Deelconvenant Personenvervoer tussen IVW en Belastingdienst

De ondergetekenden:

1. mr. J. Thunnissen, directeur-generaal Belastingdienst, hierna te noemen: “de Belastingdienst”

en

2. mevrouw mr. H.C. Mosselman, hoofdinspecteur van de Toezichteenheid Personenvervoer van de Inspectie Verkeer en Waterstaat, hierna te noemen: “de Inspectie Verkeer en Waterstaat”;

Gelet op het kaderconvenant tussen de Belastingdienst en de Inspectie Verkeer en Waterstaat dat op 1 februari 2007 van kracht is geworden

Nemen in overweging:

Dat de Belastingdienst en de Inspectie wensen samen te werken door het coördineren of gezamenlijk instellen van toezicht- en opsporingsactiviteiten en door het uitwisselen van gegevens en informatie, met het oog op de versterking van de uitvoering van beider taken op het terrein van personenvervoer door middel van bussen en taxi’s.

Komen het volgende overeen:

Artikel 1: uitvoering van de overeenkomst

De samenwerking wordt uitgevoerd door:

a. voor de Belastingdienst de regiokantoren;

b. voor de Inspectie Verkeer en Waterstaat medewerkers van de toezichteenheid Personenvervoer, en van de units Ondernemersvergunningen, Ondernemersvergunningen Toetsing en Continuering en Persoonsdocumenten Personenvervoer en Luchtvaart van de Toezicht Beheereenheid.

Artikel 2: aard en doel van de samenwerking

Lid 1. Partijen komen overeen samen te werken ter uitvoering van de volgende taken:

a. voor de Belastingdienst het toezicht op de naleving van de fiscale aspecten van het personenvervoer door middel van bussen en taxi’s;

b. voor de Inspectie het toezicht op de naleving van wet- en regelgeving op het terrein van het personenvervoer door middel van bussen en taxi’s.

Lid 2. De samenwerking heeft ten doel gegevensuitwisseling en een afgestemde werkwijze van beide partijen op het gebied van het toezicht op de wet- en regelgeving op het terrein van het personenvervoer door middel van bussen en taxi’s te bevorderen.

Artikel 3: reikwijdte en domeinbeschrijving van de samenwerking

Lid 1. De samenwerking richt zich op rechtspersonen, natuurlijke personen, organisaties en ondernemingen (al dan niet geregistreerd), die bedrijfsmatige activiteiten ontplooien specifiek gericht op het personenvervoer door middel van bussen en taxi’s.

Lid 2. De samenwerking omvat de volgende activiteiten:

a. het (gezamenlijk) verzamelen van gegevens over ondernemingen, chauffeurs en voertuigen in het personenvervoer door middel van waarneming;

b. het wederzijds uitwisselen van informatie over ondernemingen, chauffeurs en voertuigen in het personenvervoer;

c. het gezamenlijk uitvoeren van transport- en bedrijfsinspecties, waarbij ook andere dan de convenantpartijen, na hun toestemming, vertegenwoordigd kunnen zijn;

d. het in overleg met het Openbaar Ministerie opstarten en uitvoeren van multidisciplinaire strafrechtelijke onderzoeken. Wat betreft de Belastingdienst, zal selectie en opsporing van strafzaken conform de Aanmeldings-, Transactie- en Vervolgingsrichtlijnen (15 september 2000 Bijlage Voorschrift fiscaal-strafrechtelijke bepalingen) plaatsvinden en zal de FIOD-ECD de opsporingsonderzoeken uitvoeren.

Lid 3. De samenwerking voorziet in de uitwisseling van de volgende gegevens.

a. Voorgenomen onderzoeken;

b. Relevante onderdelen uit fiscale controlerapporten van ondernemers;

c. Verzamelloonstaten en gegevens van individuele werknemers;

d. (Financiële) Gegevens van ingeschreven ondernemingen en afgegeven BTW-nummers;

e. Gegevens inzake aanvragen BPM;

f. Gegevens inzake personenvervoervergunningen en vergunningbewijzen;

g. Resultaten van transport- en bedrijfsinspecties in het personenvervoer;

h. Gegevens van ondernemingen waarbij een procuratiehouder als vakbekwaam leidinggevende is geregistreerd;

i.Overige relevante gegevens.

Lid 4. De inspectie Verkeer en Waterstaat heeft een inspanningsverplichting om in 2007 een landelijk bestand van taxi-vergunninghouders aan de regio ZuidWest van de Belastingdienst aan te leveren.

Artikel 4: werkwijze

Lid 1. Gegevens worden verstrekt op verzoek van een van de partijen.

Lid 2. Periodieke verstrekking van gegevens wordt vastgelegd in een werkafspraak als bijlage bij dit convenant. In de werkafspraak zijn nauwkeurig omgeschreven de uitgewisselde gegevens, de wijze van uitwisseling, de frequentie van uitwisseling en de contactpersonen.

Lid 3. Elk van de partijen kan het initiatief nemen tot gezamenlijke activiteiten als bedoeld in artikel 3, tweede lid. Deze activiteiten worden projectmatig gepland en uitgevoerd in een projectgroep door medewerkers van beide partijen.

Lid 4. De projectgroep werkt geïntegreerd. Dit betekent onder andere dat er geen afzonderlijke huisvesting voor deze groep is en dat de administratieve afhandeling van de activiteiten op de eigen werkplek gebeurt.

Artikel 5: aansturing en inrichting

Voor ieder project wordt een plan opgesteld, dat van geval tot geval in de benodigde samenwerking voorziet en ter goedkeuring aan de bevoegde functionarissen van beide partijen wordt voorgelegd. De projectleider brengt verslag uit aan de bevoegde functionarissen van beide partijen.

Artikel 6: evaluatie

Lid 1. Partijen verplichten zich tot een jaarlijkse evaluatie van de samenwerking, waarbij de volgende aspecten worden besproken:

a. stand van zaken met betrekking tot de samenwerking en de uitvoering van het deelconvenant;

b. behaalde resultaten en leermomenten;

c. ontwikkelingen en het op grond daarvan maken van nieuwe afspraken;

d. eventuele aanpassing van het deelconvenant.

Lid 2. Van de evaluatie bedoeld in lid 1 wordt een schriftelijk verslag gemaakt, dat ter kennis wordt gebracht van de Stuurgroep bedoeld in het kaderconvenant.

Artikel 7: inwerkingtreding en duur van de overeenkomst

Deze overeenkomst treedt in werking op 1 januari 2008 en wordt gesloten voor onbepaalde tijd.

Artikel 10: slotbepalingen

Lid 1. Deze overeenkomst zal binnen 10 werkdagen worden bekendgemaakt door publicatie in de Staatscourant.

Aldus opgemaakt in tweevoud en ondertekend,

‘s-Gravenhage, 19 december 2007.
J. Thunnissen, directeur-generaal Belastingdienst.
’s-Gravenhage, 20 december 2007.
H.C. Mosselman, hoofdinspecteur van de Toezichteenheid Personenvervoer van de Inspectie Verkeer en Waterstaat.