Logo WaddinxveenGemeente Waddinxveen - Verkeersbesluit ten behoeve van het instellenvan een tijdelijke voorrangsregeling Spoorpad-Stationsstraat-Stationsplein

Namens burgemeester en wethouders van Waddinxveen,

daartoe bevoegd op grond van:

  • -artikel 18, lid 1, sub d, van de Wegenverkeerswet 1994;

  • -het collegebesluit van 16 maart 2010, waarbij het afdelingshoofd van de afdeling Beheer Openbare Ruimte het afdoeningmandaat voor verkeersbesluiten is toegekend;

het hoofd afdeling Beheer Openbare Ruimte,

gehoord de verkeersadviseur van de politie Hollands-Midden, waarmee is gehandeld overeenkomstig de instructie zoals opgenomen in artikel 24 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer;

gehoord voorts de eigenaar van de betreffende grond, waarmee is gehandeld overeenkomstig de instructie zoals opgenomen in artikel 23 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer, en die daarbij heeft aangegeven met deze maatregel in te stemmen;

gelet op hetgeen ten aanzien hiervan overigens in de Wegenverkeerswet 1994, het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 en het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer is bepaald, alsmede op de bepalingen van de Algemene wet bestuursrecht;

gelet vervolgens op het gegeven dat de in dit besluit aan de orde komende wegen, straten of parkeervoorzieningen openbaar in de zin van de Wegenwet zijn en binnen de bebouwde kom van Waddinxveen als bedoeld in artikel 20a van de Wegenverkeerswet 1994 liggen;

Besluit:

  • 1.door het aanbrengen van haaientanden als bedoeld in artikel 80 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 en het plaatsen van borden B4, B5 en B6 van bijlage 1 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990, de voorrang zodanig te regelen dat de voertuigbestuurders die vanaf het Spoorpad komen voorrang moeten verlenen aan de voertuigbestuurders van de Stationsstraat en het Stationsplein;

  • 2.de bij sub 1 genoemde borden worden als volgt geplaatst: bord B4 vanaf de Stationsstraat, bord B5 vanaf het Stationsplein en bord B6 vanaf het Spoorpad;

  • 3.daarbij uit te spreken dat de borden en de haaientanden zonder een verkeersbesluit daartoe weer worden verwijderd, zodra de herinrichting van de Stationsomgeving wordt uitgevoerd;

  • 4.vast te leggen dat aan dit besluit de volgende overwegingen ten grondslag liggen:

ten aanzien van de bestaande situatie en de aanleiding:

  • -de bocht Stationsplein-Stationsstraat is op dit moment vormgegeven als doorgaande weg, waardoor de voorrangssituatie met de kruising richting het Spoorpad onduidelijk is;

  • -die onduidelijkheid heeft inmiddels tot een ongeval geleid;

  • -daarom is het gewenst de bedoelde onduidelijkheid weg te nemen;

  • -deze maatregel is tijdelijk, omdat het Stationsgebied opnieuw ingericht zal worden;

ten aanzien van de verkeerskundige en juridische aspecten:

  • -de gewenste voorrangsregeling wordt vormgegeven met de borden B4, B5 en B6 van bijlage 1 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 geplaatst, zoals beschreven in sub 1 van het besluit;

  • -de gewenste voorrangsregeling wordt tevens vormgegeven door het aanbrengen van haaientanden als bedoeld in artikel 80 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990, zoals beschreven in sub 2 van het besluit;

  • -aan deze maatregel liggen ten grondslag de volgende verkeerskundige doelstellingen zoals weergegeven in artikel 2, lid 1, sub a en b:

    • ca.het verzekeren van de veiligheid op de weg;

    • cb.het beschermen van weggebruikers en passagiers;

  • -artikel 37 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer is aan de orde, doordat de situatie van tijdelijke aard is, in afwachting van de herinrichting van het Stationsgebied, die langer zal duren dan 4 maanden;

ten aanzien van de zorgvuldigheid en de afweging van belangen:

  • -dit onderwerp is behandeld door personen die door hun deskundigheid een goed oordeel ter zake kunnen geven en die beschikken – vanwege hun plaatselijke bekendheid, al dan niet aangevuld met visuele waarnemingen ter plaatse – over de nodige kennis omtrent de relevante feiten en de af te wegen belangen;

  • -die personen hebben op grond van de bedoelde expertise een negatief advies uitgesproken voor het uitvoeren van de aangegeven maatregel;

  • -dit omdat het binnen een 30 km/h zone op grond van de uitvoeringsvoorschriften BABW niet is toegestaan een voorrangsregeling te treffen;

  • -door de onduidelijke voorrangssituatie en in het belang van de verkeersveiligheid is besloten deze maatregel uit te voeren;

  • -gelet daarop kan worden gesteld, dat bij de besluitvorming ter zake de gewenste zorgvuldigheid zoals opgenomen in artikel 3:2 van de Algemene wet bestuursrecht genoegzaam in acht is genomen;

  • -dit besluit heeft dan ook geen onevenredig nadelige gevolgen als bedoeld in artikel 3:4, lid 2, van de Algemene wet bestuursrecht.

ten aanzien van het advies van de verkeersadviseur:

  • -dit besluit wijkt af van het advies van de politie van 25 april 2013;

  • -de politie is van mening dat deze verkeersmaatregel op grond van de uitvoeringsvoorschriften BABW niet is toegestaan;

  • -besloten is de maatregel toch vast te stellen, omdat de situatie voor veel weggebruikers onduidelijk en daardoor onveilig is;

  • -bovendien kan de handhaving door de BOA’s plaatsvinden.

Waddinxveen, 15 mei 2013

Namens burgemeester en wethouders van Waddinxveen,

het plv. hoofd van de afdeling Beheer Openbare Ruimte,

(P.C. Kops)

N.B.

Ingevolge de Algemene wet bestuursrecht kan door iedere belanghebbende tegen dit besluit een bezwaarschrift, binnen zes weken na de datum van bekendmaking van dit besluit, worden ingediend. Dit bezwaarschrift dient gemotiveerd te zijn en worden ingediend bij het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Waddinxveen, Postbus 400, 2740 AK Waddinxveen.

Wanneer een bezwaarschrift is ingediend, kan de Voorzieningenrechter van de Rechtbank te Den Haag, sector Bestuursrecht, Prins Clauslaan 60, Postbus 20302, 2500 EH DEN HAAG (telefoonnummer (070) 3813111), op een daartoe strekkend verzoek van de indiener van het bezwaarschrift, een voorlopige voorziening treffen, indien de onmiddellijke uitvoering van het besluit voor betrokkene onevenredig met zich meebrengt.

Aan de indiening van laatstgenoemd verzoek zijn kosten verbonden. Nadere informatie kan worden verkregen bij de afdeling Dienstverlening van de gemeente Waddinxveen (telefoonnummer 0182-624633).

U kunt ook digitaal uw beroep- en verzoekschrift indienen bij de genoemde rechtbank via http://loket.rechtspraak.nl/ bestuursrecht. Daarvoor moet u wel beschikken over DigiD als uw elektronische handtekening. Op de genoemde website treft u de precieze voorwaarden aan.

Van deze maatregel wordt op de gebruikelijke wijze een afkondiging gedaan.

Een afschrift van dit besluit wordt verzonden aan:

  • a.de adviseur van de politie Hollands Midden;

  • b.afdeling voorlichting ter publicatie;

Naar boven