Op grond van de Wegenverkeerswet 1994 (WVW), het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW), het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 (RVV 1990) en de in dit verkeersbesluit opgenomen overwegingen besluit ik:
I.Alle verkeersbesluiten in te trekken waarmee een snelheidsbeperking is ingesteld op rijksweg N33 voor zover deze besluiten betrekking hebben op het gedeelte tussen km 51,0 en km 54,0.
II. Door het plaatsen van de borden A1 en A2, zoals genoemd in het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990, op rijksweg N33 een snelheidsbeperking in te stellen van 70 km/u voor het verkeer in beide richtingen op de volgende weggedeelten:
-
•
van km 51,850 tot en met km 52,750, en
-
•
van km 58,720 tot en met km 59,450.
OVERWEGINGEN TEN AANZIEN VAN HET BESLUIT
Op grond van artikel 15, lid 1, van de Wegenverkeerswet 1994 (WVW) dient een verkeersbesluit te worden genomen voor het plaatsen of verwijderen van de in artikel 12 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW) genoemde verkeerstekens en onderborden, voor zover daardoor een gebod of verbod ontstaat of wordt gewijzigd.
Op grond van artikel 18, lid 1, onder a, WVW ben ik bevoegd dit verkeersbesluit te nemen.
Overeenkomstig artikel 24 van het BABW is overleg gevoerd met de politie.
2.
Belangenafweging en motivering
Op grond van artikel 21 van het BABW vermeldt de motivering van het verkeersbesluit in ieder geval welke doelstelling of doelstellingen, genoemd in artikel 2, lid 1 en 2 van de WVW, met het verkeersbesluit worden beoogd.
De doelstellingen die aan dit besluit ten grondslag liggen zijn:
-
a.
het verzekeren van de veiligheid op de weg;
-
b.
het beschermen van weggebruikers en passagiers;
-
c.
het in stand houden van de weg en het waarborgen van de bruikbaarheid daarvan;
-
d.
het zoveel mogelijk waarborgen van de vrijheid van het verkeer;
-
e.
het voorkomen of beperken van door het verkeer veroorzaakte overlast, hinder of schade alsmede de gevolgen voor het milieu;
-
f.
het voorkomen of beperken van door het verkeer veroorzaakte aantasting van het karakter of van de functie van objecten of gebieden.
Op grond van artikel 4, BABW kan het bevoegd gezag slechts verkeerstekens aanbrengen die opgenomen zijn in bijlage 1, behorende bij het RVV 1990, hoofdstukken A tot en met H.
Op de aansluiting met de N387 geldt nu over een lengte van 700 m een snelheidsbeperking van 80 km/u. Op de aansluiting bij Appingedam is geen snelheidsbeperking van kracht.
Op beide kruispunten wordt door een groot deel van het verkeer 100 km/u gereden. Op gevarenpunten op autowegen kan over een kort weggedeelte een snelheidsbeperking van 70 km/u worden ingesteld. Een weggebruiker die met een lagere snelheid een kruispunt nadert heeft meer tijd om te anticiperen op onverwachte (gevaarlijke) situaties. Hierdoor wordt de kans op een ongeval kleiner.
Om de verkeersveiligheid te verbeteren wordt op de genoemde aansluitingen een snelheidsbeperking ingesteld van 70 km/u Om de weggebruiker extra te attenderen op deze maatregel zullen er naast de reguliere verkeersborden A1 ook matrixborden worden geplaatst. Deze matrixborden hebben de afbeelding van bord A1 en lichten op zodra een voertuig passeert dat sneller rijdt dan 70 km/u.
De voorbereiding van dit verkeersbesluit heeft conform het gestelde in afdeling 4.1.2 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) plaatsgevonden.
Dit besluit wordt gepubliceerd in de Staatscourant.
Gezien de in dit verkeersbesluit opgenomen overwegingen dienen verkeerstekens geplaatst te worden op:
-
•
Rijksweg N33 tussen km 51,850 tot en met km 52,750, en
-
•
Rijksweg N33 tussen km 58,720 tot en met km 59,450.
DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN MILIEU,
hoofd van de afdeling Vergunningverlening,
Rijkswaterstaat Noord-Nederland,