Regeling beheer autobanden

Regeling van de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, van 2 maart 2004, nr. SAS/2004020028, houdende regels met betrekking tot het vaststellen van formulieren in verband met de uitvoering van het Besluit beheer autobanden, alsmede wijziging van de Regeling verpakking en verpakkingsafval (Regeling beheer autobanden)

De Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,

Gelet op de artikelen 7, eerste lid, en 8 van het Besluit beheer autobanden en artikel 10.17, eerste lid, van de Wet milieubeheer;

Besluit:

Artikel 1

Het formulier, bedoeld in artikel 7, eerste lid, van het Besluit beheer autobanden, wordt vastgesteld overeenkomstig bijlage 1 bij deze regeling.

Artikel 2

Het formulier, bedoeld in artikel 8 van het Besluit beheer autobanden, wordt vastgesteld overeenkomstig bijlage 2 bij deze regeling.

Artikel 3

Artikel 7 van de Regeling verpakking en verpakkingsafval1 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het tweede lid vervalt.

2. Het derde tot en met vijfde lid worden vernummerd tot tweede tot en met vierde lid.

Artikel 4

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 april 2004.

Artikel 5

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling beheer autobanden.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, P.L.B.A. van Geel.

Bijlage 1, behorende bij artikel 1

stcrt-2004-53-p22-SC64094-1.gif

In de tabel hieronder dient u aan te geven op welke wijze uitvoering gegeven zal worden aan de in het Besluit beheer autobanden gestelde verplichtingen. De toelichting bij dit formulier bevat nadere informatie over de wijze van invulling.

stcrt-2004-53-p22-SC64094-2.gif

Toelichting op formuliervoor melding

Ingevolge artikel 7 van het Besluit beheer autobanden moeten de producenten en importeurs van autobanden binnen 4 weken nadat het Besluit Beheer autobanden op hen van toepassing is geworden via een melding aangeven hoe zij invulling zullen geven aan de in de artikelen 3, 4 en 6 van het Besluit beheer autobanden gestelde verplichtingen. Ingevolge artikel 10 van het Besluit beheer autobanden zullen de producenten en importeurs van aanhangwagens binnen die termijn moeten aangeven hoe zij uitvoering zullen geven aan de in artikel 5 van het Besluit beheer autobanden gestelde verplichting en, ingeval ze tevens producent of importeur van autobanden zijn, ook aan de in artikel 6 van dat besluit gestelde verplichting. Zowel de producenten en importeurs van autobanden als die van aanhangwagens dienen op het formulier aan te geven of er sprake is van een gezamenlijke melding. De melding kan namelijk individueel worden gedaan maar kan ook door meerdere producenten en importeurs gezamenlijk worden gedaan. Zij kunnen het doen van de melding eventueel overlaten aan een collectieve uitvoeringsorganisatie die de melding namens haar leden indient.

Op het meldingsformulier moeten de producenten en importeurs van autobanden aangeven hoe zij (niet-merkgebonden) afgedankte banden ten minste gratis terugnemen van hun afnemers op het moment dat deze nieuwe autobanden aanschaffen. Informatie die met betrekking tot dit punt verschaft moet worden, betreft onderwerpen als inname, logistiek, opslag, financiering en verwerking.

De producenten/importeurs van autobanden moeten op het meldingsformulier tevens beschrijven hoe de afgedankte autobanden die door alle gemeenten in Nederland kunnen worden aangeboden, worden ingenomen. Ook hierbij dient te worden aangegeven op welke wijze dit systeem wordt gefinancierd en hoe de logistiek wordt georganiseerd. Een producent/importeur hoeft niet alle banden van alle gemeenten terug te nemen. Een producent/importeur is slechts verplicht om in iedere gemeente in Nederland een hoeveelheid banden terug te nemen die overeenkomt met het marktaandeel (in procenten) van die producent/importeur. De inname van de afgedankte autobanden van gemeenten is gerelateerd aan het relatieve marktaandeel van de producent of importeur, berekend over de 3 voorafgaande jaren volgens de onderstaande wijze van berekening.

Het gemiddelde procentuele aandeel in de Nederlandse markt van nieuwe autobanden in de drie kalenderjaren voorafgaand aan het jaar van inname =

stcrt-2004-53-p22-SC64094-3.gif

a = Het procentuele aandeel van de producent/importeur in de Nederlandse markt voor jaar X.

Dit kan als volgt berekend worden:

stcrt-2004-53-p22-SC64094-4.gif

b en c = zelfde berekening als a maar voor jaartal X – 1 (b) en X – 2 (c).

Op het formulier zal moeten worden beschreven hoe het marktaandeel en het adres en de persoon met wie contact kan worden opgenomen voor het aanbieden van de banden kenbaar zal worden gemaakt aan alle gemeenten.

Voor de producenten en importeurs van caravans en andere aanhangwagens houdt een melding in dat ze moeten aangeven door middel van welk systeem zij afgedankte banden innemen op het moment dat een houder zich van zijn aanhangwagen ontdoet (artikel 5).

Indien deze producenten en importeurs aanhangwagens als geheel importeren of autobanden ten behoeve van assemblage importeren, worden ze tevens gezien als importeur van autobanden. Voor hen geldt naast de in artikel 5 van het Besluit beheer autobanden gestelde verplichting ook de in artikel 6 van dat besluit gestelde verplichting, maar zij zijn vrijgesteld van de in de artikelen 3 en 4 van dat besluit gestelde verplichtingen (oud voor nieuw en innameplicht bij gemeenten). Ze zullen de wijze waarop de inname en de verwerking wordt georganiseerd en gefinancierd op het meldingsformulier moeten aangeven.

Na de inname van de afgedankte autobanden zullen deze nuttig moeten worden toegepast en vanaf 1 januari 2005 voor ten minste 20 gewichtsprocent als materiaal moeten worden hergebruikt. Op het meldingsformulier zal ook moeten staan op welke wijze de verwerking van de afgedankte banden wordt georganiseerd en gefinancierd. Tevens moet hierop worden aangegeven welke maatregelen worden getroffen om nuttige toepassing en materiaalhergebruik te bevorderen, alsmede een inschatting worden gegeven van de daarmee te bereiken resultaten.

2 Op basis van 5.000.000/jaar voor het jaar 2003, vervolgens geïndexeerd.

Bijlage 2, behorende bij artikel 2

stcrt-2004-53-p22-SC64094-5.gif

Toelichting op formulier voor verslaglegging

Ingevolge de artikelen 8 en 10 van het Besluit beheer autobanden moeten producenten en importeurs van autobanden of aanhangwagens jaarlijks vóór 1 augustus aan de Minister van VROM een verslag zenden met daarin de resultaten van het voorafgaande jaar (van 1 januari tot 1 januari). In het verslag dient informatie te worden gegeven over de volgende zaken:

– Het aantal autobanden dat in het betreffende kalenderjaar voor het eerst aan een ander ter beschikking is gesteld. Met het voor het eerst aan een ander ter beschikking stellen wordt bedoeld de feitelijke levering (of afgifte).

– Het aantal afgedankte autobanden dat in het betreffende kalenderjaar is ingenomen uitgesplitst naar gemeenten, afnemers en afkomstig van aanhangwagens.

– Het in het betreffende kalenderjaar bereikte percentage nuttige toepassing en materiaalhergebruik volgens de onderstaande wijze van berekening

stcrt-2004-53-p22-SC64094-6.gif

Afgedankte autobanden worden nuttig toegepast als er handelingen mee worden gedaan die gericht zijn op producthergebruik, materiaalhergebruik en hoofdgebruik als brandstof.

stcrt-2004-53-p22-SC64094-7.gif

Materiaalhergebruik is het na be- of verwerking opnieuw gebruiken van materialen van autobanden voor hetzelfde doel als waarvoor ze zijn ontworpen, of voor andere doeleinden, daaronder niet begrepen terugwinning van energie.

Toelichting

Met deze regeling worden de formulieren vastgesteld voor het doen van de melding (artikel 7 van het Besluit beheer autobanden) en de jaarlijkse verslaglegging (artikel 8 van het Besluit beheer autobanden). De formulieren bevatten tevens een inhoudelijke toelichting.

Verder is van de gelegenheid gebruik gemaakt om artikel 7 van de Regeling verpakking en verpakkingsafval aan te passen. In het tweede lid van dat artikel was bepaald dat op de voorbereiding van beslissingen met betrekking tot een mededeling de uitgebreide openbare voorbereidingsprocedure, zoals omschreven in afdeling 3.5 van de Algemene wet bestuursrecht, van toepassing is. Gelet op de zwaarte van deze procedure en de beslissingen waarvoor deze is bedoeld, is het onwenselijk deze procedure nog langer hierop van toepassing te laten zijn. Om die reden voorziet artikel 3 van deze regeling in aanpassing van de Regeling verpakking en verpakkingsafval op dat punt. Met deze aanpassing is de procedure voor de afhandeling van een mededeling in alle productbesluiten afvalbeheer (Besluit beheer autowrakken, Besluit beheer batterijen, Besluit beheer wit- en bruingoed en Besluit beheer autobanden) dezelfde.

De Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,

P.L.B.A. van Geel

  • 1

    Stcrt. 1997, 125; laatstelijk gewijzigd bij regeling van 15 november 2002, Stcrt. 233.

Naar boven