Besluit houdende wijziging van het Landelijk Strafprocesreglement voor rechtbanken en openbaar ministerie, gepubliceerd in de Staatscourant van 31 december 2010, nr. 20926

Na goedkeuring door het Landelijk Overleg van Voorzitters Strafsectoren op 18 november 2011, gevolgd door vaststelling door het College van Procureurs-generaal op 12 december 2011 en de besturen van alle rechtbanken in de periode van 1 december tot en met 13 december 2011.

ARTIKEL I

Het Landelijk Strafprocesreglement voor rechtbanken en openbaar ministerie wordt als volgt gewijzigd:

A

In de considerans vervalt de volgende zin:

Dit strafprocesreglement is onverkort van toepassing op jeugdzaken, waarbij wordt opgemerkt dat, ongeacht de termijnen die in dit reglement zijn genoemd, in geval van jeugdzaken nadrukkelijk gestreefd dient te worden naar een zo kort mogelijke doorlooptijd.

B

In de considerans wordt na de zin ‘Het reglement heeft geen betrekking op kantonzaken’, toegevoegd:

Voor jeugd(straf)zaken is een aparte paragraaf (9) opgenomen.

C

In de inhoudsopgave en in het reglement wordt na paragraaf 8.3, en onder vernieuwde doornummering van alle daaropvolgende hoofdstukken en desbetreffende bepalingen, hoofdstuk 9 ingevoegd, met als titel: Jeugd(straf)zaken.

D

In bepaling 4.2.2 ‘De overige door de officier van justitie aan te leveren stukken’ wordt als laatste toegevoegd:

  • de kennisgeving aan de ouders/voogd (bij minderjarigen).

E

Bepaling 4.3.3 komt te luiden:

  • 4.3.3 Hetgeen is bepaald in 4.3.1 is niet van toepassing op toetsingen van verdachten die zijn aangehouden tussen donderdag 15.00 uur en vrijdag 09.00 uur én uit termijnoverwegingen op die vrijdag getoetst dienen te worden. Deze ‘vrijdag-termijntoetsingen’ worden zo spoedig mogelijk gemeld aan het kabinet van de rechter-commissaris en aanlevering van processen-verbaal geschiedt in onderling overleg.

F

Het ingevoegde hoofdstuk 9 komt te luiden:

9. Jeugd(straf)zaken

  • 9.1 De bepalingen in dit reglement zijn onverkort van toepassing op jeugd(straf)zaken tenzij hieronder anders vermeld. Er gelden aparte richtlijnen voor forumbepaling en appointering.

  • 9.2 De rechtbank zorgt altijd, met het oog op het realiseren van de Kalsbeeknormen, voor voldoende zittingsruimte ten behoeve van jeugd(straf)zaken.

  • 9.3 Indien na appointering een nieuwe zaak tegen een minderjarige verdachte binnenkomt geldt, in afwijking van 7.1.6, als uitgangspunt dat de nieuwe zaak, mits het complete dossier uiterlijk 2 werkdagen voor de zittingsdatum aan de strafgriffie van de rechtbank zal zijn aangeboden, wordt gevoegd bij de reeds geappointeerde zaak.

  • 9.4 Indien op een enkelvoudige zitting om aanhouding wordt verzocht en dit verzoek wordt gehonoreerd, dan vindt de aanhouding plaats voor bepaalde tijd waarbij, in afwijking van 7.1.7, de volgende zittingsdatum wordt bepaald op een zo kort mogelijke termijn.

G

Bepaling 10.1, vernummerd tot 11.1 (zie onder C), komt te luiden:

  • 11.1. Verzoeken tot aanhoudingen voorafgaande aan de zitting, worden binnen de sector strafrecht van de rechtbank centraal beoordeeld. Het openbaar ministerie wordt hierbij gehoord. Bij bijzonderheden overlegt de centrale beoordelaar met de rechter cq. kamervoorzitter. De beslissing wordt ter zitting gegeven.

H

Hoofdstuk 11 ‘Ontnemingen (MK-Zaken)’, vernummerd tot hoofdstuk 12 (zie onder C) komt te luiden: 12. Ontnemingen.

I

Bepaling 11.4, vernummerd tot 12.4 (zie onder C), komt te luiden:

  • 12.4 Overschrijding van de in 12.2 gestelde termijnen kan ertoe leiden dat de rechter geen kennis neemt van deze te laat ingediende stukken.

J

Aan de inventarislijst in bijlage 1 (i.v.m. bepaling 8.3.2), worden toegevoegd:

  • reclasseringsrapportage(s),

  • oproeping ouder(s)/voogd (bij minderjarigen) en

  • vordering benadeelde partij

ARTIKEL II

Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 januari 2012.

’s-Gravenhage 12 december 2011

Naar boven