Logo GroesbeekInstellen eenrichtingsverkeer Ruijsdaelstraat en Paulus Potterstraat te Millingen aan de Rijn

Z-14-11475

Burgemeester en wethouders van Millingen aan de Rijn

Overwegingen ten aanzien van het besluit

daartoe gemachtigd ingevolge artikel 18, lid 1, sub d, van de Wegenverkeerswet 1994;

voorgenomen het verzoek van de raad van Millingen aan de Rijn d.d. 4 juni 2013 om bij het groot onderhoud van de straten in de Schildersbuurt, fase 3 en 4, de wegen Ruysdaalweg, Frans Halsstraat en Paulus Potterweg eenzelfde profiel te geven als de in fase 1 en 2 ingerichte wegen Rembrandstraat, Van Goghstraat en Rubensstraat;

overwegende, dat de straten in de Schildersbuurt van oorsprong een indeling kennen met een rijbaanbreedte van ongeveer 5,20 meter met aan weerszijden een trottoir;

dat door de straten aan te duiden en in te richten voor eenrichtingsverkeer de breedte van de rijbaan conform de landelijke CROW richtlijnen kan worden teruggebracht naar 3,40 meter;

dat de vrijkomende ruimte met een breedte van 1,80 meter geschikt is om parkeerplaatsen in langs richting aan te wijzen en tevens voldoende ruime boomplantvakken te realiseren;

dat met een dergelijke inrichting het parkeren op straat kan worden gestructureerd, waardoor de openbare ruimte effectiever wordt benut;

dat de straten door de te planten bomen bovendien een groenere en daarmee vriendelijkere uitstraling krijgen, wat bijdraagt aan een betere leefbaarheid in de Schildersbuurt;

dat de in fase 1 en 2 met een dergelijk profiel ingerichte wegen door het gros van de bewoners als een verbetering wordt ervaren;

dat de raad van Millingen aan de Rijn op basis daarvan heeft besloten om dit profiel ook te willen realiseren in de straten die tijdens fase 3 en 4 heringericht worden, te weten de Ruysdaalstraat, de Paulus Potterstraat en de Frans Halsstraat.

dat momenteel reeds een eenrichtingsverkeer van kracht is in de Frans Halsstraat, maar dat de Ruysdaalstraat en Paulus Potterstraat gebruikt mogen worden door autoverkeer in tweerichtingen;

dat het profiel met een rijbaanbreedte van 3,40 meter te smal is voor autoverkeer in twee rijrichtingen;

dat per brief, als ook tijdens een informatieavond onder de bewoners van de betreffende wegen het draagvlak voor eenrichtingsverkeer gepeild is;

dat daarbij het plan is gepresenteerd om eenrichtingsverkeer in te voeren op de Ruysdaalstraat van Heerbaan naar Wethouder Arntzstraat en op de Paulus Potterstraat van Wethouder Arntzstraat naar de Heerbaan;

dat gelijktijdig het bestaande eenrichtingsverkeer op het gedeelte van de Mesdagstraat vanaf de Frans Halsstraat naar de Van Goghstraat zou worden opgeheven om te voorkomen dat al het verkeer naar de Frans Halsstraat extra ver moet omrijden via de Rubensstraat nu de kortste route vanaf de Heerbaan via de Paulus Potterstraat in dat plan niet meer toegestaan is;

dat uit de reacties is gebleken dat de beoogde rijrichting op de Ruysdaalstraat vanaf de Heerbaan naar de Wethouder Arntzstraat wordt gedeeld door de bewoners. Het in de andere rijrichting oprijden van de Heerbaan vanuit de Ruysdaalstraat wordt daar als potentieel gevaarlijk ervaren. Dit vanwege de wegversmalling nabij het kruispunt, waardoor verkeer op de Heerbaan richting Duitsland zich ter hoogte van het kruispunt vaak al op de andere weghelft bevindt;

dat de reacties op dit plan verder aanleiding geven om een tweetal wijzigingen door te voeren;

dat het tweerichtingsverkeer op het gedeelte van de Paulus Potterstraat tussen Heerbaan en Mesdagstraat behouden blijft. Het voorgestelde eenrichtingsverkeer op dit wegvak leidt tot bezwaren ten aanzien van de bereikbaarheid van vooral de Frans Halsstraat;

dat de bewoners van de Mesdagstraat hebben gepleit voor het behoud van het eenrichtingsverkeer op het wegvak tussen de Frans Halsstraat en de Van Goghstraat;

dat het opheffen van het eenrichtingsverkeer in de Mesdagstraat niet langer nodig is nu met dit besluit de oorspronkelijke route naar de Frans Halsstraat via de Paulus Potterstraat behouden blijft;

dat op de reeds bestaande wegen met eenrichtingsverkeer in de Schildersbuurt, te weten de Rembrandtstraat, Van Goghstraat, Rubenstraat, Mesdagstraat en Frans Halsstraat, nu geen uitzondering geldt voor fietsverkeer;

dat fietsers echter veelal de kortste weg verkiezen en zich in praktijk niet houden aan het eenrichtingsregime;

dat autoverkeer niet bedacht is op fietsverkeer uit tegengestelde richting, waardoor gevaarlijke situaties kunnen ontstaan;

dat volgens de richtlijnen van het CROW op rijbanen van 3,40 meter breedte het verantwoord is om voor fietsverkeer een uitzondering te maken op het eenrichtingsregime;

dat door het aanbrengen van onderborden met de uitzondering voor fietsverkeer de andere weggebruikers beter bedacht zullen zijn op de feitelijke situatie met fietsverkeer ook in tegengestelde rijrichting;

dat de uitzondering niet wordt ingesteld voor bromfietsers; door hun hogere snelheid is het uit veiligheidsoverwegingen gewenst dat zij zich wel houden aan het eenrichtingsverkeer en mag ook van een bromfietser verwacht worden dat zij niet perse de kortste route verkiezen;

dat het instellen van eenrichtingsverkeer tot gevolg heeft dat het verkeer zich deels via andere routes zal afwikkelen;

dat voor het verkeer van en naar de Rembrandtstraat, Van Goghstraat en Frans Halsstraat geldt dat de routes van en naar het centrum gelijk blijven aan de huidige situatie. Het verkeer rijdt daarbij of heen via de Heerbaan en terug via de Wethouder Koenenstraat of omgekeerd naar gelang de rijrichting. Verkeer naar Duitsland kan gebruik blijven maken van de Paulus Potterstraat;

dat verkeer vanaf de Ruysdaalstraat richting centrum niet langer in de Ruysdaalstraat terug kan rijden naar de Heerbaan, maar aannemelijk via de Wethouder Koenenstraat zal gaan rijden. Het gaat daarbij om het verkeer van en naar de 24 eigen opritten in de Ruysdaalstraat, die in de huidige situatie de keuze hebben in een van beide richtingen weg te rijden. De weggebruikers die in de huidige situatie op straat langsparkeren keren niet over het algemeen niet op straat en zijn al gewend de lus te rijden via de Wethouder Koenenstraat richting centrum of de Van Goghstraat richting Duitsland;

dat verkeer van en naar het bovenste deel van de Paulus Potterstraat niet langer rechtstreeks vanaf de Heerbaan kan komen maar zal rijden via de Mesdagstraat – Frans Halsstraat komend uit Duitsland of de Wethouder Koenenstraat – Wethouder Arntzstraat komend uit de richting van het centrum. Net als bij de Ruysdaalstraat geldt het effect enkel voor verkeer van en naar de 17 eigen opritten;

dat verkeer tussen Duitsland enerzijds en de richting Steenstraat en Rijndijk anderzijds niet langer gebruik kan maken van de Paulus Potterstraat maar een route zal kiezen over andere wegen. Uitgaande van een keuze voor de kortste route in afstand zal daarbij een route via de Ruysdaalstraat richting Steenstraat en via de Paulus Potterstraat richting Duitsland voor de hand liggen;

dat de effecten op de Wethouder Koenenstraat per saldo neer komen op een mogelijke toename van verkeer ten gevolge van andere routes van en naar de samen 41 particuliere opritten in de Ruysdaalstraat en de Paulus Potterstraat. Volgens de CROW publicatie 256 zou, uitgaande van landelijk wonen, een woning gemiddeld 8,2 autoritten per dag produceren. De toename van verkeer bedraagt derhalve maximaal 41 x 4,1 = 168 motorvoertuigen per etmaal;

dat bewoners van de Wethouder Koenenstraat aandacht hebben gevraagd voor de verkeersveiligheid in hun straat naar aanleiding van het voornemen tot het instellen van eenrichtingsverkeer op wegen in de Schildersbuurt;

dat deze geringe toename echter geen gevolgen heeft voor het heersend verkeersbeeld in de Wethouder Koenenstraat en daarmee niet leidt tot een ander, verkeersonveilig verkeersbeeld;

dat de betreffende gedeelten van de Ruysdaalstraat, Rembrandtstraat, Van Goghstraat, Rubensstraat, Frans Halsstraat, Mesdagstraat en Paulus Potterstraat in eigendom, beheer en onderhoud zijn bij de gemeente Millingen aan de Rijn;

dat de Afdeling Verkeer van de Politie Gelderland-zuid met dit soort maatregelen kan instemmen;

dat dit verkeersbesluit primair het belang dient van het waarborgen van de bruikbaarheid van de weg door het parkeren te structureren en het verzekeren van de veiligheid op de weg en het beschermen van weggebruikers door geen autoverkeer in twee richtingen toe te staan op daarvoor te smalle rijbanen;

dat op bijgevoegde tekening het in te stellen eenrichtingsverkeer staat aangegeven. Op deze tekening zijn de onderborden voor de uitzondering van het fietsverkeer niet ingetekend. Deze komen onder de borden die het eenrichtingsverkeer aangeven. Verder geldt dat de ondergrond van de tekening een concept versie van het herinrichtingsplan betreft, waarbij toen nog niet was uitgegaan van een herinrichting tot wegen met een rijbaan van 3,40 meter breed. Het dwarsprofiel A-A en B-B zal ook worden toegepast op de Paulus Potterstraat (wegvak tussen Wethouder Arntzstraat en Mesdagstraat) en de volledige Ruysdaalstraat;

gelet op artikel 12 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer;

BESLUIT

1.

Eenrichtingsverkeer in te stellen op de Ruysdaalstraat en wel vanaf de Heerbaan naar de Wethouder Arntzstraat door plaatsing van verkeersborden model C02 en C03 uit bijlage 1 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990

2.

  • Eenrichtingsverkeer in te stellen op het gedeelte van de Paulus Potterstraat tussen Mesdagstraat en Wethouder Arntzstraat en wel vanaf de Wethouder Arntzstraat naar de Mesdagstraat door plaatsing van verkeersborden model C02 en C03 uit bijlage 1 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990;

3.

  • Op het eenrichtingsverkeer in de Ruysdaalstraat, Rembrandtstraat, Van Goghstraat, Rubensstraat, Mesdagstraat, Frans Halsstraat en Paulus Potterstraat een uitzondering in te stellen voor fietsers door plaatsing van onderborden model OB52 onder de verkeersborden model C02 en C03 uit bijlage 1 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990;

Millingen aan de Rijn, 18 maart 2014

Burgemeester en wethouders van Millingen aan de Rijn
Namens deze, D. Beumer
Beleidsmedewerker Verkeer

Mededelingen

Bezwaar- of beroepsclausule

Ingevolge artikel 7:1 van de Algemene wet bestuursrecht kan binnen 6 weken na datum van verzending van dit besluit een gemotiveerd bezwaarschrift bij ons worden ingediend. Het bezwaarschrift dient te zijn ondertekend en tenminste te bevatten uw naam, adres, dagtekening, een omschrijving van het besluit waartegen het beroep is gericht en de gronden van het beroep.

Indien een bezwaarschrift is ingediend kunt u tevens – indien onverwijlde spoed dat vereist – tegen betaling van griffierechten een voorlopige voorziening vragen bij de Voorzieningenrechter van de Rechtbank, sector bestuursrecht, postbus 9030, 6800 EM Arnhem.

U kunt ook digitaal beroep instellen of een verzoek om een voorlopige voorziening indienen bij genoemde rechtbank via http://loket.rechtspraak.nl/bestuursrecht. Daarvoor moet u wel beschikken over een elektronische handtekening (DigiD). Kijk op de genoemde site voor de precieze voorwaarden.

Naar boven