Intentieverklaring ‘Een Leven Lang Leren Werkt in Utrecht’

Partijen:

• de staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, de heer H.A.L. van Hoof, handelend als bestuursorgaan, hierna te noemen: ‘de staatssecretaris van SZW’;

• het college van burgemeester en wethouders van de Gemeente Utrecht, handelend als bestuursorgaan van de gemeente Utrecht, namens deze, de heer J.L. Spekman, wethouder sociale zaken, de heer H.H. Janssen, wethouder van onderwijs en de heer G. Abrahamse, wethouder economische zaken, hierna te noemen ‘de gemeente’;

• het Bestuur van de Stichting Bundel Utrecht, rechtsgeldig vertegenwoordigd door de heer H. A. Dorresteijn, voorzitter, hierna te noemen ‘Stichting Bundel’;

• het bestuur van VNO - NCW Utrecht, rechtsgeldig vertegenwoordigd door de heer A. Brienen, voorzitter, hierna te noemen ‘VNO - NCW’;

• het bestuur van de Kamer van Koophandel Utrecht, rechtsgeldig vertegenwoordigd door mevrouw L. Karsten, Algemeen directeur, hierna te noemen ‘Kamer van Koophandel Utrecht’;

• het bestuur van het Centrum voor Werk en Inkomen rechtsgeldig vertegenwoordigd door R. Tiggelman, vestigingsmanager, hierna te noemen ‘CWI’;

• de Stichting Hogeschool Utrecht, rechtsgeldig vertegenwoordigd door mevrouw G.T.C. Bonhof, voorzitter College van Bestuur, hierna te noemen ‘Hogeschool Utrecht’;

• de Stichting ROC Midden Nederland, rechtsgeldig vertegenwoordigd door de heer B.J.F. Fransen, voorzitter College van Bestuur, hierna te noemen ‘ROC Midden Nederland’;

• de Stichting Algemeen Christelijk Regionaal Opleidingen Centrum Amsterdam-’t Sticht-Amersfoort, rechtsgeldig vertegenwoordigd door de heer J.L. Molenkamp, voorzitter College van Bestuur, hierna te noemen ‘ROC ASA’;

• de Stichting Wellant, rechtsgeldig vertegenwoordigd door mevrouw M.J.H. Pouw, lid College van Bestuur, hierna te noemen AOC Wellant,

Overwegende dat:

• in de huidige kenniseconomie burgers minimaal een startkwalificatie nodig hebben om een redelijke kans op werk te hebben;

• de kenniseconomie behoefte heeft aan meer hoger opgeleiden op alle niveaus;

• een leven lang leren nodig is om te kunnen (blijven) functioneren in de hedendaagse samenleving;

• de ministers van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap een projectdirectie Leren & Werken hebben opgericht, die onder meer als taak heeft regionale initiatieven op het gebied van een leven lang leren te ondersteunen;

• de combinatie van leren en werken (duale trajecten) een aantrekkelijke wijze van leren is voor werkenden en werkzoekenden;

• erkenning van Verworven Competenties (EVC) een belangrijk instrument is om door werkervaring of op andere wijze verworven kennis, vaardigheden en competenties te testen;

• de toegankelijkheid van scholing, duale trajecten, EVC-meting en loopbaanadvies bevorderd wordt door het creëren van een leerwerkloket;

• voor een effectieve aanpak van regionale opleidings- en arbeidsmarktproblematiek een integrale werkgeversbenadering van cruciaal belang is;

• de Utrechtse arbeidsmarkt gekenmerkt wordt door een sterke vertegenwoordiging van de zakelijke dienstverlening, de gezondheidszorg, handel en onderwijs. Deze zijn samen goed voor bijna twee derde van alle banen. Een belangrijk deel van de banengroei in de regio Utrecht zal zich voordoen in deze sectoren. Daarnaast zal een belangrijk deel van de banengroei zich voordoen in de sectoren horeca, gezondheidszorg, financiële instellingen, techniek, bouw, ICT, waar de afgelopen acht jaar groei in de werkgelegenheidsontwikkeling was waar te nemen;

• in de dienstensector en het onderwijs de vraag naar voornamelijk middelbaar en hoger opgeleid personeel zal toenemen;

• lager opgeleiden meer kans lijken te hebben in de zorg, de detailhandel en het midden en kleinbedrijf;

• op opleidingsgebied veel voortijdige schoolverlaters zijn, die in veel gevallen het niveau startkwalificatie niet halen;

• daarmee het opleidingsniveau van de Utrechtse beroepsbevolking ondanks alle inspanningen van werkgevers, opleiders en gemeente nog niet het gewenste niveau heeft;

• de stad Utrecht een groot aantal migranten kent, voor wie de slechte beheersing van de Nederlandse taal direct van invloed is op hun functioneren als werkenden of bij het vinden van werk.

Komen het volgende overeen:

Doelstelling

Artikel 1

Deze intentieverklaring heeft tot doel het leren en werken voor werkenden en werkzoekenden te bevorderen door middel van activiteiten in het kader van het project ‘Een Leven Lang Leren Werkt in Utrecht’, hierna te noemen ‘het project’, die strekken tot:

- 1075 Duale trajecten

• het tot stand komen van minimaal 1075 nieuwe (andersoortige) duale trajecten in de regio Utrecht per 1oktober 2007, die zullen leiden tot een aantoonbare vergroting van de instroom van personen binnen de doelgroep ten opzichte van de periode voorafgaand aan de intentieverklaring. Waarvan:

o 200 trajecten betrekking hebben op deelnemers, die naast het beroepsonderwijs ook Nederlands als tweede taal gaan krijgen (zogenaamde geïntegreerde trajecten). Het betreft de niet werkende allochtone doelgroep;

o 750 duale MBO-trajecten, voor deelnemers, die werkend of werkzoekend zijn;

o 125 duale HBO-trajecten, voor deelnemers, die werkend of werkzoekend zijn;

• scholing van de doelgroep van deelnemers aan bovengenoemde nieuwe duale trajecten, te weten, werknemers en werkzoekenden ouder dan 23 jaar, tot een erkend opleidings- of scholingsniveau dat resulteert in behaalde beroepskwalificatie (een MBO of HBO diploma, of een branche erkend certificaat).

- Leerwerkloket/EVC

• het inrichten en uitbouwen van een leerwerkloket en de gebruikmaking daarvan door minimaal 500 EVC-deelnemers in de regio Utrecht per 1 oktober 2007.

Bij de inrichting en uitbouw van dit interactieve leerwerkloket zal aangehaakt worden bij de bestaande initiatieven. Het leerwerkloket is een fysieke voorziening die een schakelfunctie heeft tussen vraag en aanbod op de arbeidsmarkt, waarin opleidingsvragen bij de werkgevers, van werkenden of werkzoekenden met behulp van EVC procedures en duale trajecten worden gekoppeld aan opleidingen in de MBO en HBO sectoren, en die dan minimaal tot een startkwalificatie moeten leiden. Het loket levert daarnaast informatie over financiering EVC, scholing, duale trajecten en totstandkoming regionale financieringsafspraken. Via het loket vindt actieve acquisitie van deelnemers EVC, duale trajecten onder werkgevers, werknemers, uitkeringsinstanties, werkzoekenden en burgers plaats. In Utrecht participeren alle bij deze verklaring vermelde partijen uit onderwijs (AOC, MBO en HBO), CWI, gemeente en bedrijfsleven in het leerwerkloket. Het loket wordt een voor werkgevers en werkzoekenden toegankelijke plek. De daadwerkelijk fysieke locatie zal definitief worden vastgesteld bij de uitwerking in de projectplannen.

- Ontwikkeling nieuwe EVC

• de ontwikkeling van op basis van het advies van het Kenniscentrum EVC als nieuw te definiëren EVC-methodieken en de gebruikmaking daarvan door minimaal 500 deelnemers in de regio Utrecht per 1 oktober 2007;

• het via het leerwerkloket, in gezamenlijke inspanning van alle betrokken partijen aanbieden van een nieuwe EVC procedure aan 500 werkenden. Daarbij zal tevens bevorderd worden:

- de kennisuitwisseling t.a.v EVC procedures tussen opleidingsinstellingen en bedrijven

- de samenwerking bij het ontwikkelen en implementeren van EVC methodieken

- de snelle start van een in het kader van een EVC procedure te starten opleiding.

Inspanning partijen

Artikel 2: Structurele samenwerking

Partijen wensen - ook na het aflopen van de projectperiode ‘Leren en Werken’ per 1.10.2007 - een structurele, en op resultaat gerichte, samenwerking op het brede terrein van leren en werken te continueren. Daarbij spannen partijen zich in om een integrale, regionale vraaggerichte werkgeversbenadering te realiseren. Uiterlijk drie maanden na ondertekening van deze intentieverklaring zal aan de gezamenlijke partners een concept - convenant worden voorgelegd, waarin deze duurzame samenwerking wordt beschreven. Hierin staan de partijen benoemd en de verantwoordelijkheid en rollen van elk der partijen, de ‘’scoop’’ van de samenwerking en de vorm waarin deze duurzame samenwerking gestalte krijgt.

Artikel 3

Stichting Bundel

• verbindt zich aan de in deze intentieverklaring geformuleerde doelstellingen en

• fungeert als formele trekker en eerste aanspreekpunt van het traject,

• treedt op als aanvrager namens de partijen en coördineert de subsidietoekenning en uitwerking van projectplannen,

• onderhoudt en faciliteert het netwerk van vaste contactpersonen die aangewezen zijn door deelnemende partijen,

• inventariseert en activeert, door middel van de één op één benadering, bij werkgevers de behoeften aan trajecten,

• monitort de communicatie tussen partijen over de (uitvoering van relevante programma’s)

• geeft hulp en actieve introductie bij het leggen van contacten met ondernemers uit de achterban en uit overige netwerken,

• stelt relevante communicatiemiddelen beschikbaar, waaronder de site van stichting Bundel,

• stelt een projectleider en secretariële diensten beschikbaar t.b.v de samenwerking.

Artikel 4

Hogeschool Utrecht, ROC Midden Nederland, ROC ASA, AOC Wellantcollege

• verbinden zich aan de in deze intentieverklaring geformuleerde doelstellingen door:

• het ter beschikking stellen en uitwisselen van kennis over EVC en duaal leren. Zij leveren op basis van concrete vraag van bedrijven maatwerk bij het opzetten en doorlopen van duale trajecten en EVC trajecten. Zij maken hierbij gebruik van het van toepassing zijnde kwaliteitskader van het kenniscentrum EVC,

• het zorgen voor de noodzakelijk kontakten en afstemming met de kenniscentra en CWI,

• zich in te spannen, in het kader van een EVC procedure en/of duaal traject, voor het realiseren van tijdige instroommomenten,

• het participeren in Leerwerkloket,

• het opstellen van deelprojectplannen voor het realiseren van duale trajecten, benoeming, waar gewenst, van projectleider voor de deelprojecten en het uitvoeren van deze deelprojecten.

Artikel 5

VNO - NCW

• verbindt zich aan de in deze intentieverklaring geformuleerde doelstellingen door:

• het beschikbaar stellen van communicatiemiddelen, de eventuele website en adressen voor mailings over dit onderwerp,

• hulp bij het leggen van contacten met ondernemers uit de achterban,

• het geven van gevraagd en ongevraagd advies over ontwikkelingen bij werkgevers die van belang zijn voor de samenwerking.

Artikel 6

Kamer van Koophandel

• verbindt zich aan de in deze intentieverklaring geformuleerde doelstellingen door:

• het ter beschikking stellen van een relevant netwerk van personen en organisaties, het verschaffen van adressen en hulp bij het leggen van relevante contacten,

• het geven van gevraagd en ongevraagd advies over ontwikkelingen in werkgeversland, die van belang zijn voor de samenwerking,

• het ter beschikking stellen van relevante communicatiemiddelen.

Artikel 7

Gemeente Utrecht

• verbindt zich aan de in deze intentieverklaring geformuleerde doelstellingen door:

• het projectleiderschap voeren voor het deelproject 200 geïntegreerde trajecten,

• het leveren van de 200 kandidaten voor de geïntegreerde trajecten,

• het overleggen met onderwijsinstellingen over de (haalbaarheid) van trajecten bij kandidaten,

• het financieren van de 200 geïntegreerde trajecten,

• het participeren in het deelproject leerwerkloket,

• het participeren in het deelproject 125 duale HBO-trajecten,

• het participeren in het deelproject EVC-procedures,

• het geven, gevraagd en ongevraagd, advies over relevante ontwikkelingen.

Artikel 8

CWI

• verbindt zich aan de in deze intentieverklaring geformuleerde doelstellingen door:

• het leveren, naar vermogen, aanvullend op de vraag van werkgevers passende werkzoekenden,

• het verwijzen van deelnemers door aan de onderwijsinstellingen voor deelname aan duale trajecten en/of EVC,

• het zorgen, in afstemming met de projectleiding Bundel, voor terugkoppeling naar de werkgevers,

• het participeren in het deelproject leerwerkloket,

• het periodiek verschaffen van informatie en advies over de relevante ontwikkelingen op de arbeidsmarkt.

Artikel 9

De staatssecretaris van SZW

• verbindt zich aan de in deze intentieverklaring geformuleerde doelstellingen door:

• de Projectdirectie Leren & Werken als aanspreekpunt voor knellende regelgeving op het terrein van een leven lang leren te laten fungeren, en deze, waar nodig, binnen de Rijksoverheid aan de orde te stellen,

• de overige partijen te informeren over de mogelijkheid van subsidieverstrekking op basis van de ‘Tijdelijke stimuleringsregeling leren en werken’ van de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap zoals op 16 december 2005 in de Staatscourant gepubliceerd (Stcrt. nr. 245, pag. 22),

• een blijvende betrokkenheid van de Projectdirectie Leren & Werken gedurende de looptijd van deze intentieverklaring te bevorderen.

Artikel 10: Uitvoering

1. De deelnemende partijen zullen zich gezamenlijk inspannen om met de hen ter beschikking staande middelen en binnen hun wettelijke bevoegdheden en de kaders van hun kwaliteitscriteria en administratie, de bovengenoemde doelstelling te ondersteunen, knelpunten te verhelpen en uitvoering te geven aan de nader te benoemen activiteiten om genoemde doelstellingen te kunnen realiseren. Partijen zullen de voornemens concreet uitwerken in een activiteitenplan met een begroting zoals bedoeld in de ‘Tijdelijke stimuleringsregeling leren en werken’. In het projectplan worden voor iedere betrokken partij de verwachte en noodzakelijke activiteiten en bijdrage (financieel en niet-financieel) opgenomen om de in deze intentieverklaring vastgelegde voornemens te realiseren.

2. Bij de samenwerking wordt de vraag vanuit de werkgevers op de arbeidsmarkt als centraal uitgangspunt genomen. Kennisinstellingen passen, binnen de kaders van hun kwaliteitscriteria en administratie, hun aanbod aan de vraag aan door het leveren van maatwerk. De afstemming op de behoeften van werkgevers respectievelijk de waarborging van de vraaggestuurde aanpak is geborgd door het deelprojectleiderschap van de Stichting Bundel.

3. Stichting Bundel heeft een coördinerende rol bij de uitvoering van het project en treedt namens Gemeente, VNO-NCW, KvK Utrecht, CWI Utrecht, Hogeschool Utrecht, ROC Midden Nederland, ROC ASA en AOC Wellant op als subsidieaanvrager. Stichting Bundel is uit dien hoofde verantwoordelijk voor de naleving van de aan de eventuele subsidieverlening verbonden voorwaarden en verplichtingen.

4. Partijen dragen vaste contactpersonen aan, die verantwoordelijk zijn voor de interne en onderlinge afstemming; Genoemde contactpersonen nemen deel aan periodiek overleg over het project; Partijen stemmen de (voorgenomen) contacten met de (afzonderlijke) werkgevers af met het management/projectleiding Bundel

Artikel 11: Afdwingbaarheid

Deze intentieverklaring is niet (in rechte) afdwingbaar

Artikel 12: Inwerkingtreding, looptijd en verlenging

Deze intentieverklaring treedt in werking met ingang van de dag na ondertekening door alle partijen en eindigt op 1 oktober 2007. Na schriftelijke toestemming van alle partijen kan de duur van de intentieverklaring worden verlengd.

Artikel 13: Toetreding

1. Teneinde andere partijen dan de bij het sluiten van deze intentieverklaring betrokken partijen in zo ruim mogelijke mate te doen participeren in deze intentieverklaring, bestaat voor hen de mogelijkheid om gedurende de looptijd van de intentieverklaring als partij toe te treden. Een toetredende partij dient de verplichtingen die voor haar uit de intentieverklaring voortvloeien, te aanvaarden.

2. Een toetredende partij maakt haar verzoek tot toetreding schriftelijk bekend bij de Projectdirectie Leren & Werken van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Zodra partijen schriftelijk hebben toegestemd met het verzoek tot toetreding, ontvangt de toetredende partij de status van partij bij de intentieverklaring en gelden voor die partij de voor haar uit de intentieverklaring voortvloeiende rechten en verplichtingen.

3. Het verzoek tot toetreding en de verklaring tot instemming worden in afschrift als bijlage aan de intentieverklaring gehecht.

Artikel 14: Wijziging

1. Elke partij kan de andere partijen schriftelijk verzoeken de intentieverklaring te wijzigen. De wijziging behoeft de schriftelijke instemming van alle partijen.

2. Partijen treden in overleg binnen 2 weken nadat een partij de wens daartoe aan de andere partijen schriftelijk heeft medegedeeld.

3. De wijziging en de verklaringen tot instemming worden in afschrift als bijlage aan de intentieverklaring gehecht.

Artikel 15: Opzegging

Elke partij kan met inachtneming van een opzegtermijn van twee maanden de intentieverklaring schriftelijk opzeggen, indien de omstandigheden zodanig zijn veranderd dat de partij het redelijk vindt om deze intentieverklaring te beëindigen. De opzegging moet de verandering van omstandigheden vermelden.

Artikel 16: Evaluatie

Partijen zullen de uitvoering en werking van deze intentieverklaring uiterlijk twee maanden na beëindiging van de deze intentieverklaring evalueren.

Artikel 17: Openbaarheid

Binnen vier weken na ondertekening van deze intentieverklaring wordt de tekst daarvan gepubliceerd in de Staatscourant.

Aldus overeengekomen en in elfvoud ondertekend:

Utrecht, 11 april 2006.
De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,H.A.L. van Hoof.
Gemeente Utrecht, namens deze: wethouder Sociale Zaken en Werkgelegenheid, J.L. Spekman; wethouder van Onderwijs, H.H. Janssen; wethouder Economische Zaken, G. Abrahamse.
Stichting Bundel Utrecht, namens deze: H. A. Dorresteijn, voorzitter.
VNO-NCW Utrecht, namens deze: A. Brienen, voorzitter.
Kamer van Koophandel Utrecht, namens deze: L. Karsten, algemeen directeur.
Centrum voor Werk en Inkomen, namens deze: R. Tiggelman, vestigingsmanager.
Stichting Hogeschool Utrecht, namens deze: G.T.C. Bonhof, voorzitter College van Bestuur.
Stichting ROC Midden Nederland, namens deze: B.J.F. Fransen, voorzitter College van Bestuur.
Stichting Algemeen Christelijk Regionaal Opleidingen Centrum Amsterdam-’t Sticht-Amersfoort, namens deze: J.L. Molenkamp, voorzitter College van Bestuur.
Stichting Wellant, namens deze, M.J.H. Pouw, lid College van Bestuur.

Naar boven