Autorisatiebesluit DigiD, Agentschap Basisadministratie Persoonsgegevens en Reisdocumenten (BPR)

Datum: 24 december 2013

Kenmerk: 2013-0000780079

In het verzoek van 17 december 2013, 2013-0000787253 heeft de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties ten behoeve van de zorg voor en de instandhouding van de overheidstoegangsvoorziening DiGiD verzocht om autorisatie voor de systematische verstrekking van gegevens uit de basisregistratie personen.

Gelet op de artikelen 3.1 en 3.2 van de Wet basisregistratie personen wordt op dit verzoek als volgt besloten.

Paragraaf 1. Begripsbepalingen

Artikel 1

In dit besluit wordt verstaan onder:

a. de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties:

de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties als verantwoordelijke voor de zorg voor en de instandhouding van overheidstoegangsvoorziening DiGiD;

b. de Wet BRP:

de Wet basisregistratie personen;

c. het Besluit BRP:

het Besluit basisregistratie personen;

d. de basisregistratie personen:

de basisregistratie personen, bedoeld in artikel 1.2 van de Wet BRP;

e. de systematische verstrekking:

de systematische verstrekking, bedoeld in artikel 1.1, onder g, van de Wet BRP;

f. de systeembeschrijving:

de systeembeschrijving, bedoeld in artikel 1 van het Besluit BRP;

g. de persoonslijst:

de persoonslijst, bedoeld in artikel 1.1, onder c, van de Wet BRP;

h. de ingeschrevene:

de ingeschrevene, bedoeld in artikel 1.1, onder e, van de Wet BRP;

i. autorisatietabelregel:

de tabel ten behoeve van de systematische verstrekking van gegevens, bedoeld in artikel 1.1, onder g, van de Wet BRP;

j. de verstrekking van gegevens op verzoek:

de verstrekking van gegevens, bedoeld in artikel 37, eerste lid, onder c, van het Besluit BRP, waarbij het aantal personen waarover informatie wordt verstrekt per verzoek ten hoogste tien bedraagt;

k. een actueel gegeven:

een gegeven dat overeenkomstig de systeembeschrijving als actueel gegeven in de basisregistratie personen is vermeld;

l. het Agentschap BPR:

het Agentschap Basisadministratie Persoonsgegevens en Reisdocumenten van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties;

m. DiGiD:

de overheidstoegangsvoorziening DiGiD als bedoeld in artikel 1 van het Besluit beheer DiGiD van de Minister van Bestuurlijke Vernieuwing en Koninkrijksrelaties van 11 augustus 2006, nummer 2006/2-0000267896/DGMOS/DIIOSII.

Paragraaf 2. De verstrekking van gegevens op verzoek aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

Artikel 2

  • 1. Aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties wordt op zijn verzoek een gegeven verstrekt dat is vermeld op de persoonslijst van een ingeschrevene, indien het een gegeven betreft dat is opgenomen in de bijlage bij dit besluit.

  • 2. De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties verzoekt slechts om een gegeven dat is opgenomen in de bijlage bij dit besluit indien het verzoek gericht is op het verkrijgen van gegevens die noodzakelijk zijn voor de zorg voor en de instandhouding van DiGiD en het verzoek gericht is op het verkrijgen van gegevens over:

    • a. een ingeschrevene die langs elektronische weg contact zoekt met een op DiGiD aangesloten overheidsinstelling, of

    • b. een ingeschrevene die een aanvraag voor het gebruik van DiGiD heeft gedaan.

  • 3. Aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties worden geen gegevens verstrekt, indien een of meer van de gegevens waarvan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties bij zijn verzoek gebruik heeft gemaakt, niet is opgenomen in de bijlage bij dit besluit.

Paragraaf 3. Overige verstrekkingen aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

Artikel 3

  • 1. De verstrekking van gegevens aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties die op grond van dit besluit plaatsvindt, bevat geen gegeven waarbij “indicatie onjuist dan wel strijdigheid met de openbare orde” is vermeld.

  • 2. Indien aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties gegevens worden verstrekt van een persoonslijst waarvan de bijhouding is opgeschort, bevat de verstrekking tevens de gegevens omtrent de reden en de datum van de opschorting.

Paragraaf 4. Slotbepalingen

Artikel 4

  • 1. De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties verstrekt aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties onverwijld alle nieuw gebleken informatie die betrekking heeft op hetgeen geregeld is in dit besluit.

  • 2. Deze informatie betreft in ieder geval wijzigingen in:

    • a. de taak of de wijze van uitvoering van de taak van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties;

    • b. de regelgeving ten aanzien van de taak of de wijze van uitvoering van de taak van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties;

    • c. de gegevens uit een basisadministratie die noodzakelijk zijn voor de uitvoering van de taak van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.

Artikel 5

Het besluit van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 11 april 2012, BPR2012/51277, wordt ingetrokken.

Artikel 6

Dit besluit treedt in werking op het tijdstip waarop de Wet basisregistratie personen in werking treedt.

Het besluit en de bijlage bij het besluit worden gepubliceerd in de Staatscourant.

’s-Gravenhage, 24 december 2013

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, namens deze, G.M. Keijzer-Baldé Directeur Agentschap Basisadministratie Persoonsgegevens en Reisdocumenten

Bezwaar

Belanghebbenden kunnen binnen zes weken na bekendmaking van dit besluit daartegen per brief bezwaar maken bij de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, Postbus 10451, 2501 HL Den Haag. Het bezwaarschrift moet zijn ondertekend, voorzien zijn van een datum alsmede de naam en het adres van de indiener en dient vergezeld te gaan van de gronden waarop het bezwaar berust en, zo mogelijk, een afschrift van het besluit waartegen het bezwaar is gericht.

BIJLAGE

Bijlage bij artikel 2 van dit besluit.

RUBRIEK

OMSCHRIJVING

01

PERSOON

   

01.01.10

A-nummer persoon

01.01.20

Burgerservicenummer persoon

01.02.10

Voornamen persoon

01.02.20

Adellijke titel/predicaat persoon

01.02.30

Voorvoegsel geslachtsnaam persoon

01.02.40

Geslachtsnaam persoon

01.03.10

Geboortedatum persoon

01.03.30

Geboorteland persoon

01.04.10

Geslachtsaanduiding

01.61.10

Aanduiding naamgebruik

   

05

HUWELIJK/GEREGISTREERD PARTNERSCHAP

   

05.02.30

Voorvoegsel geslachtsnaam echtgenoot/geregistreerd partner

05.04.10

Geslachtsaanduiding echtgenoot/geregistreerd partner

05.06.10

Datum huwelijkssluiting/aangaan geregistreerd partnerschap

05.07.10

Datum ontbinding huwelijk/geregistreerd partnerschap

   

06

OVERLIJDEN

   

06.08.10

Datum overlijden

   

07

INSCHRIJVING

   

07.70.10

Indicatie geheim

   

08

VERBLIJFPLAATS

   

08.09.10

Gemeente van inschrijving

08.10.20

Gemeentedeel

08.11.10

Straatnaam

08.11.15

Naam openbare ruimte

08.11.20

Huisnummer

08.11.30

Huisletter

08.11.40

Huisnummertoevoeging

08.11.50

Aanduiding bij huisnummer

08.11.60

Postcode

08.11.70

Woonplaatsnaam

08.11.80

Identificatiecode verblijfplaats

08.11.90

Identificatiecode nummeraanduiding

08.12.10

Locatiebeschrijving

08.13.10

Land adres buitenland

08.13.20

Datum aanvang adres buitenland

08.13.30

Regel 1 Adres buitenland

08.13.40

Regel 2 Adres buitenland

08.13.50

Regel 3 Adres buitenland

08.14.20

Datum vestiging in Nederland

TOELICHTING

1. Algemeen

Inleiding

De Wet basisregistratie personen (Wet BRP) vormt de juridische basis voor de basisregistratie personen. In de basisregistratie personen zijn persoonsgegevens opgeslagen in de vorm van persoonslijsten.

De basisregistratie personen bevat gegevens over personen die zijn ingeschreven bij een van de gemeenten in Nederland. De gemeenten houden deze gegevens bij.

Verder zijn in de basisregistratie personen gegevens opgenomen van personen die buiten Nederland woonachtig zijn, zogenoemde niet-ingezetenen. Gegevens van niet-ingezetenen worden bijgehouden door de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Deze registratie van niet-ingezetenen in de basisregistratie personen wordt aangeduid als de Registratie Niet-Ingezetenen (RNI). Over niet-ingezetenen wordt een beperkter aantal gegevens bijgehouden dan over ingezetenen. De gegevens in de RNI zijn niet aangemerkt als authentieke gegevens. Gegevens over niet-ingezetenen kunnen namelijk minder gemakkelijk actueel gehouden worden dan gegevens over ingezetenen.

De Wet BRP biedt de grondslag voor systematische gegevensverstrekking over ingezetenen en niet-ingezetenen aan overheidsorganen en daartoe aangewezen andere organisaties. Bij de systematische verstrekking worden vanuit een centraal bestand op geautomatiseerde wijze persoonsgegevens uit de basisregistratie personen verstrekt.

Organisaties die in aanmerking komen voor systematische gegevensverstrekking

Allereerst komen overheidsorganen in aanmerking voor systematische gegevensverstrekking uit de basisregistratie personen. Daarnaast kunnen ook organisaties die werkzaamheden verrichten met een gewichtig maatschappelijk belang daarvoor in aanmerking komen, indien deze werkzaamheden en deze organisaties op grond van artikel 3.3 van de Wet BRP zijn aangewezen. Voorts voorziet artikel 3.13 Wet BRP in systematische gegevensverstrekking aan onderzoeksinstellingen. Waar in het vervolg van deze toelichting zal worden gesproken over "de afnemer" worden daarmee zowel overheidsorganen als derden als onderzoeksinstellingen bedoeld.

Het autorisatiebesluit

Afnemers die systematisch gegevens verstrekt willen krijgen uit de basisregistratie personen dienen hiertoe een verzoek in bij de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Het verzoek wordt gedaan in de vorm van een autorisatieaanvraagformulier. In dit formulier is aangegeven welke gegevens, over welke personen en voor welke taken de aanvrager op systematische wijze verstrekt wenst te krijgen. Het verzoek wordt getoetst, waarbij wordt uitgegaan van de beoordelingscriteria zoals deze zijn neergelegd in de Wet BRP en het Besluit basisregistratie personen (Besluit BRP). Onder meer bepalend is of en in hoeverre de verstrekking van de gegevens noodzakelijk is voor de goede vervulling van de taak van de aanvrager. Hierbij wordt steeds de bescherming van de persoonlijke levenssfeer van de personen, van wie de aanvrager gegevens verstrekt wenst te krijgen, gewaarborgd.

Na toetsing van het autorisatieverzoek wordt door de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties een autorisatiebesluit ten behoeve van de aanvrager genomen. In dit autorisatiebesluit wordt bepaald welke gegevens over welke categorieën van personen en in welke gevallen aan de afnemer worden verstrekt. Aan het autorisatiebesluit kunnen voorschriften en beperkingen worden verbonden in het belang van een zorgvuldige en doelmatige gegevensverstrekking.

Het autorisatiebesluit wordt voor zover mogelijk technisch vertaald in een zogenoemde autorisatietabelregel. Aan de hand van de autorisatietabelregel wordt de geautoriseerde afnemer herkend en kan de gegevensverstrekking vanuit de basisregistratie personen geautomatiseerd afgewikkeld worden.

2. Toelichting op de wijzen van verstrekken

De systematische gegevensverstrekking uit de basisregistratie personen kan op verschillende wijzen plaatsvinden. Op grond van dit besluit vindt de verstrekking op de volgende manieren plaats:

De verstrekking op verzoek

Een afnemer kan op verzoek een set gegevens van een persoonslijst verstrekt krijgen. In het autorisatiebesluit is opgenomen welke gegevens van welke categorieën personen mogen worden opgevraagd.

Indien een onderzoek is ingesteld of afgerond naar een gegeven of een verzameling van gegevens, wordt hiervan bij het verstrekte gegeven melding gedaan.

Indien gegevens worden opgevraagd van een persoonslijst die is opgeschort, hetgeen ondermeer gebeurt indien een ingeschrevene is overleden of geëmigreerd, worden de reden en datum opschorting bijhouding van de persoonslijst meeverstrekt. Bij verstrekking van gegevens van een persoonslijst van een niet-ingezetene, is het van belang om aan te geven wanneer de gegevens op de persoonslijst geverifieerd zijn en welke organisatie de in een categorie opgenomen gegevens heeft aangeleverd. Om dit te bereiken, worden de verificatiegegevens of de gegevens over de aanleverende organisatie, voor zover die gegevens zijn opgenomen op de persoonslijst, meeverstrekt als er gegevens worden verstrekt uit een categorie waarin die gegevensgroepen voorkomen.

3. De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

De geadresseerde van dit autorisatiebesluit is de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties ten behoeve van de zorg voor en de instandhouding van de overheidstoegangsvoorziening DiGiD (in deze toelichting genoemd: de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties).

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties is een overheidsorgaan als bedoeld in artikel 1:1, onder t, van de Wet BRP.

3.1. Taak van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

DiGiD is een landelijke authenticatievoorziening voor elektronische toegang tot een bepaalde overheidsinstelling. Het biedt ondersteuning bij het identificeren van natuurlijke en rechtspersonen die langs elektronische weg toegang zoeken tot de overheid. DigiD is tevens een voorziening voor het plaatsen van een elektronische handtekening. Voor gebruik van DigiD is een inlogcode vereist die op aanvraag wordt verstrekt, nadat een aantal persoonsgegevens waaronder het burgerservicenummer van de aanvrager zijn geverifieerd. De inlogcode wordt naar het adres van de aanvrager gestuurd.

De grondslag voor de DiGiD is het Besluit beheer DiGiD van de Minister van Bestuurlijke Vernieuwing en Koninkrijksrelaties van 11 augustus 2006, nummer 2006/20000267896/DGMOS/DIIOSII. De verwerking van de betreffende persoonsgegevens in verband met het beheer van DiGiD is gemeld bij het College bescherming persoonsgegevens.

3.2. Wijzen van verstrekken aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties krijgt de gegevens die noodzakelijk zijn voor de vervulling van de hierboven beschreven taken op systematische wijze verstrekt uit de basisregistratie personen. De systematische verstrekking aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties vindt plaats door middel van gegevensverstrekking op verzoek. Tot de doelgroep van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties behoren zowel ingezetenen als niet-ingezetenen.

De verstrekking van gegevens op verzoek aan Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties mag op verzoek gegevens opvragen uit de basisregistratie personen. Het betreft de gegevens die zijn opgenomen in de bijlage. De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties mag gegeven opvragen die noodzakelijk zijn voor de zorg en de instandhouding van DiGiD. Tevens mag de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties gegevens opvragen van ingeschrevenen die langs elektronische weg contact zoeken met een op DiGiD aangesloten overheidsinstelling of ingeschrevenen die een aanvraag voor het gebruik van de DiGiD hebben gedaan.

3.3. Toelichting te verstrekken gegevens

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties gebruikt het burgerservicenummer om koppelingen aan te leggen tussen de verschillende verstrekkingen die uit de basisregistratie personen worden ontvangen.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties heeft gegevens over huwelijk en geregistreerd partnerschap nodig voor het vaststellen van de juiste wijze van aanschrijven. Aan de hand van de gegevens “Datum sluiting”, “Aanduiding naamgebruik”, “Geslachtsnaam echtgenoot/geregistreerd partner” en “Datum ontbinding huwelijk/geregistreerd partnerschap” kan de juiste aanschrijving worden bepaald.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties heeft tevens de mogelijkheid het gegeven “07.70.10 Indicatie geheim” op te vragen. Met dit gegeven wordt aangeduid of een ingeschrevene de gemeente heeft verzocht om zijn of haar gegevens niet te verstrekken aan bepaalde derden. Indien dit het geval is, kan De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties aanvullende maatregelen treffen om de privacy van de ingeschrevene te waarborgen.

Met het gegeven 08.13.20 Datum aanvang adres buitenland krijgt de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties gegevens van niet-ingezetenen verstrekt. Deze verstrekking is noodzakelijk om te bepalen of de ingeschrevene tot de doelgroep van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties behoort.

4. Inlichtingenplicht

Teneinde de autorisatie actueel te houden dient de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties tijdig inlichtingen te verschaffen over wijzigingen die zich voordoen in zijn taak, in de regelingen waarop die taak is gebaseerd of wijzigingen in de gegevens uit de basisregistratie personen die noodzakelijk zijn voor de uitvoering van die taak. Het is de uitdrukkelijke verantwoordelijkheid van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties om deze informatie onverwijld kenbaar te maken aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Eventuele gevolgen van onjuistheden in de autorisatie als gevolg van het niet of niet tijdig doorgeven van dergelijke wijzigingen komen voor de verantwoordelijkheid van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.

5. Wijzigingen

Met dit besluit wordt het autorisatiebesluit van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 11 april 2012, BPR2012/51277 ingetrokken.

Deze intrekking is het gevolg van de inwerkingtreding van de Wet basisregistratie personen.

6. Publicatie

Dit besluit wordt gepubliceerd in de Staatscourant. Het besluit wordt tevens geplaatst op de internetpagina van Agentschap BPR, www.bprbzk.nl.

Naar boven