Verkeersbesluit om bij de Hemelsley 254 II in Sittard een individuele gehandicaptenparkeerplaats in te richten.

Burgemeester en wethouders van Sittard-Geleen:

gelet op:

• het Mandaat, Volmacht en Machtigingsbesluit gemeente Sittard-Geleen 2007 d.d. 22 mei 2007;

• het collegebesluit d.d. 19 november 2007, waarbij het afdelingshoofd Beheer Openbare Ruimte gemandateerd is tot het nemen van maatregelen genoemd in artikel 15 van de Wegenverkeerswet 1994 juncto artikel 12 van het Besluit Administratieve Bepalingen inzake het Wegverkeer (BABW);

• het Ondermandaatbesluit teamleider afdeling Beheer Openbare Ruimte van de gemeente Sittard-Geleen 2007 d.d. 1 juni 2007, waarbij de door het college aan het afdelingshoofd Beheer Openbare Ruimte overgedragen bevoegdheid aan de voor de verkeersbesluiten verantwoordelijke teamleider is ondergemandateerd;

  mede overwegende de volgende punten:

1. Inleiding

Er is een verzoek binnengekomen van de bewoner van de Hemelsley 254 II in Sittard om een individuele gehandicaptenparkeerplaats aan te leggen.

2. Argumenten

Op grond van de van kracht zijnde beleidsregel zoals vastgelegd in artikel 3 van de “Beleidsregel gehandicaptenparkeerplaats 2007” komt de aanvrager in aanmerking voor een individuele gehandicaptenparkeerplaats.

De Hemelsley in Sittard is in beheer en onderhoud bij de gemeente Sittard-Geleen en ligt binnen de bebouwde kom, zoals bedoeld in de Wegenverkeerswet 1994.

Er zijn geen verkeerskundige redenen om van de voorkeurslocatie van de aanvrager af te wijken.

Uit het oogpunt van de verkeersveiligheid, de bescherming van weggebruikers en passagiers, de waarborging van de bereikbaarheid, de doorstroming en de bruikbaarheid van de weg, alsmede de voorkoming van door het verkeer veroorzaakte overlast c.q. hinder wordt het noodzakelijk geacht om deze individuele gehandicaptenparkeerplaats in te richten. Van toepassing zijn hier artikel 2, lid 1, sub a tot en met c en artikel 2, lid 2, sub a van de Wegenverkeerswet 1994,

De in te stellen individuele gehandicaptenparkeerplaats gaat ten koste van één algemene parkeerplaats. Het is echter gezien de medische situatie van de aanvrager en de geldende beleidsregels niet onredelijk om de parkeerplaats toe te wijzen. Overige bewoners en automobilisten kunnen gebruik maken van de algemene parkeerplaatsen in de buurt.

3. Advies en inspraak

De Ambtelijke Werkgroep Verkeer, waarin onder meer verkeerskundigen en de regiopolitie zitting hebben, heeft op 03 december 2012 positief geadviseerd.

Tegen dit besluit bestaat voor belanghebbenden de mogelijkheid om binnen 6 weken bezwaar te maken.

Gelet op het bepaalde in:

• de artikelen 2, 15 (lid 1) van de Wegenverkeerswet 1994;

• de artikelen 12 en 21 van het Besluit Administratieve Bepalingen inzake het Wegverkeer;

-artikel 3 van de beleidsregel gehandicaptenparkeerplaatsen 2007;

B E S L U I T E N: om een individuele gehandicaptenparkeerplaats in te richten bij de Hemelsley 254 II in Sittard voor de betreffende bewoner.

Deze verkeersmaatregel zal uitgevoerd worden middels het plaatsen van het bord gehandicaptenparkeerplaats (E06) met daaronder het kenteken (LT-LL-84) op een onderbord (OB309).

Op de foto’s behorend bij het verkeersbesluit is de situering van de beoogde individuele gehandicaptenparkeerplaats aangegeven.

Sittard-Geleen, 6 februari 2013

Namens Burgemeester en wethouders van Sittard-Geleen,

Teammanager Beheer en ontwerp,

Ing. J.J.Th. Raets

Conform artikel 27 van het BABW treden verkeersbesluiten als bedoeld in artikel 15, tweede lid van de Wegenverkeerswet 1994, in werking met ingang van de dag, nadat een termijn van zes weken na de dag waarop het besluit is bekend gemaakt, is verstreken.

De aandacht van de belanghebbende wordt erop gevestigd dat tegen het besluit, ingevolge de bepalingen van de Algemene wet bestuursrecht, binnen zes weken na datum van publicatie hiervan, bij ons bezwaar kan worden gemaakt door het indienen van een bezwaarschrift.

Voorts kan iedere belanghebbende, op grond van artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht, de voorzieningenrechter van de Arrondissementsrechtbank te Maastricht verzoeken een voorlopige voorziening te treffen, indien de belanghebbende van mening is dat onverwijlde spoed dat, gelet op de betrokken belangen, vereist.