Herplaatsing bekendmaking definitief besluit inzake uit te voeren zandsuppleties in 2010

In de Staatscourant van 17 september 2009, is met nr. 13828 de bekendmaking definitief besluit inzake uit te voeren zandsuppleties in 2010 gepubliceerd. Per abuis stond er een fout in de tekst. Daarom vindt u hieronder de volledige, juiste publicatie opnieuw.

Bekendmaking definitief besluit inzake uit te voeren zandsuppleties in 2010

De Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat, namens deze de Hoofdingenieur-Directeur van Rijkswaterstaat Waterdienst, maakt het besluit bekend ter vaststelling van het Zandsuppletieprogramma 2010 ingevolge artikel 10, eerste lid, Wet op de waterkering.

Definitief programma kustsuppleties 2010

Het doel van het suppletieprogramma is het bestrijden van de structurele erosie van de Nederlandse kust. Het suppletieprogramma 2010 omvat in totaal ruim 13 miljoen m3 zand, waarvan ca. 5,3 miljoen m3 op het strand zal worden aangebracht en ca. 7,9 miljoen m3 onder water. De geplande suppleties voor programma 2010 zijn gebaseerd op de kustlijnkaarten van 2009. Deze kaarten zijn de vertaling van de in 2008 uitgevoerde toetsing van de gemeten actuele kustlijn ten opzichte van de Basiskustlijn. Rijkswaterstaat spreidt de suppletiewerkzaamheden, mits dat vanuit kustlijnhandhaving verantwoord is, over twee jaar (2010 en 2011).

Uitgebrachte adviezen

Ingevolge artikel 10, vierde lid van de Wet op de waterkering hebben de Provinciale Overlegorganen voor de Kust (POK’s) Fryslân, Noord-Holland, Zuid-Holland en Zeeland geadviseerd over het concept-suppletieprogramma 2010.

Binnengekomen zienswijzen naar aanleiding van het gepubliceerde ontwerpbesluit

Het ontwerp suppletieprogramma heeft vanaf publicatie van dit ontwerp in de Staatscourant van 2 juni 2009 (nr. 98) zes weken ter inzage gelegen.

Binnen deze termijn zijn schriftelijke zienswijzen ingebracht. Deze hebben geen aanleiding gegeven wijzigingen aan te brengen ten opzichte van het ontwerpprogramma.

Besluit

De Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat,

Gelet op het bepaalde in artikel 10, eerste lid, van de Wet op de waterkering,

Besluit:

door en op kosten van het Rijk worden tot het voorkomen of tegengaan van een landwaartse verplaatsing van de kustlijn de werken uitgevoerd, zoals opgenomen in het bij dit besluit behorende programma kustsuppleties 2010 en aangegeven op de bij dit besluit behorende kaart.

De Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat,

namens deze:

de Directeur-Generaal Rijkswaterstaat,

namens deze:

de Hoofdingenieur-Directeur van Rijkswaterstaat Waterdienst,

L. Bijlsma.

Terinzagelegging

Dit besluit ligt zes weken ter inzage vanaf de datum van publicatie in de Staatscourant.

De stukken, waaronder de adviezen van de POK’s, de binnengekomen zienswijzen en de reactie van de Staatssecretaris daarop kunt u inzien bij de volgende diensten, op werkdagen van 9 tot 12 uur en van 13 tot 16 uur (na vooraf gemaakte telefonische afspraak).

Directoraat-Generaal Rijkswaterstaat, Rijkswaterstaat Noord-Nederland, Secretariaat Directie Water en Scheepvaart,

Zuidersingel 3, Leeuwarden

(058-2344333);

Directoraat-Generaal Rijkswaterstaat, Rijkswaterstaat Noord-Holland,

Secretariaat Directie Water, Scheepvaart en Realisatie Infrastructuur (WSA),

Toekanweg 7, Haarlem

(023-5301323);

Directoraat-Generaal Rijkswaterstaat, Rijkswaterstaat Zuid-Holland,

Secretariaat Infraprovider Nat,

Boompjes 200, Rotterdam

(010-4026355);

Directoraat-Generaal Rijkswaterstaat, Rijkswaterstaat Zeeland,

Secretariaat Afdeling Waterbeheer (AXW),

Poelendaelesingel 18, Middelburg

(0118-622000);

Rijkswaterstaat Waterdienst

Secretariaat Directie Netwerk Water

Zuiderwagenplein 2, Lelystad

(0320-298305).

Inlichtingen

Voor het verkrijgen van nadere inlichtingen en/of kopieën van de ter inzage gelegde stukken kunt u telefonisch contact opnemen met de desbetreffende dienst van het Directoraat-Generaal Rijkswaterstaat, zoals boven vermeld.

Beroep

Tegen dit besluit kan een belanghebbende beroep instellen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.

De termijn om een beroepschrift in te dienen bedraagt zes weken. Een beroepschrift moet worden ingediend bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, Postbus 20019, 2500 EA Den Haag.

Het beroepschrift dient in tweevoud te worden toegezonden, te zijn ondertekend en ten minste het volgende te bevatten:

naam en adres van de indiener; de dagtekening; vermelding van de datum en het nummer of het kenmerk van het besluit waartegen het beroepschrift zich richt; een opgave van de redenen waarom men zich met het besluit niet kan verenigen.

Zo mogelijk dient bij het beroepschrift tevens een fotokopie te worden gevoegd van het besluit waarop het geschil betrekking heeft.1

Definitief programma kustsuppleties 2010

kustvak

locatie

beginraai (km)

eindraai (km)

methode

hoeveelheid *1000m3

Ameland

Midden

11

20

Vooroever

4.7001

 

Midden

11,4

20

Strand

2.000

 

West

2

4

Strand

2.400

Noord-Holland

Bergen-Egmond

31

40

Vooroever

3.200

 

Bergen

31,5

34

Strand

500

 

Egmond

37

39

Strand

400

   

Totaal

 

13.200

XNoot
1

Dit is inclusief ca. 206.000m3 zand, zoals voorgeschreven in de Nbwet vergunning van LNV aan de NAM ter compensatie voor de veronderstelde extra zandvraag van de Waddenzee uit de Noordzeekustzone als gevolg van bodemdaling door gaswinning.

Overzichtskaart van de in 2010 te suppleren kustvakken

stcrt-2009-13828-h1-001.png

Het verzoek dient te zijn ondertekend en ten minste het volgende te bevatten:

  • de dagtekening;

  • vermelding van het bestuursorgaan dat het besluit heeft genomen en datum en nummer of kenmerk van het besluit;

  • de gronden van het verzoek (motivering).

Bij het verzoek dient voorts een fotokopie van het beroepschrift te worden overgelegd. Zo mogelijk wordt tevens een kopie van het besluit waarop het geschil betrekking heeft overgelegd. Naar aanleiding van het verzoek kan de Voorzitter een voorlopige voorziening treffen indien onverwijlde spoed, gelet op de betrokken belangen, dat vereist. Indien het beroep- of verzoekschrift in een vreemde taal is gesteld en een vertaling voor een goede behandeling van het verzoek noodzakelijk is, dient de indiener zorg te dragen voor een vertaling. Voor het indienen van een beroep en/of verzoek om een voorlopige voorziening is griffiegeld verschuldigd.


XNoot
1

Indien een beroepschrift is ingediend, is het mogelijk om daarnaast een verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening in te dienen. Een dergelijk verzoek dient te worden gericht aan de Voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State

Naar boven