Verordening op het examengeld

Vastgesteld in de bijeenkomst van de ledenvergadering van 11 december 2006, afgekondigd in de Staatscourant van 17 januari 2007, no 12.

De ledenvergadering van de NOvAA,

gelet op de artikelen 24, eerste lid, 54, tweede lid en 57, tweede lid van de Wet op de Accountants-Administratieconsulenten, stelt de volgende verordening vast:

Definities

Artikel 1

In deze verordening wordt verstaan onder:

a. 1

b. 1

c. examen voor de praktijkstage: examen, bedoeld in artikel 54, eerste lid van de wet;

d. NOvAA: de Nederlandse Orde van Accountants-Administratieconsulenten, bedoeld in artikel 2 van de wet;

e. praktijkstage: de praktijkstage, bedoeld in artikel 54, eerste lid van de wet;

f. richtlijn: de richtlijn nr. 2006/43/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 17 mei 2006 betreffende de wettelijke controles van jaarrekeningen en geconsolideerde jaarrekeningen, tot wijziging van de Richtlijnen 7B/660/EEG en B3/349/EEG van de Raad en houdende intrekking van Richtlijn B4/253/EEG van de Raad (PbEU L 157);

g. trainee: een natuurlijke persoon die de praktijkstage volgt;

h. wet: de Wet op de Accountants-Administratieconsulenten.

Examen voor de praktijkstage

Artikel 2

De trainee kan aan het examen voor de praktijkstage deelnemen indien hij is toegelaten tot de praktijkstage en de volgende inschrijfgelden heeft voldaan:

a. indien hij de praktijkstage aanvangt voor 1 januani 2003 eenmalig inschrijfgeld van € 115,–, alsmede jaarlijks een bedrag van € 80,-als bijdrage in de algemene kosten;

b. indien hij de praktijkstage aanvangt tussen 1 januari 2003 en 1 januari 2007 eenmalig inschrijfgeld van € 130,–, alsmede een eenmalige bijdrage in de algemene kosten van € 280,–;

c. indien hij de praktijkstage aanvangt na 1 januari 2007 eenmalig inschrijfgeld en een bijdrage in de algemene kosten van in totaal € 530,–.

Artikel 3

1. De trainee is de volgende examengelden verschuldigd:

a. indien hij de praktijkstage aanvangt voor 1 januari 2007 en ingevolge artikel 27 van de Verordening op de praktijkstage de regels van toepassing blijven zoals deze luidden voor het tijdstip van inwerkingtreding daarvan, voor de toetsing van het halfjaarlijks praktijkverslag, bedoeld in artikel 10 van het Examenbesluit Accountants-Administratieconsulenten 1994 € 65,–, en voor de eindtoets, bedoeld in artikel 21 van het Examenreglement praktijkopleiding Accountants-Administratieconsulenten € 250,–;

b. indien hij de praktijkstage aanvangt na 1 januari 2007 voor de jaarlijkse toetsing van het portfolio, bedoeld in artikel 10, derde lid van de Verordening op de praktijkstage € 200,– en voor het eindgesprek, bedoeld in artikel 18 van de Verordening op de praktijkstage € 325,–.

2. Indien de trainee het examen voor de praktijkstage bij een door de NOvAA aangewezen stagebureau volgt, is het examengeld, bedoeld in het eerste lid, onderdeel a voor de toetsing van het halfjaarlijks praktijkverslag van € 65,–, dan wel het examengeld, bedoeld in het eerste lid, onderdeel b voor de jaarlijkse toetsing van het portfolio van € 200,– niet verschuldigd.

Artikel 4

Indien de trainee die de praktijkstage heeft aangevangen na 1 januari 2007 gedurende de praktijkstage van praktijkstageplaats wijzigt, kan de NOvAA hiervoor een bedrag van € 250,– in rekening brengen.

Artikel 5

De trainee heeft recht op restitutie:

a. indien hij de praktijkstage heeft aangevangen tussen 1 januari 2003 en 1 januari 2007 voor zover hij in het eerste laar van de praktijkstage schriftelijk te kennen heeft gegeven de praktijkstage te beëindigen van een bedrag van € 175,–, zijnde een gedeelte van de eenmalige bijdrage in de algemene kosten, bedoeld in artikel 2, onderdeel b;

b. indien hij de praktijkstage heeft aangevangen na 1 januari 2007 voor zover hij in het eerste laar van de praktijkstage schriftelijk te kennen heeft gegeven de praktijkstage te beëindigen van een bedrag van € 265,–, zijnde een gedeelte van de eenmalige bijdrage m het inschrijfgeld en de bijdrage in de algemene kosten, bedoeld in artikel 2, onderdeel c.

Artikel 6

De trainee ontvangt een getuigschrift indien hij, onverminderd de voldoening aan de overige daaraan verbonden verplichtingen, alle met het betreffende getuigschrift verband houdende betalingen heeft verricht.

Vrijstelling van het examen voor de praktijkstage

Artikel 7

1. Voor een verzoek tot vrijstelling van een onderdeel van het examen voor de praktijkstage is de aanvrager examengeld verschuldigd:

a. indien op de aanvrager ingevolge artikel 27 van de Verordening op de praktijkstage de regels van toepassing blijven zoals deze luidden voor het tijdstip van inwerkingtreding daarvan, een bedrag van € 65,– per verzoek;

b. indien op de aanvrager de Verordening op de praktijkstage van toepassing is een bedrag van € 600,– per verzoek.

2. Indien de aanvrager een registeraccountant is, is in afwijking van het eerste lid eenmalig een bedrag van € 880,– verschuldigd.

Examen voor accountants uit andere lidstaten

Artikel 8

1

Overige bepalingen

Artikel 9

De examengelden zijn verschuldigd per keer dat het examen wordt afgelegd.

Artikel 10

1. De NOvAA bepaalt telkens als het de inschrijving voor een onderdeel van een examen openstelt op welke wijze en vóór welke datum de aanmelding moet geschieden en het examengeld en eventueel het inschrijfgeld en de bijdrage in de algemene kosten, bedoeld in artikel 2 moeten worden voldaan.

2. Indien niet aan de in het eerste lid bedoelde aanwijzingen wordt voldaan, vindt geen toelating tot het examen plaats.

Artikel 11

In bijzondere gevallen kan door het bestuur van de NOvAA worden afgeweken van deze verordening.

Artikel 12

1. Deze verordening treedt in werking op de tweede dag na publicatie in de Staatscourant.

2. De verordening op het Examengeld 2006 en de verordening op het Examengeld 2007, zoals vastgesteld in de bijeenkomst van de ledenvergadering van 12 juni 2006, afgekondigd in de Staatscourant van 4 september 2006, nr. 171 worden ingetrokken op het tijdstip als bedoeld in het eerste lid.

3. Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening op het examengeld.


Goedgekeurd bij beschikking van de minister van Financiën van 21 december 2006: no. FM 2006-03036 M.

  • 1

    De tekst van artikel 1 sub a. en b. en artikel 8 werd door de ledenvergadering van de NOvAA op 11 december 2006 weliswaar aangenomen, maar kon niet goedgekeurd worden door de minister van Financiën omdat de wettelijke grondslag voor deze artikelen vooralsnog ontbreekt. Zodra er voor deze artikelen een wettelijke grondslag is, zullen de betreffende bepalingen voor goedkeuring aan de minister worden voorgelegd en kunnen zij na goedkeuring en publicatie alsnog in werking treden.

Naar boven