikwijdte van artikel 2 wordt verruimd met de toevoeging van het biocide VectoMax® en de mogelijkheid tot toepassing van de biociden VectoMax®, VectoBac®WG en Aqua-K-Othrine® op overige locaties waar er noodzaak is tot bestrijding van exotische muggen (onderdeel B).

Artikel I, onderdeel C

De citeertitel in artikel 6 wordt gelijkgetrokken met de tekst (citeertitel) die tussen haakjes staat aan het einde van het opschrift van de vrijstelling van 19 mei 2016.

Artikel I, onderdeel D

De bijlage wordt op een drietal punten gewijzigd.

Ten eerste wordt geregeld dat het etiket met gebruiksvoorschriften voor Aqua-K-Othrine® aanvullende informatie over een gebruiksrisico bevat (sub 1). Voorts worden er voorschriften en beperkingen voor VectoMax® toegevoegd (sub 2). De wijziging van een titelkop in de bijlage betreft een redactionele verduidelijking (sub 3).

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, S.A.M. Dijksma

Naar boven