VERKEERSBESLUIT bordensanering Terheijden
Logo Drimmelen
Burgemeester en wethouders van Drimmelen,
Gelet op:
  • -
    artikel 18, lid 1 onder d van de Wegenverkeerswet 1994 (hierna: WVW 1994) ingevolge verkeersbesluiten worden genomen door burgemeester en wethouders voor zover zij betreffen het verkeer op wegen, welke niet in beheer zijn bij het Rijk, de Provincie of een waterschap;
  • -
    artikel 15, lid 1 van de WVW 1994 ingevolge de plaatsing of verwijdering van de bij algemene maatregel van bestuur aangewezen verkeerstekens en onderborden, voor zover daardoor een gebod of verbod ontstaat, geschiedt krachtens een verkeersbesluit;
  • -
    artikel 12 van het Besluit Administratieve Bepalingen inzake het Wegverkeer (hierna: BABW) ingevolge de plaatsing/verwijdering van verkeerstekens van Bijlage 1 van het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990 (hierna: RVV 1990), zoals verwoord in dit verkeersbesluit, moet geschieden krachtens een verkeersbesluit;
  • -
    artikel 24 van het BABW ingevolge verkeersbesluiten worden genomen na overleg met (een gemachtigde van) de korpschef van de politie;
Overwegende dat:
  • -
    de gemeenteraad in 2011 bij de kerntakendiscussie heeft besloten om het aantal verkeersborden binnen de gemeente te verminderen;
  • -
    in dat kader en ten behoeve van het integraal beheer van de openbare ruimte in 2012 een inventarisatie van alle verkeersborden binnen de gemeente heeft plaatsgevonden;
  • -
    deze verkeersborden vanuit verkeerskundig en juridisch oogpunt zijn beoordeeld naar de noodzaak ze te handhaven;
  • -
    één van de redenen hiertoe is gelegen in het feit dat de afgelopen jaren in het kader van het programma Duurzaam Veilig aanpassingen aan het wegennet zijn gedaan waardoor diverse verkeersborden overbodig zijn geworden;
  • -
    het verminderen van het aantal verkeersborden in de openbare ruimte mede wordt ondersteund door veranderende wet- en regelgeving;
  • -
    een voorbeeld hiervan wordt gevormd door in- en uitritconstructies welke een zelfstandige betekenis hebben gekregen, waardoor het plaatsen van borden ter regeling van de voorrang bij dergelijke constructies overbodig is geworden;
  • -
    een teveel aan (deels overbodige) borden daarnaast een nadelige werking heeft op de kwaliteit en belevenis van de openbare ruimte;
  • -
    de gemeente gelet op het voorgaande dan ook een kloppend verkeerssysteem nastreeft door verkeerskundig of juridisch overbodige bebording te verwijderen;
  • -
    de gemeente daarnaast ook streeft naar het realiseren van een verbeteringsslag ten aanzien van de bebording die blijft staan, zoals het wijzigen van woonerven in 30 km/uur zones;
  • -
    aandachtspunt met betrekking tot het verwijderen van de overbodige verkeersbesluitplichtige bebording wordt gevormd door het feit dat het in zijn totaliteit om een grote hoeveelheid bebording gaat;
  • -
    het vanuit het oogpunt van overzichtelijkheid dan ook niet wenselijk is om al deze te verwijderen borden op te nemen in één enkel verkeersbesluit;
  • -
    in verband hiermee dan ook is besloten om voor elke kern binnen de gemeente een specifiek verkeersbesluit op te stellen;
  • -
    dit betekent dat voor elk van de volgende kernen een separaat verkeersbesluit wordt opgesteld waarin wordt ingegaan op de besluitplichtige bebording die in die betreffende kern wordt verwijderd in het kader van de bordensanering:
    • 1.
      Drimmelen;
    • 2.
      Helkant en Hooge Zwaluwe;
    • 3.
      Lage Zwaluwe en Blauwe Sluis;
    • 4.
      Made;
    • 5.
      Terheijden;
    • 6.
      Wagenberg
  • -
    dit verkeersbesluit betrekking heeft op de wegen die bij de kern Terheijden horen;
  • -
    ten eerste met betrekking tot een aantal straten in de kern Terheijden is geconstateerd dat het naast de weg gelegen trottoir of pad door middel van bebording is aangewezen als voetpad;
  • -
    het in deze gaat om de volgende straten: Markschans, Garsdries, Berkenhof en Elzenhof;
  • -
    het bij elk van de bovengenoemde straten echter vanuit de inrichting ter plaatse reeds duidelijk is dat het betreffende trottoir of pad voor voetgangers bestemd is, wat de aanwezigheid van de bebording feitelijk overbodig maakt;
  • -
    het gelet op het voorgaande dan ook wenselijk wordt geacht om de aanduiding van de trottoirs en paden in bovengenoemde straten als voetpad op te heffen;
  • -
    ten tweede in een aantal straten in de huidige situatie een geslotenverklaring voor motorvoertuigen op meer dan twee wielen van kracht is, waarvan middels onderborden enkel bestemmingsverkeer wordt uitgezonderd;
  • -
    deze geslotenverklaringen van kracht zijn in de Schuivenoordseweg, Laakdijk en Molenpad;
  • -
    handhaving op de hierboven genoemde geslotenverklaringen echter bijzonder moeilijk is, aangezien er geen duidelijke kaders bestaan die aangeven wanneer een voertuig wel of niet tot bestemmingsverkeer behoort;
  • -
    het gelet op het voorgaande dan ook wenselijk wordt geacht om de betreffende geslotenverklaring in de bovengenoemde wegen in zijn geheel op te heffen;
  • -
    als derde maatregel het huidige eenrichtingsregime, waarvan fietsers en bromfietsers worden uitgezonderd, in de straat Omloop is bekeken;
  • -
    dit eenrichtingsregime zodanig is ingesteld dat de Omloop enkel vanaf de Schotenstraat ingereden mag worden;
  • -
    in dat verband zowel ter hoogte van Omloop huisnummer 11 als ter hoogte van de aansluiting op de Vliethof middels bebording is aangegeven dat van die zijde een geslotenverklaring van kracht is, waarvan enkel fietsers en bromfietsers uitgezonderd worden;
  • -
    de geslotenverklaring die ter hoogte van de aansluiting op de Vliethof staat echter overbodig is, gezien het feit dat het weggedeelte van de Omloop gelegen tussen huisnummer 11 en de Vliethof voldoende breed is om verkeer in twee rijrichtingen te faciliteren;
  • -
    dit ook wenselijk wordt geacht gezien de aanwezigheid van garageboxen en parkeergelegenheid op dit weggedeelte van de Omloop;
  • -
    derhalve is besloten om het eenrichtingsregime op het gedeelte van de Omloop gelegen tussen huisnummer 11 en de aansluiting op de Vliethof op te heffen door de huidige geslotenverklaring ter hoogte van het kruispunt Omloop – Vliethof op te heffen;
  • -
    als vierde maatregel de aanduiding van de straten Bolderik, Garsdries, Gagelveld, Kwakerpad, Abtslaan en Vlasweel als woonerf in ogenschouw is genomen;
  • -
    hierbij is geconstateerd dat deze aanduiding, middels borden die het begin en einde van het erf aangeven, ook op een aantal locaties is geplaatst waar dit niet logisch dan wel niet nodig is;
  • -
    dit bijvoorbeeld het geval is wanneer bebording is geplaatst op locaties waar de straat niet conform de inrichtingseisen van een erf is ingericht of bij (verbindings)paden die de straat met omliggende straten verbinden, maar qua inrichting feitelijk alleen maar voor voetgangers geschikt zijn;
  • -
    dit laatste punt reden voor de gemeente is om de erfborden ter hoogte van de volgende locaties te verwijderen:
    • de borden die bij het (voet)pad staan dat vanaf de Zeggelaan richting Vlasweel huisnummers 9 en 11 loopt;
    • de borden die bij het (voet)pad aan de noordzijde van de Abtslaan, ter hoogte van huisnummer 54 staan;
    • de borden die bij het (voet)pad aan de noordzijde van de Abtslaan, ter hoogte van huisnummer 34 staan;
    • de borden die ter hoogte van Liesveld huisnummer 24 bij het (voet)pad tussen de straten Gagelveld en Liesveld staan;
    • het bord dat ter hoogte van Bolderik huisnummer 5 bij het (voet)pad richting de Hulsdonk staat;
  • -
    verder ook nog een tweetal locaties aanwezig is waar middels bebording het begin en einde van een erf is aangegeven, terwijl dit niet als zodanig herkenbare in- en uitgangen van een erf zijn;
  • -
    dit de volgende locaties betreft, waar een fysieke afsluiting in de vorm van paaltjes of fietssluis in de weg is aangebracht;
    • de fysieke afsluiting in de Garsdries ter hoogte van huisnummer 10;
    • de fysieke afsluiting in het Kwakerpad, ter hoogte van de aansluiting op de Garsdries/Hulsdonk;
  • -
    als vijfde is gekeken naar het gebruik, de inrichting en de functie van de Molenstraat voor zover gelegen binnen de bebouwde kom van Terheijden;
  • -
    hieruit geconcludeerd is dat de weg voornamelijk een functie heeft voor het ontsluiten van de aan de weg gelegen percelen;
  • -
    de weg daarmee als zogenaamde erftoegangsweg binnen de bebouwde kom gecategoriseerd kan worden, waarop conform landelijke richtlijnen een snelheidsregiem van 30 km/uur van kracht is;
  • -
    dit snelheidsregiem ook prima past bij de huidige situatie aangezien de inrichting van de weg reeds kenmerken vertoont die overeenkomen met de inrichting van een erftoegangsweg binnen de bebouwde kom, zoals bijvoorbeeld de afwezigheid van asmarkering en gemengd gebruik van de rijbaan door motorvoertuigen en langzaam verkeer;
  • -
    de hoeveelheid verkeer op de Molenstraat daarnaast past bij de functie van erftoegangsweg, want onder de 3.000 motorvoertuigen per etmaal ligt;
  • -
    het gelet op het voorgaande, alsook vanuit het oogpunt van verkeersveiligheid, dan ook wenselijk wordt geacht om op de gehele Molenstraat, voor zover gelegen binnen de bebouwde kom, een 30 km/uur zone in te stellen;
  • -
    een kenmerk van 30 km/uur zones bestaat uit het feit dat er binnen de zone geen voorrangsregelingen van kracht zijn, waarbij ter hoogte van kruispunten dan de algemene voorrangsregel ‘bestuurders van rechts hebben voorrang’ geldt;
  • -
    het wenselijk wordt geacht de Molenstraat overeenkomstig dit principe in te richten teneinde de functie van de straat en het 30 km/uur regiem te benadrukken;
  • -
    dit betekent dat alle huidige voorrangsregelingen die ter hoogte van zijstraten van de Molenstraat van kracht zijn worden opgeheven;
  • -
    als zesde is geconstateerd dat in de Molenstraat een aantal borden staan die overbodig zijn;
  • -
    het hierbij ten eerste gaat om de aanduiding van de Molenstraat als voorrangsweg;
  • -
    de Molenstraat, mede gelet op het voorgaande punt, namelijk in een 30 km/uur zone is gelegen, waarbinnen conform de uitvoeringsvoorschriften BABW inzake verkeerstekens geen voorrangswegen worden aangewezen;
  • -
    de betreffende aanduiding als voorrangsweg dan ook wordt opgeheven door de borden, die ter hoogte van huisnummer 2 en huisnummer 7 staan, te verwijderen;
  • -
    tot slot ter hoogte van de huisnummers 58 t/m 64 middels een bord een verplicht fietspad is ingesteld;
  • -
    dit echter om een afstand van ongeveer 20 meter gaat, waarbij het uit de inrichting van de weg voorts reeds duidelijk is dat de aanwezige fietsstrook hier over een korte afstand van de weg wordt gescheiden door een haagje;
  • -
    de aanduiding van dit korte stukje als verplicht fietspad derhalve overbodig wordt geacht en het betreffende bord dan ook wordt verwijderd;
  • -
    als zevende is geconstateerd dat rondom de tennisvereniging, gelegen aan de zuidzijde van de Ruitersvaartseweg, een pad loopt dat middels bebording is aangewezen als verplicht fietspad;
  • -
    uit de inrichting van de openbare ruimte echter duidelijk blijkt dat het betreffende pad onderdeel van het trottoir is en ook als zodanig is ingericht;
  • -
    het derhalve wenselijk wordt geacht om de aanduiding van dit trottoir als verplicht fietspad hierbij op te heffen;
  • -
    als achtste is geconstateerd dat vanaf het kruispunt Vlietstraat – Rode Vaart een pad in oostelijke richting loopt naar de Schimmelseweg dat als onverplicht fietspad is aangewezen, terwijl uit de inrichting duidelijk blijkt dat dit pad onderdeel uitmaakt van het aanwezige trottoir;
  • -
    het derhalve wenselijk wordt geacht om de huidige aanduiding als onverplicht fietspad op te heffen;
  • -
    het treffen van een verkeersmaatregel een normale maatschappelijke ontwikkeling is waarmee een ieder kan worden geconfronteerd en waarvan de nadelige gevolgen in beginsel voor rekening van betrokkenen behoren te blijven;
  • -
    het verwijderen van de in dit besluit genoemde bebording geen grondslag heeft op basis van artikel 2 van de WVW 1994 aangezien het gaat om het verwijderen van bebording die juridisch en/of ruimtelijk niet noodzakelijk is;
  • -
    de onder ‘besluiten’ genoemde (delen van) wegen binnen de bebouwde kom van de kern Terheijden liggen en in eigendom, beheer en onderhoud zijn bij de gemeente Drimmelen;
  • -
    het college van burgemeester en wethouders, overeenkomstig artikel 18, lid 1 onder d van de WVW 1994, het bevoegd gezag is voor het nemen van dit verkeersbesluit;
  • -
    overeenkomstig artikel 24 van het BABW overleg is gevoerd met de gemachtigde van de korpschef van de (nationale) politie en dat er positief is geadviseerd;
nemen, gelet op het voorgaande, de volgende
BESLUITEN
  • 1.
    door het verwijderen van de borden model G7 van Bijlage 1 van het RVV 1990 de aanduiding als voetpad van het aanwezige trottoir / pad in de volgende straten op te heffen:
  • a.
    Markschans;
  • b.
    Garsdries;
  • c.
    Berkenhof;
  • d.
    Elzenhof;
  • 2.
    de huidige geslotenverklaring voor motorvoertuigen op meer dan twee wielen, waarvan enkel bestemmingsverkeer wordt uitgezonderd, op de hieronder genoemde straten op te heffen door het verwijderen van de borden model C6 van Bijlage 1 van het RVV 1990 en de onderborden met de tekst ‘uitgezonderd bestemmingsverkeer’:
  • a.
    Schuivenoordseweg;
  • b.
    Laakdijk;
  • c.
    Molenpad;
  • 3.
    het huidige eenrichtingsregime op het weggedeelte van de Omloop gelegen tussen huisnummer 11 en de aansluiting op de Vliethof op te heffen door het verwijderen van het bord model C2 van Bijlage 1 van het RVV 1990 en het daaronder aanwezige onderbord model OB54, welke ter hoogte van de aansluiting van de Omloop op de Vliethof staan;
  • 4.
    de aanduiding van het begin en/of einde van een erf op de hieronder genoemde locaties op te heffen door het verwijderen van de borden model G5 en G6 van Bijlage 1 van het RVV 1990:
  • a.
    die bij het (voet)pad staan dat vanaf de Zeggelaan richting Vlasweel huinsummers 9 en 11 loopt;
  • b.
    die bij het (voet)pad aan de noordzijde van de abtslaan, ter hoogte van huisnummer 54 staan;
  • c.
    die bij het (voet)pad aan de noordzijde van de Abtslaan, ter hoogte van huisnummer 34 staan;
  • d.
    die ter hoogte van Liesveld huisnummer 24 bij het (voet)pad tussen de straten Gagelveld en Liesveld staan;
  • e.
    die ter hoogte van Bolderik huisnummer 5 bij het (voet)pad richting de Hulsdonk staat;
  • f.
    die bij de fysieke afsluiting in de Garsdries ter hoogte van huisnummer 10 staan;
  • g.
    die bij de fysieke afsluiting in het Kwakerpad ter hoogte van de aansluiting op de Garsdries/Hulsdonk staan;
  • 5.
    door het (ver)plaatsen van borden model A1, zonaal uitgevoerd als begin en einde 30 km/uur zone, de gehele Molenstraat op te nemen in de 30 km/uur zone binnen de bebouwde kom van de kern Terheijden;
  • 6.
    de huidige aanduiding van de Molenstraat als voorrangsweg binnen de bebouwde kom van Terheijden op te heffen door het verwijderen van de borden model B1 van Bijlage 1 van het RVV 1990;
  • 7.
    de huidige voorrangsregelingen ter hoogte van de hieronder genoemde kruispunten op te heffen door het verwijderen van borden model B6 van Bijlage 1 van het RVV 1990 alsmede de haaientanden van het wegdek en in plaats daarvan attentieverhogende markering aan te brengen:
  • a.
    het kruispunt Molenstraat – Molenpad;
  • b.
    het kruispunt Molenstraat – Laardijk;
  • c.
    het kruispunt Molenstraat – Schapenbogert;
  • d.
    het kruispunt Molenstraat – Schansstraat;
  • 8.
    de aanduiding van de fietsstrook aan de westzijde van de Molenstraat, ter hoogte van de huisnummers 58 t/m 64, als verplicht fietspad op te heffen door het verwijderen van het bord model G11 van Bijlage 1 van het RVV 1990;
  • 9.
    de aanduiding van het trottoir rondom tennisvereniging ‘Ruitersvaart’, gelegen aan de zuidzijde van de Ruitersvaartseweg, als verplicht fietspad op te heffen door het verwijderen van de borden model G11 van Bijlage 1 van het RVV 1990;
  • 10.
    de aanduiding van het pad tussen de Vlietstraat/Rode Vaart en de Schimmelseweg als onverplicht fietspad op te heffen door het verwijderen van de borden model G13 van Bijlage 1 van het RVV 1990;
  • 11.
    de verkeerstekens te verwijderen van dan wel te plaatsen op de locaties zoals aangegeven op de bij dit besluit behorende bebordingstekening;
Made, 2 december 2014
Het college van burgemeester en wethouders van Drimmelen,
drs. C. Smits drs. G.L.C.M. de Kok
secretaris burgemeester
 
Bijlage
Bezwaarschriftenprocedure
1.Op grond van de Algemene wet bestuursrecht kan tegen dit besluit binnen zes weken na de dag waarop het is bekendgemaakt een bezwaarschrift worden ingediend.
Het bezwaarschrift moet worden gericht aan het bestuursorgaan dat dit besluit heeft genomen, dus aan het college van burgemeester en wethouders, de burgemeester of de gemeenteraad en moet worden verzonden naar Postbus 19, 4920 AA Made.
Het bezwaar dient te zijn ondertekend en bevat tenminste:
    • Naam en adres van de indiener;
    • De dagtekening;
    • Omschrijving van het besluit met vermelding van de datum en het nummer of het kenmerk van het besluit waartegen het bezwaarschrift zich richt;
    • Een opgave van de reden(-en) waarom men zich niet met het besluit kan verenigen.
  • 2.
    Indien een bezwaarschrift is ingediend is het mogelijk om een verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening in te dienen. Een dergelijk verzoek dient te worden gericht aan de voorzieningenrechter van de Rechtbank Zeeland – West-Brabant, sector bestuursrecht, Postbus 90006, 4800 PA Breda.
    Het verzoek dient te zijn ondertekend en tenminste het volgende te bevatten:
    • Naam en adres van de verzoeker;
    • De dagtekening;
    • Vermelding van het bestuursorgaan dat het besluit heeft genomen en datum of kenmerk van het besluit;
    • De gronden van het verzoek (motivering).
U kunt ook digitaal het verzoekschrift indienen bij genoemde rechtbank via http://loket.rechtspraak.nl/bestuursrecht . Daarvoor moet u wel beschikken over een elektronische handtekening (DigiD). Kijk op de genoemde site voor de precieze voorwaarden.
Naar aanleiding van het verzoek kan de voorzieningenrechter een voorlopige voorziening treffen indien onverwijlde spoed, gelet op de betrokken belangen, dat vereist.
Voor de behandeling van het verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening wordt een bedrag aan griffierecht geheven. De griffier van de Rechtbank Zeeland – West-Brabant wijst u na indiening van het verzoekschrift op de verschuldigdheid van het griffierecht en bericht u binnen welke termijn en op welke wijze het verschuldigde griffierecht moet worden voldaan.
Meer informatie over de bezwaarschriftprocedure vindt u op www.drimmelen.nl, of in de folder in het informatierek van het gemeentehuis. Ook kunt u contact opnemen met de secretaris van de bezwaarschriftencommissie via het telefoonnummer 140162.
Naar boven