Mandaat-, volmacht- en machtigingsbesluit Bpf HiBiN 2014

Het Bestuur van de Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Handel in Bouwmaterialen,

Gelet op:

  • hoofdstuk 10 van de Algemene wet bestuursrecht,

  • artikel 14 lid 4 van de Statuten van het Fonds van 25 november 2014.

Overweegt dat:

  • de Wet verplichte deelneming in een bedrijfstakpensioenfonds 2000 regels stelt met betrekking tot de verplichte deelneming in een bedrijfstakpensioenfonds voor een of meer bepaalde groepen van personen die in de betrokken bedrijfstak werkzaam zijn;

  • het Vrijstellings- en boetebesluit Wet Bpf 2000 regels stelt omtrent de mogelijkheid tot vrijstelling van die verplichting;

  • het noodzakelijk is dat het ter zake van de uitoefening van de bevoegdheden die uit het Vrijstellings- en boetebesluit Wet Bpf 2000 voor hem voortvloeien als volgt mandaat verleent aan de voorzitters, Commissie Verplichtstelling en directeur van het fonds.

Besluit:

Artikel 1

In dit besluit wordt verstaan onder:

a. Fonds:

de Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Handel in Bouwmaterialen.

b. Statuten:

de statuten van het Fonds van 25 november 2014.

c. Bestuur:

het bestuur van het Fonds bedoeld in artikel 8 van de Statuten.

d. Voorzitters:

de leden van het Bestuur die op grond van artikel 8 lid 4 van de Statuten beurtelings de functie van voorzitter en vice-voorzitter bekleden.

e. Commissie Verplichtstelling:

een door het bestuur benoemde commissie zoals bedoeld in artikel 14 lid 4 van de Statuten.

f. Directeur:

de directeur van het Fonds bedoeld in artikel 19 van de Statuten.

g. Bestuursbureau:

het bestuursbureau van het Fonds.

h. Bevoegdheid:

de bevoegdheid tot het nemen van besluiten als bedoeld in artikel 1:3 van de Algemene wet bestuursrecht.

i. Mandaat:

de bevoegdheid bedoeld in artikel 10:1 van de Algemene wet bestuursrecht.

j. Gemandateerde:

degene aan wie mandaat is verleend.

k. Ondermandaat:

de bevoegdheid bedoeld in artikel 10:9 van de Algemene wet bestuursrecht.

Artikel 2

  • 1. Het Bestuur verleent mandaat aan elk van beide Voorzitters, aan de Commissie Verplichtstelling en aan de Directeur om alle aan het Bestuur toekomende bevoegdheden uit het Vrijstellings- en boetebesluit Wet Bpf 2000 uit te oefenen.

  • 2. Het mandaat omvat niet de bevoegdheid van de gemandateerde tot het beslissen op een bezwaarschrift indien het besluit waartegen het bezwaar zich richt door die gemandateerde is genomen.

  • 3. Het mandaat omvat niet de bevoegdheid van de gemandateerde tot het beslissen op een bezwaarschrift indien hij ondergeschikt is aan degene, die het besluit waartegen het bezwaar zich richt (al dan niet in mandaat) heeft genomen.

  • 4. De gemandateerde kan, onverminderd het bepaalde in artikel 3, ondermandaat verlenen voor met name te noemen bevoegdheden aan medewerkers van het Fonds.

  • 5. De gemandateerde kan ondermandaat verlenen voor met name te noemen bevoegdheden aan anderen dan de in het derde lid genoemde functionarissen indien dit voor een goede taakuitoefening noodzakelijk is, zulks met inachtneming van het bepaalde in artikel 10:4 lid 1 van de Algemene wet bestuursrecht.

Artikel 3

De Directeur verleent, gelet op artikel 2 lid 4, ondermandaat aan alle medewerkers van het Bestuursbureau om namens hem primaire beslissingen te nemen op verzoeken tot vrijstelling, zoals bedoeld in artikel 13 van de Wet verplichte deelneming in een bedrijfstakpensioenfonds 2000 en het Vrijstellings- en boetebesluit Wet Bpf 2000.

Artikel 4

  • 1. Het Bestuur verleent doorlopende volmacht en machtiging aan elk van beide Voorzitters, aan de Commissie verplichtstelling en aan de Directeur om alle privaatrechtelijke rechtshandelingen en feitelijke handelingen te verrichten die nodig zijn ter en in direct verband staan met de uitoefening van de aan het Bestuur toekomende bevoegdheden uit de Wet verplichte deelneming in een bedrijfstakpensioenfonds 2000 en het Vrijstellings- en boetebesluit Wet Bpf 2000.

  • 2. De volmacht tot het verrichten van privaatrechtelijke rechtshandelingen is beperkt tot € 25.000 per kwartaal.

Artikel 5

  • 1. Besluiten genomen krachtens bij dit besluit verleend mandaat worden ondertekend als volgt: ‘Het Bestuur van de Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Handel in Bouwmaterialen, namens deze,’ (volgt naam en functie van de ondertekenaar).

  • 2. Het krachtens volmacht ondertekenen van stukken geschiedt als volgt:

    ‘De Stichting bedrijfstakpensioenfonds voor de Handel in Bouwmaterialen, namens deze,’ (volgt naam en functie van de ondertekenaar).

Artikel 6

  • 1. Dit besluit treedt in werking op de dag na publicatie in de Staatscourant en werkt terug tot en met 1 november 2014.

  • 2. Dit besluit wordt tevens gepubliceerd op de website van het Fonds.

  • 3. Dit besluit kan worden aangehaald als ‘Mandaat-, volmacht- en machtigingsbesluit Bpf HiBiN 2014’.

Nieuwegein, 16 december 2014

Het Bestuur Voorzitter, C. Lonsain

Vice-voorzitter, A. Slingerland

Directeur, R. Braaksma

Naar boven