Convenant MIVD-AIVD

Convenant MIVD-AIVD inzake het verlenen van technische ondersteuning op het gebied van satellietinterceptie door de MIVD aan de AIVD

De Minister van Defensie, voor deze de directeur van de Militaire Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (MIVD), en de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, voor deze het hoofd van de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (AIVD),

overwegende;

dat de MIVD en de AIVD, onder meer vanuit doelmatigheidsoverwegingen, bij de uitvoering van hun wettelijke taken belang hebben bij wederzijdse technische of andere vormen van ondersteuning bij de uitoefening van bijzondere bevoegdheden als bedoeld in de Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten 2002 (Wiv 2002),

dat in actiepunt 18 van het actieplan terrorismebestrijding en veiligheid, dat bij brief van 5 oktober 2001 door de minister-president, de minister van Algemene Zaken, de minister van Justitie, de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, de minister van Financiën en de minister van Defensie aan de Tweede Kamer is toegezonden, uitbreiding van satellietinterceptiecapaciteit ten behoeve van terrorismebestrijding is aangekondigd,

dat in de tweede voortgangsrapportage van 14 december 2001 met betrekking tot actiepunt 18 van het actieplan terrorismebestrijding en veiligheid van de minister-president, de minister van Algemene Zaken, de minister van Justitie, de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, de minister van Financiën en de minister van Defensie aan de Tweede Kamer is toegezonden, is aangekondigd dat onder voorzitterschap van de coördinator Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten een analyse plaatsvindt over de efficiënte besteding van de gereserveerde gelden met als uitgangspunt de wens om te komen tot een gezamenlijke interceptiedienst,

dat de MIVD en de AIVD, in samenspraak met de coördinator voor de inlichtingen- en veiligheidsdiensten, zijn overeengekomen een gezamenlijke organisatie te ontwikkelen voor de interceptie van niet-kabelgebonden telecommunicatie,

dat het doel van deze organisatie is de behoefte die de beide diensten hebben aan de interceptie van niet-kabelgebonden telecommunicatie zo efficiënt mogelijk te vervullen,

dat de gelden die in het kader van het actieplan terrorismebestrijding en veiligheid beschikbaar zijn gesteld voor de uitbreiding van de satellietontvangst- en signaalverwerkingscapaciteit ten behoeve van de verwerving binnen de context van deze gezamenlijke organisatie dienen te worden gerealiseerd,

dat in het kader van de vorming van de NSO en de beoogde uitbreiding van de satelliet interceptiecapaciteit ten behoeve van terrorismebestrijding de bestaande satellietinterceptie-capaciteit van de MIVD die nu op Zoutkamp staat wordt uitgebreid met extra schotelantennes en apparatuur ten behoeve van beide diensten,

dat deze organisatie, ook wel Nationale Sigint Organisatie (NSO) geheten, wordt opgebouwd uit de huidige afdeling Verbindingsinlichtingen (AVI) en wordt ondergebracht buiten de MIVD doch binnen het ministerie van Defensie,

dat, zonder een wetswijziging van de Wiv 2002, de onderbrenging van een NSO buiten de MIVD doch binnen het ministerie van Defensie, niet mogelijk is, en daarom de interceptie van niet-kabelgebonden telecommunicatie ten behoeve van de MIVD en de AIVD vooralsnog wordt ondergebracht bij de MIVD,

dat met de in dit convenant genoemde uitbreiding van de satellietontvangst- en signaalverwerkingscapaciteit ten behoeve van de verwerving kan worden gesproken van een `NSO in oprichting (NSO i.o.)',

dat voor de start afspraken moeten worden gemaakt over de technische ondersteuning door de MIVD aan de AIVD uit de huidige satellietontvangst- en signaalverwerkingscapaciteit ten behoeve van de verwerving van de MIVD, de realisatie van de uitbreiding ervan ten behoeve van beide diensten in het kader van terrorismebestrijding en de gezamenlijke aansturing van de satellietontvangst- en signaalverwerkingscapaciteit ten behoeve van de verwerving die uit deze uitbreiding voortvloeit,

dat het streven erop gericht blijft een NSO op te richten en deze onder te brengen buiten de MIVD doch binnen het ministerie van Defensie, waartoe een wetswijziging van de Wiv 2002 noodzakelijk is,

komen met inachtneming van de daarvoor geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder de artikelen 26, 27, 36, 58 en 59 van de Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten (Wiv 2002), tot de volgende afspraken:

Artikel 1: Realisatie actiepunt 18 van het actieplan Terrorismebestrijding en veiligheid

1.1.

Ten aanzien van de benutting van de huidige satelliet interceptiecapaciteit en de realisering en de benutting van de uitbreiding van de satellietontvangst- en signaalverwerkingscapaciteit ten behoeve van de verwerving voor de beide diensten in het kader van terrorismebestrijding zijn de directeur MIVD en het hoofd AIVD gezamenlijk de opdrachtgever. In de periode dat de uitbreiding nog niet is gerealiseerd, maar al wel sprake is van een gemeenschappelijke benutting van de bestaande satellietinterceptie- en signaalverwerkingscapaciteit, mag van deze gemeenschappelijke benutting geen negatief effect uitgaan op de uitvoering van cruciale taakelementen van de MIVD.

1.2.

Ten behoeve van een goede onderlinge afstemming is er voor de realisatie van de uitbreiding van de satellietontvangst- en signaalverwerkingscapaciteit ten behoeve van de verwerving voor de beide diensten in het kader van terrorismebestrijding één projectleider. De projectleider wordt bijgestaan door een projectgroep met vertegenwoordigers van de AIVD, de MIVD en de betrokken Directies Materieel van het ministerie van Defensie.

1.3.

De projectleider rapporteert maandelijks aan de gezamenlijke opdrachtgever over de realisatie van de onder actiepunt 18 van het actieplan Terrorismebestrijding en Veiligheid beschreven project.

Artikel 2: De (technische) ondersteuning

De door de MIVD aan de AIVD te leveren (technische) ondersteuning op het gebied van satellietinterceptie bestaat uit de volgende hoofdcomponenten;

a. Ondersteuning met ongerichte interceptie van satellietverkeer.

b. Ondersteuning met search-activiteiten gericht op satellietverkeer.

c. Ondersteuning met gerichte interceptie van satellietverkeer

Artikel 3: Aansturing van de satellietontvangst- en signaalverwerkingscapaciteit ten behoeve van de verwerving als gevolg van de uitbreiding op grond van actiepunt 18 van het actieplan Terrorismebestrijding en Veiligheid

3.1.

De gezagsmatige aansturing van de satellietontvangst- en signaalverwerkingscapaciteit ten behoeve van de verwerving die uit de uitbreiding ten behoeve van de beide diensten voortvloeit in het kader van terrorismebestrijding, geschiedt in gelijke mate door de directeur MIVD en het hoofd van de AIVD, waarvoor zij beiden gezamenlijk verantwoordelijk zijn.

Onder de gezagsmatige aansturing wordt verstaan de aansturing van de in dit artikel genoemde satellietontvangst- en signaalverwerkingscapaciteit ten behoeve van de verwerving.

Deze omvat:

• de identificatie en de beoordeling van de benodigde, aanwezige en gewenste infrastructuur en de daarvoor benodigde menskracht en financiën,

• de besluitvorming en het toezicht op de aanwending van de infrastructuur, middelen en financiën, alsmede

• de keuzes en daaropvolgende afspraken met betrekking tot prioritering en de inzet van capaciteit.

3.2.

De MIVD kan in zeer dringende gevallen, bij de uitvoering van de wettelijke taakstelling, zoals bij militaire vredes- en crisisbeheersingsoperaties, tijdelijk af wijken van de gezamenlijk door de directeur MIVD en hoofd AIVD overeengekomen keuzes en afspraken met betrekking tot prioriteit en capaciteit. Wanneer dit voor de AIVD in een concreet geval niet aanvaardbaar is, wordt de zaak voorgelegd aan de Coördinator.

3.3.

De beheersmatige aansturing van de in dit artikel genoemde satellietontvangst- en signaalverwerkingscapaciteit ten behoeve van de verwerving voor zover aanwezig op MIVD-locaties vindt plaats door de directeur van de MIVD, waarvoor deze ten volle verantwoordelijk is.

Onder de beheersmatige aansturing wordt verstaan de dagelijkse leiding over de in dit artikel genoemde satellietontvangst- en signaalverwerkingscapaciteit ten behoeve van de verwerving. Dit omvat mede de bevoegdheid om feitelijke financiële verplichtingen aan te gaan. Hiernaast omvat dit het zijn van contractpartij namens de Staat bij het aangaan van overeenkomsten met derden, zoals bij de verwerving of huur van bijvoorbeeld grond, hardware of software, voor zover deze feitelijk bij de in dit artikel genoemde satellietontvangst- en signaalverwerkingscapaciteit ten behoeve van de verwerving zijn ondergebracht.

Daarnaast omvat de beheersmatige aansturing de aansturing van al het MIVD personeel, waaronder het MIVD-personeel dat werkzaam is ten behoeve van de in dit artikel genoemde satellietontvangst- en signaalverwerkingscapaciteit ten behoeve van de verwerving.

Artikel 4: Coördinatie tussen MIVD en AIVD ten aanzien van de satellietontvangst- en signaalverwerkingscapaciteit ten behoeve van de verwerving als gevolg van de uitbreiding op grond van actiepunt 18 van het actieplan Terrorismebestrijding en Veiligheid

4.1.

Er wordt een coördinatiecommissie ingesteld die bestaat uit één óf meer vertegenwoordigers van de MIVD en de AIVD, aan te wijzen door respectievelijk de directeur van de MIVD en het hoofd van de AIVD. Deze nemen op basis van gelijkwaardigheid beslissingen over prioriterings- en capaciteitskwesties.

De leden van de coördinatiecommissie kiezen op basis van consensus uit hun midden een voorzitter.

4.2.

In geval van verschil van inzicht wordt de kwestie voorgelegd aan de beide diensthoofden, die gezamenlijk besluiten op basis van de in artikel 3.1. van dit convenant nader geregelde verantwoordelijkheid voor de gezagsmatige aansturing.

Desgewenst wordt bij deze besluitvorming de Coördinator voor de inlichtingen- en veiligheidsdiensten betrokken.

Artikel 5: Boedelbeschrijving

5.1.

Er wordt door de MIVD een beschrijving gemaakt van de inventaris, die als uitgangspunt dient voor de uitbreiding van de satellietontvangst- en signaalverwerkingscapaciteit ten behoeve van de verwerving voor de beide diensten in het kader van terrorismebestrijding. Deze beschrijving heeft betrekking op de aanwezige systemen, functies, budgetten en informatiehuishouding en werkprocedures. Deze beschrijving is als gerubriceerde bijlage bij dit convenant gevoegd.

Bij de oprichting van een NSO buiten de MIVD doch binnen Defensie, na wetswijziging van de Wiv 2002, dient een beheersconvenant te worden opgesteld. Uitgangspunt hierbij vormen de door beide diensten actueel op te stellen boedelbeschrijvingen.

5.2.

De boedelbeschrijving wordt ter goedkeuring voorgelegd aan de directeur van de MIVD en het hoofd van de AIVD in hun functie, zoals bepaald in artikel 3.1. van dit convenant.

5.3.

Deze boedelbeschrijving vormt het uitgangspunt voor actuele en toekomstige investeringen ten behoeve van de satellietontvangst- en signaalverwerkingscapaciteit ten behoeve van de verwerving zoals bedoeld in actiepunt 18 van het meergenoemde actieplan Terrorismebestrijding en Veiligheid. Hetgeen niet is opgenomen in de beschrijving maakt geen onderdeel uit van het convenant.

5.4.

De gelden voortvloeiend uit actiepunt 18 van het actieplan Terrorismebestrijding en Veiligheid zullen niet worden aangewend voor de instandhouding van de huidige satellietontvangst- en signaalverwerkingscapaciteit in Zoutkamp. Lopende verplichtingen ten laste van de bestaande boedel blijven tot de oprichting van de NSO exclusief voor rekening van de MIVD.

Artikel 6: Contacten met buitenlandse organisaties op het terrein van verbindingsinlichtingen

AIVD en MIVD benadrukken dat in de richting van buitenlandse verbindingsinlichtingendiensten met een eenduidige Nederlandse vertegenwoordiging moet worden opgetreden en daarmee het bestaan van één (inter-)nationaal aanspreekpunt op het gebied van verbindingsinlichtingen. Tot aan de formele oprichting van de NSO onderhoudt en coördineert de directeur van de MIVD de verbindingen met daarvoor in aanmerking komende buitenlandse organisaties op het terrein van verbindingsinlichtingen. Dit laat onverlet dat beide diensten werkcontacten onderhouden. Gegeven deze bestaande praktijk meldt de AIVD werkcontacten vóór de oprichting van de NSO bij de MIVD aan en na oprichting van de NSO bij de NSO. Dat laatste geldt dan voor beide diensten. Een dergelijke procedure zou erop gericht moeten zijn

a. elkaar te informeren waarmee men bezig is,

b. gevoeligheden en onwenselijkheden ten aanzien van het aangegeven werkcontact aan te geven en uit te wisselen en aldus te waarborgen dat er door Nederland in dit opzicht met één mond wordt gesproken en te voorkomen dat beide diensten tegen elkaar worden uitgespeeld. Dan wel dat beide diensten een buitenlandse organisatie van dezelfde informatie voorzien.

Artikel 7: Uitvoeringsplannen

7.1.

Met inachtneming van de bepalingen van dit convenant kunnen per onderwerp en/of per categorie van zaken nadere uitvoeringsplannen opgesteld worden,

7.2.

Deze uitvoeringsplannen dienen vooraf goedgekeurd te worden door de Directeur van de MIVD en het hoofd van de AIVD, die daarbij optreden in hun hoedanigheid zoals bedoeld in artikel 3.1. van dit convenant.

Artikel 8: Wijzigingen

Indien de partijen bij dit convenant van mening zijn dat dit convenant behoort te worden gewijzigd, treden zij met elkaar in overleg.

Artikel 9: Inwerkingtreding

Dit convenant treedt in werking met ingang van de tweede dag na dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.

Dit convenant zal worden geplaatst in de Staatscourant.

's-Gravenhage, 26 september 2003.
De Minister van Defensie,voor deze,
de directeur Militaire Inlichtingen- en Veiligheidsdienst,
B. Dedden, generaal-majoor.
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,voor deze,
het plaatsvervangend hoofd Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst,
T.P.L. Bot.

Naar boven