Logo Lelystad
Concept Ontwerpbestemmingsplan Lelystad – uitbreiding luchthaven, Lelystad

Ter voldoening aan artikel 1.3.1. van het Besluit ruimtelijke ordening geven burgemeester en wethouders van Lelystad kennis dat zij voornemens zijn een bestemmingsplan Lelystad- Uitbreiding Luchthaven voor te bereiden.

Op 1 april 2015 is het Luchthavenbesluit Lelystad in werking getreden. Op grond van artikel 8.70, tweede lid, in samenhang met artikel 8.47, tweede lid, en artikel 8.8 van de Wet luchtvaart dienen de gemeenten het luchthavengebied en de beperkingengebieden alsmede de beperkingen, die daarin gelden, binnen een jaar na inwerkingtreding van het luchthavenbesluit in hun bestemmingsplannen op te nemen. Dit Luchthavenbesluit geldt als ware het een aanwijzing van het Rijk. Dat wil zeggen dat de gemeente verplicht is haar bestemmingsplan(nen) in overeenstemming met het Luchthavenbesluit te brengen. Tegen het Luchthavenbesluit is geen beroep mogelijk

De uitbreiding van de start- en landingsbaan van de Luchthaven Lelystad en de bouw van een nieuwe terminal passen niet binnen het op 12 februari 2014 onherroepelijk geworden bestemmingsplan Lelystad Luchthaven. Reden waarom een nieuw bestemmingsplan Lelystad- Uitbreiding Luchthaven in procedure dient te worden gebracht. Dit bestemmingsplan maakt alleen de aanleg en bouw mogelijk van de genoemde faciliteiten die noodzakelijk zijn voor de uitbreiding van de Luchthaven. Het gebruik van de gronden van het Luchthaventerrein en het bedrijventerrein is reeds geregeld in het eerdergenoemde bestemmingsplan Lelystad Luchthaven. In het bestemmingsplan is zoveel mogelijk uitgegaan van de teksten zoals opgenomen in het Luchthavenbesluit.

Omdat de inhoud van het bestemmingsplan voor het grootste deel wordt bepaald door het Luchthavenbesluit van de Minister en hiertegen geen beroep mogelijk is, is door de raad besloten direct een ontwerpbestemmingsplan in procedure te brengen. Het ontwerpbesluit wordt binnenkort voor zes weken ter inzage gelegd. In deze periode kan een ieder een zienswijze indienen

Opgemerkt wordt dat op grond van artikel 1.3.1. lid 2 wordt vermeld dat geen gelegenheid wordt geboden zienswijzen naar voren te brengen over het voornemen een bestemmingsplan op te stellen, en dat geen onafhankelijke instantie in de gelegenheid wordt gesteld advies uit te brengen over het voornemen.

Naar boven