Besluit van 24 november 2009, houdende vaststelling van vergunningen voor frequentieruimte in de 2,6GHz-band en de band 2010–2019,7 MHz ten behoeve van het verzorgen van openbare elektronische communicatiediensten

De Staatssecretaris van Economische Zaken,

Gelet op artikel 3, derde lid, onderdeel c, van het Frequentiebesluit;

Besluit:

Ingevolge het besluit van de minister van 18 oktober 2009 (Stcrt. 2008, 15901) worden vergunningen voor frequentieruimte in de 2,6 GHz-band en de band 2010–2019,7 MHz ten behoeve van het verzorgen van openbare elektronische communicatiediensten verdeeld. De vergunningen alsmede de voorschriften en beperkingen die hieraan zullen worden verbonden zijn in de bijlagen A t/m E vastgesteld. Die onderdelen van de vergunning die pas na de procedure van veiling kunnen worden vastgesteld, zijn niet opgenomen in de bijlagen. Hierbij valt te denken aan de naam van de toekomstige vergunninghouder. De toelichting op de vergunningen staat in bijlage F.

De Staatssecretaris van Economische Zaken,

namens deze:

Hoofd Spectrummanagement,

J.T.M. Derksen.

Ingevolge het bepaalde in artikel 7:1 van de Algemene wet bestuursrecht kunnen belanghebbenden tegen deze beschikking binnen zes weken na de dag waarop zij is bekendgemaakt een bezwaarschrift indienen bij de afdeling Juridische zaken van het Agentschap Telecom van het Ministerie van Economische Zaken, Postbus 450, 9700 AL te Groningen. Het bezwaarschrift dient te zijn ondertekend en ten minste de naam en het adres van de indiener, de dagtekening, een omschrijving van de beschikking waartegen het is gericht, en de gronden van het bezwaar te bevatten.

BIJLAGE A ONTWERPVERGUNNING A

Vergunning voor het gebruik van frequentieruimte in de band 2010–2019,6 MHz ten behoeve van het verzorgen van openbare elektronische communicatiediensten

Groningen, [datum]

AT-EZ/

De Staatssecretaris van Economische Zaken,

Gelezen de aanvraag van [naam];

Gelet op artikel 3.3 en 3.5 van de Telecommunicatiewet en op artikel 16 van het Frequentiebesluit;

Besluit:

§ 1 Begripsbepalingen

Artikel 1

In deze beschikking wordt verstaan onder:

a. basisstation:

radiozendapparaat of een samenstel van radiozendapparaten dat op één en dezelfde vaste plaats is opgesteld;

b. e.i.r.p. (Equivalent Isotropically Radiated Power):

het uitgestraalde vermogen in de hoofdstraalrichting ten opzichte van een isotrope straler;

c. maximale gemiddelde e.i.r.p.:

maximum van de gemiddelde e.i.r.p. van de signalen in de gespecificeerde bandbreedte;

d. HCM-overeenkomst:

overeenkomst, getiteld: Agreement between the Administrations of Austria, Belgium, the Czech Republic, Germany, France, Hungary, the Netherlands, Croatia, Italy, Liechtenstein, Lithuania, Luxembourg, Poland, Romania, the Slovak Republic, Slovenia and Switzerland on the co-ordination of frequencies between 29.7 MHz and 39.5 GHz for the fixed service and the land mobile service;

e. multilaterale overeenkomst:

overeenkomst, getiteld ‘Agreement between the Telecommunications Administrations of the Netherlands, Belgium, Luxembourg, France and Germany concerning the approval of planning arrangements between operators of mobile radio communication networks’.

§ 2 Verlening

Artikel 2
  • 1. Aan [naam] te [plaats], ingeschreven in het handelsregister bij de Kamer van Koophandel [plaats] onder nummer [inschrijfnummer], hierna te noemen: de vergunninghouder, wordt een vergunning verleend voor het gebruik van de frequentieruimte binnen het frequentiebereik 2010 MHz–2019,7 MHz ten behoeve van terrestrische systemen waarmee openbare elektronische communicatiediensten worden aangeboden.

  • 2. De vergunninghouder gebruikt de in het eerste lid genoemde frequentieruimte slechts in overeenstemming met de bestemming in het geldende nationaal frequentieplan.

§ 3 Voorschriften en beperkingen

Artikel 3

De vergunninghouder biedt een openbare commerciële dienst aan, waarbij gebruik wordt gemaakt van de frequentieruimte, bedoeld in artikel 2:

  • a. binnen twee jaar in een gebied van ten minste 20 vierkante kilometer;

  • b. binnen vijf jaar in een gebied van ten minste 200 vierkante kilometer.

Artikel 4
  • 1. Het gebruik van de frequentieruimte vindt plaats met inachtneming van de in de bijlage opgenomen frequentietechnische voorwaarden.

  • 2. De vergunninghouder mag van het gestelde in het eerste lid afwijken voor zover hierover schriftelijke overeenstemming is bereikt met de vergunninghouder van de naastliggende frequentieruimte (2019,7–2025 MHz). Afwijking van het gestelde in het eerste lid is echter alleen mogelijk voor frequenties groter of gelijk aan 2010,5 MHz.

  • 3. De vergunninghouder draagt ervoor zorg dat hij vanaf de landsgrens met Duitsland en België de maximale veldsterkte 21 dBµV/m/5MHz, gemeten op 3 meter hoogte boven het maaiveld, niet overschrijdt1.

  • 4. De veldsterkte wordt berekend op basis van de berekeningsmethode voor mobiel gebruik, opgenomen in de geldende HCM-overeenkomst2.

  • 5. De vergunninghouder mag afwijken van het gestelde in het derde lid voor zover wordt voldaan aan de voorwaarden, vermeld in de geldende multilaterale overeenkomst3.

Artikel 5

De vergunninghouder veroorzaakt:

  • a. geen ontoelaatbare belemmeringen door het gewenste signaal van radiozendapparaten in andere radiozend- of ontvangstapparaten of in elektrische of elektronische inrichtingen, en

  • b. in het frequentiegebied van 100 kHz tot en met 2,5 GHz in ziekenhuizen alsmede op de percelen waar deze ziekenhuizen staan geen piekwaarde van de elektrische veldsterkte die gelijk is aan of hoger is dan 5,4 volt per meter.

§ 4 Slotbepaling

Artikel 6

Deze beschikking treedt in werking met ingang van [datum-x] en geldt tot en met [datum-x+20 jaar].

Deze beschikking wordt in de Staatscourant geplaatst.

De Staatssecretaris van Economische Zaken,

namens deze:

Hoofd Netwerken,

Agentschap Telecom.

Ingevolge het bepaalde in artikel 7:1 van de Algemene wet bestuursrecht kunnen belanghebbenden tegen deze beschikking binnen zes weken na de dag waarop zij is verzonden een bezwaarschrift indienen bij de afdeling Juridische zaken van het Agentschap Telecom van het Ministerie van Economische Zaken, Postbus 450, 9700 AL te Groningen. Het bezwaarschrift dient te zijn ondertekend en ten minste de naam en het adres van de indiener, de dagtekening, een omschrijving van de beschikking waartegen het is gericht, en de gronden van het bezwaar te bevatten.

Bijlage behorende bij de vergunning A d.d. [datum], nummer AT-EZ/ [nummer], verleend aan [naam]

De frequentietechnische voorwaarden bedoeld in artikel 4, eerste lid zijn:

  • 1. Bij het gebruik van de frequentieband 2010 MHz tot 2019.7 MHz voor zendsignalen van basisstations gelden de volgende maximale gemiddelde e.i.r.p. waarden van het zendsignaal:

    • 1°. voor frequenties lager dan 2000,5 MHz: –28 dBm/MHz

    • 2°. van 2000,5 MHz tot 2009,5 MHz: 4 dBm/MHz

    • 3°. van 2009,5 MHz tot 2010,3 MHz: 3–15 * (2010,3-frequentie) dBm/30 kHz

    • 4°. van 2010,3 MHz tot 2010,5 MHz: 3dBm/30kHz

    • 5°. van 2010,5 MHz tot 2015,5 MHz: 54 dBm/MHz

    • 6°. van 2015,5 MHz tot 2019,7 MHz: 28 dBm/MHz

    • 7°. van 2019,7 MHz tot 2019,9 MHz: –19 dBm/30 kHz

    • 8°. van 2019,9 MHz tot 2020,7 MHz: –19 –15 *(frequentie-2019,9) dBm/kHz

    • 9°. voor frequenties hoger dan 2020,7 MHz: –28 dBm/MHz

BIJLAGE B ONTWERPVERGUNNING B

Vergunning voor het gebruik van frequentieruimte ten behoeve van het verzorgen van openbare elektronische communicatiediensten

Groningen, [datum]

AT-EZ/

De Staatssecretaris van Economische Zaken,

Gelezen de aanvraag van [naam];

Gelet op artikel 3.3 en 3.5 van de Telecommunicatiewet en op artikel 16 van het Frequentiebesluit;

Besluit:

§ 1 Begripsbepalingen

Artikel 1

In deze beschikking wordt verstaan onder:

a. basisstation:

radiozendapparaat of een samenstel van radiozendapparaten dat op één en dezelfde vaste plaats is opgesteld;

b. e.i.r.p. (Equivalent Isotropically Radiated Power):

het uitgestraalde vermogen in de hoofdstraalrichting ten opzichte van een isotrope straler;

c. maximale gemiddelde e.i.r.p.:

maximum van de gemiddelde e.i.r.p. van de signalen in de gespecificeerde bandbreedte;

d. HCM-overeenkomst:

overeenkomst, getiteld: Agreement between the Administrations of Austria, Belgium, the Czech Republic, Germany, France, Hungary, the Netherlands, Croatia, Italy, Liechtenstein, Lithuania, Luxembourg, Poland, Romania, the Slovak Republic, Slovenia and Switzerland on the co-ordination of frequencies between 29.7 MHz and 39.5 GHz for the fixed service and the land mobile service;

e. multilaterale overeenkomst:

overeenkomst, getiteld: Agreement between the Telecommunications Administrations of the Netherlands, Belgium, Luxembourg, France and Germany concerning the approval of planning arrangements between operators of mobile radio communication networks;

f. aaneengesloten blok gepaarde frequentieruimte:

aaneengesloten gepaarde frequentieruimte in de band 2500–2685 MHz waarvoor vergunningen zijn verleend aan de in artikel 2 genoemde vergunninghouder;

g. gepaarde frequentieruimte:

frequentieruimte met een omvang van 2 x 5 MHz waartussen een afstand is van 120 MHz.

§ 2 Verlening

Artikel 2
  • 1. Aan [naam] te [plaats], ingeschreven in het handelsregister bij de Kamer van Koophandel [plaats] onder nummer [inschrijfnummer], hierna te noemen: de vergunninghouder, wordt een vergunning verleend voor het gebruik van de frequentieruimte binnen het frequentiebereik X MHz–Y MHz en U MHz–V MHz ten behoeve van terrestrische systemen waarmee openbare elektronische communicatiediensten worden aangeboden.

  • 2. De vergunninghouder gebruikt de in het eerste lid genoemde frequentieruimte slechts in overeenstemming met de bestemming in het geldende nationaal frequentieplan.

§ 3 Voorschriften en beperkingen

Artikel 3
  • 1. De vergunninghouder biedt een openbare commerciële dienst aan, waarbij gebruik wordt gemaakt van de frequentieruimte, bedoeld in artikel 2:

    • a. binnen twee jaar in een gebied van ten minste 20 vierkante kilometer;

    • b. binnen vijf jaar in een gebied van ten minste 200 vierkante kilometer.

  • 2. Indien de vergunninghouder beschikt over meer dan één vergunning in de band 2500–2685 MHz verschillen de in het eerste lid genoemde gebieden per vergunning en overlappen deze elkaar niet.

Artikel 4
  • 1. Het gebruik van de frequentieruimte vindt plaats met inachtneming van de in de bijlage opgenomen frequentietechnische voorwaarden;

  • 2. Het bepaalde in het eerste lid blijft buiten toepassing voor zover:

    • a. de vergunninghouder een overeenkomst heeft gesloten met één of meer andere houders van een vergunning in het frequentiebereik 2500 MHz–2690 MHz omtrent de frequentietechnische gebruiksvoorwaarden van de vergunde frequentieruimte, en die andere houders een hoger signaalniveau in de aan hen vergunde frequentieruimte gaan ondervinden dan dat bij de toepassing door de vergunninghouder van het eerste lid het geval zou zijn, en

    • b. door de in deze overeenkomst(en) opgenomen bepalingen wordt gewaarborgd dat interferentie op anderen dan die partij zijn bij de overeenkomst(en), wordt voorkomen;

  • 3. De vergunninghouder draagt ervoor zorg dat hij vanaf de landsgrens met Duitsland en België de maximale veldsterkte 21 dBµV/m/5MHz, gemeten op 3 meter hoogte boven het maaiveld, niet overschrijdt1.

  • 4. De veldsterkte wordt berekend op basis van de berekeningsmethode voor mobiel gebruik, opgenomen in de geldende HCM-overeenkomst2.

  • 5. De vergunninghouder mag afwijken van het gestelde in het derde lid voor zover wordt voldaan aan de voorwaarden, vermeld in de geldende multilaterale overeenkomst3.

  • 6. Ter bescherming van radioastronomie draagt de vergunninghouder ervoor zorg dat het cumulatieve effect van de basisstations van de vergunninghouder in het frequentiebereik 2690 MHz tot 2700 MHz maximaal –193 dBm/MHz bedraagt op de door Committee on Radio Astronomy Frequencies (CRAF) aangemerkte radioastronomielocaties4.

Artikel 5

De vergunninghouder veroorzaakt:

  • a. geen ontoelaatbare belemmeringen door het gewenste signaal van radiozendapparaten in andere radiozend- of ontvangstapparaten of in elektrische of elektronische inrichtingen, en

  • b. in het frequentiegebied van 100 kHz tot en met 2,5 GHz in ziekenhuizen alsmede op de percelen waar deze ziekenhuizen staan geen piekwaarde van de elektrische veldsterkte die gelijk is aan of hoger is dan 5,4 volt per meter.

§ 4 Slotbepaling

Artikel 6

Deze beschikking treedt in werking met ingang van [datum-x] geldt tot en met [datum-x+20 jaar].

Deze beschikking wordt in de Staatscourant geplaatst.

De Staatssecretaris van Economische Zaken,

namens deze:

Hoofd Netwerken,

Agentschap Telecom.

Ingevolge het bepaalde in artikel 7:1 van de Algemene wet bestuursrecht kunnen belanghebbenden tegen deze beschikking binnen zes weken na de dag waarop zij is verzonden een bezwaarschrift indienen bij de afdeling Juridische zaken van het Agentschap Telecom van het Ministerie van Economische Zaken, Postbus 450, 9700 AL te Groningen. Het bezwaarschrift dient te zijn ondertekend en ten minste de naam en het adres van de indiener, de dagtekening, een omschrijving van de beschikking waartegen het is gericht, en de gronden van het bezwaar te bevatten.

Bijlage behorende bij de vergunning B d.d. [datum], nummer AT-EZ/ [nummer], verleend aan [naam]

De frequentietechnische voorwaarden bedoeld in artikel 4, eerste lid van de vergunning zijn:

  • 1. De zendsignalen van de basisstations gebruiken de frequentieband [hoge kant van de duplex: U tot V] MHz. Voor de zendsignalen van basisstations gelden de volgende maximale gemiddelde e.i.r.p. waarden van het zendsignaal:

    • a. indien de frequentieband [hoge kant van de duplex: U tot V] MHz de laagste 5 MHz is van een aaneengesloten blok frequentieruimte dan gelden de volgende waarden:

      • 1°. van (U-5) MHz tot (U-1) MHz: 4 dBm/MHz

      • 2°. van (U-1) MHz tot (U-0,2) MHz: 3 + 15(frequentie-(U-0,2)) dBm/30kHz

      • 3°. van (U-0,2) MHz tot U MHz: 3 dBm/30 kHz

      • 4°. van U MHz tot V MHz: 61 dBm/5MHz

    • b. indien de frequentieband [hoge kant van de duplex: U tot V] MHz de hoogste 5 MHz is van een aaneengesloten blok frequentieruimte dan gelden de volgende waarden:

      • 1°. van U MHz tot V MHz: 61 dBm/5MHz

      • 2°. van V MHz tot (V+0,2) MHz: 3 dBm/30 kHz

      • 3°. van (V+0,2) MHz tot (V+1) MHz: 3–15 (frequentie-(V+0,2)) dBm/30kHz

      • 4°. van (V+1) MHz tot (V+5) MHz: 4 dBm/MHz

    • c. Indien de frequentieband [hoge kant van de duplex: U tot V] MHz niet de laagste of de hoogste 5 MHz is van een aaneengesloten blok frequentieruimte dan geldt een waarde van: 61 dBm/5MHz.

  • 2. Voor frequentieruimte waarvoor aan de vergunninghouder geen vergunning is verleend en waarop het gestelde onder 1 niet van toepassing is, gelden de volgende maximale gemiddelde e.i.r.p. waarden van zendsignalen van de basisstations op frequenties tussen 2500–2690 MHz:

    • 1°. van 2615 MHz tot [bovengrens gepaard spectrum + 5 MHz] geldt: 4 dBm/MHz

    • 2°. overige frequenties: –45 dBm/MHz

BIJLAGE C ONTWERPVERGUNNING C

Vergunning voor het gebruik van frequentieruimte ten behoeve van het verzorgen van openbare elektronische communicatiediensten

Groningen, [datum]

AT-EZ/

De Staatssecretaris van Economische Zaken,

Gelezen de aanvraag van [naam];

Gelet op artikel 3.3 en 3.5 van de Telecommunicatiewet en op artikel 16 van het Frequentiebesluit;

Besluit:

§ 1 Begripsbepalingen

Artikel 1

In deze beschikking wordt verstaan onder:

a. basisstation:

radiozendapparaat of een samenstel van radiozendapparaten dat op één en dezelfde vaste plaats is opgesteld;

b. e.i.r.p. (Equivalent Isotropically Radiated Power):

het uitgestraalde vermogen in de hoofdstraalrichting ten opzichte van een isotrope straler;

c. maximale gemiddelde e.i.r.p.:

maximum van de gemiddelde e.i.r.p. van de signalen in de gespecificeerde bandbreedte;

d. HCM-overeenkomst:

overeenkomst, getiteld: Agreement between the Administrations of Austria, Belgium, the Czech Republic, Germany, France, Hungary, the Netherlands, Croatia, Italy, Liechtenstein, Lithuania, Luxembourg, Poland, Romania, the Slovak Republic, Slovenia and Switzerland on the co-ordination of frequencies between 29.7 MHz and 39.5 GHz for the fixed service and the land mobile service;

e. multilaterale overeenkomst: overeenkomst, getiteld:

Agreement between the Telecommunications Administrations of the Netherlands, Belgium, Luxembourg, France and Germany concerning the approval of planning arrangements between operators of mobile radio communication networks;

f. aaneengesloten blok ongepaarde frequentieruimte:

aaneengesloten ongepaarde frequentieruimte in de band 2500–2685 MHz waarvoor vergunningen zijn verleend aan de in artikel 2 genoemde vergunninghouder;

g. ongepaarde frequentieruimte:

frequentieruimte met een omvang van 1x 5 MHz.

§ 2 Verlening

Artikel 2
  • 1. Aan [naam] te [plaats], ingeschreven in het handelsregister bij de Kamer van Koophandel [plaats] onder nummer [inschrijfnummer], hierna te noemen: de vergunninghouder, wordt een vergunning verleend voor het gebruik van de frequentieruimte binnen het frequentiebereik [X MHz–Y MHz] ten behoeve van terrestrische systemen waarmee openbare elektronische communicatiediensten worden aangeboden.

  • 2. De vergunninghouder gebruikt de in het eerste lid genoemde frequentieruimte slechts in overeenstemming met de bestemming in het geldende nationaal frequentieplan.

§ 3 Voorschriften en beperkingen

Artikel 3
  • 1. De vergunninghouder biedt een openbare commerciële dienst aan, waarbij gebruik wordt gemaakt van de frequentieruimte, bedoeld in artikel 2:

    • a. binnen twee jaar in een gebied van ten minste 20 vierkante kilometer;

    • b. binnen vijf jaar in een gebied van ten minste 200 vierkante kilometer.

  • 2. Indien de vergunninghouder beschikt over meer dan één vergunning in de band 2500–2685 MHz verschillen de in het eerste lid genoemde gebieden per vergunning en overlappen deze elkaar niet;

  • 3. Het bepaalde in het eerste en tweede lid blijft buiten toepassing indien de frequentieband [X MHz–Y MHz] de laagste 5 MHz is van een aaneengesloten blok frequentieruimte.

Artikel 4
  • 1. Het gebruik van de frequentieruimte vindt plaats met inachtneming van de in de bijlage opgenomen frequentietechnische voorwaarden.

  • 2. Het bepaalde in het eerste lid blijft buiten toepassing voor zover:

    • a. de vergunninghouder een overeenkomst heeft gesloten met één of meer andere houders van een vergunning in het frequentiebereik 2500 MHz–2690 MHz omtrent de frequentietechnische gebruiksvoorwaarden van de vergunde frequentieruimte, en die andere houders een hoger signaalniveau in de aan hen vergunde frequentieruimte gaan ondervinden dan dat bij de toepassing door de vergunninghouder van het eerste lid het geval zou zijn, en

    • b. door de in deze overeenkomst(en) opgenomen bepalingen wordt gewaarborgd dat interferentie op anderen dan die partij zijn bij de overeenkomst(en), wordt voorkomen.

  • 3. De vergunninghouder draagt ervoor zorg dat hij vanaf de landsgrens met Duitsland en België de maximale veldsterkte 21 dBµV/m/5MHz, gemeten op 3 meter hoogte boven het maaiveld, niet overschrijdt1.

  • 4. De veldsterkte wordt berekend op basis van de berekeningsmethode voor mobiel gebruik, opgenomen in de geldende HCM-overeenkomst2.

  • 5. De vergunninghouder mag afwijken van het gestelde in het derde lid voor zover wordt voldaan aan de voorwaarden, vermeld in de geldende multilaterale overeenkomst3.

  • 6. Ter bescherming van radioastronomie draagt de vergunninghouder ervoor zorg dat het cumulatieve effect van de basisstations van de vergunninghouder in het frequentiebereik 2690 MHz tot 2700 MHz maximaal –193 dBm/MHz bedraagt op de door Committee on Radio Astronomy Frequencies (CRAF) aangemerkte radioastronomielocaties4.

Artikel 5

De vergunninghouder veroorzaakt:

  • a. geen ontoelaatbare belemmeringen door het gewenste signaal van radiozendapparaten in andere radiozend- of ontvangstapparaten of in elektrische of elektronische inrichtingen, en

  • b. in het frequentiegebied van 100 kHz tot en met 2,5 GHz in ziekenhuizen alsmede op de percelen waar deze ziekenhuizen staan geen piekwaarde van de elektrische veldsterkte die gelijk is aan of hoger is dan 5,4 volt per meter.

§ 4 Slotbepaling

Artikel 6

Deze beschikking treedt in werking met ingang van [datum-x] geldt tot en met [datum-x+20 jaar].

Deze beschikking wordt in de Staatscourant geplaatst.

De Staatssecretaris van Economische Zaken,

namens deze:

Hoofd Netwerken,

Agentschap Telecom

Ingevolge het bepaalde in artikel 7:1 van de Algemene wet bestuursrecht kunnen belanghebbenden tegen deze beschikking binnen zes weken na de dag waarop zij is verzonden een bezwaarschrift indienen bij de afdeling Juridische zaken van het Agentschap Telecom van het Ministerie van Economische Zaken, Postbus 450, 9700 AL te Groningen. Het bezwaarschrift dient te zijn ondertekend en ten minste de naam en het adres van de indiener, de dagtekening, een omschrijving van de beschikking waartegen het is gericht, en de gronden van het bezwaar te bevatten.

Bijlage behorende bij de vergunning C d.d. [datum], nummer AT-EZ/[nummer], verleend aan [naam]

De frequentietechnische voorwaarden, bedoeld in artikel 4, eerste lid zijn:

  • 1. Bij het gebruik van de in artikel 2 genoemde frequentieruimte voor zendsignalen van basisstations gelden de volgende maximale gemiddelde e.i.r.p. waarden van het zendsignaal:

    • a. indien de frequentieband [X MHz tot Y MHz] de laagste 5 MHz is van een aaneengesloten blok frequentieruimte dan geldt van [X] MHz tot [Y] MHz een waarde van 25 dBm/5MHz;

    • b. indien de frequentieband [X MHz tot Y MHz] MHz de hoogste 5 MHz is van een aaneengesloten blok frequentieruimte, dan gelden de volgende waarden:

      • 1°. van [X MHz tot Y MHz]: 61 dBm/5MHz;

      • 2°. van [Y MHz tot (Y+0,2) MHz]: 3 dBm/30 kHz;

      • 3°. van [(Y+0,2) MHz tot (Y+1) MHz]: 3–15 (frequentie-(Y+0,2))dBm/30kHz;

      • 4°. van [(Y+1) MHz tot (Y+5) MHz]: 4 dBm/MHz

    • c. indien de frequentieband [X MHz tot Y MHz] MHz niet de laagste of de hoogste 5 MHz is van een aaneengesloten blok frequentieruimte dan geldt een waarde van 61dBm/5MHz.

  • 2. Voor frequentieruimte waarvoor aan de vergunninghouder geen vergunning is verleend en waarop het gestelde onder 1 niet van toepassing is, gelden de volgende maximale gemiddelde e.i.r.p. waarden van zendsignalen van de basisstations op frequenties tussen 2500–2690 MHz:

    • 1°. van 2615 MHz tot [bovengrens gepaard spectrum + 5 MHz] geldt: 4 dBm/MHz

    • 2°. overige frequenties: –45 dBm/MHz

BIJLAGE D ONTWERPVERGUNNING D

Vergunning voor het gebruik van frequentieruimte ten behoeve van het verzorgen van openbare elektronische communicatiediensten

Groningen, [datum]

AT-EZ/

De Staatssecretaris van Economische Zaken,

Gelezen de aanvraag van [naam];

Gelet op artikel 3.3 en 3.5 van de Telecommunicatiewet en op artikel 16 van het Frequentiebesluit;

Besluit:

§ 1 Begripsbepalingen

Artikel 1

In deze beschikking wordt verstaan onder:

a. basisstation:

radiozendapparaat of een samenstel van radiozendapparaten dat op één en dezelfde vaste plaats is opgesteld;

b. e.i.r.p. (Equivalent Isotropically Radiated Power):

het uitgestraalde vermogen in de hoofdstraalrichting ten opzichte van een isotrope straler;

c. maximale gemiddelde e.i.r.p.:

maximum van de gemiddelde e.i.r.p. van de signalen in de gespecificeerde bandbreedte;

d. HCM-overeenkomst:

overeenkomst, getiteld: Agreement between the Administrations of Austria, Belgium, the Czech Republic, Germany, France, Hungary, the Netherlands, Croatia, Italy, Liechtenstein, Lithuania, Luxembourg, Poland, Romania, the Slovak Republic, Slovenia and Switzerland on the co-ordination of frequencies between 29.7 MHz and 39.5 GHz for the fixed service and the land mobile service;

e. multilaterale overeenkomst:

overeenkomst, getiteld: Agreement between the Telecommunications Administrations of the Netherlands, Belgium, Luxembourg, France and Germany concerning the approval of planning arrangements between operators of mobile radio communication networks;

f. aaneengesloten blok ongepaarde frequentieruimte:

aaneengesloten ongepaarde frequentieruimte in de band 2500–2685 MHz waarvoor vergunning is verleend aan de in artikel 2 genoemde vergunninghouder;

g. ongepaarde frequentieruimte:

frequentieruimte met een omvang van 1x 5 MHz.

§ 2 Verlening

Artikel 2
  • 1. Aan [naam] te [plaats], ingeschreven in het handelsregister bij de Kamer van Koophandel [plaats] onder nummer [inschrijfnummer], hierna te noemen: de vergunninghouder, wordt een vergunning verleend voor het gebruik van de frequentieruimte binnen het frequentiebereik 2615 MHz–2620 MHz ten behoeve van terrestrische systemen waarmee openbare elektronische communicatiediensten worden aangeboden.

  • 2. De vergunninghouder gebruikt de in het eerste lid genoemde frequentieruimte slechts in overeenstemming met de bestemming in het geldende nationaal frequentieplan.

§ 3 Voorschriften en beperkingen

Artikel 3
  • 1. Het gebruik van de frequentieruimte vindt plaats met inachtneming van de in de bijlage opgenomen frequentietechnische voorwaarden.

  • 2. Het bepaalde in het eerste lid blijft buiten toepassing indien:

    • a. de vergunninghouder een overeenkomst heeft gesloten met één of meer andere houders van een vergunning in het frequentiebereik 2500 MHz–2690 MHz omtrent de frequentietechnische gebruiksvoorwaarden van de vergunde frequentieruimte, en die andere houders een hoger signaalniveau in de aan hen vergunde frequentieruimte gaan ondervinden dan dat bij de toepassing door de vergunninghouder van het eerste lid het geval zou zijn, en

    • b. door de in deze overeenkomst(en) opgenomen bepalingen in voldoende mate wordt gewaarborgd dat interferentie op anderen dan die partij zijn bij de overeenkomst(en) aangesloten, wordt voorkomen.

  • 3. De vergunninghouder draagt ervoor zorg dat hij vanaf de landsgrens met Duitsland en België de maximale veldsterkte 21 dBµV/m/5MHz, gemeten op 3 meter hoogte boven het maaiveld, niet overschrijdt1.

  • 4. De veldsterkte wordt berekend op basis van de berekeningsmethode voor mobiel gebruik, opgenomen in de geldende HCM-overeenkomst2.

  • 5. De vergunninghouder mag afwijken van het gestelde in het derde lid voor zover wordt voldaan aan de voorwaarden, vermeld in de geldende multilaterale overeenkomst3.

  • 6. Ter bescherming van radioastronomie draagt de vergunninghouder ervoor zorg dat het cumulatieve effect van de basisstations van de vergunninghouder in het frequentiebereik 2690 MHz tot 2700 MHz maximaal –193 dBm/MHz bedraagt op de door Committee on Radio Astronomy Frequencies (CRAF) aangemerkte radioastronomielocaties4.

Artikel 4

De vergunninghouder veroorzaakt:

  • a. geen ontoelaatbare belemmeringen door het gewenste signaal van radiozendapparaten in andere radiozend- of ontvangstapparaten of in elektrische of elektronische inrichtingen, en

  • b. in het frequentiegebied van 100 kHz tot en met 2,5 GHz in ziekenhuizen alsmede op de percelen waar deze ziekenhuizen staan geen piekwaarde van de elektrische veldsterkte die gelijk is aan of hoger is dan 5,4 volt per meter.

Artikel 5

De frequentieruimte bedoeld in artikel 2 bevindt zich tussen ongepaarde frequentieruimte en gepaarde frequentieruimte waardoor deze frequentieruimte beperkt bruikbaar is. Daarom accepteert de vergunninghouder storingen door het frequentiegebruik van andere vergunninghouders tussen 2620 MHz en [bovengrens gepaard spectrum].

§ 4 Slotbepaling

Artikel 6

Deze beschikking treedt in werking met ingang van [datum-x] geldt tot en met [datum-x+20 jaar].

Deze beschikking wordt in de Staatscourant geplaatst.

De Staatssecretaris van Economische Zaken,

namens deze:

Hoofd Netwerken,

Agentschap Telecom.

Ingevolge het bepaalde in artikel 7:1 van de Algemene wet bestuursrecht kunnen belanghebbenden tegen deze beschikking binnen zes weken na de dag waarop zij is verzonden een bezwaarschrift indienen bij de afdeling Juridische zaken van het Agentschap Telecom van het Ministerie van Economische Zaken, Postbus 450, 9700 AL te Groningen. Het bezwaarschrift dient te zijn ondertekend en ten minste de naam en het adres van de indiener, de dagtekening, een omschrijving van de beschikking waartegen het is gericht, en de gronden van het bezwaar te bevatten.

Bijlage behorende bij de vergunning D d.d. [datum], nummer AT-EZ/[nummer], verleend aan [naam]

De frequentietechnische voorwaarden bedoeld in artikel 3, eerste lid:

  • 1. Bij het gebruik van de in artikel 2 genoemde frequentieruimte voor zendsignalen van basisstations gelden de volgende maximale gemiddelde e.i.r.p. waarden van het zendsignaal:

    • a. indien de frequentie band 2615 MHz tot 2620 MHz de laagste 5 MHz is van een aaneengesloten blok frequentieruimte dan geldt van 2615 MHz tot 2620 MHz een waarde van 25 dBm/5MHz;

    • b. indien de frequentieband 2615 MHz tot 2620 MHz de hoogste 5 MHz is van een aaneengesloten blok frequentieruimte (ongepaard) dan geldt:

      • 1°. van 2615 MHz tot 2620 MHz: 61 dBm/5MHz

      • 2°. van 2620 MHz tot 2620,2 MHz: 3 dBm/30kHz

      • 3°. van 2620,2 MHz tot 2621 MHz: 3–15 (frequentie-2620,2) dBm/30kHz

      • 4°. van 2621 MHz tot 2630 MHz: 4 dBm/MHz;

    • c. indien de frequentieband 2615 MHz tot 2620 MHz niet de laagste of de hoogste 5 MHz is van een aaneengesloten blok frequentieruimte (ongepaard) dan geldt een waarde van 61 dBm/5 MHz.

  • 2. Voor frequentieruimte waarvoor aan de vergunninghouder geen vergunning is verleend en waarop het gestelde onder 1 niet van toepassing is, gelden de volgende maximale gemiddelde e.i.r.p. waarden van zendsignalen van de basisstations op frequenties tussen 2500–2690 MHz:

    • 1°. van 2615 MHz tot [bovengrens gepaard spectrum + 5 MHz] geldt: 4 dBm/MHz

    • 2°. overige frequenties: –45 dBm/MHz.

BIJLAGE E ONTWERPVERGUNNING E

Vergunning voor het gebruik van frequentieruimte ten behoeve van het verzorgen van openbare elektronische communicatiediensten

Groningen, [datum]

AT-EZ/

De Staatssecretaris van Economische Zaken,

Gelezen de aanvraag van [naam];

Gelet op artikel 3.3 en 3.5 van de Telecommunicatiewet en op artikel 16 van het Frequentiebesluit;

Besluit:

§ 1 Begripsbepalingen

Artikel 1

In deze beschikking wordt verstaan onder:

  • a. basisstation: radiozendapparaat of een samenstel van radiozendapparaten dat op één en dezelfde vaste plaats is opgesteld;

  • b. e.i.r.p. (Equivalent Isotropically Radiated Power): het uitgestraalde vermogen in de hoofdstraalrichting ten opzichte van een isotrope straler;

  • c. maximale gemiddelde e.i.r.p.: maximum van de gemiddelde e.i.r.p. van de signalen in de gespecificeerde bandbreedte;

  • d. HCM-overeenkomst: overeenkomst, getiteld: Agreement between the Administrations of Austria, Belgium, the Czech Republic, Germany, France, Hungary, the Netherlands, Croatia, Italy, Liechtenstein, Lithuania, Luxembourg, Poland, Romania, the Slovak Republic, Slovenia and Switzerland on the co-ordination of frequencies between 29.7 MHz and 39.5 GHz for the fixed service and the land mobile service;

  • e. multilaterale overeenkomst: overeenkomst, getiteld: Agreement between the Telecommunications Administrations of the Netherlands, Belgium, Luxembourg, France and Germany concerning the approval of planning arrangements between operators of mobile radio communication networks..

§ 2 Verlening

Artikel 2
  • 1. Aan [naam] te [plaats], ingeschreven in het handelsregister bij de Kamer van Koophandel [plaats] onder nummer [inschrijfnummer], hierna te noemen: de vergunninghouder, wordt een vergunning verleend voor het gebruik van de frequentieruimte binnen het frequentiebereik 2685 MHz–2690 MHz ten behoeve van terrestrische systemen waarmee openbare elektronische communicatiediensten worden aangeboden.

  • 2. De vergunninghouder gebruikt de in het eerste lid genoemde frequentieruimte slechts in overeenstemming met de bestemming in het geldende nationaal frequentieplan.

§ 3 Voorschriften en beperkingen

Artikel 3
  • 1. Het gebruik van de frequentieruimte vindt plaats met inachtneming van de in de bijlage opgenomen frequentietechnische voorwaarden.

  • 2. Het bepaalde in het eerste lid blijft buiten toepassing voor zover:

    • a. de vergunninghouder een overeenkomst heeft gesloten met één of meer andere houders van een vergunning in het frequentiebereik 2500 MHz–2690 MHz omtrent de frequentietechnische gebruiksvoorwaarden van de vergunde frequentieruimte, en die andere houders een hoger signaalniveau in de aan hen vergunde frequentieruimte gaan ondervinden dan dat bij de toepassing door de vergunninghouder van het eerste lid het geval zou zijn, en

    • b. door de in deze overeenkomst(en) opgenomen bepalingen in voldoende mate wordt gewaarborgd dat interferentie op anderen dan die partij zijn bij de overeenkomst(en) aangesloten, wordt voorkomen.

  • 3. De vergunninghouder draagt ervoor zorg dat hij vanaf de landsgrens met Duitsland en België de maximale veldsterkte 21 dBµV/m/5MHz, gemeten op 3 meter hoogte boven het maaiveld, niet overschrijdt1.

  • 4. De veldsterkte wordt berekend op basis van de berekeningsmethode voor mobiel gebruik, opgenomen in de geldende HCM-overeenkomst2.

  • 5. De vergunninghouder mag afwijken van het gestelde in het derde lid voor zover wordt voldaan aan de voorwaarden, vermeld in de geldende multilaterale overeenkomst3.

  • 6. Ter bescherming van radioastronomie draagt de vergunninghouder ervoor zorg dat het cumulatieve effect van de basisstations van de vergunninghouder in het frequentiebereik 2690 MHz tot 2700 MHz maximaal –193 dBm/MHz bedraagt op de door Committee on Radio Astronomy Frequencies (CRAF) aangemerkte radioastronomielocaties4.

§ 4 Slotbepaling

Artikel 4

Deze beschikking treedt in werking met ingang van [datum-x] geldt tot en met [datum-x+20 jaar].

Deze beschikking wordt in de Staatscourant geplaatst.

De Staatssecretaris van Economische Zaken,

namens deze:

Hoofd Netwerken,

Agentschap Telecom.

Ingevolge het bepaalde in artikel 7:1 van de Algemene wet bestuursrecht kunnen belanghebbenden tegen deze beschikking binnen zes weken na de dag waarop zij is verzonden een bezwaarschrift indienen bij de afdeling Juridische zaken van het Agentschap Telecom van het Ministerie van Economische Zaken, Postbus 450, 9700 AL te Groningen. Het bezwaarschrift dient te zijn ondertekend en ten minste de naam en het adres van de indiener, de dagtekening, een omschrijving van de beschikking waartegen het is gericht, en de gronden van het bezwaar te bevatten.

Bijlage behorende bij de vergunning E d.d. [datum], nummer AT-EZ/[nummer], verleend aan [naam]

De frequentietechnische voorwaarden bedoeld in artikel 4, eerste lid:

  • 1. Bij het gebruik van de in artikel 2 genoemde frequentieruimte voor zendsignalen van basisstations geldt de gemiddelde e.i.r.p. waarde van het zendsignaal van +25dBm/5MHz.

  • 2. Voor frequentieruimte waarvoor aan de vergunninghouder geen vergunning is verleend en waarop het gestelde onder 1 niet van toepassing is, gelden de volgende maximale gemiddelde e.i.r.p. waarden van zendsignalen van de basisstations op frequenties tussen 2500–2690 MHz:

    • 1°. van 2615 MHz tot [bovengrens gepaard spectrum + 5 MHz] geldt: 4 dBm/MHz

    • 2°. overige frequenties: –45 dBm/MHz.

BIJLAGE F TOELICHTING ONTWERP VERGUNNINGEN 2,6 GHZ

Toelichting

De frequentiebanden 2500–2690 MHz en 2010–2019,7 MHz (verder: de 2,6 GHz-band) zijn beschikbaar voor mobiele communicatietoepassingen.

1. Frequentieruimte

Gebruik frequentieruimte

De vergunning betreft het gebruiksrecht op de frequentieruimte zoals weergegeven in artikel 2 van de vergunning ten behoeve van openbare elektronische communicatiediensten. De frequentieruimte is landelijk bruikbaar.

De radioplanning valt onder de verantwoordelijkheid van de vergunninghouder. De vergunninghouder krijgt zoveel mogelijk vrijheid in het exploiteren van de vergunning. Dit geldt voor de toe te passen technologie, de opbouw van het netwerk en voor de diensten die worden aangeboden.

Voor zover daarvan in de vergunning niet wordt afgeweken, dient het gebruik van de frequentieruimte plaats te vinden in overeenstemming met de in de vergunning genoemde overeenkomsten met de buurlanden, te weten: de HCM-overeenkomst en de multilaterale overeenkomst. De ontwerpvergunning is in overeenstemming met de conceptbeschikking van de Europese Commissie over de 2500–2690 MHz band.

  • De HCM-overeenkomst is terug te vinden op: http://hcm.bundesnetzagentur.de/http/englisch/verwaltung/index_europakarte.htm en

  • de multilaterale overeenkomst is terug te vinden als document op de pagina van Veiling 2,6 GHz onder Vergunningen.

Frequentietechnische voorwaarden

Het gebruik van de frequentieruimte voor het elektronische communicatienetwerk dient plaats te vinden met inachtneming van de frequentietechnische voorwaarden, die in de bijlage van de vergunning zijn opgenomen.

In de bijlage staat de Block Edge Mask (BEM) waaraan de vergunninghouder zich dient te houden. De BEM definieert per frequentie het maximale signaalniveau van de zendsignalen van de basisstations van de vergunninghouder. De BEM bepaalt in grote mate de rechten en plichten van een vergunninghouder. De vergunninghouder is vrij in de keuze van technologie, bandbreedte, modulatie, antennes etc. De BEM in de vergunning is gelijk aan de BEM in de concept beschikking van de Europese Commissie over de band 2500–2690 MHz. De BEM is ontwikkeld door een projectteam van de Electronic Communications Committee van de CEPT. De BEM staat in CEPT report 020 die gedownload kan worden van http://www.ero.dk.

Er worden vergunningen verstrekt voor 5 MHz gepaard of 5 MHz ongepaard spectrum. Een vergunninghouder kan meerdere vergunningen van 5 MHz aaneengesloten spectrum verkrijgen. Het is afhankelijk van de ligging van de frequenties in een blok aaneengesloten spectrum wat de maximale signaalniveaus van de basisstations mogen zijn.

Het gebruik van de frequentieruimte 2615–2620 MHz (vergunning D) is beperkt, doordat deze frequentieruimte zich bevindt tussen ongepaarde en gepaarde frequentieruimte (guardband). De vergunninghouder die deze vergunning verwerft moet storingen door het frequentiegebruik van andere vergunninghouders tussen 2620 MHz en de bovengrens van gepaarde frequentieruimte accepteren. De frequentieruimte 2615–2620 MHz wordt om deze reden niet in de hoofdfase van de veiling uitgegeven, maar in de toewijzingsbiedronde. Zie hiervoor de Regeling aanvraag- en veilingprocedure vergunningen 2,6 GHz.

De frequentieruimte tussen 2685–2690 MHz (vergunning E) is eveneens beperkt bruikbaaar. Aan deze frequentieruimte worden beperkingen opgelegd ter voorkoming van interferentie met de frequentieruimte tussen 2690–2700 MHz (radioastronomie). Deze vergunning wordt alleen verleend aan degene die een vergunning verwerft voor de frequentieruimte 2680–2685 MHz.

Voor de totale frequentieruimte van 2010 MHz tot 2019,7 MHz wordt één vergunning (vergunning A) verleend.

De vergunninghouder mag afwijken van het gestelde in de bijlage van de vergunning. Indien dit tot gevolg heeft dat andere vergunninghouders in de band 2500–2690 MHz meer storing (een hoger signaalniveau) gaan ondervinden, dan moet de vergunninghouder overeenkomsten sluiten met desbetreffende vergunninghouders.

De vergunninghouder zorgt er verder voor dat het cumulatieve effect van de basisstations in de band 2690–2700 MHz maximaal –193 dBm/MHz bedraagt op een radioastronomielocatie. Deze verplichting geldt ook ten aanzien van radioastronomie locaties in de buurlanden. Vanwege de grote afstand tussen basisstations en de radioastronomielocaties in de buurlanden zal dit in het algemeen weinig gevolgen hebben voor de vergunninghouders. De meest recente lijst van radioastronomielocaties is terug te vinden op de website van Committee on Radio Astronomy Frequencies: http://www.craf.eu/raobs.htm

Voor de beperking van storingen in de buurlanden mag de maximale veldsterkte op de landgrens 21 dBµV/m/5MHz gemeten op 3 meter hoogte van het maaiveld niet worden overschreden. De vergunninghouder dient er rekening mee te houden dat deze waarde op basis van besprekingen met de buurlanden nog kan veranderen. Nederland neemt als uitgangspunt van de besprekingen de ECC recommandatie ERC/REC/01-01. Deze recommandatie kan gedownload worden van http://www.erodocdb.dk/

2. Termijn ingebruikneming netwerk

Om te garanderen dat partijen de frequentieruimte daadwerkelijk in gebruik gaan nemen, alsmede om strategische acquisitie te voorkomen, is een ingebruiknameverplichting in de vergunning opgenomen. Binnen twee jaar dient per vergunning (voor zowel gepaarde als ongepaarde frequentieruimte) in een gebied van ten minste 20 vierkante kilometer dekking gerealiseerd te worden. Bovendien is een aanvullende eis opgenomen die een vergunninghouder verplicht om per vergunning binnen vijf jaar in totaal ten minste 200 vierkante kilometer in gebruik te nemen voor het aanbieden van een elektronische communicatiedienst.

Indien een vergunninghouder bijvoorbeeld de beschikking heeft over 8 vergunningen van 5 MHz (in totaal 40 MHz) dan wordt het minimale dekkingsgebied 160 vierkante kilometer en binnen vijf jaar minimaal 1600 vierkante kilometer.

Vanwege de beperkte gebruiksmogelijkheden van de frequentieruimte van vergunning D en E is aan deze vergunningen geen ingebruiknameverplichting gebonden. Daarnaast is bij verlening van vergunningen voor ongepaarde frequentieruimte (vergunning C) de ingebruiknameverplichting niet van toepassing voor de laagste 5 MHz van een aaneengesloten blok frequentieruimte waarvoor vergunningen zijn verleend.

3. Informatieverstrekking

Informatieverstrekking algemeen

Agentschap Telecom en OPTA hebben informatie van onder meer de vergunninghouder nodig om bepaalde wettelijke taken te kunnen uitvoeren. Op grond van artikel 18.7 van de Telecommunicatiewet (Tw) is de vergunninghouder verplicht deze informatie op verzoek te verstrekken.

Informatievoorziening aan OPTA

Degene die een openbaar elektronisch communicatienetwerk of een openbare elektronische communicatiedienst aanbiedt, moet daarvan mededeling doen aan OPTA.

Tevens rapporteert de vergunninghouder over wijzigingen met betrekking tot:

  • deelnemingen in het aandelenkapitaal van de onderneming van de vergunninghouder;

  • zeggenschapsverhoudingen in de onderneming van de vergunninghouder.

4. Duur van de vergunning

De vergunning wordt verleend voor een termijn van 20 jaar. Het frequentiegebruiksrecht gaat in op de datum waarop de vergunning wordt verleend.

5. Overige aspecten met betrekking tot de vergunning

5.1. Vergoedingen

De vergunninghouder is naast de totaalprijs in de veiling vergoedingen verschuldigd voor de verlening, wijziging of overdracht van een vergunning (uitvoeringskosten) en het toezicht op de naleving van regels, voorschriften en beperkingen (toezichtskosten). De hoogte van de vergoedingen wordt jaarlijks opnieuw vastgesteld. De vergunninghouder betaalt deze vergoedingen aan Agentschap Telecom en aan OPTA.

Eenmalige en jaarlijkse vergoedingen Agentschap Telecom

Agentschap Telecom brengt de houders van een vergunning vergoedingen (retributies) in rekening. Anders dan bij belastingen, waarbij geen sprake is van een (concrete) tegenprestatie van de overheid, gaat het bij een retributie om een vergoeding die de overheid in rekening brengt voor de toekenning van een bijzonder individualiseerbaar voordeel voor een deelnemer aan het economische verkeer. In dit geval is dat voordeel van het gebruik van frequentieruimte en radiozendapparaten.

De verschuldigde vergoedingen voor de uitvoering dienen om de kosten te dekken van de werkzaamheden van Agentschap Telecom, die voortvloeien uit zijn wettelijke taken. De werkzaamheden van Agentschap Telecom op het gebied van uitvoering bestaan in het algemeen uit het verwerven van frequentieruimte, de internationale coördinatie daarvan en de vergunningverlening. De kosten hiervan worden eenmalig in rekening gebracht. De werkzaamheden op het gebied van toezicht bestaan uit het controleren van vergunninghouders om te bepalen of zij zich aan de gestelde regels houden. De kosten daarvoor worden per kalenderjaar in rekening gebracht. Het niet (of gedeeltelijk) gebruiken van de toegewezen frequentieruimte ontslaat de vergunninghouder niet van zijn betalingsplicht. De kosten voor uitvoering en toezicht worden namelijk gemaakt ongeacht het gebruik door de vergunninghouder.

De vergoedingen die Agentschap Telecom bij een vergunninghouder in rekening brengt, zijn opgenomen in de jaarlijks vast te stellen: ‘Regeling vergoedingen Agentschap Telecom’. Deze Regeling wordt gepubliceerd in de Staatscourant.

Voor het verlenen van de vergunning wordt eenmalig een bedrag vastgesteld. Voor 2009 bedraagt dit bedrag € 590,–.

De jaarlijkse vergoedingen voor het toezicht bedragen voor 2009:

Per ongepaarde MHz

€ 3.197,–

Per gepaarde MHz

€ 6.394,–

Als een vergunning in de loop van een kalenderjaar wordt verleend, wordt de vergoeding voor het toezicht (de jaarlijkse vergoeding) naar rato berekend. Dat betekent dat voor het jaar 2009 een fractie X/365 in rekening wordt gebracht. X betreft het aantal resterende dagen van dat jaar na de dag van vergunningverlening.

De jaarlijkse vergoeding voor het volgende jaar wordt eens per jaar in rekening gebracht, aan het begin van het kalenderjaar.

Eenmalige en jaarlijkse vergoedingen OPTA

Vergoedingen voor de levering van openbare diensten omvatten een (eenmalige) registratievergoeding en een jaarlijkse vergoeding voor het toezicht op de dienst (categorieën: huurlijnen, elektronische communicatiediensten, elektronisch communicatienetwerk). Voor meer informatie over de tarieven zie http://www.opta.nl/.

5.2. Mogelijkheden tot overdracht van vergunningen

Overdracht

Een vergunning kan op aanvraag van de houder van die vergunning aan een andere rechtspersoon worden overgedragen. Daarvoor is toestemming van de minister nodig. Deze toestemming kan onder beperkingen worden verleend. Aan een toestemming kunnen voorschriften worden verbonden.

In algemene zin kan worden gesteld dat toestemming zal worden verleend indien degene aan wie de vergunning wordt overgedragen aan dezelfde eisen voldoet die ten tijde van de verdeling aan een aanvrager werden gesteld. Daarnaast dient ook op grond van doelmatig frequentiegebruik en de mededinging geen bezwaar te bestaan tegen de overdracht. De regelgeving hierover staat in artikel 3.8 van de Tw. Artikel 3.6 van de Tw bevat weigeringsgronden waaraan een aanvraag tot overdracht wordt getoetst.

Ter dekking van de kosten van de werkzaamheden met betrekking tot de overdracht zijn vergoedingen verschuldigd door de verkrijger van de over te dragen vergunning. De vergoeding wordt vastgesteld op grond van de uurtarieven die zijn vastgesteld in de jaarlijks vast te stellen Regeling vergoedingen Agentschap Telecom.

Gedeeltelijke overdracht

Het is ook mogelijk een vergunning gedeeltelijk over te dragen. Als ‘gedeeltelijke overdracht’ wordt gezien het afsplitsen van een deel van het in de vergunning vervatte gebruiksrecht ten behoeve van een derde. Dit leidt in de eerste plaats tot een wijziging van de oorspronkelijke vergunning in een vergunning die bestaat uit meerdere delen. De mogelijkheid om de inhoud van een vergunning te wijzigen staat beschreven in artikel 17 van het Frequentiebesluit.

De delen kunnen worden overgedragen op de wijze bedoeld in artikel 3.8 van de Tw. Dat wil zeggen dat op gedeeltelijke overdracht dezelfde regels van toepassing zijn als op gehele overdracht.

De gehele of gedeeltelijke overdracht stuit de termijnen voor ingebruikneming van de oorspronkelijke vergunning niet.

Bij een gedeeltelijke overdracht die leidt tot het wijzigen van een vergunning zijn op grond van de Regeling vergoedingen Agentschap Telecom wijzigingskosten en overdrachtskosten van toepassing. De wijzigingskosten worden bij de houder van de vergunning in rekening gebracht. De overdrachtskosten worden bij de verkrijger in rekening gebracht.

5.3. Wijziging of intrekking van de vergunning

In een aantal gevallen heeft de minister de plicht of de bevoegdheid een vergunning in te trekken of te wijzigen. De regels hiervoor staan in artikel 3.7 van de Tw.

5.4. Overige verplichtingen vergunninghouder

Voor de vergunninghouder kunnen nog twee verplichtingen uit de hoofdstukken 13 en 14 van de Tw van belang zijn.

Bijzondere omstandigheden

Indien een partij die een vergunning verwerft, reeds is aangewezen om voorbereidingen te treffen voor een situatie van buitengewone omstandigheden, dan zal die aanwijzing ook van toepassing zijn voor deze vergunning. In het geval waarin het kabinet een situatie van buitengewone omstandigheden afkondigt (‘de noodtoestand uitroept’), kan de minister bovendien aan alle vergunninghouders verbindende aanwijzingen geven voor de instandhouding en de exploitatie van hun elektronische communicatienetwerken. Zie ook hoofdstuk 14 van de Tw.

Aftapverplichting

De andere verplichting betreft de aftapverplichting op basis van hoofdstuk 13 van de Tw. Alle openbare elektronische communicatienetwerken en -diensten moeten aftapbaar zijn. De diensten en het netwerk van de vergunninghouder zullen dus ook aftapbaar moeten zijn als ze openbaar zijn.1

5.5. Verlenging vergunning

Een vergunning, die is verleend door middel van een veiling, kan in beginsel niet worden verlengd, tenzij een algemeen maatschappelijk, cultureel of economisch belang dit vordert. De vergunninghouder dient de noodzaak hiertoe aan te tonen. In beginsel valt na afloop van de vergunning de frequentieruimte terug aan de overheid, die deze frequentieruimte opnieuw kan verdelen.

5.6. Mobiele terminals

Voor mobiele terminals die zijn aangesloten op het elektronisch communicatienetwerk is voor het gebruik van frequentieruimte geen vergunning vereist. Dit frequentiegebruik is onder voorwaarden vrijgesteld van vergunningplicht in de Regeling gebruik van frequentieruimte zonder vergunning.2


XNoot
1

Deze waarde is gebaseerd op de recommandatie ERC/REC 01-01, geplaatst op de website van European Radiocommunications Office, zie http://www.erodocdb.dk/. De vergunninghouder moet er rekening mee houden dat over deze waarde nog onderhandelingen plaatsvinden met België en Duitsland. Naar aanleiding van de uitkomsten van deze onderhandelingen kunnen de beperkingen van het gebruik van frequenties in de grensgebieden nog aangepast worden.

XNoot
2

De overeenkomst is onder andere te raadplegen op de website van HCM.Bundesnetzagentur: http://hcm.bundesnetzagentur.de/http/englisch/verwaltung/index_europakarte.htm

XNoot
3

De overeenkomst is te raadplegen op de website van Agentschap Telecom: http://www.agentschap-telecom.nl/ > bedrijven > Telecommunicatie en internetproviders > veiling26Ghz > Documents > Multilaterale overeenkomst.pdf

XNoot
1

Deze waarde is gebaseerd op de recommandatie ERC/REC 01-01, geplaatst op de website van European Radiocommunications Office, zie http://www.erodocdb.dk/. De vergunninghouder moet er rekening mee houden dat over deze waarde nog onderhandelingen plaatsvinden met België en Duitsland. Naar aanleiding van de uitkomsten van deze onderhandelingen kunnen de beperkingen van het gebruik van frequenties in de grensgebieden nog aangepast worden.

XNoot
2

De overeenkomst is onder andere te raadplegen op de website van HCM.Bundesnetzagentur: http://hcm.bundesnetzagentur.de/http/englisch/verwaltung/index_europakarte.htm

XNoot
3

De overeenkomst is te raadplegen op de website van Agentschap Telecom: http://www.agentschap-telecom.nl/ > bedrijven > Telecommunicatie en internetproviders > veiling26Ghz > Documents > Multilaterale overeenkomst.pdf

XNoot
4

De lijst van radioastronomielocaties is onder andere te raadplegen op de website van http://www.craf.eu/raobs.htm

XNoot
1

Deze waarde is gebaseerd op de recommandatie ERC/REC 01-01, geplaatst op de website van European Radiocommunications Office, zie http://www.erodocdb.dk/. De vergunninghouder moet er rekening mee houden dat over deze waarde nog onderhandelingen plaatsvinden met België en Duitsland. Naar aanleiding van de uitkomsten van deze onderhandelingen kunnen de beperkingen van het gebruik van frequenties in de grensgebieden nog aangepast worden.

XNoot
2

De overeenkomst is onder andere te raadplegen op de website van HCM.Bundesnetzagentur: http://hcm.bundesnetzagentur.de/http/englisch/verwaltung/index_europakarte.htm

XNoot
3

De overeenkomst is te raadplegen op de website van Agentschap Telecom: http://www.agentschap-telecom.nl/ > bedrijven > Telecommunicatie en internetproviders > veiling26Ghz > Documents > Multilaterale overeenkomst.pdf

XNoot
4

De lijst van radioastronomielocaties is onder andere te raadplegen op de website van http://www.craf.eu/raobs.htm

XNoot
1

Deze waarde is gebaseerd op de recommandatie ERC/REC 01-01, geplaatst op de website van European Radiocommunications Office, zie http://www.erodocdb.dk/. De vergunninghouder moet er rekening mee houden dat over deze waarde nog onderhandelingen plaatsvinden met België en Duitsland. Naar aanleiding van de uitkomsten van deze onderhandelingen kunnen de beperkingen van het gebruik van frequenties in de grensgebieden nog aangepast worden.

XNoot
2

De overeenkomst is onder andere te raadplegen op de website van HCM.Bundesnetzagentur: http://hcm.bundesnetzagentur.de/http/englisch/verwaltung/index_europakarte.htm

XNoot
3

De overeenkomst is te raadplegen op de website van Agentschap Telecom: http://www.agentschap-telecom.nl/ > bedrijven > Telecommunicatie en internetproviders > veiling26Ghz > Documents > Multilaterale overeenkomst.pdf

XNoot
4

De lijst van radioastronomielocaties is onder andere te raadplegen op de website van http://www.craf.eu/raobs.htm

XNoot
1

Deze waarde is gebaseerd op de recommandatie ERC/REC 01-01, geplaatst op de website van European Radiocommunications Office, zie http://www.erodocdb.dk/. De vergunninghouder moet er rekening mee houden dat over deze waarde nog onderhandelingen plaatsvinden met België en Duitsland. Naar aanleiding van de uitkomsten van deze onderhandelingen kunnen de beperkingen van het gebruik van frequenties in de grensgebieden nog aangepast worden.

XNoot
2

De overeenkomst is onder andere te raadplegen op de website van HCM.Bundesnetzagentur: http://hcm.bundesnetzagentur.de/http/englisch/verwaltung/index_europakarte.htm

XNoot
3

De overeenkomst is te raadplegen op de website van Agentschap Telecom: http://www.agentschap-telecom.nl/ > bedrijven > Telecommunicatie en internetproviders > veiling26Ghz > Documents > Multilaterale overeenkomst.pdf

XNoot
4

De lijst van radioastronomielocaties is te raadplegen op de website van http://www.craf.eu/raobs.htm

XNoot
1

Besluit aftappen openbare telecommunicatienetwerken en -diensten (Stbl 1998, 642)

XNoot
2

Regeling gebruik van frequentieruimte zonder vergunning (Stcrt 2003, 211)

Naar boven