Toepassingsverklaring van de Bekendmaking boetetoemeting ten behoeve van bepaalde mededingingsbeperkende activiteiten in de betonsector: heipalen

I. Inleiding

1. De Raad bepaalt dat de Bekendmaking boetetoemeting ten behoeve van bepaalde mededingingsbeperkende activiteiten in de betonsector (hierna: Bekendmaking) van toepassing is op het rapport, als bedoeld in artikel 59 Mw, met nummer 4232 (hierna: Rapport), waarin wordt geconcludeerd dat er een redelijk vermoeden bestaat dat de betrokken ondernemingen hun individuele productie- en afzetvolume van prefab betonnen heipalen (hierna: Heipalen) in Nederland onderling hebben afgestemd in de periode 1 januari 1998 tot en met 31 december 2001.

II. Boetegrondslag en vaststelling Representatief ijkjaar

2. Zoals aangegeven in de Bekendmaking is de grondslag voor de boetebepaling de Productomzet in het Representatief ijkjaar. De Raad stelt 2001 vast als het Representatief ijkjaar voor het Rapport.

III. Definitie Productomzet

3. Onder Productomzet wordt verstaan: de omzet die de onderneming, die de overtreding heeft begaan, heeft behaald met de afzet van door de onderneming zelf geproduceerde Heipalen aan afnemers in Nederland die heeft geleid tot een mutatie op de regel netto-omzet (exclusief de mutatie/wijziging in voorraden gereed product) in de winst- en verliesrekening van 2001 (hierna: Productomzet 2001).

4. Van het begrip Productomzet 2002 is niet uitgezonderd omzet behaald met leveringen aan groepsmaatschappijen en deelnemingen en omzet behaald met leveringen aan ondernemingen die eveneens actief zijn op het gebied van Heipalen. Omzet behaald met opdrachten die uitgevoerd zijn in combinatie met één of meer andere ondernemingen, behoort in de Productomzet te worden meegeteld naar rato van de deelname per betreffende combinatie.

IV. Opgave Productomzet 2001

5. De onderneming dient opgave te doen van de Productomzet 2001. Opgave van de Productomzet 2001 dient te geschieden door middel van het model opgave Productomzet (zie bijlage 1: Model Opgave Productomzet), ondersteund door een rapport van feitelijke bevindingen opgesteld door een accountant (zie bijlage 2: Model Rapport van feitelijke bevindingen).

V. Clementie

6. Het clementiepercentage, genoemd in randnummer 13 van de Bekendmaking, met betrekking tot de overtreding, zoals bedoeld in randnummer 9 van de Bekendmaking en randnummer 1 van de onderhavige Toepassingsverklaring, voor ondernemingen die in aanmerking komen voor een clementietoezegging krachtens randnummer 7 van de Richtsnoeren Clementietoezegging (Categorie C, boetevermindering 10% tot en met 50%), is als volgt bepaald:

(1) voor een toereikend gespecificeerde kennisgeving van een mededingingsbeperkende afspraak of gedraging wordt een boetevermindering toegekend van 20% van de boete als voortvloeiend uit randnummers 10 en 11 van de Bekendmaking. Hiertoe dient een toereikende beschrijving te zijn gegeven van de soort opdrachten waarop de afspraak of gedraging betrekking had en het type afspraak of afstemmingen dat met betrekking tot dat soort opdrachten plaatsvond;

(2) voor het opgeven van andere ondernemingen die bij de gedraging(en) betrokken waren, wordt een boetevermindering toegekend van 10% van de boete als berekend volgens randnummers 10 en 11 van de Bekendmaking;

(3a) voor het overhandigen van schriftelijk bewijsmateriaal met betrekking tot de inhoud van de mededingingsbeperkende afspraak of gedraging, wordt een boetevermindering toegekend van 7,5% van de boete zoals voortvloeiend uit randnummers 10 en 11 van de Bekendmaking;

(3b) voor het overhandigen van overig schriftelijk bewijsmateriaal, wordt een boetevermindering toegekend van 2,5% van de boete zoals voortvloeiend uit randnummers 10 en 11 van de Bekendmaking;

(4) voor het verlenen van verdergaande medewerking dan waartoe de onderneming wettelijk is gehouden, wordt een boetevermindering toegekend van 10% van de boete als berekend volgens randnummers 10 en 11 van de Bekendmaking. Ook ondernemingen die zich beschikbaar hebben gehouden voor nadere medewerking komen voor deze categorie boetevermindering in aanmerking, ongeacht of de NMa daarvan gebruik heeft gemaakt.

VI. Boetevermindering kleine ondernemingen

7. Om in aanmerking te komen voor de boetevermindering voor kleine ondernemingen dient de onderneming, met gebruikmaking van het Model Verzoek boetevermindering kleine ondernemingen (zie bijlage 3 bij de Toepassingsverklaring), een verzoek in te dienen. Zie ook de toelichting op de achterzijde van het Model Verzoek boetevermindering kleine ondernemingen.

8. De Raad bepaalt dat voor de opgave van de totale omzet op concernniveau (zie bijlage 3: Model Verzoek boetevermindering kleine ondernemingen) uitgegaan moet worden van de totale omzet op concernniveau in 2001.

9. Met concernomzet wordt alle omzet bedoeld en niet enkel de omzet behaald met de afzet van Heipalen. Onder concernomzet valt de eigen omzet, tezamen met die van de dochtermaatschappijen in het concern en die van andere concernmaatschappijen.

Den Haag, 24 november 2005.

Overeenkomstig het door de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingautoriteit genomen besluit.

De Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit,
namens deze:
R.J.P. Jansen,
lid van de Raad van Bestuur.

- Bijlage 1: Model Opgave Productomzet

- Bijlage 2: Model Rapport van feitelijke bevindingen

- Bijlage 3: Model Verzoek boetevermindering kleine ondernemingen

(zie website NMa: www.nmanet.nl)

Naar boven