Koploperovereenkomst lesbisch- en homo-emancipatiebeleid

Partijen:

Burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam, te dezen vertegenwoordigd door wethouder Hennah Buyne,

Burgemeester en wethouders van de gemeente Rotterdam, te dezen vertegenwoordigd door wethouder Orhan Kaya,

Burgemeester en wethouders van de gemeente Utrecht, te dezen vertegenwoordigd door wethouder Cees van Eijk,

Burgemeester en wethouders van de gemeente Den Haag, te dezen vertegenwoordigd door wethouder Bert van Alphen,

hierna te noemen: de koplopers homo-emancipatie,

De minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap handelend als bestuursorgaan en als vertegenwoordiger van de Staat der Nederlanden, hierna te noemen: de minister van OCW;

Overwegende:

• Dat ons land Europees koploper is als het gaat om de algemene acceptatie van homoseksualiteit en in de afgelopen decennia de homotolerantie in ons land is verbeterd;

• Dat de koplopers homo-emancipatie en de minister van OCW een impuls willen geven aan de homo-emancipatie en het ‘uit de kast’ kunnen komen van homoseksuelen willen ondersteunen;

• Dat de koplopers homo-emancipatie en de minister van OCW zich grote zorgen maken over intimidatie en geweldsincidenten, de aanhoudende meldingen van discriminatie en uitingen van homohaat in de afgelopen jaren;

• Dat veel homoseksuelen zich hierdoor de laatste tijd onveiliger zijn gaan voelen;

• Dat homoseksuelen steun verdienen bij het uitkomen voor hun homoseksuele voorkeur;

• Dat het onacceptabel is dat homoseksuelen bijvoorbeeld op school, op straat of op het werk niet (meer) durven uitkomen voor hun homoseksualiteit;

• Dat de sociale acceptatie van homoseksuelen onder de bevolking gemeenschappelijk doel is, op grond van beginselen als solidariteit, bescherming van minderheden, verbod op discriminatie en een respectvolle omgang met elkaar;

• Dat de koplopers homo-emancipatie en de minister van OCW willen opkomen voor de vrijheid om te kunnen uitkomen voor je homoseksuele voorkeur en anderen die deze vrijheden willen beperken daarop aanspreken, op grond van beginselen zoals zelfbeschikking, veiligheid voor burgers, gelijke kansen, gelijkheid voor de wet en andere burgerrechten;

• Dat voor draagvlak en een effectieve aanpak de koplopers samenwerken met de lokale belangenorganisaties van homoseksuelen, waaronder het COC, en met andere organisaties in ‘homo & hetero’ allianties;

• Dat de aanpak een proces van lange adem is en als voorbeeld kan dienen voor andere gemeenten die nog niet zo ver zijn;

• Dat de minister van OCW die voorbeeldfunctie en koploperrol - tijdelijk - wil stimuleren.

Komen het volgende overeen:

1. Om de sociale acceptatie van homoseksuelen te bevorderen willen de koplopers homo-emancipatie zich samen met de minister van OCW inspannen om:

a) te stimuleren dat homoseksualiteit meer bespreekbaar wordt gemaakt onder jongeren en in andere kringen waar dat nog een taboe is,

b) te bevorderen dat homoseksuelen zich veilig(er) weten op school, op straat en op het werk en daardoor voor hun homoseksuele voorkeur durven uitkomen,

c) discriminatie, intimidatie en geweld tegen homoseksuelen krachtig te bestrijden.

2. De koplopers homo-emancipatie en de minister van OCW zullen samen met andere gemeenten in februari 2010 een landelijke bijeenkomst houden waarin opgedane kennis wordt uitgewisseld. De minister van OCW zal de uitwisselingsbijeenkomst faciliteren.

3. De koplopers homo-emancipatie werken met elkaar samen, wisselen daarbij ervaringen uit en proberen knelpunten met elkaar op te lossen. Jaarlijks vindt ten minste eenmaal overleg plaats tussen de koplopers homo-emancipatie en de minister van OCW. Het secretariaat van dit overleg wordt verzorgd door MOVISIE.

4. Kennis verzamelen en verspreiden onder andere gemeenten is belangrijk; daarom stellen de koplopers homo-emancipatie informatie beschikbaar over goede praktijkvoorbeelden aan het kenniscentrum homo-emancipatie van MOVISIE.

5. De minister van OCW zal de koplopers homo-emancipatie ondersteunen met deskundig advies door het kenniscentrum homo-emancipatie van MOVISIE.

6. De koplopers homo-emancipatie zullen tegen het eind van deze overeenkomst inhoudelijk verslag doen van de behaalde resultaten.

Looptijd

Deze overeenkomst wordt aangegaan voor de periode van 5 maart 2008 tot en met 31 december 2011.

Geschillenbeslechting

Alle geschillen in verband met deze overeenkomst worden in der minne geschikt.

Voor zover een conflict niet in onderling overleg kan worden opgelost deelt de partij die meent dat er een geschil bestaat dat schriftelijk aan de andere partijen mee. De mededeling bevat een aanduiding van het geschil, alsmede een voorstel voor de oplossingsrichting daarvan.

Binnen zes weken wordt de mededeling alsmede de voorgestelde oplossingsrichting ingebracht in een ambtelijk overleg, dat deze bespreekt en een voorstel voor een oplossing opstelt. Dit voorstel zal - indien ten minste 3/5 daarmee instemt - worden aangenomen.

Publicatie in Staatscourant

Binnen vier weken na ondertekening van deze overeenkomst wordt de tekst daarvan gepubliceerd in de Staatscourant.

Aldus overeengekomen en in vijfvoud ondertekend,

’s-Gravenhage, 5 maart 2008.
Burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam, te dezen vertegenwoordigd door wethouder Hennah Buyne.
Burgemeester en wethouders van de gemeente Rotterdam, te dezen vertegenwoordigd door wethouder Orhan Kaya.
Burgemeester en wethouders van de gemeente Utrecht, te dezen vertegenwoordigd door wethouder Cees van Eijk.
Burgemeester en wethouders van de gemeente Den Haag, te dezen vertegenwoordigd door wethouder Bert van Alphen.
De minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, handelend als bestuursorgaan en als vertegenwoordiger van de Staat der Nederlanden, Ronald H.A. Plasterk.