Autorisatiebesluit MvSZW/land. Reg. Kinderopvang, Agentschap Basisadministratie Persoonsgegevens en Reisdocumenten (BPR)

Datum 14 januari 2014

Kenmerk 2014-0000009878

In het verzoek van 10 december 2013, 2013-0000766006, heeft de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid verzocht om autorisatie voor de systematische verstrekking van gegevens uit de basisregistratie personen in verband met het bijhouden van het register kinderopvang en het register peuterspeelzaalwerk.

Gelet op de artikelen 3.1 en 3.2 van de Wet basisregistratie personen wordt op dit verzoek als volgt besloten.

Paragraaf 1. Begripsbepalingen

Artikel 1

In dit besluit wordt verstaan onder:

a. de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid:

de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid ten behoeve van het register kinderopvang en het register peuterspeelzaalwerk;

b. de Wet BRP:

de Wet basisregistratie personen;

c. het Besluit BRP:

het Besluit basisregistratie personen;

d. de basisregistratie personen:

de basisregistratie personen, bedoeld in artikel 1.2 van de Wet BRP;

e. de systematische verstrekking:

de systematische verstrekking, bedoeld in artikel 1.1, onder g, van de Wet BRP;

f. de systeembeschrijving:

de systeembeschrijving, bedoeld in artikel 1 van het Besluit BRP;

g. de persoonslijst:

de persoonslijst, bedoeld in artikel 1.1, onder c, van de Wet BRP;

h. de ingeschrevene:

de ingeschrevene, bedoeld in artikel 1.1, onder e, van de Wet BRP;

i. autorisatietabelregel:

de tabel ten behoeve van de systematische verstrekking van gegevens, bedoeld in artikel 1.1, onder g, van de Wet BRP;

j. de verstrekking van gegevens op verzoek:

de verstrekking van gegevens, bedoeld in Artikel 37, eerste lid, onder c, van het Besluit BRP, waarbij het aantal personen waarover informatie wordt verstrekt per verzoek ten hoogste tien bedraagt;

k. een actueel gegeven:

een gegeven dat overeenkomstig de systeembeschrijving als actueel gegeven in de basisregistratie personen is vermeld;

l. het Agentschap BPR:

het Agentschap Basisadministratie Persoonsgegevens en Reisdocumenten van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties;

m. het register kinderopvang:

het register kinderopvang bedoeld in artikel 1.47a van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen;

n. het register peuterspeelzaalwerk:

het register peuterspeelzaalwerk bedoeld in artikel 2.4a van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen;

o. gastouder:

gastouder als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen;

p. houder:

houder als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen;

q. aanvrager:

degene die een aanvraag heeft ingediend als bedoeld in artikel 1.45, eerste lid, of artikel 2.2., eerste lid van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen of degene namens wie een aanvraag is gedaan als bedoeld in artikel 1.45, tweede lid van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen;

r. voorziening voor gastouderopvang:

een voorziening van gastouderopvang bedoeld in artikel 1.1, eerste lid van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen;

s. DUO:

de Dienst Uitvoering Onderwijs van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap.

Paragraaf 2. De verstrekking van gegevens op verzoek aan de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Artikel 2

  • 1. Aan de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid wordt op zijn verzoek een gegeven verstrekt dat is vermeld op de persoonslijst van een ingeschrevene, indien het een gegeven betreft dat is opgenomen in de bijlage bij dit besluit.

  • 2. De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid verzoekt slechts om een gegeven dat is opgenomen in de bijlage bij dit besluit, indien de verstrekking van deze gegevens noodzakelijk is voor de verificatie van persoonsgegevens die relevant zijn voor de registratie in het register kinderopvang en het register peuterspeelzaalwerk, en het verzoek gericht is op het verkrijgen van gegevens over een ingeschrevene die:

    • a. gastouder is,

    • b. houder is,

    • c. aanvrager is, of

    • d. op hetzelfde adres is ingeschreven als het adres waarop een voorziening voor gastouderopvang is gevestigd.

  • 3. Aan de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid worden geen gegevens verstrekt, indien een of meer van de gegevens waarvan de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid bij zijn verzoek gebruik heeft gemaakt, niet is opgenomen in de bijlage bij dit besluit.

Paragraaf 3. De verstrekking van adresgegevens op verzoek aan de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Artikel 3

  • 1. Aan de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid wordt op zijn verzoek een gegeven als opgenomen in de bijlage bij dit besluit verstrekt dat is vermeld op de persoonslijst van iedere ingeschrevene van wie de actuele adresgegevens in Nederland, die op de persoonslijst zijn opgenomen overeenkomen met:

    • a. een in het verzoek aangegeven adres, of

    • b. het actuele adres dat op de persoonslijst van een in het verzoek aangegeven ingeschrevene is opgenomen.

  • 2. De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid doet slechts een verzoek als bedoeld in het eerste lid, om een gegeven dat is aangegeven in de bijlage bij dit besluit, indien het adres bedoeld in het eerste lid een adres is waar een voorziening voor gastouderopvang is gevestigd.

  • 3. Aan de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid worden slechts gegevens verstrekt, indien de gegevens waarvan de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid in zijn verzoek gebruik heeft gemaakt zijn opgenomen in de bijlage bij dit besluit.

Paragraaf 4. Overige verstrekkingen aan de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Artikel 4

  • 1. Indien een verstrekking aan de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid op grond van dit besluit een gegeven betreft dat door op juistheid wordt of is onderzocht, bevat de verstrekking naast dit gegeven tevens de gegevens over dat onderzoek.

  • 2. De verstrekkingen aan de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid die plaatsvinden op grond van dit besluit bevatten geen gegevens waarbij “indicatie onjuist dan wel strijdigheid met de openbare orde” is vermeld.

  • 3. Indien aan de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid gegevens worden verstrekt van een persoonslijst waarvan de bijhouding is opgeschort, bevat de verstrekking tevens de gegevens omtrent de reden en de datum van de opschorting, alsmede, voor zover deze gegevens zijn opgenomen op de persoonslijst, gegevens over de verificatie en de aanlevering van de verstrekte gegevens.

Paragraaf 5. Slotbepalingen

Artikel 5

  • 1. De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid verstrekt aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties onverwijld alle nieuw gebleken informatie die betrekking heeft op hetgeen geregeld is in dit besluit.

  • 2. Deze informatie betreft in ieder geval wijzigingen in:

    • a. de taak of de wijze van uitvoering van de taak van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid;

    • b. de regelgeving ten aanzien van de taak of de wijze van uitvoering van de taak van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid;

    • c. de gegevens uit de basisregistratie die noodzakelijk zijn voor de uitvoering van de taak van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.

Artikel 6

Het besluit van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 14 februari 2013, 2013-0000097979, wordt ingetrokken.

Artikel 7

Dit besluit treedt in werking met ingang van 14 januari 2014 en werkt terug tot en met 6 januari 2014.

Het besluit en de bijlage bij het besluit worden gepubliceerd in de Staatscourant.

's-Gravenhage, 14 januari 2014

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, namens deze, G.M. Keijzer-Baldé Directeur Agentschap Basisadministratie Persoonsgegevens en Reisdocumenten

Bezwaar

Belanghebbenden kunnen binnen zes weken na bekendmaking van dit besluit daartegen per brief bezwaar maken bij de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, Postbus 10451, 2501 HL Den Haag. Het bezwaarschrift moet zijn ondertekend, voorzien zijn van een datum alsmede de naam en het adres van de indiener en dient vergezeld te gaan van de gronden waarop het bezwaar berust en, zo mogelijk, een afschrift van het besluit waartegen het bezwaar is gericht.

BIJLAGE

Bijlage bij de artikelen 2 en 3 van dit besluit.

RUBRIEK

OMSCHRIJVING

01

PERSOON

   

01.01.20

Burgerservicenummer persoon

01.02.10

Voornamen persoon

01.02.20

Adellijke titel/predicaat persoon

01.02.30

Voorvoegsel geslachtsnaam persoon

01.02.40

Geslachtsnaam persoon

01.03.10

Geboortedatum persoon

01.03.20

Geboorteplaats persoon

01.03.30

Geboorteland persoon

01.04.10

Geslachtsaanduiding

01.61.10

Aanduiding naamgebruik

   

05

HUWELIJK/GEREGISTREERD PARTNERSCHAP

   

05.02.30

Voorvoegsel geslachtsnaam echtgenoot/geregistreerd partner

05.02.40

Geslachtsnaam echtgenoot/geregistreerd partner

05.06.10

Datum huwelijkssluiting/aangaan geregistreerd partnerschap

05.07.10

Datum ontbinding huwelijk/geregistreerd partnerschap

   

06

OVERLIJDEN

   

06.08.10

Datum overlijden

   

07

INSCHRIJVING

   

07.70.10

Indicatie geheim

   

08

VERBLIJFPLAATS

   

08.09.10

Gemeente van inschrijving

08.09.20

Datum inschrijving in de gemeente

08.10.10

Functie adres

08.10.20

Gemeentedeel

08.10.30

Datum aanvang adreshouding

08.11.10

Straatnaam

08.11.20

Huisnummer

08.11.30

Huisletter

08.11.40

Huisnummertoevoeging

08.11.50

Aanduiding bij huisnummer

08.11.60

Postcode

08.11.70

Woonplaatsnaam

08.12.10

Locatiebeschrijving

08.13.10

Land adres buitenland

08.13.20

Datum aanvang adres buitenland

08.13.30

Regel 1 adres buitenland

08.13.40

Regel 2 adres buitenland

08.13.50

Regel 3 adres buitenland

TOELICHTING

1. Algemeen

Inleiding

De Wet basisregistratie personen (Wet BRP) vormt de juridische basis voor de basisregistratie personen. In de basisregistratie personen zijn persoonsgegevens opgeslagen in de vorm van persoonslijsten.

De basisregistratie personen bevat gegevens over personen die zijn ingeschreven bij een van de gemeenten in Nederland. De gemeenten houden deze gegevens bij.

Verder zijn in de basisregistratie personen gegevens opgenomen van personen die buiten Nederland woonachtig zijn, zogenoemde niet-ingezetenen. Gegevens van niet-ingezetenen worden bijgehouden door de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Deze registratie van niet-ingezetenen in de basisregistratie personen wordt aangeduid als de Registratie Niet-Ingezetenen (RNI). Over niet-ingezetenen wordt een beperkter aantal gegevens bijgehouden dan over ingezetenen. De gegevens in de RNI zijn niet aangemerkt als authentieke gegevens. Gegevens over niet-ingezetenen kunnen namelijk minder gemakkelijk actueel gehouden worden dan gegevens over ingezetenen.

De Wet BRP biedt de grondslag voor systematische gegevensverstrekking over ingezetenen en niet-ingezetenen aan overheidsorganen en daartoe aangewezen andere organisaties. Bij de systematische verstrekking worden vanuit een centraal bestand op geautomatiseerde wijze persoonsgegevens uit de basisregistratie personen verstrekt.

Organisaties die in aanmerking komen voor systematische gegevensverstrekking

Allereerst komen overheidsorganen in aanmerking voor systematische gegevensverstrekking uit de basisregistratie personen. Daarnaast kunnen ook organisaties die werkzaamheden verrichten met een gewichtig maatschappelijk belang daarvoor in aanmerking komen, indien deze werkzaamheden en deze organisaties op grond van artikel 3.3 van de Wet BRP zijn aangewezen. Voorts voorziet artikel 3.13 Wet BRP in systematische gegevensverstrekking aan onderzoeksinstellingen. Waar in het vervolg van deze toelichting zal worden gesproken over "de afnemer" worden daarmee zowel overheidsorganen als derden als onderzoeksinstellingen bedoeld.

Het autorisatiebesluit

Afnemers die systematisch gegevens verstrekt willen krijgen uit de basisregistratie personen dienen hiertoe een verzoek in bij de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Het verzoek wordt gedaan in de vorm van een autorisatieaanvraagformulier. In dit formulier is aangegeven welke gegevens, over welke personen en voor welke taken de aanvrager op systematische wijze verstrekt wenst te krijgen. Het verzoek wordt getoetst, waarbij wordt uitgegaan van de beoordelingscriteria zoals deze zijn neergelegd in de Wet BRP en het Besluit basisregistratie personen (Besluit BRP). Onder meer bepalend is of en in hoeverre de verstrekking van de gegevens noodzakelijk is voor de goede vervulling van de taak van de aanvrager. Hierbij wordt steeds de bescherming van de persoonlijke levenssfeer van de personen, van wie de aanvrager gegevens verstrekt wenst te krijgen, gewaarborgd.

Na toetsing van het autorisatieverzoek wordt door de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties een autorisatiebesluit ten behoeve van de aanvrager genomen. In dit autorisatiebesluit wordt bepaald welke gegevens over welke categorieën van personen en in welke gevallen aan de afnemer worden verstrekt. Aan het autorisatiebesluit kunnen voorschriften en beperkingen worden verbonden in het belang van een zorgvuldige en doelmatige gegevensverstrekking.

Het autorisatiebesluit wordt voor zover mogelijk technisch vertaald in een zogenoemde autorisatietabelregel. Aan de hand van de autorisatietabelregel wordt de geautoriseerde afnemer herkend en kan de gegevensverstrekking vanuit de basisregistratie personen geautomatiseerd afgewikkeld worden.

2. Toelichting op de wijzen van verstrekken

De systematische gegevensverstrekking uit de basisregistratie personen kan op verschillende wijzen plaatsvinden. Op grond van dit besluit vindt de verstrekking op de volgende manieren plaats:

De verstrekking op verzoek

Een afnemer kan op verzoek een set gegevens van een persoonslijst verstrekt krijgen. In het autorisatiebesluit is opgenomen welke gegevens van welke categorieën personen mogen worden opgevraagd.

De adresverstrekking op verzoek

Op verzoek worden gegevens verstrekt van alle personen die op dat moment zijn ingeschreven op een bepaald adres in Nederland. In het verzoek kan worden aangegeven welk adres het betreft. Echter, in het verzoek kunnen in plaats van het adres ook gegevens van een ingeschrevene worden opgenomen. De gegevensverstrekking bevat dan de gegevens van alle personen die op dat moment op hetzelfde adres zijn ingeschreven als de (in het verzoek aangeduide) ingeschrevene. De set gegevens die mag worden opgevraagd is opgenomen in het autorisatiebesluit.

Overige verstrekkingen

Op een persoonslijst kan bij historische gegevens de indicatie “onjuist dan wel strijdigheid met de openbare orde” geplaatst worden. Deze gegevens zijn foutief en worden daarom in principe niet verstrekt. Om dit te herstellen wordt een zogenaamd “herstelbericht” verstuurd.

Indien een onderzoek is ingesteld of afgerond naar een gegeven of een verzameling van gegevens, wordt bij het verstrekte gegeven melding gedaan.

Op een persoonslijst kan bij historische gegevens de indicatie “onjuist dan wel strijdigheid met de openbare orde” geplaatst worden. Deze gegevens zijn foutief en worden daarom in principe niet verstrekt.

Indien gegevens worden opgevraagd van een persoonslijst die is opgeschort, hetgeen ondermeer gebeurt indien een ingeschrevene is overleden of geëmigreerd, worden de reden en datum opschorting bijhouding van de persoonslijst meeverstrekt. Bij verstrekking van gegevens van een persoonslijst van een niet-ingezetene, is het van belang om aan te geven wanneer de gegevens op de persoonslijst geverifieerd zijn en welke organisatie de in een categorie opgenomen gegevens heeft aangeleverd. Om dit te bereiken, worden de verificatiegegevens of de gegevens over de aanleverende organisatie, voor zover die gegevens zijn opgenomen op de persoonslijst, meeverstrekt als er gegevens worden verstrekt uit een categorie waarin die gegevensgroepen voorkomen.

3. De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

De geadresseerde van dit autorisatiebesluit is de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid ten behoeve van het register kinderopvang en het register peuterspeelzaalwerk.

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid is een overheidsorgaan als bedoeld in artikel 1. 1, onder t, van de Wet BRP.

3.1. Taken van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Het register kinderopvang en het register peuterspeelzaalwerk vormen een centraal onderdeel van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzaalwerk die per 1 januari 2010 van kracht is geworden. In het register kinderopvang en het register peuterspeelzaalwerk worden alle bestaande en nieuwe voorzieningen voor kinderopvang geregistreerd die aan de wettelijke eisen voldoen. Het gaat om kinderdagverblijven, buitenschoolse opvang, gastouderbureaus, gastouders en peuterspeelzalen. De colleges van burgemeester en wethouders van de Nederlandse gemeenten nemen op verzoek de kinderdagverblijven, buitenschoolse opvang, gastouderbureaus, gastouders en peuterspeelzalen op in de registers. De landelijke registers zijn via internet openbaar toegankelijk, zodat voor iedereen duidelijk is welke kinderopvang-voorzieningen aan de wettelijk vastgestelde kwaliteitseisen voldoen.

Alleen wanneer gebruik wordt gemaakt van zo een in het register kinderopvang geregistreerde kinderopvangvoorziening, bestaat er voor een ouder recht op een kinderopvangtoeslag. Voor een rechtmatige toekenning van de kinderopvangtoeslag door de Belastingdienst is het dan ook van groot belang dat de informatie in het register kinderopvang volledig en actueel is.

Om er voor te zorgen dat de persoonsgegevens die in de registers worden opgenomen correct zijn, dienen deze persoonsgegevens te worden geverifieerd. De Minister van Sociale Zaken biedt hiertoe volgens de systeembeschrijving van de registers een voorziening waarbij de persoonsgegevens uit de basisregistratie personen kunnen worden opgevraagd. Dit betreft ten eerste personen die in de registers worden geregistreerd. Daarnaast worden de gegevens geverifieerd van personen die op een adres woonachtig zijn waar gastouderopvang wordt geboden. Dit is in de eerste plaats noodzakelijk omdat ingevolge artikel 1.56b, derde lid van de Wet Kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen de gastouder van alle bij hem of haar inwonende personen van 18 jaar of ouder een verklaring omtrent het gedrag (VOG) dient over te leggen. Met behulp van de gegevens uit de basisregistratie personen kan worden nagegaan of alle VOG’s door de gastouder zijn overgelegd.

De bevraging is tevens nodig omdat er een maximum is gesteld aan het aantal kinderen waaraan door de gastouder opvang mag worden verleend. Hierbij worden de eigen kinderen meegerekend. Deze limiet is vastgesteld in een convenant tussen het ministerie en de drie brancheverenigingen voor kinderopvang.

Op grond van artikel 9c lid 1 van de Regeling Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen berust het dagelijks beheer van het Landelijk Register Kinderopvang en het Landelijk Register Peuterspeelzaalwerk bij de directeur-generaal van de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO). Op grond van artikel 9c lid 2 van de Regeling Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen verzorgt de directeur-generaal van DUO op verzoek van de gemeente de invoer van de gegevens van een gemeente in het Landelijk Register Kinderopvang en het Landelijk Register Peuterspeelzaalwerk.

Het Besluit continue screening kinderopvang maakt het mogelijk om medewerkers in de kinderopvang en het peuterspeelzaalwerk, gastouders en hun volwassen huisgenoten continue te screenen op de eisen voor een VOG. De wettelijke grondslag voor dit besluit is gelegen in de Wet Kinderopvang (artikel 1.50 vijfde lid, 1.56 vijfde lid en 1.6 vijfde lid). De continue screening geschiedt door een bestand met burgerservicenummers van de genoemde personen te koppelen met het Justitieel Documentatie Systeem, dat onder de verantwoordelijkheid valt van de Minister van Veiligheid en Justitie.

Op basis van het Besluit continue screening kinderopvang gaat DUO de basisregistratie personen voor de houders (natuurlijke personen) van een instelling voor kinderopvang, gastouders en hun volwassen huisgenoten periodiek intensiever bevragen ten behoeve van de continue screening door de koppeling met het Justitieel Documentatie Systeem.

3.2. Wijzen van verstrekken aan de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft ten behoeve van de uitvoering van de hiervoor beschreven taken systematische gegevensverstrekking nodig uit de basisregistratie personen. De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid krijgt hiervoor spontane gegevensverstrekking en gegevensverstrekking op verzoek uit de basisregistratie personen. Tot de doelgroep van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid behoren zowel ingezetenen als niet-ingezetenen.

De verstrekking van gegevens op verzoek aan de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid mag op verzoek gegevens opvragen uit de basisregistratie personen. Het betreft de gegevens die zijn opgenomen in de bijlage. De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid beperkt zijn vragen om persoonsgegevens tot de persoonslijsten van de ingeschrevenen ten aanzien van wie de verstrekking van gegevens noodzakelijk is voor het dagelijks beheer van het Landelijk Register Kinderopvang en voor de invoer van gegevens van een gemeente in het Landelijk Register Kinderopvang. Naast deze taakomschrijving is ook de groep personen waarop het verzoek van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid gericht mag zijn, beperkt. Het betreft personen die geregistreerd staan als gastouders in het Landelijk Register Kinderopvang of natuurlijke personen die geregistreerd staan als houder van een organisatie voor kinderopvang in het Landelijk Register Kinderopvang.

Adresverstrekking op verzoek aan de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid kan gegevens verstrekt krijgen van personen die op een adres ingeschreven zijn waarop gastouderopvang wordt verzorgd. Het is van belang om deze gegevens verstrekt te krijgen omdat van alle personen van 18 jaar en ouder die woonachtig zijn op dat adres een VOG moet worden overgelegd. Tevens is er een maximum gesteld aan het aantal kinderen waaraan door de gastouder opvang mag worden verleend, waarbij de eigen kinderen van de gastouder worden meegeteld (zie de toelichting onder 3.1).

3.3. Toelichting te verstrekken gegevens

De gegevens BSN, geboortedatum, geslachtsnaam e.d. worden verstrekt om de identiteit van deze persoon eenduidig vast te stellen.

Om in aanmerking te komen voor een vergoeding van de overheid is het noodzakelijk dat de naam- en adresgegevens van de geregistreerden kloppen en up-to-date blijven.

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft gegevens over huwelijk en geregistreerd partnerschap nodig voor het vaststellen van de juiste wijze van aanschrijven. Aan de hand van de gegevens “datum sluiting”, “aanduiding naamgebruik”, “geslachtsnaam echtgenoot/geregistreerd partner” en “datum ontbinding huwelijk/geregistreerd partnerschap” kan de juiste aanschrijving worden bepaald.

Gegevens over het buitenlands adres zijn noodzakelijk, omdat ook niet-ingezetenen tot de doelgroep van de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid behoren.

4. Inlichtingenplicht

Teneinde de autorisatie actueel te houden dient de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid tijdig inlichtingen te verschaffen over wijzigingen die zich voordoen in zijn taak, in de regelingen waarop die taak is gebaseerd of wijzigingen in de gegevens uit de basisregistratie personen die noodzakelijk zijn voor de uitvoering van die taak. Het is de uitdrukkelijke verantwoordelijkheid van de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid om deze informatie onverwijld kenbaar te maken aan de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Eventuele gevolgen van onjuistheden in de autorisatie als gevolg van het niet of niet tijdig doorgeven van dergelijke wijzigingen komen voor de verantwoordelijkheid van de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.

5. Wijzigingen

Met dit besluit wordt het autorisatiebesluit van 14 februari 2013, 2013-0000097979, ingetrokken. Deze intrekking is het gevolg van de inwerkingtreding van de Wet basisregistratie personen.

6. Publicatie

Dit besluit wordt gepubliceerd in de Staatscourant. Het besluit wordt tevens geplaatst op de internetpagina van Agentschap BPR, www.bprbzk.nl.

Naar boven