Achtste wijziging reglement N.V. Service Centrum Grond

De directie van de N.V. Service Centrum Grond,

Gelet op artikel 22, eerste lid, van de Wet bodembescherming en artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht,

Besluit:

I. Het Reglement van de N.V. Service Centrum Grond, laatstelijk vastgesteld op 16 juni 2000 en bekendgemaakt in de Nederlandse Staatscourant van 27 juni 2000 (nr. 121/pag. 25), en laatstelijk gewijzigd op 9 oktober 2003 (Nederlandse Staatscourant van 30 oktober 2003, nr. 210/pag. 38) wordt gewijzigd als volgt.

A.

Artikel 1, tweede lid komt te luiden als volgt.

Voor het geven van een verklaring op grond van de Wet belastingen op milieugrondslag of het Besluit stortplaatsen en stortverboden afvalstoffen wordt verstaan onder grond, daaronder niet begrepen baggerspecie:

vast materiaal met een maximale korrelgrootte van 2 millimeter dat bestaat uit minerale delen en organische stof in een verhouding en met een structuur zoals deze in de bodem van nature worden aangetroffen. Indien de grond voor meer dan 50% (gewichtsprocenten) is vermengd met ander materiaal dan grond, al dan niet met een korrelgrootte van meer dan 2 millimeter dan wordt gesproken over een afvalstof niet-zijnde grond.

B.

Bijlage 1 wordt ingetrokken.

II. Deze wijziging treedt in werking met ingang van de dag volgend op publicatie in de Staatscourant.

Houten, 26 augustus 2004.
De directie van het SCG.

Deze wijziging zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Deze wijziging is op 26 augustus 2004 goedgekeurd door de Raad van Commissarissen van de N.V. SCG en is op 26 augustus 2004 ter kennis gebracht van de minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer.

Toelichting

Deze reglementswijziging strekt tot het vervangen van de definitie van grond zoals het SCG die hanteert bij de behandeling van aanvragen om een verklaring van niet-reinigbaarheid in het kader van de Wet belastingen op milieugrondslag zoals vastgesteld bij het reglement van 16 juni 2000 door een nieuwe definitie van grond. Tevens wordt de definitie van grond zoals die wordt gehanteerd in het kader van de Wet belastingen op milieugrondslag expliciet ook gehanteerd bij de behandeling van aanvragen om een verklaring van niet reinigbaarheid in het kader van het Besluit stortplaatsen en stortverboden afvalstoffen.

Aanleiding

De directe aanleiding tot wijziging van de definitie betreft een uitspraak van de Raad van State in een beroepsprocedure betrekking hebbende op een weigering van de afgifte van een verklaring van niet-reinigbaarheid in het kader van de Wbm.

In zaaknummer 200203248 heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op 11 februari 2004 geoordeeld als volgt:

`2.5.2 Naar het oordeel van de Afdeling is de in het Reglement gegeven uitleg van de term grond niet terug te voeren op de Wbm noch op enige andere wettelijke regel, zoals het Bouwstoffenbesluit bodem- en oppervlaktewaterbescherming.(..)

Daargelaten de vraag of de doelstelling van de Wbm meer gewaarborgd wordt door in de definitie van grond te betrekken dat deze afkomstig moet zijn van een bodemsanering of grondverzet, overweegt de Afdeling dat in het Reglement niet gemotiveerd is waarom de term grond anders geïnterpreteerd moet worden dan voorheen het geval was. Evenmin is gebleken dat bij het vaststellen van de nieuwe definitie van grond is onderzocht welke gevolgen het wijzigen van het beleid voor bepaalde aanbieders van partijen grond met zich kan brengen. Gelet hierop berust het Reglement, voorzover het de definitie van grond betreft, niet op een draagkrachtige motivering.

Het vorenstaande leidt de Afdeling tot de conclusie dat verweerster bij het voorbereiden en nemen van het bestreden besluit zich voor de definitie van grond niet kon baseren op het Reglement noch de daaraan ten grondslag liggende Definitienotitie. Het bestreden besluit wordt derhalve niet gedragen door een deugdelijke motivering en is daarom in strijd met artikel 7:12 van de Algemene wet bestuursrecht genomen.'

Uit deze uitspraak leiden wij af dat wij, voor onze besluitvorming over de status van aan ons ter beoordeling voorgelegd materiaal, ons niet langer op de definitie zoals vastgelegd in ons reglement van 16 juni 2000 kunnen baseren.

Overleg over definitie van grond

Tijdens een Algemeen Overleg met een aantal vaste commissies van de Tweede Kamer op 27 juni 2002 heeft de toenmalige minister van VROM een besluit aangekondigd over een nieuwe definitie van `grond'. Het gaat om het begrip `grond' zoals dat voorkomt in een aantal milieuregelingen en de Wet belastingen op milieugrondslag. Hij heeft daarbij melding gemaakt van het overleg ter zake tussen de ministeries van VROM en Financiën (Kamerstukken II, 2001/02, 27 664 en 22 343, nr. 6, p. 9). In de notitie `naar een uniforme definitie van “grond” in de bodem- en afvalstoffenregelgeving' versie mei 2004 zijn de bevindingen van dat overleg vastgelegd. De versie van mei 2004 betreft de meest recente versie van de notitie. In genoemde notitie is een definitie van grond opgesteld binnen enige randvoorwaarden: uniformiteit en meetbaarheid van de definitie alsmede ruimte voor flexibiliteit en maatwerk. In de notitie is gekozen voor een `lagenstructuur': een neutrale basisdefinitie van `grond' en een aantal specifieke definities (voor als bodem te gebruiken grond, in werken toe te passen grond en stortgrond) die worden ingevuld aan de hand van de strekking van de regeling waarin zij voorkomen. De basisdefinitie geeft invulling aan de gewenste uniformiteit. Zij is bovendien meetbaar, omdat zij aanknoopt bij de samenstelling van het materiaal. De specifieke definities maken flexibiliteit en maatwerk mogelijk.

De in wijziging A opgenomen definitie is gebaseerd op de basisdefinitie zoals die is opgenomen in de notitie `Naar een uniforme definitie van “grond” in de bodem- en afvalstoffenregelgeving' versie mei 2004. Het tweede gedeelte van de definitie betreffende de vermenging met ander materiaal dan grond (veelal materiaal groter dan 2 millimeter) betreft de invulling van de specifieke definitie voor te storten grond zoals het SCG die hanteert in het kader van de Wet belastingen op milieugrondslag en het Besluit stortplaatsen en stortverboden afvalstoffen.

Het vaststellen van de nieuwe definitie is aldus een direct gevolg van de uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Met de wijze van invullen van de specifieke definitie voor te storten grond sluit het SCG aan bij de laatste inzichten die vanuit het overleg over een uniforme definitie van grond bekend zijn.

Beleidswijziging

Het vaststellen van de nieuwe definitie van grond is aan te merken als een beleidswijziging van het SCG. Aangezien de vorige definitie van grond het begrip inperkte op basis van herkomst van het materiaal en de nieuwe definitie dat niet doet, wordt het begrip grond in het kader van de Wbm en het Bssa qua toepassing verbreed. Dit betekent dat individuele aanvragers van verklaringen van niet-reinigbaarheid in meer gevallen in aanmerking zullen komen voor een verklaring van niet-reinigbaarheid. Er worden voor de aanvragers van een verklaring derhalve geen negatieve gevolgen verwacht van deze beleidswijziging.

Naar boven