Wijziging mandaatbesluiten in verband met de oprichting van het tijdelijke agentschap SenterNovem

15 oktober 2004

Nr. HDJZ/ABR/2004-1889

Hoofddirectie Juridische Zaken

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

Gelet op artikel 10:3, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht en op artikel 6, eerste lid, van de Kaderwet subsidies Verkeer en Waterstaat;

Gezien de schriftelijke instemming van de algemeen directeur van SenterNovem van 7 september 2004;

Besluit:

Artikel I

In de artikelen 1 en 5 van het besluit van de Minister van Verkeer en Waterstaat van 15 juni 1998, nr. G/J98003239, houdende mandaatverlening aan de algemeen directeur van Novem voor het uitvoeren van de regeling van de Minister van Verkeer en Waterstaat van 15 juni 1998, nr. G/J98003106, tot stimulering van het multimodaal en intermodaal transport (Stcrt. 113) wordt ‘Novem’ telkens vervangen door: SenterNovem.

Artikel II

Het Besluit mandaat en machtiging Novem ter uitvoering van de programma’s Ketenmobiliteit 1999, 2000, 2001 en 20021 wordt als volgt gewijzigd:

A

De artikelen 1 en 2 komen te luiden:

Artikel 1

1. Aan de algemeen directeur van SenterNovem wordt mandaat verleend om namens de Minister van Verkeer en Waterstaat besluiten te nemen in het kader van de uitvoering van de Regeling personenvervoer van deur tot deur en op maat, voorzover die besluiten betrekking hebben op de programma’s Ketenmobiliteit 1999, 2000, 2001 en 2002.

2. De algemeen directeur van SenterNovem kan van het in het eerste lid aan hem verleende mandaat ondermandaat verlenen aan één of meerdere onder hem ressorterende functionarissen.

3. Aan de algemeen directeur van SenterNovem wordt tevens machtiging verleend om ter voorbereiding van de in het eerste lid bedoelde besluiten alle benodigde werkzaamheden te verrichten.

4. De algemeen directeur van SenterNovem kan de in het derde lid aan hem verleende machtiging verlenen aan één of meerdere onder hem ressorterende functionarissen.

5. Met het toezicht op de naleving van de in het kader van de in het eerste lid genoemde programma’s aan de subsidie-ontvanger opgelegde verplichtingen zijn de volgende functionarissen van SenterNovem belast:

a. de algemeen directeur;

b. de directeur van de sector Energie en Klimaat;

c. de directeur van de sector Milieu en Leefomgeving;

d. de directeur van de sector Innovatie.

Artikel 2

1. Aan de algemeen directeur van SenterNovem wordt mandaat verleend om namens de Minister van Verkeer en Waterstaat beslissingen op bezwaar te nemen in het kader van de in artikel 1, eerste lid, genoemde programma’s, voorzover het besluit waartegen het bezwaar zich richt niet door hem in mandaat is genomen.

2. De algemeen directeur van SenterNovem kan van het in het eerste lid aan hem verleende mandaat ondermandaat verlenen aan één of meerdere onder hem ressorterende functionarissen, voorzover het besluit waartegen het bezwaar zich richt niet door deze functionaris is genomen.

3. Aan de algemeen directeur van SenterNovem wordt tevens machtiging verleend om ter voorbereiding van de in het eerste lid bedoelde beslissingen op bezwaar alle benodigde werkzaamheden te verrichten alsmede om verweer te voeren in beroepszaken.

4. De algemeen directeur van SenterNovem kan de in het derde lid verleende machtiging verlenen aan één of meerdere onder hem ressorterende functionarissen.

B

Artikel 3, eerste lid, komt te luiden:

1. De in de artikelen 1 en 2 bedoelde functionarissen van SenterNovem (hierna te noemen: de gemandateerden) oefenen de bij dit besluit verleende bevoegdheden uit met inachtneming van de als bijlage bij dit besluit opgenomen algemene instructie.

C

In artikel 4 wordt ‘NOVEM’ vervangen door: SenterNovem.

D

In artikel 7 wordt ‘Novem’ vervangen door: SenterNovem.

Artikel III

Het Besluit mandaat en machtiging Novem ter uitvoering van het Subsidieprogramma Het Nieuwe Rijden 2001/20022 wordt als volgt gewijzigd:

A

De artikelen 1 en 2 komen te luiden:

Artikel 1

1. Aan de algemeen directeur van SenterNovem wordt mandaat verleend om namens de Minister van Verkeer en Waterstaat besluiten te nemen in het kader van de uitvoering van de Subsidieregeling CO2-reductie verkeer en vervoer, voorzover die besluiten betrekking hebben op het Subsidieprogramma Het Nieuwe Rijden 2001/2002.

2. De algemeen directeur van SenterNovem kan van het in het eerste lid aan hem verleende mandaat ondermandaat verlenen aan één of meerdere onder hem ressorterende functionarissen.

3. Aan de algemeen directeur van SenterNovem wordt tevens machtiging verleend om ter voorbereiding van de in het eerste lid bedoelde besluiten alle benodigde werkzaamheden te verrichten.

4. De algemeen directeur van SenterNovem kan de in het derde lid aan hem verleende machtiging verlenen aan één of meerdere onder hem ressorterende functionarissen.

5. Met het toezicht op de naleving van de in het kader van het in het eerste lid genoemde programma aan de subsidie-ontvanger opgelegde verplichtingen zijn de volgende functionarissen van SenterNovem belast:

a. de algemeen directeur;

b. de directeur van de sector Energie en Klimaat;

c. de directeur van de sector Milieu en Leefomgeving;

d. de directeur van de sector Innovatie.

Artikel 2

1. Aan de algemeen directeur van SenterNovem wordt mandaat verleend om namens de Minister van Verkeer en Waterstaat beslissingen op bezwaar te nemen in het kader van het in artikel 1, eerste lid, genoemde programma, voorzover het besluit waartegen het bezwaar zich richt niet door hem in mandaat is genomen.

2. De algemeen directeur van SenterNovem kan van het in het eerste lid aan hem verleende mandaat ondermandaat verlenen aan één of meerdere onder hem ressorterende functionarissen, voorzover het besluit waartegen het bezwaar zich richt niet door deze functionaris is genomen.

3. Aan de algemeen directeur van SenterNovem wordt tevens machtiging verleend om ter voorbereiding van de in het eerste lid bedoelde besluiten alle benodigde werkzaamheden te verrichten alsmede om verweer te voeren in beroepszaken.

4. De algemeen directeur van SenterNovem kan de in het derde lid verleende machtiging verlenen aan één of meerdere onder hem ressorterende functionarissen.

B

In de artikelen 3, 4 en 6 wordt ‘Novem’ telkens vervangen door: SenterNovem.

Artikel IV

Het Besluit mandaat en machtiging Novem ter uitvoering van het programma Ruimtelijke Ordening en Vervoer3 wordt als volgt gewijzigd:

A

De artikelen 1 en 2 komen te luiden:

Artikel 1

1. Aan de algemeen directeur van SenterNovem wordt mandaat verleend om namens de Minister van Verkeer en Waterstaat besluiten te nemen in het kader van de uitvoering van de Subsidieregeling CO2-reductie verkeer en vervoer, voorzover die besluiten betrekking hebben op het Programma Ruimtelijke Ordening en Vervoer.

2. De algemeen directeur van SenterNovem kan van het in het eerste lid aan hem verleende mandaat ondermandaat verlenen aan één of meerdere onder hem ressorterende functionarissen.

3. Aan de algemeen directeur van SenterNovem wordt tevens machtiging verleend om ter voorbereiding van de in het eerste lid bedoelde besluiten alle benodigde werkzaamheden te verrichten.

4. De algemeen directeur van SenterNovem kan de in het derde lid aan hem verleende machtiging verlenen aan één of meerdere onder hem ressorterende functionarissen.

5. Met het toezicht op de naleving van de in het kader van het in het eerste lid genoemde programma aan de subsidie-ontvanger opgelegde verplichtingen zijn de volgende functionarissen van SenterNovem belast:

a. de algemeen directeur;

b. de directeur van de sector Energie en Klimaat;

c. de directeur van de sector Milieu en Leefomgeving;

d. de directeur van de sector Innovatie.

Artikel 2

1. Aan de algemeen directeur van SenterNovem wordt mandaat verleend om namens de Minister van Verkeer en Waterstaat beslissingen op bezwaar te nemen in het kader van het in artikel 1, eerste lid, genoemde programma, voorzover het besluit waartegen het bezwaar zich richt niet door hem in mandaat is genomen.

2. De algemeen directeur van SenterNovem kan van het in het eerste lid aan hem verleende mandaat ondermandaat verlenen aan één of meerdere onder hem ressorterende functionarissen, voorzover het besluit waartegen het bezwaar zich richt niet door deze functionaris is genomen.

3. Aan de algemeen directeur van SenterNovem wordt tevens machtiging verleend om ter voorbereiding van de in het eerste lid bedoelde besluiten alle benodigde werkzaamheden te verrichten alsmede om verweer te voeren in beroepszaken.

4. De algemeen directeur van SenterNovem kan de in het derde lid verleende machtiging verlenen aan één of meerdere onder hem ressorterende functionarissen.

B

In de artikelen 3, 4 en 6 wordt ‘Novem’ telkens vervangen door: SenterNovem.

Artikel V

In de artikelen 1, 2 en 5 van het besluit van de Minister van Verkeer en Waterstaat van 10 december 2001, nr. DGG/J-01/008018, houdende mandaatverlening aan de algemeen directeur van Novem ter uitvoering van het programma Transactie 1998 en de programma’s Transactie/Modal Shift 1999, 2000, 2001 en 2002 (Stcrt. 241)4 wordt ‘Novem’ telkens vervangen door: SenterNovem.

Artikel VI

Het besluit van de Minister van Verkeer en Waterstaat van 13 maart 2002, nr. HDJZ/ABR/2002-572, houdende mandaatverlening aan de algemeen directeur van Novem ter uitvoering van de Subsidieregeling stiller, schoner en zuiniger 2002 (Stcrt. 59)5 wordt als volgt gewijzigd:

A

De artikelen 1 en 2 komen te luiden:

Artikel 1

1. Aan de algemeen directeur van SenterNovem wordt mandaat verleend om namens de Minister van Verkeer en Waterstaat besluiten te nemen in het kader van de uitvoering van de Subsidieregeling stiller, schoner en zuiniger 2002, voorzover die besluiten betrekking hebben op het actieplan SSZ, het actieplan Piek en het actieplan Aansluiting Fiets op Openbaar Vervoersknooppunten.

2. De algemeen directeur van SenterNovem kan van het in het eerste lid aan hem verleende mandaat ondermandaat verlenen aan één of meerdere onder hem ressorterende functionarissen.

3. Aan de algemeen directeur van SenterNovem wordt tevens machtiging verleend om ter voorbereiding van de in het eerste lid bedoelde besluiten alle benodigde werkzaamheden te verrichten.

4. De algemeen directeur van SenterNovem kan de in het derde lid aan hem verleende machtiging verlenen aan één of meerdere onder hem ressorterende functionarissen.

5. Met het toezicht op de naleving van de in het kader van de in het eerste lid genoemde actieplannen aan de subsidie-ontvanger opgelegde verplichtingen zijn de volgende functionarissen van SenterNovem belast:

a. de algemeen directeur;

b. de directeur van de sector Energie en Klimaat;

c. de directeur van de sector Milieu en Leefomgeving;

d. de directeur van de sector Innovatie.

Artikel 2

1. Aan de algemeen directeur van SenterNovem wordt mandaat verleend om namens de Minister van Verkeer en Waterstaat beslissingen op bezwaar te nemen in het kader van de in artikel 1, eerste lid, genoemde actieplannen, voorzover het besluit waartegen het bezwaar zich richt niet door hem in mandaat is genomen.

2. De algemeen directeur van SenterNovem kan van het in het eerste lid aan hem verleende mandaat ondermandaat verlenen aan één of meerdere onder hem ressorterende functionarissen, voorzover het besluit waartegen het bezwaar zich richt niet door deze functionaris is genomen.

3. Aan de algemeen directeur van SenterNovem wordt tevens machtiging verleend om ter voorbereiding van de in het eerste lid bedoelde besluiten alle benodigde werkzaamheden te verrichten alsmede om verweer te voeren in beroepszaken.

4. De algemeen directeur van SenterNovem kan de in het derde lid verleende machtiging verlenen aan één of meerdere onder hem ressorterende functionarissen.

B

Artikel 3 vervalt.

Artikel VII

Het Besluit mandaat en machtiging Novem ter uitvoering van de Tijdelijke Stimuleringsregeling verwerking baggerspecie6 wordt als volgt gewijzigd:

A

De onderdelen b tot en met e van artikel 1 worden vervangen door twee onderdelen, luidende:

b. SenterNovem: het tijdelijke agentschap SenterNovem van het Ministerie van Economische Zaken;

c. algemeen directeur: de algemeen directeur van SenterNovem.

B

De artikelen 2 en 3 komen te luiden:

Artikel 2

1. Aan de algemeen directeur wordt mandaat verleend om namens de minister besluiten te nemen in het kader van de uitvoering van de Tijdelijke Stimuleringsregeling verwerking baggerspecie.

2. De algemeen directeur kan van het in het eerste lid aan hem verleende mandaat ondermandaat verlenen aan één of meerdere onder hem ressorterende functionarissen.

3. Aan de algemeen directeur wordt tevens machtiging verleend om ter voorbereiding van de in het eerste lid bedoelde besluiten alle benodigde werkzaamheden te verrichten.

4. De algemeen directeur kan de in het derde lid aan hem verleende machtiging verlenen aan één of meerdere onder hem ressorterende functionarissen.

5. Met het toezicht op de naleving van de in het kader van de in het eerste lid genoemde regeling aan de subsidie-ontvanger opgelegde verplichtingen zijn de volgende functionarissen van SenterNovem belast:

a. de algemeen directeur;

b. de directeur van de sector Energie en Klimaat;

c. de directeur van de sector Milieu en Leefomgeving;

d. de directeur van de sector Innovatie.

Artikel 3

1. Aan de algemeen directeur wordt mandaat verleend om namens de minister beslissingen op bezwaar te nemen in het kader van de in artikel 2, eerste lid, genoemde subsidieregeling, voorzover het besluit waartegen het bezwaar zich richt niet door hem in mandaat is genomen.

2. De algemeen directeur kan van het in het eerste lid aan hem verleende mandaat ondermandaat verlenen aan één of meerdere onder hem ressorterende functionarissen, voorzover het besluit waartegen het bezwaar zich richt niet door deze functionaris is genomen.

3. Aan de algemeen directeur wordt tevens machtiging verleend om ter voorbereiding van de in het eerste lid bedoelde besluiten alle benodigde werkzaamheden te verrichten alsmede om verweer te voeren in beroepszaken.

4. De algemeen directeur kan de in het derde lid verleende machtiging verlenen aan één of meerdere onder hem ressorterende functionarissen.

C

Artikel 5, tweede lid, wordt als volgt gewijzigd:

1. De zinsnede ‘DE MINISTER VAN VERKEER EN WATERSTAAT’ wordt vervangen door: DE STAATSSECRETARIS VAN VERKEER EN WATERSTAAT.

2. ‘Novem’ wordt vervangen door: SenterNovem.

D

In artikel 7 en in het opschrift van de bijlage wordt ‘Novem’ telkens vervangen door: SenterNovem.

E

In de bijlage, onderdeel 3, wordt ‘de directeur’ vervangen door: de algemeen directeur.

Artikel VIII

Het besluit van de Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat van 2 april 2003, nr. HDJZ/ABR/2003-430, houdende mandaatverlening aan Novem ter uitvoering van de Regeling eenmalige uitkering baggerwerkzaamheden bebouwd gebied (Stcrt. 71)7 wordt als volgt gewijzigd:

A

De onderdelen b tot en met e van artikel 1 worden vervangen door twee onderdelen, luidende:

a. SenterNovem: het tijdelijke agentschap SenterNovem van het Ministerie van Economische Zaken;

b. algemeen directeur: de algemeen directeur van SenterNovem.

B

Artikel 2 komt te luiden:

Artikel 2

1. Aan de algemeen directeur wordt mandaat verleend om namens de minister besluiten te nemen in het kader van de uitvoering van de Regeling eenmalige uitkering baggerwerkzaamheden bebouwd gebied.

2. De algemeen directeur kan van het in het eerste lid aan hem verleende mandaat ondermandaat verlenen aan één of meerdere onder hem ressorterende functionarissen.

3. Aan de algemeen directeur wordt tevens een machtiging verleend om ter voorbereiding van de in het eerste lid bedoelde besluiten alle benodigde werkzaamheden te verrichten.

4. De algemeen directeur kan de in het derde lid aan hem verleende machtiging verlenen aan één of meerdere onder hem ressorterende functionarissen.

C

Artikel 3 komt te luiden:

Artikel 3

1. Aan de algemeen directeur wordt mandaat verleend om namens de minister beslissingen op bezwaar te nemen in het kader van de in artikel 2, eerste lid, genoemde subsidieregeling, voorzover het besluit waartegen het bezwaar zich richt niet door hem in mandaat is genomen.

2. De algemeen directeur kan van het in het eerste lid aan hem verleende mandaat ondermandaat verlenen aan één of meerdere onder hem ressorterende functionarissen, voorzover het besluit waartegen het bezwaar zich richt niet door deze functionaris is genomen.

3. Aan de algemeen directeur wordt tevens een machtiging verleend om ter voorbereiding van de in het eerste lid bedoelde besluiten alle benodigde werkzaamheden te verrichten alsmede om verweer te voeren in beroepszaken.

4. De algemeen directeur kan de in het derde lid verleende machtiging verlenen aan één of meerdere onder hem ressorterende functionarissen.

D

Artikel 5, tweede lid, wordt als volgt gewijzigd:

1. De zinsnede ‘DE MINISTER VAN VERKEER EN WATERSTAAT’ wordt vervangen door: DE STAATSSECRETARIS VAN VERKEER EN WATERSTAAT.

2. ‘Novem’ wordt vervangen door: SenterNovem.

E

In de bijlage, onderdeel 3, wordt ‘de directeur’ vervangen door: de algemeen directeur.

Artikel IX

Het Besluit mandaat en machtiging Novem ter uitvoering van het Subsidieprogramma Het Nieuwe Rijden 2003/20048 wordt als volgt gewijzigd:

A

De artikelen 1 en 2 komen te luiden:

Artikel 1

1. Aan de algemeen directeur van SenterNovem wordt mandaat verleend om namens de Minister van Verkeer en Waterstaat besluiten te nemen in het kader van de uitvoering van de Subsidieregeling CO2-reductie verkeer en vervoer, voorzover die besluiten betrekking hebben op het Subsidieprogramma Het Nieuwe Rijden 2003/2004.

2. De algemeen directeur van SenterNovem kan van het in het eerste lid aan hem verleende mandaat ondermandaat verlenen aan één of meerdere onder hem ressorterende functionarissen.

3. Aan de algemeen directeur van SenterNovem wordt tevens machtiging verleend om ter voorbereiding van de in het eerste lid bedoelde besluiten alle benodigde werkzaamheden te verrichten.

4. De algemeen directeur van SenterNovem kan de in het derde lid aan hem verleende machtiging verlenen aan één of meerdere onder hem ressorterende functionarissen.

5. Met het toezicht op de naleving van de in het kader van het in het eerste lid genoemde programma aan de subsidie-ontvanger opgelegde verplichtingen zijn de volgende functionarissen van SenterNovem belast:

a. de algemeen directeur;

b. de directeur van de sector Energie en Klimaat;

c. de directeur van de sector Milieu en Leefomgeving;

d. de directeur van de sector Innovatie.

Artikel 2

1. Aan de algemeen directeur van SenterNovem wordt mandaat verleend om namens de Minister van Verkeer en Waterstaat beslissingen op bezwaar te nemen in het kader van het in artikel 1, eerste lid, genoemde programma, voorzover het besluit waartegen het bezwaar zich richt niet door hem in mandaat is genomen.

2. De algemeen directeur van SenterNovem kan van het in het eerste lid aan hem verleende mandaat ondermandaat verlenen aan één of meerdere onder hem ressorterende functionarissen, voorzover het besluit waartegen het bezwaar zich richt niet door deze functionaris is genomen.

3. Aan de algemeen directeur van SenterNovem wordt tevens machtiging verleend om ter voorbereiding van de in het eerste lid bedoelde besluiten alle benodigde werkzaamheden te verrichten alsmede om verweer te voeren in beroepszaken.

4. De algemeen directeur van SenterNovem kan de in het derde lid verleende machtiging verlenen aan één of meerdere onder hem ressorterende functionarissen.

B

In de artikelen 3, 4 en 6 wordt ‘Novem’ telkens vervangen door: SenterNovem.

Artikel X

Het Besluit mandaat en machtiging Novem ter uitvoering van het Programma MobiliteitsManagement 20039 wordt als volgt gewijzigd:

A

De artikelen 1, 2 en 3 komen te luiden:

Artikel 1

In dit besluit wordt verstaan onder SenterNovem: het tijdelijke agentschap SenterNovem van het Ministerie van Economische Zaken.

Artikel 2

1. Aan de algemeen directeur wordt mandaat verleend om namens de Minister van Verkeer en Waterstaat besluiten te nemen in het kader van de uitvoering van de Regeling personenvervoer van deur tot deur en op maat, voorzover die besluiten betrekking hebben op het Programma MobiliteitsManagement 2003.

2. De algemeen directeur van SenterNovem kan van het in het eerste lid aan hem verleende mandaat ondermandaat verlenen aan één of meerdere onder hem ressorterende functionarissen.

3. Aan de algemeen directeur van SenterNovem wordt tevens machtiging verleend om ter voorbereiding van de in het eerste lid bedoelde besluiten alle benodigde werkzaamheden te verrichten.

4. De algemeen directeur van SenterNovem kan de in het derde lid aan hem verleende machtiging verlenen aan één of meerdere onder hem ressorterende functionarissen.

5. Met het toezicht op de naleving van de in het kader van het in het eerste lid genoemde programma aan de subsidie-ontvanger opgelegde verplichtingen zijn de volgende functionarissen van SenterNovem belast:

a. de algemeen directeur;

b. de directeur van de sector Energie en Klimaat;

c. de directeur van de sector Milieu en Leefomgeving;

d. de directeur van de sector Innovatie.

Artikel 3

1. Aan de algemeen directeur van SenterNovem wordt mandaat verleend om namens de Minister van Verkeer en Waterstaat beslissingen op bezwaar te nemen in het kader van het in artikel 2, eerste lid, genoemde programma, voorzover het besluit waartegen het bezwaar zich richt niet door hem in mandaat is genomen.

2. De algemeen directeur van SenterNovem kan van het in het eerste lid aan hem verleende mandaat ondermandaat verlenen aan één of meerdere onder hem ressorterende functionarissen, voorzover het besluit waartegen het bezwaar zich richt niet door deze functionaris is genomen.

3. Aan de algemeen directeur van SenterNovem wordt tevens machtiging verleend om ter voorbereiding van de in het eerste lid bedoelde besluiten alle benodigde werkzaamheden te verrichten alsmede om verweer te voeren in beroepszaken.

4. De algemeen directeur van SenterNovem kan de in het derde lid verleende machtiging verlenen aan één of meerdere onder hem ressorterende functionarissen.

B

In de artikelen 4, 5, 6 en 8 wordt ‘Novem’ telkens vervangen door: SenterNovem.

Artikel XI

Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.

Mededeling

Belanghebbenden kunnen bezwaar maken tegen dit besluit door binnen zes weken na de dag van dagtekening van de Staatscourant waarin dit besluit wordt geplaatst een bezwaarschrift in te dienen bij de Minister van Verkeer en Waterstaat, Hoofddirectie Juridische Zaken, postbus 20906, 2500 EX Den Haag.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst en in afschrift worden gezonden aan de algemeen directeur van SenterNovem.

De Minister van Verkeer en Waterstaat, K.M.H. Peijs.

Toelichting

Dit besluit strekt tot wijziging van een aantal besluiten waarbij bepaalde functionarissen van het (voormalige) agentschap Novem van het Ministerie van Economische Zaken gemandateerd waren om namens de Minister en de Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat een aantal subsidieregelingen en -⁠programma’s uit te voeren. De wijziging is ingegeven door de omstandigheid dat Novem met ingang van 1 mei 2004 met het (voormalige) agentschap Senter, eveneens van het Ministerie van Economische Zaken, is samengevoegd tot het tijdelijke agentschap SenterNovem. Naar aanleiding van deze samenvoeging is besloten de structuur van de mandaatverlening binnen het voormalige agentschap Novem op één lijn te brengen met de structuur van de mandaatverlening binnen het voormalige agentschap Senter. Daar waar voorheen in de diverse mandaatbesluiten specifiek genoemde functionarissen gemandateerd waren, is thans ervoor gekozen om in beginsel de algemeen directeur van SenterNovem mandaat en machtiging te verlenen. Aan deze functionaris is het toegestaan om het aan hem verleende mandaat en de aan hem verleende machtiging op zijn beurt weer door te geven aan één of meerdere onder hem ressorterende functionarissen. Hierbij is van belang dat ingevolge artikel 10:9 van de Algemene wet bestuursrecht de bepalingen van afdeling 10.1.1 van de Algemene wet bestuursrecht onverkort van toepassing zijn, indien er gekozen wordt voor ondermandatering. De diverse mandaatbesluiten waarbij voorheen het voormalige agentschap Senter gemandateerd was, waren reeds van deze structuur voorzien. Deze constructie biedt tevens de flexibiliteit die nodig is om (toekomstige) wijzigingen in de organisatiestructuur op te vangen. Tot slot zijn voor wat betreft het uitoefenen van toezichthoudende bevoegdheden telkens dezelfde functionarissen van SenterNovem aangewezen. De aanwijzing van toezichthouders geldt alleen ten aanzien van de mandaatbesluiten waarin voorafgaande aan deze wijziging reeds bepaalde functionarissen van SenterNovem als toezichthouder waren aangewezen.

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

K.M.H. Peijs

  • 1

    Stcrt. 2001, 22; gewijzigd bij besluit van 12 februari 2002 (Stcrt. 32).

  • 2

    Stcrt. 2001, 213.

  • 3

    Stcrt. 2001, 213.

  • 4

    Laatstelijk gewijzigd bij besluit van 15 mei 2003 (Stcrt. 99).

  • 5

    Gewijzigd bij besluit van 26 juni 2002 (Stcrt. 120).

  • 6

    Stcrt. 2002, 136.

  • 7

    Gewijzigd bij besluit van 5 november 2003 (Stcrt. 218).

  • 8

    Stcrt. 2003, 122.

  • 9

    Stcrt. 2003, 212.

Naar boven