Basisselectiedocument sociale verzekeringen '40 - '97

De omvang van dit stuk heeft ertoe geleid dat het in drie delen wordt gepubliceerd. Het eerste deel volgt hieronder. De resterende delen zullen in de Staatscourant van 7 en 8 mei 2002 (resp. nr. 86 en 87) worden opgenomen.

18 februari 2002

R&B/OSA/2002/576

Selectielijst handelingen Sociale Verzekeringsbank

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen,

Gelet op artikel 5, tweede lid, onder c, van de Archiefwet 1995;

De Raad voor Cultuur gehoord (advies van de Raad voor Cultuur van 6 maart 2001, nr. arc-2000.1595/2);

Besluit:

Artikel 1

De bij dit besluit gevoegde `selectielijst voor de neerslag van de handelingen van de Sociale Verzekeringsbank op het beleidsterrein sociale verzekeringen over de periode 1940-1997' en de daarbij behorende toelichting worden vastgesteld.

Artikel 2

Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen is belast met de uitvoering van dit besluit dat met de daarbij behorende selectielijst en toelichting in de Staatscourant zal worden geplaatst.

Den Haag, 18 februari 2002.
De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen,namens deze,
De Algemene Rijksarchivaris,
M.W. van Boven.

Een belanghebbende kan tegen dit besluit beroep instellen bij de rechtbank binnen het rechtsgebied waarvan hij zijn woonplaats heeft. Voordat hij beroep instelt, moet hij binnen zes weken na de inwerkingtreding van dit besluit bij de Staatssecretaris een bezwaarschrift indienen. Dit bezwaarschrift moet worden gestuurd naar CFI/FJZ, ter attentie van het secretariaat van de Commissie voor de bezwaarschriften, Postbus 606, 2700 ML Zoetermeer.

Basisselectiedocument sociale verzekeringen, 1940-1997

BSD, maart 2002

Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid - PIVOT

Sociale Verzekeringsbank

College van toezicht sociale verzekeringen

Landelijk instituut sociale verzekeringen

1. Inleiding

Het PIVOT-rapport Verstrekkende Zekerheid. Een institutioneel onderzoek op het beleidsterrein sociale zekerheid ten aanzien van de sociale verzekeringen, 1940-1997 vormt de grondslag voor dit basisselectiedocument. Dit rapport institutioneel onderzoek (RIO) beschrijft de handelingen van de rijksoverheid op het deelterrein sociale verzekeringen van het beleidsterrein sociale zekerheid en geeft een overzicht van de actoren die zich op dit (deel)beleidsterrein bewegen. In het eerste deel van het institutioneel onderzoek sociale zekerheid werden reeds de handelingen en actoren opgenomen die het deelterrein sociale voorzieningen vormen. Het resultaat was het RIO Sociale Voorzieningen. Een institutioneel onderzoek op het beleidsterrein sociale zekerheid ten aanzien van de sociale voorzieningen, 1940-1996. Het basisselectiedocument (BSD) dat voor het deelterrein sociale voorzieningen is opgesteld is inmiddels ter vaststelling aan de staatssecretaris van OCenW aangeboden.

Op het terrein van de sociale verzekeringen zijn een groot aantal overheidsorganen actief of actief geweest. Aan dit institutioneel onderzoek hebben dan ook verschillende van deze organen een bijdrage geleverd. Allereerst is er het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid waar het onderzoek in 1995 is gestart als gevolg van afspraken die bij convenant van 21 januari 1992 tussen de Algemene Rijksarchivaris en de Secretaris-Generaal van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid zijn gemaakt. In 1996 heeft de Sociale Verzekeringsbank (SVB) besloten aan het onderzoek deel te nemen, in 1997 gevolgd door het College van toezicht sociale verzekeringen (Ctsv), het Landelijk instituut sociale verzekeringen (Lisv) en de Verzekeringskamer.

Voor deze zelfstandige bestuursorganen geldt niet alleen dat zij verantwoordelijk zijn voor hun eigen archieven en dat zij dus zorg moeten dragen voor een goede en verantwoorde selectie daarvan aan de hand van een vastgestelde selectielijst, maar ook dat zij verantwoordelijk zijn voor de archieven van hun rechtsvoorgangers. Zo is bijvoorbeeld de SVB verantwoordelijk voor de archieven van de Raden van Arbeid, het Ctsv voor die van de Sociale Verzekeringsraad, en het Lisv voor de die van de bedrijfsverenigingen, van het Tijdelijk instituut voor coördinatie en afstemming (Tica) en van de fondsen van verschillende sociale verzekeringen (Awf, Aof, AAf en Tf). Verder kunnen de organen verantwoordelijk zijn voor de archieven van commissies, werkgroepen enz. waarvan zij (of hun taakvoorgangers) het secretariaat hebben gevoerd.

Bij de deelnemende organen is aan de hand van literatuur, archieven en interviews onderzoek gedaan naar hun taken en handelingen en die van hun voorgangers op het onderhavige beleidsterrein, hetgeen geleid heeft tot het genoemde rapport en dit BSD.

Het BSD is de verantwoording van het bewaar- en vernietigingsbeleid van archiefbescheiden door de organisatie, alsmede het wettelijk voorgeschreven instrument voor de selectie in de rijks- en provinciale archieven. In het BSD is aan iedere handeling een waardering gegeven voor bewaring of vernietiging van de bescheiden die betrekking hebben op die handeling.

Het BSD bestaat uit:

• een korte beschrijving van het beleidsterrein en de actoren;

• een verantwoording van de doelstelling van de selectie en de gehanteerde selectiecriteria;

• de lijst van gewaardeerde handelingen, voorafgegaan door een toelichting op de lijst;

• een lijst van afkortingen.

De verschillende deelnemers moeten het BSD ieder voor een deel vast te stellen en wel voor die handelingen waarbij zij of (een van) hun rechtsvoorganger(s) als actor genoemd wordt.

Op deze plaats dient nog opgemerkt te worden dat voor archiefbescheiden op het beleidsterrein sociale verzekeringen reeds vernietigingslijsten bestonden. Voor het ministerie gold de 'Lijst van te vernietigen archiefbescheiden van het Directoraat-Generaal Sociale Zekerheid van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid' (Stcrt. 1994, 72). Voor de Raden van Arbeid was de Lijst van 14 augustus 1984 (Stcrt. 1985, 230) vastgesteld, die sinds 1988 door (de districtskantoren van) de Sociale Verzekeringsbankgenateerd wordt. De Sociale Verzekeringsraad heeft met zijn circulaire van 4 januari 1990 nr. 953 een lijst van te vernietigen stukken voor de bedrijfsverenigingen gegeven. De lijsten voor de Raden van Arbeid en de bedrijfsverenigingen hebben met name betrekking op de gevalsdossiers en de financiële bescheiden. Aan de hand van deze lijsten zijn in het verleden dus al archiefbescheiden vernietigd.

Verder zijn de archieven van het College van Toezicht (voor de Ziektewet), de Raad van Toezicht LTOW, het Kinderbijslagvereveningsfonds en verschillende Raden van Arbeid bewerkt en overgedragen aan de Rijksarchiefdienst. Bij de bewerking zijn op grond van incidentele machtigingen reeds archiefbescheiden vernietigd. Voor de volledigheid zijn deze actoren wel in deze selectielijst opgenomen.

2. Hoofdlijnen van het handelen van de overheid op het beleidsterrein sociale zekerheid/sociale verzekeringen

Het onderwerp van dit basisselectiedocument vormt een deel van het beleidsterrein sociale zekerheid. Dit beleidsterrein heeft betrekking op de overheidstaken in het kader van het recht op het gebied van de publieke sociale zekerheid, met als doel het bieden van inkomensbescherming. Hiermee wordt een belangrijke rechtsplicht van de overheid `het bieden van financiële bestaanszekerheid aan een ieder' vormgegeven. In 1983 is deze overheidstaak geformaliseerd in art. 20 lid 2 en 3 van de Grondwet.

De doelstelling, zoals hierboven omschreven wordt langs verschillende wegen gerealiseerd, enerzijds lenigt de overheid - door het verstrekken en aanvullen van inkomens - (directe) financiële nood. Anderzijds tracht de overheid door middel van het ontwikkelen van beleid gericht op het voorkomen van het verlies van inkomen (preventie) en het reïntegreren van arbeidsongeschikten en werklozen in het arbeidsproces, het beroep wat gedaan wordt op het stelsel van inkomensbescherming terug te dringen.

Van oudsher wordt in de sociale zekerheid op grond van het verschil in de mate van overheidsbemoeienis en de financieringsbron, een onderscheid gemaakt tussen sociale verzekeringen en sociale voorzieningen. Sociale verzekeringen (inkomensdervingsregelingen) verzekeren de financiële gevolgen wanneer men als gevolg van ziekte, ouderdom of arbeidsongeschiktheid niet (meer) aan het arbeidsproces deelneemt en worden bekostigd uit premiebijdragen van werkgevers, werknemers en ingezetenen. Sociale voorzieningen (minimumbehoefteregelingen) zijn bedoeld om wanneer in een bepaalde situatie de middelen van bestaan onvoldoende zijn, het inkomensniveau aan te vullen tot het 'sociaal minimum'.1 Deze voorzieningen worden betaald uit de 'algemene middelen' (opbrengsten van de verschillende belastingen). Laatstgenoemd onderdeel is aan de orde gekomen in het BSD Sociale Voorzieningen. De sociale verzekeringen worden in dit BSD behandeld.

Kenmerkend voor de sociale verzekeringen is het sociale en het verzekeringsaspect. Het sociale aspect had in de aanvang de betekenis van hulp aan economische zwakkeren. De eerste sociale verzekeringen (de Ongevallenwet, de Invaliditeitswet en de Ziektewet) verzekerden werknemers en vooral de economisch zwaksten onder hen. Later vond uitbreiding plaats tot alle werknemers en zelfs tot de gehele bevolking. De sociale verzekeringen raken niet alleen de persoonlijke belangen van de verzekerden maar ook het algemeen belang. Kenmerkende verschillen met de particuliere verzekeringen zijn het wettelijke en het verplichte karakter. Voor wat betreft het verzekeringsaspect is het volgende van belang. De verzekerde verzekert zich uit voorzorg tegen de gevolgen van bepaalde risico's en moet voldoen aan zijn plicht om premie te betalen, de verzekeraar vergoedt schade of verstrekt een uitkering wanneer de verzekerde calamiteit plaatsvindt. Risico's worden op deze manier gespreid over de vele premieplichtigen. De sociale verzekering biedt een planmatige voorzorg tegen bepaalde risico's terwijl de opbrenging der middelen door premieplichtigen steunt op een vooraf -in de regel bij of krachtens wet- vastgestelde rekenkundige grondslag. Daarnaast worden een aantal regelingen gefinancierd met algemene middelen. Uitkeringen worden bekostigd via premie geheven door de uitvoeringsinstellingen en de Rijksbelastingdienst.2

Er wordt inkomensbescherming geboden, gericht op risico's zoals arbeidsongeschiktheid, werkloosheid, ouderdom, overlijden, tegemoetkoming in de kosten van het verzorgen en onderhouden van kinderen, ziekte en gebrek en behoeftigheid.

Sociale verzekeringen worden onderscheiden in volksverzekeringen en werknemersverzekeringen. Die verschillen zijn toegespitst op de personele werkingssfeer, het uitkeringsniveau, de financiering en de uitvoering van de verzekeringen. Iedereen die in Nederland woont of op een of andere manier betrokken is bij het Nederlandse arbeidsproces, wordt tot de doelgroep van de volksverzekeringen gerekend. Werknemersverzekeringen daarentegen zijn bestemd voor een specifieke categorie van personen, namelijk degenen die in Nederland een privaatrechtelijke of publiekrechtelijke dienstbetrekking vervullen. Het uitkeringsniveau is per verzekering verschillend.

Tot 1989 werd de kinderbijslag gefinancierd uit premiebijdragen geheven via de belastingen en was dus een volksverzekering. Sinds dat jaar financiert het Rijk de kinderbijslag geheel uit de algemene middelen en is het een sociale voorziening geworden. Gezien het feit dat de Algemene Kinderbijslagwet door de Sociale Verzekeringsbank wordt uitgevoerd en gedurende lange tijd als volksverzekering heeft gefunctioneerd, wordt de wet in dit onderzoek bij de sociale verzekeringen behandeld. Hetzelfde geldt voor de Toeslagenwet, die als voorziening uit de algemene middelen bekostigd wordt, maar uitgevoerd wordt door de uitvoeringsorganen van de werknemersverzekeringen.

De centrale overheid is met name betrokken bij het voorbereiden en vastleggen van wet- en regelgeving, waarin onderdelen als het recht op uitkering en de uitvoering zijn neergelegd. De uitvoering is in handen organen die een zekere zelfstandigheid innemen ten opzichte van de rijksoverheid, ook al voeren zij een overheidstaak uit. Voor de werknemersverzekeringen zijn dit het Landelijk instituut sociale verzekeringen en de uitvoeringsinstellingen, voorheen de bedrijfsverenigingen (met hun administrateurs) en de fondsen zoals het Algemeen Werkloosheidsfonds en het Arbeidsongeschiktheidsfonds. Voor de volksverzekeringen is dit de Sociale Verzekeringsbank met tot 1988 de Raden van Arbeid, die toen zijn omgevormd tot districtskantoren van de SVB. De toezichthoudende instantie is sinds 1 januari 1995 het College van toezicht sociale verzekeringen, daarvoor werd toezicht gehouden door de Sociale Verzekeringsraad (SVr).

Ook de overheidsbemoeienis met de aanvullende pensioenen wordt tot de sociale zekerheid gerekend. De voornaamste taken in deze zijn de regelgeving en het toezicht. Op dit deelterrein zijn als belangrijkste wetten tot stand gekomen de Pensioen- en spaarfondsenwet (PSW, 1952), de Wet betreffende verplichte deelneming in een bedrijfspensioenfonds (Wet Bpf, 1949) en de Wet betreffende verplichte deelneming aan een beroepspensioenregeling (Wet Bpr, 1972). Het toezichthoudende orgaan is de Verzekeringskamer, gevestigd in Apeldoorn.

3. Actoren

Een actor is een overheidsorgaan, een particuliere instelling of een persoon die een rol speelt op een beleidsterrein. In het kader van het institutioneel onderzoek zijn met name die actoren van belang die overheidsorgaan zijn en handelingen verrichten op het terrein van de sociale voorzieningen. In het BSD zijn alleen handelingen opgenomen van (landelijke) overheidsactoren.

Als eerste dient genoemd te worden de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, die verantwoordelijk is voor de totstandkoming van het beleid en de wet- en regelgeving ten aanzien van de sociale verzekeringen en de aanvullende pensioenregelingen. Het betreft zowel de inhoudelijke (voorwaarden en prestaties) als de organisatorische kant (financiering en uitvoering) van het beleid. Ook de internationale afstemming van het sociale zekerheidsbeleid behoort tot zijn taken. Voor de sociale ziektekostenverzekeringen, te weten de Ziekenfondswet en de AWBZ moet echter een voorbehoud gemaakt worden; voor deze verzekeringen is de minister waaronder Volksgezondheid ressorteert verantwoordelijk (nu is dat de minister van VWS). Deze sociale verzekeringen zijn in dit onderzoek niet aan de orde geweest omdat zij reeds eerder onderzocht zijn.3 Een andere minister die nauw bij het beleidsterrein betrokken is, is de minister van Financiën, vanwege de premieheffing voor de volksverzekeringen door de Belastingdienst en het beheer van de fondsen.

Als adviesorganen op dit beleidsterrein dienen genoemd te worden de Sociale Verzekeringsraad (SVr) in de periode 1952-1994 en de Sociaal-Economische Raad. Over de uitvoering wordt door de diverse uitvoeringsorganen geadviseerd (SVB, Tica/Lisv, Verzekeringskamer). Voor een bepaald onderwerp of aspect is een aantal keer een aparte commissie in het leven geroepen, bijvoorbeeld de Commissie Onderzoek Sociale Zekerheid (COSZ) of de Staatscommissie vereenvoudiging en codificatie van de sociale zekerheidswetgeving.

De belangrijkste uitvoerende organen zijn nu de Sociale Verzekeringsbank, het Landelijk instituut sociale verzekeringen en de uitvoeringsinstellingen (uvi's). De Sociale Verzekeringsbank voert met name de volksverzekeringen (AOW, AWW/Anw en AKW) uit, tot 1988 samen met de Raden van Arbeid die toen omgevormd zijn tot districtskantoren van de SVB. Ook de oude Ongevallenwet, de Invaliditeitswetten en de Ouderdomswet 1919 werden door de SVB en de Raden van Arbeid uitgevoerd. Het Lisv en de uvi's voeren de werknemersverzekeringen (WW en WAO) uit. Tot 1 maart 1997 waren de bedrijfsverenigingen de uitvoerders van de werknemersverzekeringen. De uvi's (en voorheen de administrateurs) zijn geen overheidsorgaan in de zin van de Archiefwet, omdat zij hun taken onder mandaat van het Lisv (de bedrijfsverenigingen) uitvoeren. Zij worden dan ook niet als aparte actor in dit BSD genoemd. De bedrijfsverenigingen werden in het verleden geacht niet onder de Archiefwet 1962 te vallen. Zij zijn/waren wel overheidsorganen in de zin van de Archiefwet 1995. Voor de volledigheid en duidelijkheid zijn hun taken en handelingen over de gehele periode (1940-1997) in het onderzoek betrokken. De fondsen van een aantal sociale verzekeringen, te weten het Algemeen Werkloosheidsfonds, het Arbeidsongeschiktheidsfonds, het Algemeen Arbeidsongeschiktheidsfonds en het Toeslagenfonds hadden rechtspersoonlijkheid. In 1995 zijn deze fondsen ondergebracht bij het Tica, nu het Lisv.

Op de uitvoering van de sociale verzekeringen werd en wordt toezicht gehouden door speciaal daartoe in het leven geroepen overheidsorganen. Tot en met 1952 waren dit het College van Toezicht (voor de Ziektewet), de Raad van Toezicht RVB en de Raad van Toezicht LTOW. Met de inwerkingtreding van de OSV in 1952 kwam het toezicht in handen van de SVr. Met de inwerkintreding van de nOsv in 1995 werd de SVr omgevormd tot het College van toezicht sociale verzekeringen (Ctsv).

De Verzekeringskamer (VK) is het toezichthoudende orgaan voor het deelterrein aanvullende pensioenregelingen. De VK houdt toezicht op de uitvoering door pensioen- en spaarfondsen van de Pensioen- en spaarfondsenwet (PSW), de Wet betreffende verplichte deelneming in een bedrijfspensioenfonds (Wet Bpf) en de Wet betreffende verplichte deelneming in een beroepspensioenregeling (Wet Bpr).

Voor een uitgebreidere beschrijving van de actoren, zowel de overheidsorganen als de niet-overheidsorganen kan verwezen worden naar hoofdstuk 2 van het RIO.

4. Selectie

Doelstelling van de selectie

De selectie richt zich op de archiefbescheiden van overheidsorganen op rijks- en provinciaal niveau, die vallen onder de werking van de artikelen 1, 23, 27 en 41 van de Archiefwet 1995 (Stb. 1995, 276). Het begrip overheidsorgaan wordt in artikel 1 van de Archiefwet 1995 gedefinieerd als:

a. een orgaan van een rechtspersoon die krachtens publiekrecht is ingesteld, en

b. een ander persoon of college met openbaar gezag bekleed.

Het begrip archiefbescheiden betreft alle neerslag van de omschreven handelingen, of het nu papier of een machine-leesbaar gegevensbestand (MLG) betreft, of het zich nu in een archief, bibliotheek, op een afdeling automatisering of bij beleidsambtenaren bevindt.

De hoofddoelstelling van de selectie is een onderscheid te maken tussen enerzijds archiefbescheiden die in aanmerking komen voor bewaring en overbrenging naar het Algemeen Rijksarchief of een Rijksarchief in de provincie en anderzijds archiefbescheiden die (op termijn) voor vernietiging in aanmerking komen. De beslissing of neerslag van een handeling wel of niet voor bewaring in aanmerking komt, wordt genomen tegen de achtergrond van de selectiedoelstelling van de Rijksarchiefdienst/PIVOT, zoals de minister van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur die bij de behandeling van de nieuwe archiefwet in de Tweede Kamer (13 april 1994) heeft gemeld en die luidt: 'het mogelijk maken van de reconstructie van het overheidshandelen op hoofdlijnen'. Door het Convent van Rijksarchivarissen is deze doelstelling vertaald als: 'het selecteren van handelingen van de overheid om bronnen voor de kennis van de Nederlandse samenleving en cultuur veilig te stellen voor blijvende bewaring'.

De handelingen van de verschillende organen ('actoren') worden geselecteerd op hun bijdrage aan de realisering van de selectiedoelstelling. Bij de selectie is dus de vraag aan de orde welke gegevensbestanden, behorende bij welke handeling, berustende bij welke actor, bewaard dienen te worden ten einde het handelen van de rijks- en provinciale overheid met betrekking tot de sociale verzekeringen op hoofdlijnen te kunnen reconstrueren.

In dit RIO/BSD wordt deze selectiedoelstelling uitgewerkt binnen het (deel)beleidsterrein sociale verzekeringen.

Selectiecriteria

Bij de selectie van handelingen is door PIVOT een aantal criteria onderscheiden dat op elk beleidsterrein of onderdeel van een terrein van toepassing is. Daarnaast is het mogelijk dat er specifieke criteria geformuleerd worden voor het desbetreffende beleidsterrein. De criteria, die in deze selectielijst zijn toegepast, worden in het navolgende schema weergegeven. Voor het beleidsterrein sociale verzekeringen is het formuleren van specifieke criteria niet nodig gebleken.

De selectiecriteria zijn positief geformuleerd, dat wil zeggen dat zij aangegeven van welke handelingen de neerslag na het verstrijken van de wettelijk overbrengingstermijn van 20 jaar naar een Rijksarchief dient te worden overgebracht. Handelingen die aan één van de criteria voldoen, zijn met een B (van bewaren) gewaardeerd met vermelding van het desbetreffende criterium. Handelingen die niet aan één van de criteria voldoen zijn met een V gewaardeerd, met vermelding van de minimale termijn, dat de archiefbescheiden door het orgaan, dat met de zorg ervoor belast is, bewaard moeten worden. De documentaire neerslag die uit deze handelingen voortvloeit is niet noodzakelijk voor de reconstructie van het overheidsbeleid op hoofdlijnen.

De V staat voor vernietigen; de neerslag van de met een V gewaardeerde handelingen kan na de voorgeschreven termijn vernietigd worden.

Ingevolge artikel 5, onder e, van het Archiefbesluit 1995 kan neerslag van bepaalde, als te vernietigen gewaardeerde handelingen betreffende personen en/of gebeurtenissen van bijzonder cultureel of maatschappelijk belang, van vernietiging worden uitgezonderd.

Algemene selectiecriteria

Handelingen die worden gewaardeerd met B (bewaren):

1. Handelingen die betrekking hebben op voorbereiding en bepaling van beleid op hoofdlijnen

Toelichting: Hieronder wordt verstaan agendavorming, het analyseren van informatie, het formuleren van adviezen met het oog op toekomstig beleid, het ontwerpen van beleid of het plannen van dat beleid, alsmede het nemen van beslissingen over de inhoud van beleid en terugkoppeling van beleid. Dit omvat het kiezen en specificeren van de doeleinden en de instrumenten.

2. Handelingen die betrekking hebben op evaluatie van beleid op hoofdlijnen

Toelichting: Hieronder wordt verstaan het beschrijven en beoordelen van de inhoud, het proces of de effecten van beleid. Hieronder valt ook het toetsen van en het toezien op beleid. Hieruit worden niet per se consequenties getrokken zoals bij terugkoppeling van beleid.

3. Handelingen die betrekking hebben op verantwoording van beleid op hoofdlijnen aan andere actoren

Toelichting: Hieronder valt tevens het uitbrengen van verslag over beleid op hoofdlijnen aan andere actoren of ter publicatie.

4. Handelingen die betrekking hebben op (her)inrichting van organisaties belast met beleid op hoofdlijnen

Toelichting: Hieronder wordt verstaan het instellen, wijzigen of opheffen van organen, organisaties of onderdelen daarvan.

5. Handelingen die bepalend zijn voor de wijze waarop beleidsuitvoering op hoofdlijnen plaatsvindt

Toelichting: Onder beleidsuitvoering wordt verstaan het toepassen van instrumenten om de gekozen doeleinden te bereiken.

6. Handelingen die betrekking hebben op beleidsuitvoering op hoofdlijnen en direct zijn gerelateerd aan of direct voortvloeien uit voor het Koninkrijk der Nederlanden bijzondere tijdsomstandigheden en incidenten

Toelichting: Bijvoorbeeld in het geval de ministeriële verantwoordelijkheid is opgeheven en/of wanneer er sprake is van oorlogstoestand, staat van beleg of toepassing van noodwetgeving.

5. Selectielijst

In de selectielijst zijn de handelingen uit het rapport 'Verstrekkende zekerheid' geordend per actor, te beginnen bij de minister van Sociale Zaken, de voornaamste actor op dit beleidsterrein. Vanwege de ordening per actor zijn handelingen die volgens het rapport door meer dan één actor worden uitgevoerd in dit BSD meer keren opgenomen. Het BSD bevat dus meer items dan het rapport. De actoren zijn geordend aan de hand van hoofdstuk II van het RIO 'Verstrekkende zekerheid'.

De gegevensblokken van het RIO zijn in het BSD overgenomen, ook de nummering van het RIO is in het BSD gehandhaafd. Deze doorlopende nummering in het RIO wordt dus een verspringende nummering in het BSD, vanwege de andere wijze van ordenen (nl. per actor). Het uitgangspunt is geweest dat er een directe relatie moet worden gehandhaafd tussen het RIO en het BSD. Aan het nummer of de periode is niet te zien of de handeling tegelijkertijd, voorafgaand of opvolgend ook door een andere actor is uitgevoerd. Hiervoor dient men het RIO te raadplegen. De grondslag, de periode, het product en de opmerking zijn in het BSD zo veel mogelijk aangepast aan de actor die het betreft. Dat wil zeggen dat van een handeling waarbij in het RIO verschillende actoren staan vermeld, per actor in het BSD alleen die gegevens zijn overgenomen die op die actor van toepassing zijn.

In de gegevensblokken is het onderdeel 'actor' weggelaten. De naam van de actor is dezelfde als die in het RIO, zie verder hoofdstuk 2 van het RIO. Bij de `grote' actoren is de (sub)indeling (incl. paragraafnummer) van het RIO overgenomen om enige ordening in de handelingen aan te brengen.

Bij het product wordt steeds het eindproduct van een handeling genoemd, waarbij als bekend wordt verondersteld dat de neerslag van het gehele proces dat geleid heeft tot dat eindproduct bewaard dient te blijven of voor vernietiging in aanmerking komt. Ook in gevallen waarbij geen eindproduct tot stand is gekomen, wordt de neerslag van de voorbereiding daartoe tot de handeling gerekend en dient deze overeenkomstig deze lijst bewaard of vernietigd te worden.

Door middel van de plaatsing van de letters B en V wordt een waardering gegeven voor het 'Bewaren' of 'Vernietigen' van de neerslag van die handeling. Bij de handelingen die met een B gewaardeerd zijn, wordt het selectiecriterium uit het schema van

§ 4.2 genoemd dat tot dat voorstel geleid heeft.

Bij handelingen die met een V gewaardeerd zijn, wordt de termijn gegeven, waarna vernietiging kan plaatsvinden. Deze termijnen zijn ingevuld op grond van informatie uit bestaande vernietigingslijsten (zie § 1) en gesprekken met vertegenwoordigers van het juridische en administratieve belang bij de verschillende zorgdragers.

Als ruwe richtlijn zijn de volgende bewaartermijnen gehanteerd:

• 3 jaar voor het verstrekken/verzamelen/bewerken van eenvoudige informatie (niet in relatie tot een beschikkende handeling of activiteit);

• 3 jaar voor het adviseren op uitvoerend (beschikkend) niveau4;

• 5 jaar voor uitvoerende handelingen die een beschikking (kunnen) opleveren;

• 7 jaar voor handelingen die te maken hebben met uitspraken in geschillen (bij de rechterlijke macht, in administratief beroep of bij arbitrage);

• 7 jaar voor handelingen die te maken hebben met financiële verantwoording (overeenkomstig bepalingen in de Algemene Wet Rijksbelastingen en het Burgerlijk Wetboek).

Met uitzondering van de handelingen die betrekking hebben op de directe uitkeringverlening, is voor handelingen die met een V gewaardeerd zijn, de periode waarvoor deze selectielijst geldt gesteld op 1945-1996. Door middel van haakjes kan worden aangegeven dat een handeling ook in de voorafgaande periode werd uitgevoerd, bijvoorbeeld:

periode: (1940) 1945 - 1963

De archiefbescheiden die betrekking hebben op de periode 1940-1945 worden op een andere wijze behandeld. Deze komen in eerste instantie voor bewaring in aanmerking op grond van algemeen selectiecriterium 6, als zijnde de neerslag van uitvoerende handelingen die direct gerelateerd zijn aan bijzondere omstandigheden i.c. de Tweede Wereldoorlog. Zij worden derhalve overgebracht naar de Rijksarchiefdienst. De Rijksarchiefdienst kan na nader onderzoek de archiefbescheiden die niet voldoen aan criterium 6 (die dus geen directe relatie hebben met de bijzondere omstandigheden van de Tweede Wereldoorlog) nà machtiging van de oorspronkelijke zorgdrager op grond van artikel 6 van de Archiefwet 1995 alsnog vernietigen.

De in de lijst genoemde termijnen worden voor wat de zaaksgewijs geordende archiefbescheiden betreft, geacht in te gaan op de eerste dag na beëindiging van de zaak waartoe de bescheiden behoren. In het geval dat tegen een beslissing beroep wordt aangetekend, wordt de zaak geacht geëindigd te zijn op het moment dat de (hoger) beroepszaak is geëindigd.

In deze lijst zijn de handelingen van het Regionaal Bestuur voor de Arbeidsvoorziening, de directeurvan het Regionaal Bestuur voor de Arbeidsvoorziening en het Centraal Bestuur voor de Arbeidsvoorziening niet opgenomen. Door deze actoren wordt voor de periode 1991-1997 een eigen selectielijst ingediend. De handelingen van de Arbeidsvoorzieningsorganisatie zoals die functioneerde voor 1991 zijn wel opgenomen.

De lijst heeft geen betrekking op archiefbescheiden inzake de interne-beheertaken van de ministers. Zij dienen daarvoor een aparte lijst te maken.5

Activiteiten van ambtelijke commissies of overlegverbanden, ingesteld ter uitvoering van enige handeling, worden geacht onder die handeling te zijn begrepen.

Vaststelling BSD

Op resp. 25 februari 2000; 29 februari 2000; 21 februari 2000 en 7 maart 2000 is het ontwerp-BSD door resp. de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, het College van Toezicht Sociale Verzekeringen, de Sociale Verzekeringsbank en het Landelijk Instituut Sociale Verzekeringen aan de Staatssecretaris van OCenW aangeboden, waarna deze het ter advisering heeft ingediend bij de Raad voor Cultuur (RvC). Van het gevoerde driehoeksoverleg over de waarderingen van de handelingen is een verslag gemaakt, dat tegelijk met het ontwerp-BSD naar de RvC is verstuurd. Vanaf 15 maart 2000 lag de selectielijst gedurende acht weken ter publieke inzage bij de informatiebalie in de studiezaal van het Algemeen Rijksarchief evenals in de bibliotheken van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, van het College van Toezicht Sociale Verzekeringen, van de Sociale Verzekeringsbank en van het Landelijk Instituut Sociale Verzekeringen, het Ministerie van OCenW en de rijksarchieven in de provincie.

Tijdens het driehoeksoverleg was, op verzoek van de Archiefcommissie van het Koninklijk Nederlands Historisch Genootschap, ook een deskundige op het beleidsterrein aanwezig. Van andere (historische) organisaties of individuele burgers is geen commentaar ontvangen.

Op 6 maart 2001 bracht de RvC advies uit (arc-20001595/2), hetwelk aanleiding heeft gegeven tot de volgende wijzigingen in de ontwerp-selectielijst:

- De waardering van handeling 465 is gewijzigd van V naar B 2.

- De waardering van handeling 470 is gewijzigd van V naar B 5.

- De waardering van handeling 961 is gewijzigd van V naar B 5.

- Handeling 341 wordt uit het basisselectiedocument verwijderd. Onder nummer 341 komt te staan: `Vervallen'

1 Regelingen die vergoedingen verstrekken voor specifieke kosten zoals de Wet voorzieningen gehandicapten en de Algemene Kinderbijslagwet kunnen niet behulp van deze definities worden omschreven. De Wvg maakt onderdeel uit van de sociale voorzieningen, de AKW valt onder de sociale verzekeringen.

2 C.A. de Kam e.a., Kluwerschets van de leer van de sociale zekerheid, Deventer 1989, p. 38, 46, 50-51.

3 Verzekerd van Zorg, PIVOT-rapport nr. 7; in dat onderzoek is geen aandacht besteed aan de internationale aspecten van die verzekeringen. Zij zijn in dit onderzoek meegenomen, internationaal worden de sociale verzekeringen ook als een beleidsterrein behandeld.

4 Advisering over beleid of regelgeving komt in principe voor bewaring in aanmerking.

5 Voor de ministeries geldt o.a. het BSD Rijksbegroting; andere BSD's zijn nog in voorbereiding. Het ministerie van SZW hanteert voor selectie van archieven inzake de interne-beheer-taken de Lijst van voor vernietiging in aanmerking komende stukken behorende tot de archieven van het Ministerie van Sociale Zaken en Volksgezondheid, vastgesteld bij beschikking van de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid en Cultuur Recreatie en Maatschappelijk Werk van 16 januari 1967, kenmerken KAZ nr. 185111 en OKN nr. 134762.

5.1 Beleidsvormende organen

Actor: Minister van Sociale Zaken

Algemene handelingen

(1)

handeling: Het voorbereiden en vaststellen van beleid betreffende de sociale verzekeringen.

grondslag: o.a. Grondwet (Stb. 1983, 22) art. 20 eerste lid

periode: 1945 -

product: beleidsnota, beleidsplan

waardering: B 1

(2)

handeling: Het leveren van bijdragen aan de totstandkoming van het nationale beleid van andere ministers, voor zover dit (mede) betrekking heeft op de sociale verzekeringen.

periode: 1945 -

product: inlichtingen, advies, nota

waardering: B 1

(3)

handeling: Het voorbereiden van het overleg met en informeren van de Staten-Generaal, voor zover het de sociale verzekeringen betreft.

periode: 1945 -

product: antwoord op kamervragen, brief aan de Staten-Generaal etc.

waardering: B 3

(4)

handeling: Het (doen) verrichten van onderzoek ten behoeve van de beleidsbepaling inzake sociale verzekeringen.

periode: 1945 -

product: (extern) onderzoeksrapport, onderzoeksopdracht

waardering: B 1

(8)

handeling: Het voeren van overleg met vakministers en vertegenwoordigers van uitvoeringsorganen (Sociale Verzekeringsraad/College van toezicht sociale verzekeringen, Sociale Verzekeringsbank, Federatie van Bedrijfsverenigingen, Vereniging van Raden van Arbeid, Tica, Lisv) over aangelegenheden betreffende de sociale verzekeringen.

periode: 1945 -

product: verslag, notulen, akkoord

waardering: B 1

(10)

handeling: Het voorbereiden van de totstandkoming, wijziging en intrekking van wetgeving inzake sociale verzekeringen

grondslag: o.a. Grondwet (Stb. 1983, 22) art. 20 tweede lid

periode: 1945 -

product: wetten, onder andere:

Hierna worden de voornaamste materiewetten genoemd; een uitgebreid overzicht is opgenomen in bijlage 6.

ten aanzien van ongevallen

- Ongevallenwet 1921 (Stb. 1901, 1; vernummerd Stb. 1921, 819)

- Zeeongevallenwet 1919 (Stb. 1915, 214 als Oorlogszeeongevallenwet 1915; vernummerd Stb. 1919, 415)

- Land- en Tuinbouwongevallenwet 1922 (Stb. 1922, 365)

- Liquidatiewet ongevallenwetten (Stb. 1967, 99)

ten aanzien van invaliditeit

- Invaliditeitswet (Stb. 1913, 205)

- Mijnwerkersinvaliditeitswet (Stb. 1933, 181)

- Interimwet invaliditeitsrentetrekkers (Stb. 1962, 534)

- Liquidatiewet invaliditeitswetten (Stb. 1964, 488)

ten aanzien van arbeidsongeschiktheid

- Ziektewet (Stb. 1913, 204)

- Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (Stb. 1966, 84)

- Algemene Arbeidsongeschiktheidswet (Stb. 1975, 674)

- Wet Premiedifferentiatie en marktwerking bij arbeidsongeschiktheidsverzekeringen (Pemba; Stb. 1997, 175)

- Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen (WAZ; Stb. 1997, 176)

- Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten (Wajong; Stb 1997, 177)

ten aanzien van werkloosheid

- Werkloosheidswet (Stb. 1949, J 423)

- Werkloosheidswet (Stb. 1986, 566)

- Invoeringswet stelselherziening (Stb. 1986, 567)

ten aanzien van ouderdom en overlijden

- Ouderdomswet 1919 (Stb. 191, 628)

- Liquidatiewet Ouderdomswet 1919 (Stb. 1977, 671)

- Noodwet Ouderdomsvoorziening (Stb. 1947, H 155)

- Algemene Ouderdomswet (Stb. 1956, 281)

- Algemene Weduwen- en Wezenwet (Stb. 1959, 139)

- Algemene Nabestaandenwet (Stb. 1995, 690)

ten aanzien van kinderbijslag

- Kinderbijslagwet (voor loontrekkenden) (Stb. 1939, 806; Stb. 1962, 257)

- Kinderbijslagwet voor invaliditeits-, ouderdoms- en wezenrentetrekkers (Stb. 1948, I 309)

- Kinderbijslagwet voor kleine zelfstandigen (Stb. 1951, 212)

- Algemene Kinderbijslagwet (Stb. 1962, 160)

ten aanzien van arbeidsdeelname door gehandicapten

- Wet plaatsing van minder-valide arbeidskrachten (Stb. 1947, H 283)

- Wet arbeid gehandicapte werknemers (Stb. 1986, 300)

ten aanzien van hoogte van uitkeringen

- Wet Invoering van een sociaal minimum (Stb. 1964, 486)

- Wet herziening aanpassingsmechanismen en vaststelling regelen hoogte sociaal minimum (Stb. 1979, 711)

- Wet, houdende vaststelling van een stelsel van koppeling van minimumloon en uitkeringen aan de loonontwikkeling met mogelijkheid van afwijking (Stb. 1991, 624)

- Wet boeten, maatregelen en terug- en invordering sociale zekerheid (Stb. 1996, 248)

ten aanzien van organisatie

- Wet op de Sociale Verzekeringsbank (en de Raden van Arbeid) (Stb. 1933, 598 / Stb. 1956, 297

- Organisatiewet Sociale Verzekering (OSV) (Stb. 1952, 344)

- Organisatiewet sociale verzekeringen (nOsv) (Stb. 1994, 790)

- Organisatiewet sociale verzekeringen 1997 (Stb. 1997, 95)

ten aanzien van financiering

- Coördinatiewet Sociale Verzekering (Stb. 1953, 577)

- Wet aanpassing uitkeringsregelingen overheveling opslagpremies (Stb. 1989, 127)

- Wet overhevelingstoeslag opslagpremies (Stb. 1989, 128)

- Wet financiering volksverzekeringen (Stb. 1989, 129)

- Wet brutering overhevelingstoeslag lonen (Stb. 1993, 743)

waardering: B 1

(15)

handeling: Het leveren van bijdragen aan de totstandkoming van wet- en regelgeving op het terrein van de ziektekostenverzekering waarvoor de minister van Volksgezondheid de eerst-verantwoordelijke minister is.

grondslag: Ziekenfondswet (Stb. 1964, 392); Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (Stb. 1967, 655); Wet financiering volksverzekeringen (Stb. 1989, 129)

periode: 1971 -

product: wet, algemene maatregel van bestuur, ministeriële regeling

waardering: B 1

(16)

handeling: Het evalueren van het beleid inzake sociale verzekeringen

grondslag: onder andere: Algemene Nabestaandenwet (Stb. 1995, 690) art. 104; Organisatiewet sociale verzekeringen 1997 (Stb. 1997, 95) art. 115

periode: 1945 -

product: rapport, evaluatieverslag

opmerking: Tot deze handeling wordt ook gerekend het uitbrengen van verslag aan de Staten-Generaal over de doelmatigheid en effecten van een wet een x-aantal jaar na inwerkingtreding van de wet.

waardering: B 2

(17)

handeling: Het (bij K.b.) instellen van landelijke commissies voor advisering over het beleid en wet - en regelgeving ten aanzien van sociale verzekeringen.

periode: 1945 -

product: Koninklijk besluit / beschikking, onder andere:

- Koninklijk besluit van 28 februari 1969, nr. 27 (Stcrt. 1969, 45) inzake instelling Staatscommissie vereenvoudiging en codificatie sociale-zekerheidswetgeving

- Instellingsbeschikking Commissie Onderzoek Sociale Zekerheid (Stcrt. 1977, 157)

waardering: B 4

(18)

handeling: Het (bij K.b.) benoemen van de leden, plaatsvervangende leden, secretaris en adjunct-secretaris van (landelijke) adviescommissies.

grondslag: onder andere: Koninklijk besluit van 28 februari 1969, nr. 27 (Stcrt. 1969, 45) art. 3; Instellingsbeschikking Commissie Onderzoek Sociale Zekerheid (Stcrt. 1977, 157) art. 3

periode: 1945 -

product: beschikking / Koninklijk besluit

waardering: V 10 jaar na het bereiken van de 75-jarige leeftijd of overlijden

(26)

handeling: Het instellen van ad hoc-commissies die advies moeten uitbrengen over aspecten van het beleid ten aanzien van de sociale verzekeringen.

periode: 1945 -

product: instellingsbeschikking van verschillende ad hoc-commissies, onder andere:

- Instellingsbeschikking Commissie premiedruk sociale verzekering (Stcrt. 1967, 56)

waardering: B 4

(28)

handeling: Het deelnemen aan advies- en overlegcommissies waarvan het voorzitterschap en/of secretariaat niet bij het ministerie berust.

periode: 1945 -

product: benoemingsvoordracht, lidmaatschapsarchief

waardering: V 5 jaar

(30)

handeling: Het deelnemen aan het bestuur van privaatrechtelijke instellingen op het gebied van de sociale verzekeringen.

periode: 1945 -

product: bestuurs(lidmaatschaps)archief

waardering: B 5

(31)

handeling: Het oprichten en in stand houden van privaatrechtelijke instellingen op het gebied van de sociale verzekeringen.

periode: 1945 -

product: oprichtingsakte, statuten, verslaglegging naar de oprichters bijv. jaarverslagen

waardering: B 4

(33)

handeling: Het verlenen van subsidies aan instellingen die een adviserende of uitvoerende taak hebben op het terrein van de sociale verzekeringen.

bron:Rijksbegrotingen

periode: 1945 -

product: beschikking, toekenningsbrief

waardering: B 5 beschikking / toekenningsbrief

financiële afhandeling van de subsidieverlening wordt niet bewaard: 5 jaar

Internationale aspecten

(35)

handeling: Het, samen met de minister van Buitenlandse Zaken, voorbereiden en vaststellen van het beleid met betrekking tot internationale aspecten van de sociale zekerheid.

periode: 1945 -

product: beleidsnota, beleidsplan

waardering: B 1

(36)

handeling: Het voorbereiden van, deelnemen aan en rapporteren over vergaderingen van overleg- en bestuursorganen van internationale organisaties inzake sociale zekerheid.

periode: 1945 -

product: verslagen, notulen, notities, rapporten

opmerking: Voorbeelden van bedoelde internationale organisaties zijn de International Labour Organisation (ILO), de Raad van Europa, de Europese Unie (EU), de Verenigde Naties, de Benelux en de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO).

waardering: B 1

(37)

handeling: Het aanwijzen van regeringsvertegenwoordigers in de Administratieve Commissie en het Raadgevend Comité van de Europese Unie.

grondslag: Verordening inzake de sociale zekerheid van migrerende werknemers, nr. 3/58 (PB EG 1958, 30) art. 44; Verordening van de Raad (EU) betreffende de toepassing van de sociale zekerheidsregelingen op werknemers en zelfstandigen, alsmede hun gezinsleden, die zich binnen de Gemeenschap verplaatsen, nr. 1408/71 (PB EG 1971, L 149) art. 80 eerste lid en 82 eerste lid

periode: 1958 -

product: aanwijzingsbesluit

waardering: B 4

(39)

handeling: Het, samen met de minister van Buitenlandse Zaken, voorbereiden van de totstandkoming, wijziging en intrekking van (bilaterale en multilaterale) verdragen en bijbehorende akkoorden met andere mogendheden inzake sociale zekerheid.

periode: 1945 -

product: verdragen, administratieve akkoorden, afrekeningsakkoorden

waardering: B 1

(40)

handeling: Het leveren van bijdragen aan de totstandkoming van multilaterale verdragen met administratieve akkoorden (ILO, Raad van Europa, VN) of verordeningen en regelingen (EU) van internationale organisaties inzake sociale zekerheid

periode: 1945 -

product: verdragen, administratieve akkoorden

opmerking: Hieronder worden ook verstaan de bijdragen aan de besluiten van de Administratieve Commissie van de EU.

waardering: B 1

(44)

handeling: Het, in overleg met de minister van Buitenlandse Zaken, (beleidsmatig) beoordelen van mogelijke interventies in zaken die voorkomen bij internationale hoven (Hof van Justitie te Luxemburg, Europese Hof voor de Rechten van de Mens te Straatsburg, Commissie Rechten van de Mens van de VN).

grondslag: o.a. Protocol betreffende het Statuut van het Hof van Justitie, art. 20

periode: 1958 -

product: rapport/nota

waardering: B 1

(45)

handeling: Het deelnemen aan (technische) commissies die nadere uitvoeringsregels stellen of toezien op de goede uitvoering van een verdrag.

grondslag: (Administratieve) Akkoorden ter uitvoering van verdragen; Verdrag betreffende de sociale zekerheid van Rijnvarenden, gesloten te Genève op 27 juli 1950 (Trb. 1953, nr. 76) art. 24

periode: 1950 -

product: verslag, notulen, aanwijzingen, informatieverstrekking

opmerking: Er zijn onder andere verscheidene Nederlands-Belgische Technische Commissies, bijvoorbeeld voor de geneeskundige verzorging en voor de uitkeringen en een Nederlands-Franse Technische Commissie. De Verdragen betreffende de sociale zekerheid van Rijnvarenden voorzien in de instelling van het Administratief Centrum, waaraan deelgenomen wordt door regeringsvertegenwoordigers en vertegenwoordigers van de werkgevers en de Rijnvarenden uit elk van de verdragsluitende staten.

waardering: B 1

(46)

handeling: Het rapporteren over de implementatie van internationale regels in bestaande of nieuwe wet- en regelgeving op nationaal niveau.

grondslag: o.m. Statuut van de ILO art. 22; Verdragen van de ILO, bijv. Verdrag betreffende minimumnormen van sociale zekerheid (Verdrag nr. 102) (Trb. 1953, 69) art. 76; Europese Code inzake sociale zekerheid (Trb. 1965, 47) art. 74 en 76; EG-richtlijnen

periode: 1945 -

product: rapport

waardering: B 3

(47)

handeling: Het geven van aanwijzingen aan uitvoeringsorganen inzake de toepassing van internationale verdragen of verordeningen.

periode: 1945 -

product: circulaires, correspondentie

waardering: B 5

(48)

handeling: Het aansturen van sociaal attachés.

bron:interview W.L.G. Franssen

periode: 1945 -

product: aanstelling, instructies

opmerking: In enkele landen (Marokko, Turkije) zijn bij de Nederlandse ambassades attachés aangesteld die ter plaatse taken vervullen op het gebied van de uitvoering van sociale verzekeringen. Na de scheiding van beleid en uitvoering bij het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid is de aansturing van deze attachés overgenomen door de Sociale Verzekeringsbank. Andere uitvoeringsorganen kunnen gebruik maken de diensten van de attachés.

waardering: B 4/5

(49)

handeling: Het aangaan van overeenkomsten met andere EU-lidstaten inzake het niet vergoeden van verstrekte (werkloosheids)uitkeringen.

grondslag: Verordening inzake de sociale zekerheid van migrerende werknemers, nr. 3/58 (PB EG 1958, 30) art. 23, 29, 38; Toepassingverordening 4/58 (PB EG 1958, 30); Verordening van de Raad (EU) betreffende de toepassing van de sociale zekerheidsregelingen op werknemers en zelfstandigen, alsmede hun gezinsleden, die zich binnen de Gemeenschap verplaatsen, nr. 1408/71 (PB EG 1971, L 149) art. 70 derde lid; Verordening van de Raad (EU) tot vaststelling van de wijze van toepassing van Verordening nr. 1408/71, nr. 574/72 (PB EG 1972, L 74) art. 93-105

periode: 1958 -

product: overeenkomst

waardering: B 1

(52)

andeling: Het verlenen van medewerking aan invorderingsprocedures van uitvoeringsorganen in het buitenland.

bron:Archief Ministerie van SZW, afdeling SV/GSV; Verordening van de Raad (EU) betreffende de toepassing van de sociale zekerheidsregelingen op werknemers en zelfstandigen, alsmede hun gezinsleden, die zich binnen de Gemeenschap verplaatsen, nr. 1408/71 (PB EG 1971, L 149) art. 92; bilaterale verdragen

periode: 1957 -

product: correspondentie

opmerking: In principe dient de vergoeding en inning van premies en uitkeringen aan buitenlandse instellingen door de uitvoeringsorganen zelf geregeld te worden. In geval van wanbetaling wordt de hulp van de minister ingeroepen.

waardering: V 10 jaar na het laatste stuk

(53)

handeling: Het verstrekken van detacheringsbewijzen (verklaringen dat een werknemer of zelfstandige aan Nederlandse sociale zekerheidsregelingen onderworpen blijft bij detachering in het buitenland) op verzoek van een werknemer of zijn werkgever of een zelfstandige en het ten behoeve van detacheringsbewijzen (voor Nederlanders en buitenlanders) sluiten van overeenkomsten met buitenlandse autoriteiten of instellingen.

grondslag: o.m.: Verordening (EEG) 3/58 met toepassingverordening 4/58 (PB EG 1958, 30); Verordening van de Raad (EEG) betreffende de toepassing van de sociale zekerheidsregelingen op werknemers en zelfstandigen, alsmede hun gezinsleden, die zich binnen de Gemeenschap verplaatsen, nr. 1408/71 (PB EG 1971, L 149) art. 14-14ter en 17; Verordening van de Raad (EEG) tot vaststelling van de wijze van toepassing van Verordening nr. 1408/71, nr. 574/72 (PB EG 1972, L 74) art. 11, 11bis en 13; bi- en multilaterale verdragen; Besluit internationale taken SVB (Stcrt. 1995, 197) art. 1 en 2

periode: 1959 -

product: beschikking, overeenkomst

opmerking: Er wordt onderscheid gemaakt tussen kortdurende detacheringen van 12 maanden, verlengingen met 12 maanden en detacheringen van maximaal 5 jaar. Verklaringen voor kortdurende detacheringen kunnen afgegeven worden zonder toestemming van het 'werkland', bij verlengingen en detacheringen van maximaal 5 jaar wordt het bevoegde orgaan in het buitenland om toestemming verzocht. Een dergelijke toestemming (meestal overeenkomst genoemd) kan ook op verzoek van een buitenlands orgaan worden afgegeven ten behoeve van een werknemer of zelfstandige uit dat land.

waardering: V 5 jaar na afsluiting van de handeling

(54)

handeling: Het afgeven van verklaringen voor diplomatiek en consulair personeel.

grondslag: bi- en multilaterale verdragen

periode: 1945 -

product: verklaring

waardering: V 5 jaar na bereiken van de 65-jarige leeftijd of overlijden

Ongevallenwetten

(56)

handeling: Het bij amvb vaststellen van regels ten aanzien van vrijwillige verzekering voor bedrijfsongevallen.

grondslag: Ongevallenwet 1921 (Stb. 1921, 819) art. 87; Land- en Tuinbouwongevallenwet 1922 (Stb. 1922, 365) art. 99 en 100

periode: 1945 - 1965

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluiten van 20 augustus 1928 (Stb. 1928, 337 en 338)

waardering: B 1

(57)

handeling: Het bij amvb vaststellen van nadere regels voor de uitvoering van de Zeeongevallenwet 1919.

grondslag: Zeeongevallenwet 1919 (Stb. 1915, 214) art. 26

periode: 1945 - 1965

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit van houdende bepalingen tot handhaving van de waarborgen, welke de Zeeongevallenwet 1919 den opvarenden van de Nederlandsche Koopvaardijvloot biedt (Stb. 1942, B 1)

waardering: B 1

(58)

handeling: Het bij amvb vaststellen van een lijst van 'beroepsziekten' voor de uitvoering van de Zeeongevallenwet 1919.

grondslag: Zeeongevallenwet 1919 (Stb. 1915, 214) zoals gewijzigd (Stb. 1946, G 255) art. 2 negende lid

periode: 1946 - 1967

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit van 19 december 1946 (Stb. 1946, G 370)

waardering: B 5

(59)

handeling: Het vaststellen van nadere regels voor de ongevallenverzekering van gedetineerden.

grondslag: Wet sociale verzekering gedetineerden (Stb. 1948, I 125) art. 3-5

periode: 1948 - 1965

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Beschikking van de minister van Justitie van 17 juni 1948/DG.BR. nr. 393/Kab. (Stcrt. 1948, 119)

- Beschikking vaststelling daglonen gedetineerden (Stcrt. 1957, 60)

waardering: B 1

(60)

handeling: Het vaststellen van afwijkende voorschriften voor de sociale verzekering van noodwachten.

grondslag: Wet op de noodwachten (Stb. 1952, 405) art. 31

periode: 1952 - 1965

product: ministeriële regeling

opmerking: Het gold zowel verzekering tegen ziekte, ongevallen, ziektekosten en werkloosheid.

waardering: B 1

(61)

handeling: Het (bij amvb) vaststellen van nadere regels voor de uitvoering van de regelingen betreffende de ongevallenverzekering van de vrijwillige brandweer.

grondslag: Besluit van de Secretarissen-Generaal van de Departementen van Sociale Zaken en van Binnenlandse Zaken betreffende ongevallenverzekering van de brandweer (Stcrt. 1941, 153) art. 7; Wet betreffende ongevallenverzekering van de vrijwillige brandweer (Stb. 1953, 560) art. 6 en 8

periode: 1945 - 1965

product: algemene maatregel van bestuur / ministeriële regeling

waardering: B 1

(62)

handeling: Het bij amvb vaststellen van regels inzake het door de SVB of een bedrijfsvereniging verlenen van de mogelijkheid aan een arbeidsongeschikte om een opleiding te volgen.

grondslag: Ongevallenwet 1921 (Stb. 1921, 819) art. 25 eerste lid; Land- en Tuinbouwongevallenwet 1922 (Stb. 1922, 365) art. 48 tweede lid

periode: 1945 - 1967

product: algemene maatregel van bestuur

waardering: B 1

(63)

handeling: Het bij amvb aanwijzen van werkzaamheden en bedrijven waarbij een werknemer wordt geacht verzekerde in de zin van de Ongevallenwet te zijn.

grondslag: Ongevallenwet 1921 (Stb. 1921, 819) art. 4 en zoals gewijzigd (Stb. 1936, 800) art. 2a derde lid en 2c eerste lid

periode: 1945 - 1967

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit van 14 september 1921 (Stb. 1921, 1057)

- Besluit van 25 februari 1939 (Stb. 1939, 843)

- Besluit van 6 juni 1950 (Stb. 1950, K 200)

waardering: B 1

(64)

handeling: Het bij amvb aanwijzen van soorten werkzaamheden en bedrijfstypen waarbij een werknemer wordt geacht verzekerde in de zin van de Land- en Tuinbouwongevallenwet te zijn.

grondslag: Land- en Tuinbouwongevallenwet 1922 (Stb. 1922, 365) art. 4 en zoals gewijzigd (Stb. 1928, 224) art. 1a derde lid en zoals gewijzigd (Stb. 1939, 804) 1c eerste lid

periode: 1945 - 1965

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit van 20 maart 1923 (Stb. 1923, 104)

- Besluit van de Secretaris-Generaal van 8 april 1941, nr. 69 (Stcrt. 1941, 69)

- Besluit van 9 april 1949 (Stb. 1949, J 174)

- Besluit van 19 januari 1951 (Stb. 1951, 17)

waardering: B 1

(65)

handeling: Het aanwijzen van gevallen waarin zeevaartuigen hetzij ten aanzien van alle bemanningsleden, hetzij ten aanzien van een deel daarvan, al dan niet als een zeevaartuig in de zin van de Zeeongevallenwet 1919 wordt beschouwd.

grondslag: Zeeongevallenwet 1919 (Stb. 1915, 214) zoals gewijzigd (Stb. 1960, 38) art. 1 tweede lid; Besluit van houdende bepalingen tot handhaving van de waarborgen, welke de Zeeongevallenwet 1919 den opvarenden van de Nederlandsche Koopvaardijvloot biedt (Stb. 1942, B 1) art. 2

periode: 1945 - 1965

product: ministeriële regeling

waardering: B 1

(66)

handeling: Het bij amvb aanwijzen van groepen uitkeringsgerechtigden die in het buitenland wonen, die, in tegenstelling tot het in de wetten bepaalde, wel recht hebben op aanvullingen op de ongevallenrenten.

grondslag: Wet tot aanvulling der ongevallenrenten (Stb. 1950, K 191) art. 3 derde lid; Wet tijdelijke verhoging van ongevalsuitkeringen (Stb. 1955, 10) art. 3 eerste lid

periode: 1950 -1965

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit van 12 januari 1952, (Stb. 1952, 15)

- Besluit van 5 maart 1952 (Stb. 1952, 106)

- Besluit van 9 oktober 1953 (Stb. 1953, 483)

- Besluit van 23 maart 1956 (Stb. 1956, 146)

- Besluit van 12 februari 1957 (Stb. 1957, 53)

waardering: B 1

(67)

handeling: Het (tot 1953 bij amvb) vaststellen van regels voor de berekening van het dagloon voor bepaalde groepen werknemers.

grondslag: Ongevallenwet 1921 (Stb. 1921, 819) art. 7, gewijzigd (Stb. 1953, 578) art. 7 derde en vierde lid; Land- en Tuinbouwongevallenwet 1922 (Stb. 1922, 365) art. 5, gewijzigd (Stb. 1953, 578) art. 7 derde en vierde lid; Zeeongevallenwet 1919 (Stb. 1915, 214) zoals gewijzigd (Stb. 1960, 38) art. 2 zevende lid; Wet sociale verzekering gedetineerden (Stb. 1948, I 125) art. 3; Wet betreffende ongevallenverzekering van de vrijwillige brandweer (Stb. 1953, 560) art. 6 tweede lid

periode: 1945 - 1965

product: algemene maatregel van bestuur / regeling

waardering: B 1

(69)

handeling: Het vaststellen van de bedragen die voor verschillende groepen van bemanningsleden van zeevaartuigen als dagloon gelden.

grondslag: Zeeongevallenwet 1919 (Stb. 1915, 214)

periode: 1945 - 1965

product: beschikking

waardering: V 5 jaar

(70)

handeling: Het bij amvb vaststellen van regels ten aanzien van taakverdeling tussen de Sociale Verzekeringsbank en de Raden van Arbeid.

grondslag: Ongevallenwet 1921 (Stb. 1921, 819) art. 111; Land- en Tuinbouwongevallenwet 1922 (Stb. 1922, 365) art. 10; Besluit van 15 juli 1922 (Stb. 1922, 451) art. 38; Wet op de Sociale Verzekeringsbank en de Raden van Arbeid (Stb. 1933, 598) art. 4 (b.w. Stb. 1956, 297)

periode: 1945 - 1956

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere

- Besluit van 15 juli 1922 (Stb. 1922, 451)

- Besluit van 26 oktober 1922 (Stb. 1922, 571)

- Besluit van 15 maart 1923 (Stcrt. 1923, 57)

waardering: B 4

(71)

handeling: Het bij amvb vaststellen van regels inzake de vaststelling, toekenning en uitbetaling van uitkeringen ingevolge de ongevallenwetten.

grondslag: Ongevallenwet 1921 (Stb. 1921, 819) art. 14 eerste lid, 15 derde lid en 77 tweede lid; Land- en Tuinbouwongevallenwet 1922 (Stb. 1922, 365); Wet tot aanvulling der ongevallenrenten (Stb. 1950, K 191) art. 2 zesde en zevende lid, 12 derde lid en 13; Wet tot tijdelijke verhoging van ongevalsuitkeringen (Stb. 1954, 61) art. 1 derde lid; Wet compensatie premie Algemene Ouderdomswet ongevallenrentetrekkers (Stb. 1957, 223) art. 1 derde lid en 4; Wet tijdelijke verhoging van ongevalsuitkeringen (Stb. 1955, 10) art. 3 eerste lid; Wet houdende tijdelijke verhoging van ongevalsuitkeringen (Stb. 1957, 278) art. 3 tweede lid; Wet houdende tijdelijke verhoging van ongevalsuitkeringen (Stb. 1960, 146) art. 1 derde lid, 2 derde lid en 3 derde lid; Wet tot tijdelijke verdere verhoging van ongevalsuitkeringen (Stb. 1964, 62) art. 3-5

periode: 1945 - 1990

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluiten van 3 september 1921 (Stb. 1921, 1040 en 1043)

- Besluit van 26 januari 1923 (Stb. 1923, 24)

- Beschikking van 3 maart 1954, nr. 923 (Stcrt. 1954, 47)

- Beschikking van 5 augustus 1957, nr. 3539 (Stcrt. 1957, 154)

- Beschikking van 29 april 1960, nr. 1648 (Stcrt. 1960, 86)

- Besluit tijdelijke uitkering bij bijzondere werktijdregeling (Stb. 1961, 299)

- Beschikkingen van 21 september 1964, nrs. 58638 en 58639 (Stcrt. 1964, 189)

waardering: B 5

(73)

handeling: Het bij amvb vaststellen van regels ten aanzien van aangifte en onderzoek van (bedrijfs)ongevallen.

grondslag: Ongevallenwet 1921 (Stb. 1921, 819) art. 66 derde en vijfde lid, 69 zesde en zevende lid; Land- en Tuinbouwongevallenwet 1922 (Stb. 1922, 365) art. 62 derde lid en 65 zesde en zevende lid

periode: 1945 - 1967

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit van 3 september 1921 (Stb. 1921, 1041)

- Besluit van 14 september 1921 (Stb. 1921, 1064)

- Besluit van 6 december 1922 (Stb. 1922, 663)

- Besluit van 24 september 1923 (Stb. 1923, 463)

- Besluit van 11 augustus 1932 (Stb. 1932, 436)

waardering: B 5

(74)

handeling: Het vaststellen van nadere regels voor procedures en van formulieren voor de uitvoering van de ongevallenwetten

grondslag: o.m.: Ongevallenwet 1921 (Stb. 1921, 819) art. 32 tweede lid, 44 tweede lid en 66 vierde lid; Land- en Tuinbouwongevallenwet 1922 (Stb. 1922, 365) art. 53, 55 tweede lid, 61 derde lid, 62 tweede lid en 82 tweede lid (b.w. Stb. 1953, 578); Besluit van 15 juli 1922 (Stb. 1922, 451) art. 39; Besluit van 27 mei 1924 (Stb. 1924, 267) art. 1 en 2; Besluit tijdelijke uitkering bij bijzondere werktijdregeling (Stb. 1961, 299) art. 5 en 6

periode: 1945 - 1967

product: (ministeriële) regeling

waardering: V 5 jaar

(77)

handeling: Het vaststellen van regels inzake de vergoeding voor bij een scheepsramp verloren gegane uitrusting van bemanningsleden.

grondslag: Zeeongevallenwet 191 (Stb. 1915, 214) art. 2 zevende lid en 12 eerste lid; Ongevallenwet 1921 (Stb. 1921, 819) art. 25a

periode: 1945 - 1967

product: ministeriële regeling

waardering: V 5 jaar

(78)

handeling: Het bepalen van de dag waarop een schip vergaan is ingeval binnen een bepaalde termijn geen bericht van of omtrent een zeevaartuig is vernomen.

grondslag: Zeeongevallenwet 1919 (Stb. 1915, 214) art. 12

periode: 1945 - 1967

product: beschikking

waardering: V 40 jaar

(79)

handeling: Het vaststellen van regels voor het uitbetalen van afkoopsommen voor uitkeringen aan vreemdelingen of hun nagelaten betrekkingen die in oorlogstijd een ongeval hebben gehad.

grondslag: Zeeongevallenwet 1919 (Stb. 1915, 214) zoals gewijzigd (Stb. 1942, C 27) art. 2bis (b.w. Stb. 1946, G 255)

periode: 1945 - 1946

product: ministeriële regeling

waardering: B 6

(81)

handeling: Het bij amvb vaststellen van regels ten aanzien van de vergoeding van genees- en heelkundige behandeling.

grondslag: Land- en Tuinbouwongevallenwet 1922 (Stb. 1922, 365) art. 35 eerste lid; Zeeongevallenwet 1919 (Stb. 1915, 214) zoals gewijzigd (Stb. 1946, G 255) art. 2 achtste lid

periode: 1945 - 1967

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit van 12 maart 1923 (Stb. 1923, 63)

- Besluit van 22 mei 1947 (Stb. 1947, H 153)

waardering: V 5 jaar

(82)

handeling: Het vaststellen van lijsten van kunst- en hulpmiddelen die voor vergoeding ingevolge de Ongevallenwetten in aanmerking komen.

grondslag: Ongevallenwet 1921 (Stb. 1921, 819) art. 14 tweede lid; Land- en Tuinbouwongevallenwet 1922 (Stb. 1922, 365) art. 35 tweede lid

periode: 1945 - 1967

product: ministeriële beschikking, onder andere:

- Beschikking van 20 september 1921 (Stcrt. 1921, 185)

waardering: V 5 jaar

(84)

handeling: Het bij amvb vaststellen van regels inzake de vergoeding voor reis- en verblijfkosten voor uitkeringsgerechtigden en hun begeleiders, die bij de SVB of een medische deskundige moeten verschijnen.

grondslag: Ongevallenwet 1921 (Stb. 1921, 819) art. 27d derde lid; Land- en Tuinbouwongevallenwet 1922 (Stb. 1922, 365) art. 50c derde lid

periode: 1945 - 1967

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit van 1 oktober 1921 (Stb. 1921, 1106)

- Besluit van 16 januari 1923 (Stb. 1923, 16)

- Besluiten van 29 oktober 1954 (Stb. 1954, 478 en 479)

waardering: V 5 jaar

(85)

handeling: Het bij amvb vaststellen van de indeling van verzekeringsplichtige bedrijven in gevarenklassen.

grondslag: Ongevallenwet 1921 (Stb. 1921, 819) art. 29; Land- en Tuinbouwongevallenwet 1922 (Stb. 1922, 365) art. 52

periode: 1945 - 1965

product: algemene maatregel van bestuur:

- Besluit van 21 september 1923 (Stb. 1923, 459)

- Besluit van 28 september 1954 (Stb. 1954, 467)

- Indelingsbesluit 1959 industriële ongevallenverzekering (Stb. 1959, 361)

waardering: B 1

(86)

handeling: Het bij amvb vaststellen welke bedrijven verzekeringsplichtig zijn ingevolge de Land- en Tuinbouwongevallenwet 1922.

grondslag: Land- en Tuinbouwongevallenwet 1922 (Stb. 1922, 365) art. 11 tweede lid

periode: 1945 - 1965

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit van 12 december 1922 (Stb. 1922, 672)

waardering: V 5 jaar

(88)

handeling: Het bij K.b. verlenen van een machtiging aan een verzekeringsplichtig bedrijf om in een lagere of hogere gevarenklasse ingedeeld te mogen worden.

grondslag: Ongevallenwet 1921 (Stb. 1921, 819) art. 35 derde lid; Land- en Tuinbouwongevallenwet 1922 (Stb. 1922, 365) art. 58 derde lid

periode: 1945 - 1965

product: Koninklijk besluit

waardering: V 5 jaar

(90)

handeling: Het bij of krachtens amvb vaststellen van nadere regels ten aanzien van de pandgeving of hypotheekstelling tot zekerheid voor de nakoming van verplichtingen door werkgevers die het ongevallenrisico zelf dragen dan dit overdragen aan een verzekeringsmaatschappij of een andere rechtspersoon.

grondslag: Ongevallenwet 1921 (Stb. 1921, 819) art. 54, 57, 58 derde lid, 60 derde lid en 64; Besluit van 21 januari 1922 (Stb. 1922, 26) art. 12, 12c en 13

periode: 1945 - 1965

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit van 3 september 1921, (Stb. 1921, 1042)

- Besluit van 21 januari 1922 (Stb. 1922, 26)

- Besluit van 10 februari 1922 (Stb. 1922, 58)

- Besluit van 10 februari 1922 (Stb. 1922, 200)

- Besluit van 2 april 1927 (Stb. 1927, 76)

- Besluit berekening constante waarden van renten (Stb. 1953, 323)

waardering: B 4

(91)

handeling: Het beslissen op beroepschriften van werkgevers tegen besluiten van de SVB om geen machtiging te verlenen tot het zelf dragen van het ongevallenrisico dan wel dit overdragen aan een verzekeringsmaatschappij of een andere rechtspersoon.

grondslag: Ongevallenwet 1921 (Stb. 1921, 819) art. 55 tweede lid

periode: 1945 - 1965

product: beschikking

waardering: B 3

(92)

handeling: Het intrekken van de machtiging tot het zelf dragen van het ongevallenrisico dan wel dit overdragen aan een verzekeringsmaatschappij of een andere rechtspersoon.

grondslag: Ongevallenwet 1921 (Stb. 1921, 819) art. 60 en 62; Besluit van 21 januari 1922 (Stb. 1922, 26) art. 29

periode: 1945 - 1965

product: beschikking

waardering: V 5 jaar

(93)

handeling: Het bij amvb vaststellen van regels voor de administratie inzake werknemers met beroepsziekten.

grondslag: Ongevallenwet 1921 (Stb. 1921, 819) zoals gewijzigd (Stb 1928, 223) art. 87a tweede lid en 87d, gewijzigd (Stb. 1949, J 98) art. 87a tweede en vierde lid, 87b en 87e; Land- en Tuinbouwongevallenwet 1922 (Stb. 1922, 365) zoals gewijzigd (Stb. 1938, 805) art. 95a tweede en vierde lid en 95e

periode: 1945 - 1967

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit van 20 augustus 1928 (Stb. 1928, 336)

- Besluit van 20 juni 1939 (Stb. 1939, 853)

- Besluiten van 11 augustus 1949 (Stb. 1949, J 379, J 380 en J 381)

waardering: B 5

(97)

handeling: Het toekennen van voorlopige uitkeringen aan bemanningsleden of hun nagelaten betrekkingen.

grondslag: Zeeongevallenwet 1919 (Stb. 1915, 214) art. 7

periode: 1945 - 1967

product: beschikking

waardering: V 5 jaar

(99)

handeling: Het aanwenden van renten van veroordeelden of ter beschikking van de regering gestelden ten behoeve van afhankelijke familieleden

grondslag: Ongevallenwet 1921 (Stb. 1921, 819) art. 28 derde lid

periode: 1945 - 1967

product: beschikking

waardering: V 5 jaar

(100)

handeling: Het beschikken op verzoeken tot herstel van de uitkering van personen van wie de rechten op een uitkering vervallen zijn.

grondslag: Ongevallenwet 1921 (Stb. 1921, 819) art. 79 tweede lid; Land- en Tuinbouwongevallenwet 1922 (Stb. 1922, 365) art. 76 tweede lid

periode: 1945 - 1967

product: beschikking

waardering: V 5 jaar

(103)

handeling: Het bij amvb vaststellen van nadere regels voor het door de ambtenaren van de SVB uit te oefenen toezicht op naleving van voorschriften van de ongevallenwetten bij de werkgevers.

grondslag: Ongevallenwet 1921 (Stb. 1921, 819) art. 88, 89, 92 en 105; Land- en Tuinbouwongevallenwet 1922 (Stb. 1922, 365) art. 96

periode: 1945 - 1967

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit van 3 september 1921 (Stb. 1921, 1038)

- Besluit van 9 januari 1923 (Stb. 1923, 3)

- Besluit van 23 januari 1923 (Stb. 1923, 23)

- Besluiten van 24 mei 1923 (Stb. 1923, 215 en 216)

waardering: B 1

(105)

handeling: Het bij amvb vaststellen van regels ten aanzien van de werkzaamheden van geneeskundige diensten die verbonden zijn aan ondernemingen.

grondslag: Ongevallenwet 1921 (Stb. 1921, 819) zoals gewijzigd (Stb. 1928, 166) art. 80d, 80f, 80h, 80i, 80k, 80l en 80o

periode: 1945 - 1967

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluiten van 21 november 1928 (Stb. 1928, 425, 426 en 427)

- Besluit van 22 november 1928 (Stb. 1928, 429)

- Besluit van 23 november 1928 (Stb. 1928, 430)

waardering: B 1

(109)

handeling: Het beslissen op beroepschriften van werkgevers tegen het besluit van de SVB de verklaring van erkenning van een geneeskundige dienst bij een onderneming in te trekken.

grondslag: Ongevallenwet 1921 (Stb. 1921, 819) zoals gewijzigd (Stb. 1928, 166) art. 80n derde lid

periode: 1945 - 1967

product: beschikking

waardering: B 3

(110)

handeling: Het toelaten van een rechtspersoon als administratiekantoor voor (gemeenschappelijke) geneeskundige diensten.

grondslag: Ongevallenwet 1921 (Stb. 1921, 819) zoals gewijzigd (Stb. 1939, 803) art. 80c tweede en derde lid

periode: 1945 - 1965

product: beschikking

waardering: B 5

(111)

handeling: Het (bij of krachtens amvb) vaststellen van regels voor de afwikkeling van ongevallenrenten en afkoopsommen.

grondslag: Liquidatiewet ongevallenwetten (Stb. 1967, 99) art. 19, 26, 33 tweede lid, 35 derde lid en 36

periode: 1967 - 1975

product: algemene maatregel van bestuur / ministeriële regeling, onder andere:

- Besluit berekening afkoopsommen ongevalsuitkeringen (Stb. 1967, 345)

- Besluit uitvoering afwikkeling liquiditeitsuitkeringen en voorzieningen (Stb. 1967, 453)

waardering: B 1

(113)

handeling: Het bij amvb vaststellen van regels voor de overdracht van de contante waarde van verplichtingen aan het Arbeidsongeschiktheidsfonds door de risicodragers.

grondslag: Liquidatiewet ongevallenwetten (Stb. 1967, 99) art. 28 en 29

periode: 1967 - 1975

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit overdracht contante waarde verplichtingen ongevallenverzekering aan het Arbeidsongeschiktheidsfonds (Stb. 1967, 339)

- Besluit overdracht contante waarde gehandhaafde bijslagen op ongevalsuitkeringen aan het Arbeidsongeschiktheidsfonds (Stb. 1967, 431)

waardering: B 1

(115)

handeling: Het vaststellen van het bedrag dat door het Arbeidsongeschiktheidsfonds wordt overgedragen aan de Ziekenfondsraad wegens de afwikkeling van geneeskundige behandeling van ongevallen.

grondslag: Liquidatiewet ongevallenwetten (Stb. 1967, 99) art. 30

periode: 1967 - 1975

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Beschikking van 2 januari 1975, nr. 87369 (Stcrt. 1975, 7)

waardering: V 5 jaar

(116)

handeling: Het vaststellen van het rentepercentages, tabellen etc voor de uitvoering van de Liquidatie ongevallenwetten.

grondslag: Liquidatiewet ongevallenwetten (Stb. 1967, 99) art. 39; Besluit overdracht contante waarde verplichtingen ongevallenverzekering aan het Arbeidsongeschiktheidsfonds (Stb. 1967, 339) art. 6, 27 eerste lid en 31; Besluit berekening afkoopsommen ongevalsuitkeringen (Stb. 1967, 345) art. 10 tweede lid; Besluit overdracht contante waarden gehandhaafde bijslagen op ongevalsuitkeringen aan het Arbeidsongeschiktheidsfonds (Stb. 1967, 431) art. 2

periode: 1967 - 1975

product: ministeriële regeling

waardering: V 5 jaar

(117)

handeling: Het instellen van een commissie van deskundigen en scheidslieden voor advisering en beslechting van geschillen ten aanzien van de overdracht van contante waarden van verplichtingen ingevolge de Liquidatiewet ongevallenwetten en Liquidatiewet invaliditeitswetten.

grondslag: Besluit overdracht contante waarde verplichtingen ongevallenverzekering aan het Arbeidsongeschiktheidsfonds (Stb. 1967, 339) art. 27 en 29

periode: 1967 - 1990

product: instellingsbeschikking

opmerking: De leden en secretaris van de commissie werden op voordracht van de SVr benoemd.

waardering: B 4

Invaliditeitswetten

(121)

handeling: Het vaststellen van nadere regels voor de toepassing van de Mijnwerkersinvaliditeitswet.

grondslag: Mijnwerkersinvaliditeitswet (Stb. 1933, 181) art. 6 derde lid, 12, 15 en 17 derde lid

periode: 1945 - 1967

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Beschikking van 19 december 1935, nr. 3253 (Stcrt. 1935, 249)

waardering: B 1

(122)

handeling: Het vaststellen van nadere regels voor de toepassing van de Interimwet Invaliditeitsrentetrekkers.

grondslag: Interimwet invaliditeitsrentetrekkers (Stb. 1962, 534) art. 8 derde lid en 51

periode: 1962 - 1967

product: ministeriële regeling

waardering: B 1

(123)

handeling: Het bij amvb vaststellen van regels ten aanzien van de invaliditeitsverzekering voor werknemers in dienst van het Rijk.

grondslag: Invaliditeitswet (Stb. 1913, 205) art. 17 tweede lid

periode: 1945 - 1965

product: algemene maatregel van bestuur

waardering: B 1

(124)

handeling: Het bij K.b. verklaren dat een publiekrechtelijke invaliditeits- en ouderdomsregeling, of een regeling van een publiekrechtelijk lichaam of een onderneming aan de wettelijke eisen voldoet, waardoor de werknemers niet verzekeringsplichtig zijn ingevolge de Invaliditeitswet.

grondslag: Invaliditeitswet (Stb. 1913, 205) art. 36-40

periode: 1945 - 1965

product: Koninklijk besluit

waardering: V 5 jaar

(125)

handeling: Het bij amvb vaststellen van regels ten aanzien van verplichtingen van publiekrechtelijke invaliditeits- en ouderdomsregelingen, regelingen van een publiekrechtelijk lichaam of van een onderneming.

grondslag: Invaliditeitswet (Stb. 1913, 205) art. 37 derde lid, 40 eerste en zesde lid, 41 vierde lid, 43 tweede lid, 50, 57 tweede lid, 87 in verband met 409, 197 tweede lid en 221 derde lid.

periode: 1945 - 1965

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit van 28 november 1919 (Stb. 1919, 791; herplaatst 1938, 879b)

waardering: B 1

(126)

handeling: Het bij amvb vaststellen van regels ten aanzien van de geneeskundige behandeling van verzekerden ingevolge de Invaliditeitswet.

grondslag: Invaliditeitswet (Stb. 1913, 205) art. 100 tweede lid

periode: 1945 - 1967

product: algemene maatregel van bestuur

waardering: B 1

(127)

handeling: Het bij amvb aanwijzen van buitenlandse arbeiders die wel/niet verzekeringsplichtig zijn ingevolge de Invaliditeitswet.

grondslag: Invaliditeitswet (Stb. 1913, 205) art. 46 eerste lid

periode: 1945 - 1965

product: algemene maatregel van bestuur

waardering: B 1

(128)

handeling: Het bij amvb vaststellen van nadere regels inzake de toepassing van de Invaliditeitswet op buiten Nederland gevestigde verzekerden.

grondslag: Invaliditeitswet (Stb. 1913, 205) art. 113

periode: 1945 - 1965

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit van 15 november 1919 (Stb. 1919, 752)

waardering: B 1

(129)

handeling: Het bij amvb aanwijzen van gevallen waarin rentetrekkers die in het buitenland wonen recht hebben op toeslagen op hun rente.

grondslag: Wet tot aanvulling van renten krachtens de Invaliditeitswet (Stb. 1948, I 308) zoals gewijzigd (Stb. 1949, J 335) art. 6 derde lid; Interimwet invaliditeitsrentetrekkers (Stb. 1962, 534) art. 9 derde lid

periode: 1949 - 1965

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit van 9 november 1949 (Stb. 1949 J 500)

- Besluit van 20 juli 1951 (Stb. 1951, 313)

- Besluit van 10 februari 1952 (Stb. 1952, 77)

- Besluit van 11 september 1953 (stb. 1953, 462)

- Besluit van 12 februari 1957 (Stb. 1957, 52)

- Besluit van 27 februari 1963 (Stb. 1963, 77)

waardering: B 5

(130)

handeling: Het vaststellen van regels voor de toekenning van toeslagen aan gehuwde vrouwen.

grondslag: Wet tot aanvulling van renten krachtens de Invaliditeitswet (Stb. 1948, I 308) art. 3; Interimwet invaliditeitsrentetrekkers (Stb. 1962, 534) art. 9 eerste en tweede lid

periode: 1962 - 1965

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Beschikking van 1 oktober 1948, (Stcrt. 1948, 190)

- Beschikking van 20 maart 1963, nr. 29299 (Stcrt. 1963, 60)

waardering: B 1

(131)

handeling: Het, gehoord de Sociaal-Economische Raad, bij amvb herzien van de hoogte van de uitkeringen ingevolge de Interimwet invaliditeitsrentetrekkers.

grondslag: Interimwet invaliditeitsrentetrekkers (Stb. 1962, 534) art. 6

periode: 1962 - 1967

product: algemene maatregel van bestuur

waardering: B 1

(132)

handeling: Het bij amvb vaststellen van regels ten aanzien van de berekening van de hoogte van de rente van een vrijwillig verzekerde.

grondslag: Invaliditeitswet (Stb. 1913, 205) art. 176

periode: 1945 - 1967

product: algemene maatregel van bestuur

waardering: B 1

(133)

handeling: Het (bij amvb) vaststellen van regels voor vaststelling, toekenning en uitbetaling van renten en toeslagen ingevolge de Invaliditeitswet.

grondslag: Invaliditeitswet (Stb. 1913, 205) art. 27, 85, 137 tweede lid, 143 tweede lid, 153 derde lid, 168 tweede lid en 409; Wet tot aanvulling van renten krachtens de Invaliditeitswet (Stb. 1948, I 308) art. 2 zesde lid, 15 derde lid en 16; Interimwet invaliditeitsrentetrekkers (Stb. 1962, 534) art. 16 vijfde lid, 18 tweede lid, 22 derde lid, 24, 25

periode: 1945 - 1967

product: algemene maatregel van bestuur / ministeriële regeling, onder andere:

algemene maatregel van bestuur

- Besluit van 10 juni 1919 (Stb. 1919, 324)

- Besluit van 11 oktober 1919 (Stb. 1919, 599)

- Besluiten van 20 november 1919 (Stb. 1919, 759 en 760)

- Besluit van 26 april 1920 (Stb. 1920, 215)

- Besluit van 21 juni 1955 (Stb. 1955, 312)

ministeriële regeling

- Beschikking van 1 oktober 1948, nr. (Stcrt. 1948, 190)

- Beschikking van 11 januari 1963, nr. 28208 (Stcrt. 1963, 11)

- Beschikking van 1 februari 1963, nr. 28494 (Stcrt. 1963, 25)

- Beschikking van 8 februari 1963, nr. 7346 (Stcrt. 1963, 31)

- Beschikking van 1 maart 1963, nr. 28972 (Stcrt. 1963, 46)

- Beschikking van 11 maart 1963, nr. 28878 (Stcrt. 1963, 52)

waardering: B 5

(134)

handeling: Het (bij amvb) vaststellen van modellen van formulieren, kaarten, zegels en andere administratieve zaken ten behoeve van de uitvoering van de Invaliditeitswet.

grondslag: Invaliditeitswet (Stb. 1913, 205) art. 18 vierde lid, 34, 230 derde en vierde lid, 231 eerste lid 243, 255; Koninklijk besluit van 10 juni 1919 (Stb. 1919, 324) art. 1, 3, 4, 6, 11, 14, 17, 19, 21, 24, 25, 27 en 28 (gewijzigd Stb. 1950, 292)

periode: 1945 - 1990

product: algemene maatregel van bestuur / (ministeriële) regeling, onder andere:

- Besluit van 13 maart 1919 (Stb. 1919, 107)

- Besluit van 21 november 1919 (Stb. 1919, 763)

- Besluit van 23 november 1919 (Stb. 1919, 764)

- Besluit van 17 september 1921 (Stb. 1921, 1067)

waardering: V 5 jaar

(135)

handeling: Het bij amvb vaststellen van regels voor het geval bij de SVB berustende rentekaarten verloren zijn gegaan of voor het vernietigen van rentekaarten door de Bank.

grondslag: Invaliditeitswet (Stb. 1913, 205) art. 311 tweede lid

periode: 1945 - 1967

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit 6 april 1933 (Stb. 1933, 159)

- Besluit van 17 januari 1952 (Stb. 1952, 33)

waardering: B 5

(138)

handeling: Het bij amvb vaststellen van regels ten aanzien van de indeling van werknemers in loonklassen ten behoeve van de uitvoering van de Invaliditeitswet.

grondslag: Invaliditeitswet (Stb. 1913, 205) art. 61-65

periode: 1945 - 1965

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit van 21 november 1919 (Stb. 1919, 761)

waardering: B 5

(147)

handeling: Het bij K.b. herstellen of op andere wijze aanwenden van vervallen verklaarde rechten van voormalig verzekerden ingevolge de Invaliditeitswet.

grondslag: Invaliditeitswet (Stb. 1913, 205) art. 167 tweede lid en 169 derde en vierde lid

periode: 1945 - 1967

product: Koninklijk besluit

opmerking: Het betreft hier de vervallen rechten op renten die vijf jaar lang niet ingevorderd zijn, of rechten van personen die veroordeeld zijn tot gevangenisstraf, hechtenis, plaatsing op een tuchtschool of in een Rijkswerkinrichting.

waardering: V 5 jaar

(152)

handeling: Het bij K.b. goedkeuren van besluiten van de SVB inzake de verlening van toelagen aan instellingen voor de verpleging van zieken.

grondslag: Invaliditeitswet (Stb. 1913, 205) art. 122 tweede lid

periode: 1945 - 1967

product: Koninklijk besluit

waardering: V 5 jaar

(154)

handeling: Het geven van goedkeuring aan bepaalde besluiten van invaliditeits- en ouderdomsfondsen van publiekrechtelijke lichamen en van ondernemingen

grondslag: Koninklijk besluit van 28 november 1919 (Stb. 1919, 791; herplaatst Stb. 1938, 879b) art. 29-41;

periode: 1945 -

product: beschikking

waardering: V 5 jaar

(155)

handeling: Het bij amvb vaststellen van regels voor de afwikkeling van bepaalde invaliditeits- en vrije invaliditeitsrenten en toeslagen en voor de afkoop van verzekeringen ingevolge de Liquidatiewet invaliditeitswetten en de berekening van contante waarden.

grondslag: Liquidatiewet invaliditeitswetten (Stb. 1964, 488) zoals gewijzigd (Stb. 1967, 307) art. 22, 32, 55 en zoals gewijzigd (Stb. 1976, 296) art. 32f en zoals gewijzigd (Stb. 1990, 145) art. 32c tweede lid, 32p tweede lid en 32q

periode: 1967 - 1996

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit afkoop verzekeringen Invaliditeitswet (Stb. 1967, 337)

- Besluit uitvoering afwikkeling liquiditeitsuitkeringen en voorzieningen (Stb. 1967, 453)

- Besluit van 6 juli 1976 (Stb. 1976, 382)

- Besluit van 6 april 1990 (Stb. 1990, 181)

waardering: B 1

(156)

handeling: Het vaststellen van nadere regels, tabellen en rentepercentages voor uitvoering van de Liquidatiewet invaliditeitswetten.

grondslag: Liquidatiewet invaliditeitswetten (Stb. 1964, 488) art. 7 en 30, vernummerd (Stb. 1967, 307) art. 7 en 63 en (Stb. 1976, 296) art. 32m; Besluit afkoop verzekeringen Invaliditeitswet (Stb. 1967, 337) art. 5; Besluit overdracht contante waarde verplichtingen invaliditeitsverzekering aan het Arbeidsongeschiktheidsfonds (Stb. 1967, 430) art. 5 tweede lid; Besluit van 6 juli 1976 (Stb. 1976, 382) art. 4 en 5

periode: 1964 - 1994

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Beschikking van 18 december 1964, nr. 60894 (Stcrt. 1964, 252)

- Regeling berekening afkoopsommen invaliditeitswetten (Stcrt. 1976, 142)

- Regeling aanwijzing uitvoeringsorgaan uitbetaling afkoopsommen invaliditeitswetten (Stcrt. 1976, 142)

waardering: V 5 jaar na vervallen

(158)

handeling: Het bij amvb vaststellen van nadere regels betreffende de overdracht van contante waarden door de invaliditeitsfondsen aan het Arbeidsongeschiktheidsfonds.

grondslag: Liquidatiewet invaliditeitswetten (Stb. 1964, 488) zoals gewijzigd (Stb. 1967, 307) art. 54 derde lid

periode: 1967 - 1990

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit overdracht contante waarde verplichtingen invaliditeitsverzekering aan het Arbeidsongeschiktheidsfonds (Stb. 1967, 430)

waardering: B 1

Ouderdomswet 1919

(160)

handeling: Het bij amvb vaststellen van uitvoeringsregels voor de Ouderdomswet 1919, ter zake van

- de vaststelling van de premie en de premiebetaling;

- de berekening van rentebedragen;

- de berekening en betaling van een inkoopsom;

- de uitvoering door de SVB, de Raden van Arbeid en de Verzekeringsraden;

- informatieverstrekking door gemeentebesturen.

grondslag: Ouderdomswet 1919 (Stb 1919, 628) art. 5, 18, 20 tweede lid, 21 vierde lid, 22 tweede lid, 23 vierde lid, 25 tweede lid en 31 tweede lid

periode: 1945 - 1990

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit van 16 januari 1920 (Stb. 1920, 23)

- Tariefbesluit V.O.V. (Stb. 1921, 538) (verschillende malen gewijzigd)

- Besluit van 17 november 1920 (Stb. 1920, 819)

waardering: B 1

(161)

handeling: Het vaststellen van de modellen van formulieren, kaarten, registers enz. voor de uitvoering van de Ouderdomswet 1919.

grondslag: onder meer: Tariefbesluit V.O.V. (Stb. 1921, 538) art. 4, 5, 6, 8, 9, 10, 12, 13, 19, 23, 24, 27, 35, 41, 43 en 46; Besluit van 16 januari 1920 (Stb. 1920, 23) art. 6;

Besluit van 18 januari 1921 (Stb. 1921, 32) art. 6

periode: 1945 - 1990

product: ministeriële regeling

waardering: V 5 jaar

(163)

handeling: Het bij amvb vaststellen van regels voor het aanwijzen door de verzekerde van een persoon die bij zijn overlijden de overlijdensuitkering ontvangt.

grondslag: Ouderdomswet 1919 (Stb 1919, 628) art. 12

periode: 1945 - 1990

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit van 18 januari 1921 (Stb. 1921, 32)

waardering: B 1

(164)

handeling: Het bij amvb vaststellen van regels ten aanzien van de toekenning van beloningen aan agenten van de Vrijwillige Ouderdomsverzekering.

grondslag: Wet op de Sociale Verzekeringsbank en Raden van Arbeid (Stb. 1933, 598) art. 43 eerste lid;

Tariefbesluit V.O.V. (Stb. 1926, 449) art. 19 en 20

periode: 1945 - 1987

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit van 9 april 1938 (Stb. 1938, 881)

waardering: B 5

(172)

handeling: Het bij amvb vaststellen van regels inzake de berekening van contante waarden van renten, bedragen en uitkeringen ingevolge de Liquidatiewet Ouderdomswet 1919.

grondslag: Liquidatiewet Ouderdomswet 1919 (Stb. 1977, 671) art. 6, (Stb. 1979, 673) art. 10 tweede lid en (Stb. 1987, 364) art. 17c

periode: 1978 - 1990

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Regelen inzake de berekening van contante waarden van renten, bedragen en uitkeringen als bedoeld in artikel 5, eerste en derde lid, van de Liquidatiewet Ouderdomswet 1919 (Stb. 1978, 92)

- Regelen inzake de berekening van contante waarden van verzekeringen ingevolge de Ouderdomswet 1919 gesloten tegen bruto-premies (Stb. 1979, 699)

- Regelen inzake de berekening van contante waarden van ingegane VOV-renten en van bedragen en uitkeringen als bedoeld in artikel 17b, tweede lid, van de Liquidatiewet Ouderdomswet 1919 (Stb. 1988, 69)

waardering: B 1

(173)

handeling: Het bij amvb vaststellen van regels ten aanzien van verlening van een uitkering-ineens aan gerechtigden tot een rente ten laste van het Ouderdomsfonds B.

grondslag: Liquidatiewet Ouderdomswet 1919 (Stb. 1977, 671) zoals gewijzigd (Stb. 1979, 673) art. 20

periode: 1979 - 1987

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit van 19 december 1979 (Stb. 1979, 700)

waardering: B 1

(174)

handeling: Het vaststellen van de rentevoet en te hanteren sterftetafels die worden toegepast bij de berekening van de contante renten, bedragen en uitkeringen ingevolge de Liquidatiewet Ouderdomswet 1919.

grondslag: Regelen inzake de berekening van contante waarden van renten, bedragen en uitkeringen als bedoeld in artikel 5, eerste en derde lid, van de Liquidatiewet Ouderdomswet 1919 (Stb. 1978, 92) art. 4, 5 en 6

periode: 1978 - 1987

product: besluit van algemene strekking, onder andere:

- Beschikking inzake berekening afkoopsommen VOV-renten, -bedragen en -uitkeringen (Stcrt. 1978, 57)

waardering: B 5

(175)

handeling: Het (bij amvb) vaststellen van regels voor de uitvoering van de Liquidatiewet Ouderdomswet 1919

grondslag: Liquidatiewet Ouderdomswet 1919 (Stb. 1977, 671) art. 14; zoals gewijzigd (Stb. 1979, 673) art. 8 eerste lid, 11 tweede lid, 12 eerste lid, 16 en 25

periode: 1978 - 1990

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Regelen, verband houdende met de overdracht van afkoopsommen VOV aan een particuliere levensverzekeraar (Stb. 1979, 691)

ministeriële regeling, onder andere:

- Regelen inzake afkoop van renten ingevolge Ouderdomswet 1919 (VOV) (Stcrt. 1978, 11)

- Vaststelling tijdstip eindiging VOV-verzekeringen (Stcrt. 1979, 249)

- Vaststelling regelen inzake uitbetaling afkoopsom-VOV aan een ander dan de gewezen verzekerde (Stcrt. 1979, 249)

- Vaststelling termijn en regelen inzake kennisgeving wens tot overdracht afkoopsom-VOV aan particuliere verzekeraar (Stcrt. 1979, 249)

- Vaststelling regelen inzake afkoop verzekeringen ingevolge de Ouderdomswet 1919 (VOV) (Stcrt. 1979, 249)

- Regelen, verband houdende met de overdracht van afkoopsommen VOV aan een particuliere levensverzekeraar (Stb. 1979, 691)

waardering: B 1

(176)

handeling: Het vaststellen van voorwaarden voor de voortzetting van premiebetaling na de beëindiging van de van de verzekering door de minister.

grondslag: Liquidatiewet Ouderdomswet 1919 (Stb. 1977, 671) zoals gewijzigd (Stb. 1979, 673) art. 8 tweede lid

periode: 1979 - 1987

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Vaststelling aanmeldingstermijn en nadere voorwaarden t.a.v. voortzetting premiebetaling VOV (Stcrt. 1979, 249)

waardering: B 1

(177)

handeling: Het verlenen van ontheffing van de voorwaarden voor overdracht van een verzekering aan een particuliere verzekeraar.

grondslag: Liquidatiewet Ouderdomswet 1919 (Stb. 1977, 671) zoals gewijzigd (Stb. 1979, 673) art. 12 derde lid

periode: 1979 - 1990

product: beschikking

waardering: V 5 jaar

(178)

handeling: Het aanwijzen van particuliere verzekeraars die voor overdracht van een verzekering in aanmerking komen.

grondslag: Liquidatiewet Ouderdomswet 1919 (Stb. 1977, 671) zoals gewijzigd (Stb. 1979, 673) art. 14

periode: 1979 - 1990

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Aanwijzing particuliere levensverzekeraars aan wie afkoopsommen-VOV kunnen worden overgedragen (Stcrt. 1979, 249; vervangen 1987, 158)

waardering: V 5 jaar

(179)

handeling: Het bij amvb vaststellen van regels ten aanzien van de overdracht van afkoopsommen ingevolge de Liquidatiewet Ouderdomswet 1919 aan de Stichting Dienstverlening VOV.

grondslag: Liquidatiewet Ouderdomswet 1919 (Stb. 1977, 671) zoals gewijzigd (Stb. 1987, 364) art. 17g

periode: 1987 - 1990

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Regelen, verband houdende met de overdracht van afkoopsommen VOV aan de Stichting Dienstverlening VOV (Stb. 1988, 32)

waardering: B 1

(183)

handeling: Het goedkeuren van het tarief, de overrentedeling en de verzekeringsvoorwaarden van de particuliere levensverzekeraars voor de verzekeringsovereenkomsten van voormalige VOV-verzekerden.

grondslag: Regelen, verband houdende met de overdracht van afkoopsommen VOV aan een particuliere levensverzekeraar (Stb. 1979, 691) art. 5; Regelen, verband houdende met de overdracht van afkoopsommen VOV aan de Stichting Dienstverlening VOV (Stb. 1988, 32) art. 3

periode: 1979 - 1990

product: beschikking

waardering: V 5 jaar

Werknemers- en volksverzekeringen

Totstandkoming van het beleid

(184)

handeling: Het bij of krachtens amvb vaststellen van regels ten aanzien van de uitbreiding of beperking van de kring van verzekerden ingevolge de sociale verzekeringen.

grondslag: Ziektewet (Stb. 1929, 374) zoals gewijzigd (Stb. 1935, 32) art. 6 vijfde lid, 24-26 en 55 vijfde lid, vernummerd (Stb. 1952, 474) art. 3, 20-22 en 46 vijfde lid; Werkloosheidswet (Stb. 1949, J 423) zoals gewijzigd (Stb. 1967, 421) art. 3 derde en vierde lid; Werkloosheidswet (Stb. 1986, 566) art. 3 derde en vierde lid; Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (Stb. 1966, 84) art. 3 derde en vierde lid; Algemene Arbeidsongeschiktheidswet (Stb. 1975, 674) art. 4 tweede en derde lid; Algemene Ouderdomswet (Stb. 1956, 281) art. 6 derde en vierde lid, vernummerd (Stb. 1965, 347) tweede en derde lid, gewijzigd (Stb. 1985, 180) tweede lid en (Stb. 1972, 43) art. 3 vierde lid; Algemene Weduwen- en Wezenwet (Stb. 1959, 139) art. 7 derde en vierde lid, vernummerd (Stb. 1965, 347) tweede en derde lid, gewijzigd (Stb. 1985, 180) tweede lid; Algemene Kinderbijslagwet (Stb. 1962, 160) art. 6 derde lid, vernummerd (Stb. 1985, 180) tweede lid en (Stb. 1965, 396) art. 3 vierde lid; Kinderbijslagwet voor loontrekkenden (Stb. 1962, 257) art. 2 derde en vierde lid; Kinderbijslagwet voor kleine zelfstandigen (Stb. 1962, 257) art. 4; Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (Stb. 1967, 655) art. 5 tweede lid; Algemene Nabestaandenwet (Stb. 1995, 690) art. 13 tweede lid;

Besluiten uitbreiding en beperking kring der verzekerden

periode: 1945 -

product: algemene maatregel van bestuur / ministeriële regeling, onder andere:

algemene maatregel van bestuur

- Besluit van 28 januari 1931 (Stb. 1931, 24)

- Besluit van 23 november 1950 (Stb. 1950, K 648)

- Besluit uitbreiding en beperking kring der verzekerden volksverzekeringen (Stb. 1956, 624; vervangen Stb. 1959, 230; Stb. 1963, 24; Stb. 1968, 575; Stb. 1976, 557; Stb. 1989, 164)

- Besluit uitbreiding en beperking kring der verzekerden Kinderbijslagwet voor loontrekkenden (Stb. 1963, 25)

- Besluit uitbreiding en beperking kring der verzekerden werknemersverzekeringen (Stb. 1967, 343; vervangen Stb. 1986, 654; Stb. 1989, 402)

ministeriële regeling

- Beschikking van 21 februari 1963, nr. 28 902 (Stcrt. 1963, 42)

- Beschikking van 14/28 april 1971 (Stcrt. 1971, 100)

- Beschikking van 3 mei 1973, nr. 51 778 (Stcrt. 1973, 130)

- Beschikking van 23 oktober 1975, nrs. 53798 (Stcrt. 1975, 19)

- Regeling vrijstelling volksverzekeringen functionarissen internationale organisaties (Stcrt. 1980, 131)

- Regeling aanwijzing personen als verzekerden ingevolge de AOW, AWW, AKW, AWBZ en AAW (Stcrt. 1980, 157)

- Regeling aanwijzing als niet-verzekerden ingevolge de volksverzekeringen (Stcrt. 1986, 29)

- Aanwijzing personen als niet-verzekerden ingevolge de werknemersverzekeringen (Stcrt. 1986, 203)

- Beperking kring der verzekerden in dienst van internationale organisaties (Stcrt. 1987, 6)

- Regeling aanwijzing volkenrechtelijke organisaties in het buitenland (Stcrt. 1989, 121)

- Aanwijzingen van volkenrechtelijke organisaties in Nederland (Stcrt. 1991, 167)

- Regeling aanwijzing van in het buitenland gevestigde werkgevers (Stcrt. 1991, 190; vervangen Stcrt. 1996, 247)

opmerking: Bij het aanwijzen van gevallen waarin werknemers van internationale organisaties of niet-Nederlandse werkgevers niet tot de kring der verzekerden behoren is de minister van Buitenlandse Zaken betrokken.

waardering: B 1

(185)

handeling: Het aanwijzen van gevallen waarin werknemers van niet-Nederlandse werkgevers niet tot de kring der verzekerden ingevolge een sociale verzekering behoren.

grondslag: Besluit uitbreiding en beperking kring der verzekerden volksverzekeringen (Stb. 1956, 624; vervangen Stb. 1959, 230; Stb. 1963, 24; Stb. 1968, 575; Stb. 1976, 557) art. 2; Besluit uitbreiding en beperking kring der verzekerden Kinderbijslagwet voor loontrekkenden (Stb. 1963, 25) art. 2; Besluit uitbreiding en beperking kring der verzekerden werknemersverzekeringen (Stb. 1967, 343; vervangen Stb. 1986, 654) art. 2

periode: 1956 - 1989

product: beschikking

opmerking: Het aanwijzen van gevallen waarin werknemers van niet-Nederlandse werkgevers niet tot de kring der verzekerden behoren gebeurde tezamen met de minister van Volksgezondheid. Het besluit werd zodanig geformuleerd dat het van toepassing was op een niet nader bepaald aantal (niet-Nederlandse) werknemers van de in het besluit genoemde werkgever.

waardering: V 10 jaar na beëindiging werkzaamheden van de werkgever

5 jaar na afwijzing van het verzoek om vrijstelling

(186)

handeling: Het bij amvb vaststellen van regels voor de toepassing van bepalingen uit de AOW, AWW en AAW op niet-Nederlanders die binnen het Rijk wonen of Nederlanders die in het buitenland wonen.

grondslag: Algemene Ouderdomswet (Stb. 1956, 281) art. 45 en 48, gewijzigd (Stb. 1985, 181) art. 57 en 60; Algemene Weduwen- en Wezenwet (Stb. 1959, 139) art. 60; Algemene Arbeidsongeschiktheidswet (Stb. 1975, 674) art. 91

periode: 1956 -

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit gelijkstelling van niet-Nederlanders met Nederlanders (Stb. 1956, 627; vervangen Stb. 1985, 605)

- Besluit gelijkstelling van het wonen buiten het Rijk met wonen binnen het Rijk (Stb. 1956, 628; vervangen Stb. 1985, 632)

- Besluit van 31 augustus 1959 (Stb. 1959, 330)

- Besluit van 26 januari 1961 (Stb. 1961, 29)

waardering: B 1

(187)

handeling: Het vaststellen van richtlijnen ter bepaling of iemand al dan niet zelfstandige is in de zin van de Kinderbijslagwet voor kleine zelfstandigen.

grondslag: Kinderbijslagwet voor kleine zelfstandigen (Stb. 1962, 257) art. 2 derde en vierde lid (b.w. Stb. 1979, 709)

periode: 1962 - 1979

product: ministeriële regeling

waardering: B 1

(188)

handeling: Het aanwijzen van werkgevers buiten het Rijk die binnen het Rijk werknemers in dienst hebben als werkgevers binnen het Rijk.

grondslag: Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (Stb. 1966, 84) art. 3 tweede lid onder b; Ziektewet (Stb. 1929, 374) zoals gewijzigd (Stb. 1967, 473) art. 3 tweede lid; Werkloosheidswet (Stb. 1986, 566) art. 3 tweede lid

periode: 1967 -

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Regeling aanwijzing van in buitenland gevestigde werkgever (Stcrt. 1991, 166; vervangen Stcrt. 1991, 190; Stcrt. 1996, 247)

waardering: V 10 jaar

(189)

handeling: Het (bij of krachtens amvb) vaststellen van regels inzake het beschouwen van arbeidsverhoudingen als dienstbetrekking in de zin van de werknemersverzekeringen.

grondslag: Ziektewet (Stb. 1929, 374) zoals gewijzigd (Stb. 1935, 32) art. 2 derde lid, 4 en 4a en 28, vernummerd (Stb. 1952, 474) art. 5, 6 en 24, vernummerd (Stb. 1967, 473) 4 derde en vijfde lid, 5, 11 en 12; Werkloosheidswet (Stb. 1949, J 423) vernummerd (Stb. 1953, 325) art. 3 en 4, vernummerd (Stb. 1967, 421) art. 4 en 5; Werkloosheidswet (Stb. 1986, 566) art. 4, 5, 7 en 111; Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (Stb. 1966, 84) art. 5, 9, 11 en sinds 1987 (Stb. 560) art. 4 vijfde lid; Kinderbijslagwet voor loontrekkenden (Stb. 1939, 806) art. 7 derde lid en 9 gewijzigd (Stb. 1962, 257) art. 4 derde lid en 5 art. 11, 12a, 12b en 13 tweede lid (b.w. Stb. 1979, 709);

Besluiten aanwijzing van gevallen, waarin een arbeidsverhouding als dienstbetrekking wordt beschouwd 1967, 1973, 1986

periode: 1945 -

product: algemene maatregel van bestuur / ministeriële regeling, onder andere:

algemene maatregel van bestuur

- Besluit van 30 maart 1935 (Stb. 1935, 163)

- Besluit van 25 april 1940 (Stb. 1940, 846; vervangen Stb. 1949, J 206)

- Besluiten aanwijzing van verzekeringsplichtige werkzaamheden (Stb. 1950, K 201 en 202; vervangen Stb. 1952, 674 en 675, 1958, 100, 102)

- Besluit aanwijzing van gevallen, waarin een arbeidsverhouding als dienstbetrekking wordt beschouwd (Rariteitenbesluit, ZW, WW en WAO) (Stb. 1967, 342; vervangen Stb. 1973, 627; Stb. 1986, 655)

- Besluit aanwijzing van gevallen, waarin een arbeidsverhouding als dienstbetrekking wordt beschouwd (KWL) (Stb. 1963, 4; vervangen Stb. 1965, 374; Stb. 1967, 344; Stb. 1973, 628)

- Besluit van 30 juni 1967 (Stb. 1967, 362)

ministeriële regeling

- Regeling uitzondering verzekeringsplicht uitzendkrachten (WAO, ZW, WW) (Stcrt. 1967, 225)

- Aanwijzingen werkgever en verzekeringsplicht musici en artiesten (Stcrt. 1967, 244, vervangen Stcrt. 1969, 11)

- Aanwijzing werkgever en uitzondering verzekeringsplicht W.A.O., Z.W. en W.W. (Stcrt. 1974, 17)

- Aanwijzing werkgever en uitzondering verzekeringsplicht werknemersverzekeringswetten (Stcrt. 1981, 42)

- Besluit uitzondering verzekeringsplicht voor bepaalde melkvervoerders (Stcrt. 1980, 27 vervangen Stcrt. 1986, 250)

- Aanwijzing als werkgever en uitzondering verzekeringsplicht werknemersverzekeringen (Stcrt. 1986, 251)

opmerking: De aanwijzing van werkzaamheden als 'in dienst van een onderneming verrichte' werkzaamheden, had tot gevolg dat de daarmee belaste arbeiders of ondernemers verzekerden in de zin van de Kinderbijslagwet voor loontrekkenden werden en de opdrachtgever verplicht was premie voor de kinderbijslag te betalen. De regelingen worden samen met de minister van Financiën voorbereid vanuit het oogpunt van de coördinatie van de loonbelasting en de sociale verzekeringen.

waardering: B 1

(191)

handeling: Het, gehoord de Sociale Verzekeringsraad, aanwijzen van groepen van gevallen waarin de bepalingen dat personen in dienst van uitzendbureaus krachtens de sociale verzekeringswetten verzekerd zijn, niet van toepassing zijn.

grondslag: Ongevallenwet 1921 (Stb. 1921, 819) zoals gewijzigd (Stb. 1965, 378) art. 2f tweede lid; Land- en Tuinbouwongevallenwet 1922 (Stb. 1922, 365) zoals gewijzigd (Stb.1965, 378) art. 1d tweede lid; Ziektewet (Stb. 1929, 374) zoals gewijzigd (Stb. 1965, 378) art. 6a tweede lid; Werkloosheidswet (Stb. 1949, J 423) zoals gewijzigd (Stb. 1965, 378) art. 3a tweede lid

periode: 1965 -

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Beschikking van 16 december 1965, nr. 61739 (Stcrt. 1965, 248)

waardering: B 5

(192)

handeling: Het (tot 1963 bij amvb) aanwijzen van categorieën personen die al dan niet als arbeider voor de toepassing van de Kinderbijslagwet voor loontrekkenden aangewezen zullen worden en categorieën arbeiders voor wie afwijkende regels inzake loon en inkomen worden gesteld.

grondslag: Kinderbijslagwet voor loontrekkenden (Stb. 1939, 806) art. 2 en 4, gewijzigd (Stb. 1950, K 369) art. 3 en (Stcrt. 1941, 41) art. 11 derde lid, vernummerd (Stb. 1952, 475) art. 12 vijfde lid, gewijzigd (Stb. 1962, 257) art. 7, 8 en 9 vierde lid (b.w. Stb. 1979, 709)

periode: 1945 - 1979

product: algemene maatregel van bestuur / ministeriële regeling, onder andere:

- Beschikking van de waarnemend Secretaris-Generaal van Sociale Zaken van 1 november 1940, nr. 3909 (Stcrt. 1940, 214)

- Beschikking van de Secretaris-Generaal van Sociale Zaken van 27 februari 1944, nr. 777 (Stcrt. 1941, 41)

- Besluit van 20 maart 1951 (Stb. 1951, 82)

- Besluit uitbreiding begrip arbeider en begrip loon en aanwijzing bedrijfsvereniging (Stb. 1953, 142)

- Regeling uitbreiding begrip arbeider en loon (Stcrt. 1962, 251)

- Regeling toepassing artikel 9 vierde lid K.W.L. (Stcrt. 1963, 107)

- Regeling uitbreiding kring van kinderbijslaggerechtigden en begrip loon (Stcrt. 1967, 223)

opmerking: De aanwijzing van pensioengerechtigden van wie het pensioen uit een openbare kas wordt betaald, werd in overleg met de ministers van Binnenlandse Zaken en Defensie vastgesteld.

waardering: B 1

(193)

handeling: Het, in overeenstemming met de minister van Financiën, afgeven van een verklaring aan een persoon of lichaam dat hij ten aanzien van artiesten als werkgever geldt.

grondslag: Aanwijzing werkgever en verzekeringsplicht musici en artiesten (Stcrt. 1969, 11) art. 1; Aanwijzing werkgever en uitzondering verzekeringsplicht W.A.O., Z.W. en W.W. (Stcrt. 1974, 17) art. 1; Aanwijzing werkgever en uitzondering verzekeringsplicht werknemersverzekeringswetten (Stcrt. 1981, 42) art. 1 tweede lid onder a; Aanwijzing als werkgever en uitzondering verzekeringsplicht werknemersverzekeringen (Stcrt. 1986, 251) art. 1 tweede lid onder a (b.w. 1991)

periode: 1967 - 1991

product: beschikking

opmerking: De minister van Financiën geeft deze beschikkingen af in het kader van de Uitvoeringsregeling Loonbelasting. De minister van Sociale Zaken volgde de voorstellen voor een dergelijke verklaring. In 1991 is de bepaling dat de minister van Sociale Zaken mede de beschikking moet ondertekenen vervallen. Het ministerie ontvangt nog wel een afschrift van de verklaring.

waardering: V 5 jaar

(194)

handeling: Het, in overeenstemming met de minister van Financiën, afgeven van zelfstandigheidsverklaringen aan artiesten.

grondslag: Aanwijzing werkgever en verzekeringsplicht musici en artiesten (Stcrt. 1969, 11) art. 2; Aanwijzing werkgever en uitzondering verzekeringsplicht W.A.O., Z.W. en W.W. (Stcrt. 1974, 17) art. 3; Aanwijzing werkgever en uitzondering verzekeringsplicht werknemersverzekeringswetten (Stcrt. 1981, 42) art. 1 tweede lid onder b; Aanwijzing als werkgever en uitzondering verzekeringsplicht werknemersverzekeringen (Stcrt. 1986, 251) art. 1 tweede lid onder b (b.w. 1991)

periode: 1967 -

product: beschikking

opmerking: De minister van Financiën geeft deze beschikkingen af in het kader van de Uitvoeringsregeling Loonbelasting. De minister van Sociale Zaken volgde de voorstellen voor een dergelijke verklaring. In 1991 is de bepaling dat de minister van Sociale Zaken mede de beschikking moet ondertekenen vervallen. Het ministerie ontvangt nog wel een afschrift van de verklaring.

waardering: V 5 jaar

(195)

handeling: Het aanwijzen van gevallen waarin personen die niet werken wegens werkloosheid of arbeidsongeschiktheid wel als werknemer in de zin van de WAO en de ZW worden beschouwd en het aanwijzen van de bedrijfsvereniging waarbij zij aangesloten zijn.

grondslag: Ziektewet art. 7 onder e, 8 onder b en 55 tweede lid; Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (Stb. 1966, 84) art. 7, 66 tweede lid en, zoals gewijzigd (Stb. 1967, 102) 7a

periode: 1967 - 1992

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Regeling uitbreiding kring van verzekerden ingevolge de ZW en de WAO (Stcrt. 1968, 61)

- Regeling houdende aanwijzing bedrijfsvereniging bij wie bepaalde werknemers verzekerd zijn (Stcrt. 1991, 253)

waardering: B 1

(197)

handeling: Het (gehoord de SER) bij amvb wijzigen van de loongrens.

grondslag: Ziektewet (Stb. 1929, 374) zoals gewijzigd (Stb. 1960, 265) art. 1a (b.w. Stb. 1966, 85); Werkloosheidswet (Stb. 1949, J 423) (Stb. 1960, 265) art. 4a (b.w. Stb. 1964, 484); Invaliditeitswet (Stb. 1913, 205) zoals gewijzigd (Stb. 1960, 265) art. 55a

periode: 1960 - 1966

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit verhoging loongrenzen (Stb. 1960, 456)

- Besluit verhoging loongrenzen (Stb. 1962, 521)

- Besluit verhoging loongrens (Stb. 1964, 517)

- Besluit verhoging loongrens (Stb. 1965, 548)

- Besluit verhoging loongrens (Stb. 1966, 551)

opmerking: Werknemers die een inkomen hadden boven de loongrens waren niet verzekerd ingevolge de genoemde werknemersverzekeringen.

waardering: B 1

(198)

handeling: Het bij amvb vaststellen van regels ten aanzien van de erkenning van een administratiekantoor door de minister.

grondslag: Ziektewet (Stb. 1929, 374) zoals gewijzigd (Stb. 1935, 32) art. 14 eerste lid, vernummerd (Stb. 1952, 474) art. 15 eerste lid; Werkloosheidswet (Stb. 1949, J 423) art. 6; Werkloosheidswet (Stb. 1986, 566) art. 12 eerste lid; Kinderbijslagwet voor loontrekkenden (Stb. 1939, 806) art. 15 eerste en derde lid

periode: 1945 - 1967

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit van 10 januari 1930 (Stb. 1930, 10)

- Besluit van 4 mei 1940 (Stb. 1940, 885)

- Besluit erkenning van een administratiekantoor (Stb. 1952, 569)

waardering: B 5

(199)

handeling: Het erkennen van administratiekantoren als werkgever in de zin van de werknemersverzekeringen.

grondslag: Ziektewet (Stb. 1929, 374) zoals gewijzigd (Stb. 1935, 32) art. 14 eerste lid, vernummerd (Stb. 1952, 474) art. 15 eerste lid, gewijzigd (Stb. 1967, 473) art. 12 eerste lid; Werkloosheidswet (Stb. 1949, J 423) art. 6, vernummerd (Stb. 1967, 396) art. 10 eerste lid; Werkloosheidswet (Stb. 1986, 566) art. 12 eerste lid; Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (Stb. 1966, 84) art. 11 eerste lid (b.w. Stb. 1988, 656); Kinderbijslagwet voor loontrekkenden (Stb. 1939, 806) art. 15 eerste lid, gewijzigd (Stb. 1950, K 369) art. 12 vierde lid; vernummerd (Stb. 1952, 475) art. 13 vierde lid

periode: 1945 - 1990

product: beschikking

opmerking: De erkenning is tot enkele administratiekantoren beperkt gebleven, zoals de Vereniging Loonadministratie Groenten-, Aardappelen- en Fruitbedrijven (LAGAF) te Rotterdam en het Centraal Administratie Bureau van het Visscherijbedrijf en Aanverwante vakken te IJmuiden.

waardering: B 5

(201)

handeling: Het (bij amvb) vaststellen van regels voor de toepassing van de wettelijke bepaling ten aanzien van het voeren van een gezamenlijke huishouding.

grondslag: Ziektewet (Stb. 1929, 374) zoals gewijzigd (Stb. 1986, 567) art. 35 vijfde lid, vernummerd (Stb. 1995, 696) vierde lid; Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (Stb. 1966, 84) zoals gewijzigd (Stb. 1986, 567) art. 53 vierde lid; Algemene Arbeidsongeschiktheidswet (Stb. 1975, 674) zoals gewijzigd (Stb. 1986, 567) art. 44 vierde lid; Toeslagenwet (Stb. 1986, 562) art. 1 vijfde lid; Algemene Ouderdomswet (Stb. 1956, 281) zoals gewijzigd (Stb. 1986, 563) art. 1 vijfde lid; Algemene Nabestaandenwet (Stb. 1995, 690) art. 3 vijfde lid

periode: 1986 -

product: ministeriële regeling / algemene maatregel van bestuur

waardering: B 1

(202)

handeling: Het bij amvb aanwijzen van registraties van gezamenlijke huishouding die overeenkomen met een gezamenlijke huishouding als bedoeld in de Anw.

grondslag: Algemene Nabestaandenwet (Stb. 1995, 690) art. 3 vierde lid

periode: 1995 -

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit aanwijzing registraties gezamenlijke huishouding Anw (Stb. 1996, 345)

waardering: B 5

(203)

handeling: Het bij amvb bepalen dat een groep werknemers onder de werking van de Ziektewet valt.

grondslag: Ziektewet (Stb. 1929, 374) zoals gewijzigd (Stb. 1996, 13) art. 87a

periode: 1996 -

product: algemene maatregel van bestuur

waardering: B 1

(204)

handeling: Het, gehoord de SER, bij amvb vaststellen van nadere regels met betrekking tot het begrip 'indexcijfer der lonen' en andere indexcijfers.

grondslag: Ziektewet (Stb. 1952, 474) zoals gewijzigd (Stb. 1960, 265) art. 1a vierde en vijfde lid (b.w. Stb. 1966, 85); Werkloosheidswet (Stb. 1949, J 423) zoals gewijzigd (Stb. 1960, 265) art. 4a vierde en vijfde lid (b.w. Stb. 1964, 484); Werkloosheidswet (Stb. 1986, 566) art. 46 tweede lid; Invaliditeitswet (Stb. 1913, 205) zoals gewijzigd (Stb. 1960, 265) art. 55a vierde en vijfde lid; Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (Stb. 1966, 84) zoals gewijzigd (Stb. 1972, 43) art. 15 zevende lid, gewijzigd (Stb. 1979, 711) tweede lid; Algemene Ouderdomswet (Stb. 1956, 281) art. 9, 23a zesde lid en 27 zesde lid; Algemene Weduwen- en Wezenwet (Stb. 1959, 139) art. 21; Algemene Kinderbijslagwet (Stb. 1962, 160) art. 11a, gewijzigd (Stb. 1979, 709) art. 13; Kinderbijslagwet voor loontrekkenden (Stb. 1962, 257) art. 22 (b.w. Stb. 1979, 709); Kinderbijslagwet voor kleine zelfstandigen (Stb. 1962, 257) art. 11 en (sinds Stb 1964, 581) art 9a (b.w. Stb. 1979, 709); Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag (Stb. 1968, 657) art. 14 eerste lid

periode: 1956 -

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit begripsomschrijving indexcijfer der uurlonen (Stb. 1956, 490)

- Besluit begripsomschrijving indexcijfer der lonen en prijsindexcijfer van het levensonderhoud (Stb. 1960, 379; vervangen Stb. 1965, 207)

- Besluit begripsomschrijving indexcijfer der lonen (Stb. 1961, 138)

- Besluit begripsomschrijving indexcijfer der lonen (Stb. 1972, 142)

- Besluit begripsomschrijving prijsindexcijfer van de gezinsconsumptie (Stb. 1978, 626; vervangen Stb. 1980, 88, Stb. 1983, 679, Stb. 1989, 43)

- Besluit begripsomschrijving prijsindexcijfer van de gezinsconsumptie 1994 (Stb. 1994, 603)

- Besluit maatstaf aanpassingsmechanismen (Stb. 1980, 31)

waardering: B 1

(205)

handeling: Het afwijken van het indexcijfer der lonen wanneer dit ten aanzien van de toepassing voor daglonen tot onbillijkheden leidt.

grondslag: Besluit maatstaf aanpassingsmechanismen (Stb. 1980, 31) zoals gewijzigd (Stb. 1982, 503) art. 1a; Besluit maatstaf aanpassingsmechanismen 1985 (Stb. 1985, 638) art. 2 etc.

periode: 1982 -

product: ministeriële regeling

waardering: B 1

(206)

handeling: Het stellen van regels ten aanzien van het vaststellen van het indexcijfer der lonen.

grondslag: Besluit maatstaf aanpassingsmechanismen (Stb. 1980, 31) art. 4 tweede lid; Besluit maatstaf aanpassingsmechanismen 1985 (Stb. 1986, 647) art. 5 tweede lid

periode: 1980 -

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Beschikking toerekeningsmethodiek aanpassingsmechanismen (Stcrt. 1980, 73)

waardering: B 1

(207)

handeling: Het bij amvb vaststellen van de hoogte van de toeslag op het minimumdagloon of de grondslag ter realisering van de gewenste koopkrachtontwikkeling.

grondslag: Wet herziening aanpassingsmechanismen en vaststelling hoogte sociaal minimum (Stb. 1979, 711) art. XIV en XVIII

periode: 1979 - 1982

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit van 5 augustus 1980 (Stb. 1980, 448)

- Besluit van 5 augustus 1980 (Stb. 1980, 451)

opmerking: De hoogte van de toeslag in deze besluiten vast gesteld, is vervolgens in een aantal besluiten gewijzigd. In 1981 respectievelijk 1982 zijn de toeslagen op de grondslagen en het minimumdagloon komen te vervallen.

waardering: B 1

(208)

handeling: Het, (tot 1995) gehoord de SER, bij amvb vaststellen van regels ter voorkoming of beperking van samenloop van uitkeringen ingevolge Nederlandse sociale verzekeringswetten met uitkeringen ingevolge de sociale verzekeringswetten van andere mogendheden.

grondslag: Interimwet invaliditeitsrentetrekkers (Stb. 1962, 534) art. 24; Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (Stb. 1966, 84) art. 52; Algemene Arbeidsongeschiktheidswet (Stb. 1975, 674) art. 43; Algemene Ouderdomswet (Stb. 1956, 281) zoals gewijzigd (Stb. 1965, 347) art. 18a, gewijzigd (Stb. 1985, 181) art. 22; Algemene Weduwen- en Wezenwet (Stb. 1959, 139) zoals gewijzigd (Stb. 1965, 347) art. 30a

periode: 1962 -

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit van 30 augustus 1967 (Stb. 1967, 452)

- Besluit van 20 maart 1968 (Stb. 1968, 174)

- Besluit van 22 december 1972 (Stb. 1972, 772)

waardering: B 5

(209)

handeling: Het vaststellen van regels voor de samenloop van een uitkeringen met andere inkomsten (uit uitkeringen, arbeid, pensioenen).

grondslag: o.a. Ziektewet (Stb. 1929, 374) zoals gewijzigd (Stb. 1992, 82) art. 26a, 31 en 32; Werkloosheidswet (Stb, 1986, 566) art. 20 en 52d vierde lid; Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (Stb. 1966, 84) art. 20 tweede lid, 44 vijfde en zesde lid, 46a; Algemene Arbeidsongeschiktheidswet (Stb. 1975, 674) art. 7 tweede lid, 33 vijfde en zesde lid, 36a; Wet overgangsregeling Ziektewet (Stb. 1967, 103) art. 11 vierde lid

periode: 1945 -

product: (ministeriële) regeling, onder andere:

- Beschikking samenloop arbeidsongeschiktheidsuitkering met loon ingevolge de sociale werkvoorziening (Stcrt. 1967, 193; vervangen Stcrt. 1969, 118; 1976, 213; 1986, 250)

- Regeling samenloop ziekengeld met AAW/WAO-uitkering (Stcrt. 1968, 19; vervangen Stcrt. 1976, 191)

- Regeling samenloop WAO-uitkering met WSW-loon (Stcrt. 1970, 189)

- Regeling van 28 september 1976 (Stcrt. 1976, 203)

- Regeling van 29 september 1976, nr. 54 505 (Stcrt. 1976, 203)

- Regeling samenloop arbeidsongeschiktheidsuitkering met inkomsten uit arbeid (Stcrt. 1983, 21 en 27; vervangen Stcrt. 1994, 34)

- Anticumulatie-bepalingen ZW- en WAO-uitkeringen (Stcrt. 1984, 219)

- Regeling van 26 juni 1986, nr. SVW 86/5053 (Stcrt. 1986, 121)

- Regeling inzake samenloop WAO met AAW (Stcrt. 1986, 250)

- Regeling van 22 december 1992, nr. 89/7161 (Stcrt. 1989, 252)

- Regels met betrekking tot samenloop van toeslagen (Stcrt. 1986, 248)

waardering: B 5

(210)

handeling: Het (bij of krachtens amvb) stellen van regels ter voorkoming van dubbele kinderbijslag of samenloop van kinderbijslag ingevolge de AKW met kinderbijslag op grond van een andere wet of regeling.

grondslag: Kinderbijslagwet voor invaliditeits-, ouderdoms- en wezenrentetrekkers (Stb. 1948, I 309) art. 4 tweede lid; Kinderbijslag voor kleine zelfstandigen (Stb. 1951, 212) art. 10 tweede lid, gewijzigd (Stb. 1962, 257) art. 12 derde en vierde lid (b.w. Stb. 1979, 709); Algemene Kinderbijslagwet (Stb. 1962, 160) art. 14 en 15, vernummerd (Stb. 1980, 1) art. 15-16, gewijzigd (Stb. 1991, 669) art. 18 zesde lid en 20; Kinderbijslagwet voor loontrekkenden (Stb. 1962, 257) art. 25-26 (b.w. Stb. 1979, 709); Kindertoelageregeling overheidspersoneel (Stb. 1963, 219) art. 10 en 12 derde lid

periode: 1948 -

product: ministeriële regeling / algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Regeling ter voorkoming van samenloop van kinderbijslag (Stcrt. 1963, 2)

- Maatregelen ter voorkoming van samenloop van kinderbijslag (Stcrt. 1971, 128; Stcrt. 1973, 188; Stcrt. 1980, 26)

- Beschikking van 15 april 1980, nr. 51 469, Stcrt. 1980, 75

- Beschikking van 15 januari 1982, nr. 50108, Stcrt. 1982, 15

- Besluit regelen ter voorkoming van samenloop van kinderbijslag (anti-cumulatieregeling) (Stb. 1982, 67)

- Regeling samenloop kinderbijslag ingevolge AKW met buitenlandse kinderbijslag (Stcrt. 1985, 63)

- Samenloopbesluit kinderbijslag (Stb. 1991, 756)

waardering: B 5

(211)

handeling: Het bij amvb (gehoord de Sociale Verzekeringsraad) vaststellen van regels inzake de bevoegdheid van de Sociale Verzekeringsbank om de kinderbijslag te verrekenen met de minister van Onderwijs en Wetenschappen, na 1 januari 1994 de Informatie Beheer Groep, indien kinderbijslag tegelijk met studiefinanciering of een tegemoetkoming in de studiekosten is uitgekeerd.

grondslag: Algemene Kinderbijslagwet (Stb. 1962, 160) zoals gewijzigd (Stb. 1991, 669) art. 25 tweede lid (b.w. Stb. 1995, 220); Wet op de studiefinanciering (Stb. 1986, 252) zoals gewijzigd (Stb. 1991, 669) art. 150 (b.w. Stb. 1995, 220)

periode: 1991 - 1995

product: algemene maatregel van bestuur

opmerking: Een dergelijke amvb is niet tot stand gekomen. De bevoegdheid van de SVB en de Informatie Beheer Groep (IBG) om gelijktijdig verleende kinderbijslag en studiefinanciering of tegemoetkoming in de studiekosten met elkaar te verlenen is in 1995 (Stb. 220) direct in de wetten (en in de Wet tegemoetkoming studiekosten, Stb. 1995, 676) opgenomen.

waardering: V 5 jaar

(212)

handeling: Het bij of krachtens amvb vaststellen van regels ten aanzien van de aanvullende werking van de AAW op pensioenen en uitkeringen die ingevolge andere regelingen (ABP-wet, WAMIL, SPW) uitgekeerd worden.

grondslag: Algemene Arbeidsongeschiktheidswet (Stb. 1975, 674) art. 36 vierde lid, vernummerd (Stb. 1979, 708) zesde lid, vernummerd (Stb. 1985, 180) vijfde lid

periode: 1976 -

product: algemene maatregel van bestuur, ministeriële regeling, onder andere:

- Besluit inzake invaliditeitspensioen/ambtelijk ziekengeld (Stb. 1976, 525)

waardering: B 5

(213)

handeling: Het, gehoord de Sociale Verzekeringsraad, stellen van regels voor het beheer door de fondsen van gelden die wegens samenloop van pensioenen en uitkeringen niet uitgekeerd hoeven te worden.

grondslag: Wet interimregeling inzake beperking van samenloop van pensioenen en uitkeringen ingevolge de AWW (Stb. 1959, 140) art. 7 tweede lid, vernummerd (Stb. 1967, 99) vierde lid

periode: 1959 -

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Regeling van de staatssecretaris van Sociale Zaken van 2 september 1959, nr. 3600

- Regeling Interimwet A.W.W. (Stcrt. 1967, 122)

waardering: V 10 jaar

(214)

handeling: Het vaststellen van de hoogte en (afwijkende) duur van het ziekengeld.

grondslag: Ziektewet (Stb. 1935, 32) art. 37 tweede lid, 38 eerste lid, 63 eerste lid, 67 derde lid, 82 derde lid en 117 tweede lid; Besluit van 25 september 1943 (Vb. 1943, 91) art. 1 en 2 (b.w. Stb. 1950, K 664 en Stb. 1952, 343)

periode: 1945 - 1952

product: beschikking

opmerking: In de periode 1943-1950 werd de hoogte van het ziekengeld door de minister in overeenstemming met de gevolmachtigde voor de prijzen vastgesteld.

waardering: B 5

(215)

handeling: Het bij amvb vaststellen van afwijkende dagloonbepalingen voor groepen van werknemers.

grondslag: Ziektewet (Stb. 1929, 374) zoals gewijzigd (Stb. 1935, 32) art. 6 vijfde lid

periode: 1945 - 1953

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit van 6 juli 1937 (Stb. 1937, 852)

- Besluit van 30 augustus 1937 (Stb. 1937, 858)

- Besluit van 14 maart 1938 (Stb. 1938, 848)

- Besluiten van 7 februari 1953 (Stb. 1953, 56, 58 en 59)

- Besluit van 1 april 1953 (Stb. 1953, 158)

waardering: B 5

(217)

handeling: Het goedkeuren van algemene en bijzondere regels van de SVr/het Tica/het Lisv inzake het dagloon dan wel het zelf vaststellen van nadere regels.

grondslag: Ziektewet (Stb. 1929, 374) zoals gewijzigd (Stb. 1953, 578) art. 8a derde lid en zoals gewijzigd (Stb. 1986, 567) art. 15; Werkloosheidswet (Stb. 1949, J 423) zoals gewijzigd (Stb. 1967, 396) art. 12a en 12c; Werkloosheidswet (Stb. 1986, 655) art. 117 (b.w. Stb. 1994, 916); Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (Stb. 1966, 84) zoals gewijzigd (Stb. 1979, 238) art. 14; Wet overgangsregeling arbeidsongeschiktheidsverzekering (Stb. 1967, 102) art. 5 derde lid; Wet van 29 december 1982 (Stb. 1982, 737) art. III tweede lid; Invoeringswet stelselherziening sociale zekerheid (Stb. 1987, 94) art. 34 vierde lid

periode: 1967 - 1994

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Regeling van 29 juni 1967, nr. 58 063 (Stcrt. 1967, 130)

- Regelen met betrekking tot de vaststelling van een minimumdagloon (Stcrt. 1976, 150)

- Regeling van 29 december 1980, nr. 56 539 (Stcrt. 1980, 252)

- Besluit nadere regelen minimumdagloon WW/WWV (Stcrt. 1983, 93)

- Regeling van 12 oktober 1983, nr. 53 227 (Stcrt. 1983, 206)

opmerking: Wijziging van de werknemersverzekeringen in 1967 gaf de mogelijkheid aan de minister om dagloonregels vast te stellen indien de SVr/het Tica in gebreke bleef of wanneer hij zijn goedkeuring aan die regels onthield. Op grond van enkele overgangswetten kreeg de minister de bevoegdheid om ter zake nadere dagloonregels vast te stellen. In de Osv 1997 is de vaststelling van (algemene) dagloonregels aan de minister zelf opgedragen, terwijl het Lisv bijzondere dagloonregels voor bepaalde groepen kan vaststellen (hetgeen de bedrijfsverenigingen voorheen konden doen); deze behoeven de goedkeuring van de minister.

waardering: B 1

(219)

handeling: Het (bij amvb) halfjaarlijks vaststellen van het percentage waarmee de hoogte van de daglonen, grondslagen en toeslagen voor de uitkeringen wordt gewijzigd.

grondslag: Werkloosheidswet (Stb, 1986, 566) art. 44 en 46 eerste lid, gewijzigd (Stb. 1991, 624) art. 46 eerste tweede lid en vierde lid, gewijzigd (Stb. 1994, 955) art. 52i; Invoeringswet stelselherziening sociale zekerheid art. 24 derde lid; Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (Stb. 1966, 84) art. 15; Wet overgangsregeling arbeidsongeschiktheidsverzekering (Stb. 1967, 102) art. 18 en 23; Wet aanpassing daglonen Wet overgangsregeling arbeidsongeschiktheidsverzekering (Stb. 1971, 340) art. 6-7; Algemene Arbeidsongeschiktheidswet (Stb. 1975, 674) art. 11, 11a en 97, gewijzigd (Stb. 1986, 567) art. 10 vijfde lid; Wet van 23 juni 1976 (Stb. 1976, 345) art. 15; Wet van 25 juni 1980 (Stb. 1980, 325) art. 7; Wet van 24 december 1980 (Stb. 1980, 717) art. 7

periode: 1966 -

product: algemene maatregel van bestuur / ministeriële regeling

opmerking: Om de hoogte van de uitkeringen te kunnen wijzigen dient voor de WW- en WAO-uitkeringen het dagloon aangepast te worden en voor de AAW-uitkeringen de grondslagen. Deze worden twee maal per jaar met een bepaald percentage gewijzigd, dat tot 1972 bij amvb werd vastgesteld en sindsdien bij ministeriële regeling. Een tussentijdse wijziging of een besluit herziening van de hoogte achterwege te laten geschiedde bij amvb (bijv. Stb. 1974, 311, en 1977, 39). Op grond van ad hocwetgeving in de zeventiger en tachtiger jaren (o.a. de Wet van 23 juni 1976, Stb. 345 en van 25 juni 1980, Stb. 325) kon de minister besluiten de daglonen met een lager percentage te verhogen dan volgens de wettelijke bepalingen vereist was.

waardering: B 1

(220)

handeling: Het geven van toestemming aan bedrijfsverenigingen om bij de herziening van het dagloon, na het afschaffen van het minimumdagloon in de WAO, af te wijken van de daarbij gestelde regels.

grondslag: Regeling van 12 oktober 1983, nr. 53 227 (Stcrt. 1983, 206) zoals gewijzigd (Stcrt. 1984, 110) art. 4

periode: 1984 -

product: beschikking

waardering: V 5 jaar

(222)

handeling: Het bij amvb vaststellen van nadere regels inzake de verhoging van daglonen in verband met de verlaging van de uitkeringspercentages bij de stelselherziening.

grondslag: Wet van 1 mei 1987 (Stb. 1987, 242) art. 5

periode: 1987 - 1990

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit van 27 mei 1988 (Stb. 1988, 311)

opmerking: De wet van 1 mei 1987 gold voor daglonen ingevolge de WW, de WWV en de WAO.

waardering: B 1

(223)

handeling: Het vaststellen van regels inzake het inhouden van bepaalde premies op de vakantieuitkering.

grondslag: Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (Stb. 1966, 84) zoals gewijzigd (Stb. 1979, 711) art. 79a derde en vierde lid (b.w. Stb. 1986, 639)

periode: 1979 - 1986

product: ministeriële regeling

waardering: V 5 jaar

(225)

handeling: Het (sinds 1987 bij amvb) vaststellen van nadere regels inzake de bepaling van de grondslag van personen die voorafgaand aan het intreden van de arbeidsongeschiktheid, niet in een voor zijn beroep normaal te achten duur arbeid heeft verricht.

grondslag: Algemene Arbeidsongeschiktheidswet (Stb. 1975, 674) zoals gewijzigd (Stb. 1979, 708) art. 10 vijfde tot en met negende lid, gewijzigd (Stb. 1988, 567) zesde lid

periode: 1979 -

product: ministeriële regeling / algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit regels arbeid van normaal te achten duur AAW (Stcrt. 1980, 133; vervangen 1987, Stb. 42)

- Besluit gemiddeld per dag verworven inkomen AAW (Stcrt. 1980, 133; vervangen 1987, Stb. 43)

waardering: B 5

(226)

handeling: Het vaststellen van regels inzake de bepaling van de periode voor de herbeoordeling van de grondslag voor de AAW-uitkering.

grondslag: Algemene Arbeidsongeschiktheidswet (Stb. 1975, 674) zoals gewijzigd (Stb. 1979, 708) art 10a tweede en derde lid (b.w. Stb. 1987, 567)

periode: 1979 - 1987

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Besluit herbeoordelingsperiode (Stcrt. 1980, 133)

waardering: B 5

(227)

handeling: Het vaststellen van nadere regels met betrekking tot de toepassing van de vereveningsbijdrage.

grondslag: Werkloosheidswet (Stb. 1949, J 423) zoals gewijzigd (Stb. 1979, 711) art. 26 derde lid; Algemene Arbeidsongeschiktheidswet (Stb. 1975, 674) zoals gewijzigd (Stb. 1982, 737) art. 76a, gewijzigd (Stb. 1989, 127) art. 41a derde en vierde lid; Wet van 29 december 1982 (Stb. 1982, 737) art. III tweede lid en V

periode: 1979 -

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Regeling toerekening vereveningsbijdrage (Stcrt. 1980, 108)

waardering: B 1

(228)

handeling: Het vaststellen van nadere regels inzake de maximering van AAW-uitkeringen van gehuwden.

grondslag: Algemene Arbeidsongeschiktheidswet (Stb. 1975, 674) zoals gewijzigd (Stb. 1979, 708) art. 12c derde lid (b.w. Stb. 1986, 567); Wet invoering gelijke uitkeringsrechten voor mannen en vrouwen (Stb. 1979, 708) art. IV tiende lid

periode: 1979 - 1986

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Besluit ex art. 12c, derde lid (Stcrt. 1986, 251)

waardering: B 1

(229)

handeling: Het vaststellen van nadere regels inzake de maximering van Ziektewetuitkeringen op 100% van het loon.

grondslag: Ziektewet (Stb. 1929, 374) zoals gewijzigd (Stb. 1984, 309) art. 29, gewijzigd (Stb. 1987, 88) art. 29 tiende lid (b.w. Stb. 1993, 750)

periode: 1984 - 1993

product: regels

waardering: B 1

(230)

handeling: Het, gehoord de Sociaal-Economische Raad, (bij amvb) herzien van de hoogte van pensioenen, uitkeringen en vrijstellingsbedragen ingevolge de AOW, de AWW/Anw en de Kinderbijslagwetten.

grondslag: Algemene Ouderdomswet (Stb. 1956, 281) art. 9, 66 en (sinds Stb. 1979, 711) 22c, gewijzigd (Stb. 1985, 181) art. 12 en 30; Algemene Weduwen- en Wezenwet (Stb. 1959, 139) art. 21 en (sinds Stb. 1979, 711) art. 37c, gewijzigd (Stb. 1989, 127) art. 20, 21a tweede lid en 37c; Algemene Nabestaandenwet (Stb. 1995, 690) art. 17-19, 25, 29 en 31; Algemene Kinderbijslagwet (Stb. 1962, 160) art. 11a, vernummerd (Stb. 1980, 1) art. 13; Kinderbijslagwet voor loontrekkenden (Stb. 1962, 257) art. 22 (b.w. Stb. 1979, 709); Kinderbijslagwet voor kleine zelfstandigen (Stb. 1962, 257) art. 11 en (sinds Stb. 1964, 581) art. 9a (b.w. Stb. 1979, 709); Wet herziening aanpassingsmechanismen en vaststelling hoogte sociaal minimum (Stb. 1979, 711) art. IV-V

periode: 1945 -

product: algemene maatregel van bestuur / ministeriële regeling

opmerking: Aanvankelijk werd de hoogte van de pensioenen en uitkeringen bij amvb gewijzigd, sinds 1972 gebeurt dit bij ministeriële regeling. Ook bestond de mogelijkheid om bij amvb te besluiten een wijziging van de hoogte (ten dele) achterwege te laten.

waardering: B 1

(231)

handeling: Het (bij amvb) besluiten tot (tijdelijke) verhoging van de kinderbijslagen.

periode: 1945 - 1962

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Beschikking van de Secretarissen-Generaal van Sociale Zaken en Financiën van 30 november 1942 (Stcrt. 1943, 19)

- Besluit van 10 augustus 1945 (Stb. 1945, F 143)

waardering: B 1

(232)

handeling: Het bij amvb vaststellen van voorwaarden voor de herziening van de bedragen van de kinderbijslagregelingen.

grondslag: Algemene Kinderbijslagwet (Stb. 1962, 160) art. 11a eerste lid (b.w. Stb. 1979, 711); Kinderbijslagwet voor loontrekkenden (Stb. 1962, 257) art. 22 eerste lid (b.w. Stb. 1979, 709); Kinderbijslagwet voor kleine zelfstandigen (Stb. 1962, 257) art. 11 eerste lid (b.w. Stb. 1979, 709)

periode: 1962 - 1980

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit voorwaarden herziening kinderbijslagbedragen (Stb. 1963, 285)

waardering: B 1

(233)

handeling: Het vaststellen van regels voor het herleiden van gedeelten van jaarpremies en van kalenderjaren tot hele jaarpremies en kalenderjaren in verband met kortingen op het pensioen.

grondslag: Algemene Ouderdomswet (Stb. 1956, 281) art. 10 zesde lid; vernummerd (Stb. 1972, 65) vijfde lid; gewijzigd (Stb. 1985, 181) art. 13 derde lid

periode: 1956 -

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Regeling van de staatssecretaris van Sociale Zaken van 17 juni 1957, nr. 1869 (Stcrt. 1957, 118)

- Regeling herleiding gedeelten van kalenderjaren en van jaarpremies (Stcrt. 1985, 125)

waardering: V 5 jaar na vervallen

(234)

handeling: Het stellen van regels inzake de vaststelling van het inkomen van de partner van de pensioengerechtigde bij de vaststelling van het pensioen en eventuele toeslagen.

grondslag: Algemene Ouderdomswet (Stb. 1956, 281) zoals gewijzigd art. 10 vijfde lid; vernummerd (Stb. 1988, 119) vierde lid

periode:

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Inkomensbesluit-AOW (Stcrt. 1988, 64)

- Inkomensbesluit AOW 1996 (Stcrt. 1996, 122)

waardering: B 1

(235)

handeling: Het aanwijzen van gevallen waarin het pensioen van echtgenotes jonger dan de pensioengerechtigde niet gekort wordt.

grondslag: Algemene Ouderdomswet (Stb. 1956, 281) art. 10 tweede lid (b.w. Stb. 1985, 180)

periode: 1956 - 1985

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Regeling van de staatssecretaris van Sociale Zaken van 15 maart 1957, nr. 1459 (Stcrt. 1957, 56)

waardering: B 1

(236)

handeling: Het vaststellen van regels voor de toepassing van art. 72 voor ongehuwde pensioengerechtigden met een kind jonger dan 18 jaar.

grondslag: Algemene Ouderdomswet (Stb. 1956, 281) zoals gewijzigd (Stb. 1986, 563) art. 72a

periode: 1986 - 1988

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Regels op grond van artikel 72a AOW (ongehuwde pensioengerechtigden met jonge kinderen) (Stcrt. 1986, 250)

waardering: B 1

(237)

handeling: Het herzien van de pensioen- en uitkeringsbedragen AOW en AWW welke buiten beschouwing dienen te blijven bij een pensioenregeling van een fonds of werkgever.

grondslag: Algemene Ouderdomswet (Stb. 1956, 281) zoals gewijzigd (Stb. 1970, 350) art. 60a; gewijzigd (Stb. 1985, 181) art. 72 (b.w. Stb. 1994, 496); Regels op grond van artikel 72a AOW (ongehuwde pensioengerechtigden met jonge kinderen (Stcrt. 1986, 250) art. 2 tweede en derde lid; Algemene Weduwen- en Wezenwet (Stb. 1959, 139) zoals gewijzigd (Stb. 1970, 350) art. 21a

periode: 1970 -

product: ministeriële regeling

opmerking: De wijzigingen van de bedragen zijn in de Staatscourant gepubliceerd.

waardering: B 1

(238)

handeling: Het, gehoord de Sociaal-Economische Raad, verlenen van vrijstelling van wettelijke bepalingen inzake het niet mogen wijzigen van pensioentoezeggingen in pensioenregelingen, die rekening houden met een pensioen of uitkering ingevolge de AOW en de AWW.

grondslag: Algemene Ouderdomswet (Stb. 1956, 281) zoals gewijzigd (Stb. 1985, 180) art. 73 (b.w. Stb. 1994, 496); Regels op grond van artikel 72a AOW (ongehuwde pensioengerechtigden met jonge kinderen) (Stcrt. 1986, 250) art. 3; Algemene Weduwen- en Wezenwet (Stb. 1959, 139) zoals gewijzigd (Stb. 1967, 396) art. 21 veertiende lid, vernummerd (Stb. 1972, 43) tiende lid en (sinds Stb. 1970, 350) art. 21a derde en vierde lid; gewijzigd (Stb. 1985, 180) art. 21b (b.w. Stb. 1994, 496)

periode: 1967 - 1994

product: beschikking

waardering: V 40 jaar

(240)

handeling: Het stellen van nadere regels met betrekking tot de vakantie-uitkering.

grondslag: Algemene Ouderdomswet (Stb. 1956, 281) zoals gewijzigd (Stb. 1970, 350) art. 22d; vernummerd (Stb. 1979, 711) art. 22f, gewijzigd (Stb. 1985, 181) art. 33; Algemene Weduwen- en Wezenwet (Stb. 1959, 139) zoals gewijzigd (Stb.1970, 350) art. 37e, vernummerd (Stb. 1979, 711) art. 37f en (sinds Stb. 1989, 127) 37b tiende lid; Wet van 9 juli 1970 (Stb. 1970, 350) art. XII; Algemene Nabestaandenwet (Stb. 1995, 690) art. 32 en 50

periode: 1970 -

product: ministeriële regeling

waardering: B 1

(241)

handeling: Het, in overeenstemming met de minister van WVC, vaststellen van regels voor de verhoging van de kinderbijslag met een opslag.

grondslag: Algemene Kinderbijslagwet (Stb. 1962, 160) zoals gewijzigd (Stb. 1991, 957) art. 13a (b.w. Stb. 1994, 957)

periode: 1991 - 1994

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Regeling opslagen kinderbijslag (Stcrt. 1991, 252)

waardering: B 5

(242)

handeling: Het bij amvb regelen van de mogelijkheid naast het ziekengeld bijdragen te verstrekken voor sociale fondsen.

grondslag: Ziektewet (Stb. 1935, 32) art. 145, gewijzigd (Stb. 1952, 343) art. 87 tweede lid, gewijzigd (Stb. 1993, 750) art. 59

periode: 1945 - 1994

product: onder meer

- Besluit van 9 mei 1950 (Stb. 1950, K176)

- Besluit van 17 juli 1954 (Stb. 1954, 315)

- Besluit van 12 juli 1962 (Stb. 1962, 252)

opmerking: Onder “bijdragen” worden ook verstaan: (vakantie)bonnen, zegels, certificaten en andere dergelijke bewijzen.

waardering: B 1

(243)

handeling: Het bij amvb vaststellen van bijzondere bepalingen voor de toepassing van de Ziektewet op bepaalde groepen personen.

grondslag: Ziektewet (Stb. 1929, 374) zoals gewijzigd (Stb. 1935, 32) art. 145, gewijzigd (Stb. 1952, 474) art. 87 eerste (en derde) lid

periode: 1945 -

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit ziekengeld bij bijzondere werktijdregeling (Stb. 1959, 321; vervangen Stb. 1961, 298; Stb. 1967, 360; Stb. 1970, 293)

- Besluit toepassing van de Ziektewet ten aanzien van partieel leerplichtige werknemers (Stb. 1972, 750)

waardering: B 1

(246)

handeling: Het (bij amvb) geven van nadere regels in situaties waarin de Ziektewet niet heeft voorzien.

grondslag: Ziektewet (Stb. 1935, 32) art. 36 eerste lid en 144, gewijzigd (Stb. 1952, 474) art. 45, 59 en 86 (b.w. Stb. 1992, 82); Wet overgangsregeling Ziektewet (Stb. 1967, 103) art. 22

periode: 1945 - 1992

product: algemene maatregel van bestuur / ministeriële regeling

waardering: B 1

(247)

handeling: Het bij amvb vaststellen van regels voor de bevoegdheid van bedrijfsverenigingen om toestemming aan werkgevers te geven voor het zelf dragen van het risico van de wettelijke ziektegeldverzekering.

grondslag: Organisatiewet Sociale Verzekering (Stb. 1952, 344) zoals gewijzigd (Stb. 1993, 750) art. 10a eerste lid

periode: 1994

product: algemene maatregel van bestuur

waardering: B 1

(249)

handeling: Het vaststellen van regelingen inzake de subsidiëring van wachtgeldregelingen.

periode: 1945 - 1952

product: ministeriële regelingen, onder andere:

- Wachtgeldregeling 1946 (Stcrt. 1945, 131)

waardering: B 1

(250)

handeling: Het vaststellen dat een publiekrechtelijke werkloosheidsregeling gelijkwaardig is aan de regeling van de Werkloosheidswet.

grondslag: Werkloosheidswet (Stb. 1949, J 423) art. 4 eerste lid; Wet van 20 juli 1967 (Stb. 1967, 396) art. XIV eerste lid

periode: 1949 - 1980

product: beschikking

waardering: V 5 jaar

(251)

handeling: Het bij amvb vaststellen van regels voor aanspraken op een werkloosheidsuitkering ingevolge de ABP voor bepaalde groepen ambtenaren.

grondslag: Werkloosheidswet (Stb. 1949, J 423) zoals gewijzigd (Stb. 1967, 396) art. 6 derde lid; Invoeringswet stelselherziening sociale zekerheid (Stb. 1986, 567) art. 10

periode: 1981 -

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit voorschriften inzake aanspraken bij onvrijwillige werkloosheid voor bepaalde groepen ambtenaren in de zin van de Algemene burgerlijke pensioenwet (Stb. 1979, 769; vervangen Stb. 1986, 686)

waardering: B 1

(252)

handeling: Het bij amvb stellen van regels ten aanzien van de aanspraak op een wachtgeld- of werkloosheidsuitkering.

grondslag: Werkloosheidswet (Stb. 1949, J 423) art. 36 vijfde lid, vernummerd (Stb. 1953, 117) art. 27 vijfde lid; Werkloosheidswet (Stb, 1986, 566) zoals gewijzigd (Stb. 1990, 316) art. 19 achtste lid, vernummerd (Stb. 1993, 744) zevende lid; Wet tot nadere wijziging van de Werkloosheidswet (Stb. 1993, 744) art. III derde lid; Invoeringswet stelselherziening sociale zekerheid (Stb. 1986, 567) art. 9 en 21 vijfde lid

periode: 1949 -

product: algemene maatregel van bestuur / ministeriële regeling, onder andere:

algemene maatregel van bestuur

- Besluit aanspraak wachtgeld haringdrijfnetvisserij (Stb. 1952, 482; vervangen Stb. 1959, 349)

- Besluit aanspraak wachtgeld baksteenindustrie (Stb. 1953, 656; vervangen Stb. 1961, 52)

ministeriële regeling

- Besluit overgangsregels werkloosheidswetten stelselherziening sociale zekerheid (Stcrt. 1987, 130)

waardering: B 1

(254)

handeling: Het bij amvb stellen van regels ten aanzien de berekening van het verlies van arbeidstijd bij het beslissen tot het toekennen van een werkloosheidsuitkering.

grondslag: Werkloosheidswet (Stb. 1986, 566) art. 16 derde lid, vernummerd (Stb. 1993, 744) vijfde lid, gewijzigd

periode: 1986 -

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit nadere regeling verlies van arbeidsuren (Stb. 1986, 687)

waardering: B 5

(255)

handeling: Het (vanaf 1986 bij amvb) vaststellen van regels betreffende de referte-eis (het aantal dagen dat een werknemer arbeid verricht moet hebben in een bepaalde periode voorafgaand aan de intrede van werkloosheid).

grondslag: Werkloosheidswet (Stb. 1949, J 423) zoals gewijzigd (Stb. 1981, 133) art. 35 zesde lid; Werkloosheidswet (Stb. 1986, 566) art. 17 vierde lid en 42 negende lid, gewijzigd (Stb. 1994, 955) 17a derde lid en 17b zevende lid

periode: 1981 -

product: regeling, onder andere:

- Besluit verlaagde dagen-eis Werkloosheidswet (Stcrt. 1981, 80)

- Overgangsmaatregel gewerkte-dagen-eis Werkloosheidswet (Stcrt. 1981, 172)

- Besluit gewerkte dagen-eis bij herhalingswerkloosheid (Stcrt. 1982, 82)

algemene maatregel van bestuur

- Besluit verlaagde wekeneis en arbeidsverledeneis Werkloosheidswet (Stb. 1987, 633)

- Besluit gelijkstelling loondagen Werkloosheidswet (Stb. 1991, 483)

waardering: B 1

(257)

handeling: Het bij of krachtens amvb vaststellen van bijzondere bepalingen voor de toepassing van de Werkloosheidswet op bepaalde groepen personen.

grondslag: Werkloosheidswet (Stb. 1949, J 423) zoals gewijzigd (Stb. 1961, 262) art.21 zevende lid, gewijzigd (Stb. 1967, 396) art. 49a; Besluit beperking recht op uitkering van personen, die met onderbrekingen bij dezelfde werkgever werkzaam zijn (Stb. 1976, 719) art. 1 derde lid

periode: 1962 -

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit uitkering ingevolge de WW bij bijzondere werktijdregeling (Stb. 1961, 301; vervangen Stb. 1967, 363; Stb. 1970, 292)

- Besluit beperking recht op uitkering aan personen bedoeld in artikel 5, onder e, van de Werkloosheidswet (Stb. 1968, 36)

- Besluit toepassing van de Werkloosheidswet ten aanzien van partieel leerplichtige werknemers (Stb. 1972, 749)

- Besluit beperking recht op uitkering van personen, die met onderbrekingen bij dezelfde werkgever werkzaam zijn (Stb. 1976, 719)

- Besluit werkloosheidsuitkering cursisten aan een Centrum voor vakopleiding (Stb. 1983, 373)

waardering: B 1

(261)

handeling: Het bij amvb stellen van regels omtrent het begrip passende arbeid.

grondslag: Werkloosheidswet (Stb, 1986, 566) zoals gewijzigd (Stb. 1994, 955) art. 24 vierde lid

periode: 1994 -

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit passende arbeid schoolverlaters en academici (Stb. 1995, 604)

waardering: B 1

(262)

handeling: Het voor de toepassing van de werkloosheidswetgeving gelijkstellen van uitkeringen met ouderdomspensioen.

grondslag: Werkloosheidswet (Stb, 1986, 566) art. 34 zevende lid, vernummerd (Stb. 1993, 744) achtste lid

periode: 1987 -

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Regeling gelijkstelling van uitkeringen met ouderdomspensioen (Stcrt. 1991, 244)

waardering: B 5

(263)

handeling: Het bij amvb vaststellen van nadere regels in verband met de overgang van de invaliditeits- en ongevallenwetten naar de WAO.

grondslag: Wet overgangsregeling arbeidsongeschiktheidsverzekering (Stb. 1967, 102) art. 18, 20 tweede lid en 57 tweede lid

periode: 1967 -

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit van 22 juni 1967 (Stb. 1967, 333)

- Besluit verhoging daglonen van in het buitenland wonende personen (Stb. 1967, 338)

- Besluit uitvoering afwikkeling liquidatieuitkeringen en voorzieningen (Stb. 1967, 453) (dit besluit mede op grond van de Liquidatiewet ongevallenwetten en de Liquidatiewet invaliditeitswetten)

waardering: B 1

(264)

handeling: Het vaststellen van regels inzake het vastleggen van gegevens door werkgevers omtrent bedrijfsongevallen en beroepsziekten en verstrekken van inlichtingen daaruit aan bedrijfsverenigingen of een door de bedrijfsvereniging of de GMD aangewezen instelling .

grondslag: Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (Stb. 1966, 84) art. 64, gewijzigd (Stb. 1976, 473) art. 98c

periode: 1966 -

product: ministeriële regeling

waardering: B 5

(265)

handeling: Het bij amvb vaststellen van regels waarbij personen die niet verzekerd zijn en die (meer) arbeidsongeschikt worden als gevolg van een beroepsziekte als verzekerd kunnen worden beschouwd.

grondslag: Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (Stb. 1966, 84) art. 17 vierde lid en 66 vierde lid

periode: 1966 -

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit aanspraken bij beroepsziekten van niet ingevolge de WAO verzekerden (Stb. 1967, 380)

waardering: B 1

(266)

handeling: Het bij of krachtens amvb vaststellen van nadere regels inzake de invulling van het begrip arbeidsongeschiktheid in de zin van de arbeidsongeschiktheidsverzekeringen (WAO en AAW).

grondslag: Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (Stb. 1966, 84) zoals gewijzigd (Stb. 1976, 473) art. 18 derde lid, gewijzigd (Stb. 1986, 561) achtste lid; Algemene Arbeidsongeschiktheidswet (Stb. 1975, 674) art. 5 derde lid, vernummerd (Stb. 1986, 561) negende lid; Schattingsbesluit (Stb. 1994, 596) art. 7

periode: 1976 -

product: algemene maatregel van bestuur / ministeriële regeling, onder andere:

- Regels met betrekking tot het arbeidsongeschiktheidscriterium (Stb. 1976, 415; vervangen Stb. 1980, 264)

- Schattingsbesluit (Stb. 1994, 596)

opmerking: Nadere regels op grond van het Schattingsbesluit worden door de minister van Sociale Zaken in overeenstemming met de ministers van Binnenlandse Zaken en Defensie vastgesteld. Dit in verband met de toepasselijkheid op de Algemene burgerlijke pensioenwet en Algemene militaire pensioenwet.

waardering: B 1

(267)

handeling: Het (bij of krachtens) amvb vaststellen van nadere regels inzake het recht op toekenning van een arbeidsongeschiktheidsuitkering.

grondslag: Algemene Arbeidsongeschiktheidswet (Stb. 1975, 674) zoals gewijzigd (Stb. 1979, 708) art. 6 derde, tiende en elfde lid, 8 tweede lid en 90; Wet invoering gelijke uitkeringsrechten mannen en vrouwen (Stb. 1979, 708) art. VI derde lid; Invoeringswet stelselherziening (Stb. 1987, 567) art. 59; Wet van 3 mei 1989 (Stb. 1989, 126) art. V

periode: 1979 -

product: ministeriële regeling / algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit van 2 november 1976 (Stb. 1976, 567)

- Besluit van 28 april 1980 (Verzekerden die geacht worden voor het intreden van de arbeidsongeschiktheid inkomen te hebben verworven) (Stb. 1980, 263)

- Inkomensbesluit AAW (Stcrt. 1980, 133, vervangen Stb. 1986, 657)

- Afwijkende regelen met betrekking tot het intreden van de arbeidsongeschiktheid (Stcrt. 1980, 169)

opmerking: Tot 1986 werd een deel van de hier bedoelde regels bij ministeriële regeling vastgesteld, sindsdien bij amvb.

waardering: B 1

(268)

handeling: Het vaststellen van nadere regels inzake de bevoegdheid van bedrijfsverenigingen tot weigering van een arbeidsongeschiktheidsuitkering in geval van arbeidsongeschiktheid bij aanvang van de verzekering.

grondslag: Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (Stb. 1966, 84) zoals gewijzigd (Stb. 1979, 708) art. 30 vierde lid; Algemene Arbeidsongeschiktheidswet (Stb. 1975, 674) zoals gewijzigd (Stb. 1979, 708) art. 21 vijfde lid

periode: 1979 -

product: ministeriële regeling

waardering: B 1

(269)

handeling: Het (bij of krachtens amvb) vaststellen van nadere regels voor de toekenning van voorzieningen tot behoud, herstel of ter bevordering van arbeidsgeschiktheid, genees- en heelkundige voorzieningen en voorzieningen tot verbetering van de levensomstandigheden door de bedrijfsverenigingen.

grondslag: Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (Stb. 1966, 84) art. 61 eerste lid en 65 (b.w. Stb. 1976, 473); Algemene Arbeidsongeschiktheidswet (Stb. 1975, 674) art. 57 derde lid en (Stb. 1986, 300) art. 57a tweede lid; Regelen met betrekking tot voorzieningen tot behoud, herstel of ter bevordering van de arbeidsgeschiktheid en andere voorzieningen (Stb. 1976, 434) art. 4 derde lid, 5 tweede en derde lid, 6 vierde lid, 6a en 7 tweede lid; Besluit AAW-voorzieningenverstrekking (Stb. 1994, 150) art. 15

periode: 1966 -

product: algemene maatregel van bestuur / ministeriële regeling, onder andere:

algemene maatregelen van bestuur

- Regelen met betrekking tot voorzieningen tot behoud, herstel of ter bevordering van de arbeidsgeschiktheid en andere voorzieningen (Stb. 1976, 434)

- Besluit AAW-voorzieningenverstrekking (Stb. 1994, 150)

ministeriële regels krachtens amvb

- Besluit van 12 oktober 1976, nr. 54 772 (Stcrt. 1976, 199)

- Besluit gezinsverzorging en huishoudelijke hulp/AAW (Stcrt. 1978, 266)

- Besluit A.D.L.-assistentie/AAW (Stcrt. 1981, 102)

- Besluit inkomensgrens vervoersvoorzieningen buitenshuis/AAW (Stcrt. 1983, 59)

- Besluit beperking telefoonkostenvergoeding (Stcrt. 1985, 141)

- Besluit vergoeding extra gesprekskosten telefoon (Stcrt. 1985, 208)

- Tijdelijk besluit vergoeding onderhouds- en keuringskosten van woonvoorzieningen AAW (Stcrt. 1986, 56)

- Besluit vervoer onderwijs ontvangenden AAW (Stcrt. 1986, 100)

- Besluit doventolkvoorziening AAW (Stcrt. 1988, 34)

- Besluit taakverlichting alleenstaande werkenden/AAW (Stcrt. 1989, 222)

- Regeling vervoerskostenvergoeding/AAW (Stcrt. 1991, 213; vervangen Stcrt, 1992, 22, Stcrt. 1992, 210, Stcrt. 1993, 232)

- Intrekkingsregeling AAW-voorzieningen januari 1994 (Stcrt. 1993, 217)

- Regeling vergoeding persoonlijke ondersteuning gehandicapte werknemers (Stcrt. 1994, 43)

- Regeling leefvervoersvoorzieningen ten behoeve van niet in Nederland woonachtige AAW-verzekerden (Stcrt. 1994, 43)

waardering: B 1

(270)

handeling: Het (bij of krachtens amvb) vaststellen van nadere regels voor de reïntegratie van arbeidsongeschikten, onder andere ten aanzien van

- de bonus/malus-regeling;

- loonkostensubsidies;

- loon- en inkomenssuppletie;

- stimuleringsuitkeringen.

grondslag: Algemene Arbeidsongeschiktheidswet (Stb. 1975, 674) zoals gewijzigd (Stb. 1992, 82) art. 59b, 59d derde lid, 59j tweede lid en art. 59n; Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (Stb. 1966, 84) zoals gewijzigd (Stb. 1995, 560) art. 60, 62 en 63 vierde lid; Wet terugdringing beroep op de arbeidsongeschiktheidsregelingen (Stb. 1993, 412) art. XV; Wet privatisering ABP art. 32; Algemene militaire pensioenwet art. X6

periode: 1992 -

product: algemene maatregel van bestuur / ministeriële regeling, onder andere:

algemene maatregel van bestuur

- Besluit inkomenssuppletie AAW (Stb. 1996, 187)

- Besluit loonsuppletie (Stb. 1996, 188)

ministeriële regeling

- Uitvoeringsregeling Hoofdstuk III B AAW (Stcrt. 1992, 42)

waardering: B 1

(271)

handeling: Het, in overeenstemming met de minister van Binnenlandse Zaken, bij of krachtens amvb vaststellen van nadere regels voor de Wet plaatsing van minder-valide arbeidskrachten of de Wet arbeid gehandicapte werknemers.

grondslag: Wet plaatsing van minder-valide arbeidskrachten (Stb. 1947, H 283) art. 13; Wet arbeid gehandicapte werknemers (Stb. 1986, 300) art. 1 onder b en d, 3 zesde lid, vernummerd (Stb. 1995, 355) vijfde lid, 5 tweede en derde lid, 6 vijfde lid, 10, 11 tweede en vierde lid en 28; Besluit ter uitvoering van de Wet arbeid gehandicapte werknemers (Stb. 1988, 294) art. 2

periode: 1947 -

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit ter uitvoering van de Wet arbeid gehandicapte werknemers (Stb. 1988, 294)

ministeriële regeling, onder andere:

- Besluit tot aanwijzing van scholingsinstituten (Stcrt. 1991, 210)

waardering: B 1

(272)

handeling: Het bij amvb vaststellen van regels omtrent de verhouding tussen het aantal werknemers en het aantal gehandicapte werknemers voor bepaalde ondernemingen.

grondslag: Wet plaatsing van minder-valide arbeidskrachten (Stb. 1947, H 283) art. 3 tweede en derde lid; Wet arbeid gehandicapte werknemers (Stb. 1986, 300) art. 3

periode: 1947 -

product: algemene maatregel van bestuur

opmerking: Het derde lid van art. 3 van de WAGW bepaalde dat de SVr/het Tica en organen van het Algemeen Burgerlijk Pensioenfonds en het Spoorwegpensioenfonds tot het vaststellen van een dergelijk amvb advies uitgebracht moeten hebben. De advisering kon desgevraagd of uit eigen beweging plaatsvinden. Alvorens advies uit te brengen diende de SVr/het Tica te overleggen met de betrokken bedrijfsvereniging en de GMD. Voor de Raden van Toezicht van het ABP en het SPF gold dat zij dienden te overleggen met de betrokken bedrijfsvereniging en het bestuur of de directie van dat fonds.

Tot nu toe (1997) is een amvb op grond van de WAGW niet tot stand gekomen. Derhalve zijn uitvoerende handelingen die hiermee samenhangen niet opgenomen, zoals het verlenen van vrijstelling van de quotumverplichting door de minister van SZW, eventueel in overeenstemming met de minister van Binnenlandse Zaken en de minister van Defensie (art. 4 WAGW) en het innen van boetes bij en toekennen van vergoedingen aan werkgevers door de bedrijfsverenigingen en het ABP (art. 5 en 11 WAGW).

waardering: B 1

(274)

handeling: Het stellen van regels ter bepaling in hoeverre zich de arbeidsbemiddelingstaak van de bedrijfsverenigingen en het ABP zich uitstrekt.

grondslag: Wet arbeid gehandicapte werknemers (Stb. 1986, 300) zoals gewijzigd (Stb. 1995, 560) art. 16 derde lid

periode: 1995 -

product: ministeriële regeling

waardering: B 5

(275)

handeling: Het vaststellen van regels inzake het recht op en de hoogte van een uitkering ingevolge de Toeslagenwet.

grondslag: Toeslagenwet (Stb. 1986, 562) art. 4 tweede lid, 8 zesde lid en 9

periode: 1987 -

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Regels recht op toeslag tijdens eerste zes weken van ziekte (Stcrt. 1986, 250)

- Regels gelijkstelling ander inkomen met loondervingsuitkering (Stcrt. 986, 250)

waardering: B 1

(276)

handeling: Het bij amvb vaststellen van nadere regels betreffende de bepaling van het inkomen van een uitkeringsgerechtigde.

grondslag: Toeslagenwet (Stb. 1986, 562) art. 6 tweede lid

periode: 1986 -

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Inkomensbesluit Toeslagenwet (Stb. 1986, 659)

waardering: B 1

(277)

handeling: Het bij amvb vaststellen van regels ten aanzien van de indeling van de gemeenten in klassen voor de toepassing van de Noodwet Ouderdomsvoorziening.

grondslag: Noodwet Ouderdomsvoorziening (Stb. 1947, H 155) art. 3 eerste lid

periode: 1947 - 1956

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit van 5 juli 1947 (Stb. 1947, H 224)

waardering: B 1

(279)

handeling: Het bij amvb aanwijzen van (groepen) personen die gelijkgesteld worden met de kring van uitkeringsgerechtigden voor de Noodwet Ouderdomsvoorziening.

grondslag: Noodwet Ouderdomsvoorziening (Stb. 1947, H 155) art. 4 tweede lid en zoals gewijzigd (Stb. 1950, K 370) art. 5 tweede lid

periode: 1947 - 1956

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit van 19 november 1947 (Stb. 1947 H 368)

- Besluit van 31 juli 1951 (Stb. 1951, 332)

waardering: B 1

(280)

handeling: Het aanwijzen van groepen van gevallen, waarin van bepalingen van de wet ten aanzien van het recht op een ouderdomsuitkering afgeweken mag worden.

grondslag: Noodwet Ouderdomsvoorziening (Stb. 1947, H 155) zoals gewijzigd (Stb. 1950, K 370) art. 10 eerste lid

periode: 1950 - 1956

product: beschikking

waardering: B 1

(281)

handeling: Het vaststellen van regels voor de vaststelling van het jaarlijks inkomen in verband met het bestaan van het recht op een ouderdomsuitkering ingevolge de Noodwet Ouderdomsvoorziening.

grondslag: Noodwet Ouderdomsvoorziening (Stb. 1947, H 155) art. 7

periode: 1947 - 1956

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Beschikking van de Minister van Sociale Zaken van 20 juni 1947, nr. 2756 (Stcrt. 1947, 117)

waardering: B 1

(282)

handeling: Het, in overleg met de minister van Binnenlandse Zaken, geven van voorschriften omtrent de samenstelling, taak en bevoegdheden en de bekostiging van de (plaatselijke) Commissies van Onderzoek.

grondslag: Noodwet Ouderdomsvoorziening (Stb. 1947, H 155) art. 25 vijfde lid en 26 tweede lid

periode: 1947 - 1956

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Regeling van de Ministers van Sociale Zaken en Binnenlandse Zaken van 20 juni 1947, nr. 2758 (afd. S.V.) en nr. 42297 (afd. B.B.) (Stcrt. 1947, 117)

- Regeling van de Minister van Sociale Zaken van 29 april 1948, nr. 2477 (Stcrt. 1948, 85)

- Regeling van de minister van Sociale Zaken van 25 maart 1949, nr. 1479 (Stcrt. 1949, 61)

waardering: B 4

(283)

handeling: Het beslissen in geschillen tussen een gemeentebestuur en een Raad van Arbeid omtrent de hoogte van de vergoeding voor de Commissie van Onderzoek.

grondslag: Regeling van de Minister van Sociale Zaken van 29 april 1948, nr. 2477 (Stcrt. 1948, 85) art. 4-5; Regeling van de minister van Sociale Zaken van 25 maart 1949, nr. 1479 (Stcrt. 1949, 61) art. 4-5

periode: 1948 - 1956

product: beschikking

waardering: V 5 jaar

(284)

handeling: Het bepalen dat de Commissie van Onderzoek moet worden ingesteld door twee gemeenten tezamen, of per deel van een gemeente of voor een bepaalde groep van de bevolking.

grondslag: Noodwet Ouderdomsvoorziening (Stb. 1947, H 155) art. 25 tweede en derde lid

periode: 1947 - 1956

product: beschikking

waardering: V 5 jaar

(285)

handeling: Het (bij amvb) vaststellen van nadere regels voor de uitvoering van de Noodwet Ouderdomsvoorziening en de toeslagenregelingen.

grondslag: Noodwet Ouderdomsvoorziening (Stb. 1947, H 155) art. 36; Wet van 26 maart. 1949 (Stb. 1949, J 143) art. 5; Wet van 20 april 1950 (Stb. 1950, K 158) art. 5

periode: 1947 - 1956

product: algemene maatregel van bestuur / ministeriële regeling

waardering: B 1

(286)

handeling: Het vaststellen van regels inzake het aanmerken van een gehuwde vrouw als kostwinster.

grondslag: Algemene Ouderdomswet (Stb. 1956, 281) art. 7 derde lid (b.w. Stb. 1985, 180)

periode: 1956 - 1985

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Regeling van de minister van Sociale Zaken van 4 december 1956, nr. 5440 (Stcrt. 1956, 241)

waardering: B 1

(287)

handeling: Het vaststellen van nadere regels met betrekking tot de inwerkingtreding van de wet en de overgangsrechten in verband met andere sociale voorzieningen.

grondslag: Algemene Ouderdomswet (Stb. 1956, 281) art. 59, 61 derde lid en 63 negende lid; gewijzigd (Stb. 1985, 181) art. 70; Wet van 28 maart 1985 (Stb. 1985, 180) art. XVI; Wet van 6 november 1986 (Stb. 1986, 563) art III

periode: 1956 -

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Regeling Verlenging overgangsregeling AOW voor aanvullende pensioenregelingen (Stcrt. 1988, 54)

waardering: B 1

(288)

handeling: Het stellen van regels voor de vaststelling van een 'vermoedelijk overlijden' van een verzekerde.

grondslag: Algemene Weduwen- en Wezenwet (Stb. 1959, 139) art. 4; Algemene Nabestaandenwet (Stb. 1995, 690) art. 8

periode: 1959 -

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Beschikking van de staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 13 juli 1959, nr. 2262 (Stcrt. 1959, 134)

opmerking: Het betreft de vaststelling van een overlijdensdatum van mensen die vermist zijn.

Pas na vaststelling van een datum ontstaat het recht voor nabestaanden op een uitkering.

waardering: B 5

(289)

handeling: Het bij amvb vaststellen van regels ten aanzien van vaststelling van het inkomen van een nabestaande.

grondslag: Algemene Nabestaandenwet (Stb. 1995, 690) art. 10 tweede lid en 20

periode: 1995 -

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Inkomens- en samenloopbesluit Anw (Stb. 1996, 306)

waardering: B 5

(290)

handeling: Het (bij amvb) vaststellen van regels waarin bepaald wordt welke personen in afwijking van de bepalingen in de wet recht hebben op een pensioen of uitkering ingevolge de AWW.

grondslag: Algemene Weduwen- en Wezenwet (Stb. 1959, 139) 11 vijfde lid, 14 derde lid, 17 derde lid, vernummerd (Stb. 1965, 347) vierde lid en 18 tweede lid; Algemene Nabestaandenwet (Stb. 1995, 690) art. 15 tweede lid, 23 tweede lid en 27 tweede lid

periode: 1959 -

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Beschikking van de staatssecretaris van Sociale Zaken van 2 juli 1959, nr. 2859 (Stcrt. 1959, 128)

waardering: B 1

(291)

handeling: Het bij amvb aanwijzen van gevallen, waarin uitsluitingsgronden voor het recht op pensioen ingevolge de AWW buiten toepassing blijven.

grondslag: Algemene Weduwen- en Wezenwet (Stb. 1959, 139) zoals gewijzigd (Stb. 1971, 308) art. 59 derde lid

periode: 1971 -

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit van 22 december 1971 (Stb. 1971, 802)

waardering: B 1

(292)

handeling: Het stellen van nadere regels met betrekking tot de inwerkingtreding van de wet en rechten op andere sociale voorzieningen.

grondslag: Algemene Weduwen- en Wezenwet (Stb. 1959, 139) art. 70, 73, 76, 83 en 85;

Wet interimregeling inzake beperking van samenloop van pensioenen en uitkeringen ingevolge de AWW (Stb. 1959, 140) art. 18

periode: 1959 -

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Regelingen uitvoering interimregeling (Stcrt. 1959, 152 en 186)

waardering: B 1

(293)

handeling: Het erkennen van bijzondere kinderbijslagregelingen.

grondslag: Kinderbijslagwet voor loontrekkenden (Stb. 1939, 806) art. 5 en (Stb. 1950, K 369) art. 25a derde lid, vernummerd (Stb. 1952, 475) 22 derde lid

periode: 1945 - 1962

product: beschikking, onder andere:

- Besluit van de Secretaris-Generaal van Sociale Zaken van 28 december 1944 (Stcrt. 1945, 14)

- Besluit van de minister van Sociale Zaken van 24 december 1946 (Stcrt. 1946, 253)

- Besluit van 16 augustus 1947 (Stb. 1947, H 304)

waardering: B 1

(295)

handeling: Het, samen met de minister van Binnenlandse Zaken, van Defensie, van Onderwijs en van Financiën, bij amvb treffen van een kinderbijslagvoorziening voor personen in dienst van een enig overheidsorgaan of een instelling van onderwijs.

grondslag: Kinderbijslagwet voor loontrekkenden (Stb. 1962, 257) art. 10 (b.w. Stb. 1979, 709)

periode: 1962 - 1980

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Kindertoeslagregeling overheidspersoneel (Stb. 1963, 219)

opmerking De kindertoeslagregeling overheidspersoneel (KTO) is in de loop van zijn bestaan verschillende malen aangepast. In 1979 is de regeling gelijk met de KWL en de KKZ ingetrokken.

Zie ook het institutioneel onderzoek `Arbeidsvoorwaarden Rijkspersoneel' voor de handelingen van de andere ministers als overheidswerkgever.

waardering: B 1

(297)

handeling: Het bij amvb bepalen dat bepaalde groepen arbeiders die niet in Nederland wonen voor kinderbijslag in aanmerking komen en dat bepaalde groepen buitenlandse arbeiders die in Nederland wonen niet voor kinderbijslag in aanmerking komen.

grondslag: Kinderbijslagwet voor loontrekkenden (Stb. 1939, 806) art. 26; vernummerd (Stb. 1952, 475) art. 24; Kinderbijslagwet voor invaliditeits-, ouderdoms- en wezenrentetrekkers (Stb. 1948, I 309) art. 10; Noodwet Kinderbijslag Kleine Zelfstandigen (Stb. 1951, 212) art. 4

periode: 1945 - 1962

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit van 20 juni 1947 (Stb. 1947, H 183)

- Besluit kinderbijslag voor in de Bondsrepubliek Duitsland wonende arbeiders (Stb. 1954, 160)

- Besluit kinderbijslag voor arbeiders, die in Spanje hun woonplaats hebben (Stb. 1961, 338)

- Besluit kinderbijslag voor arbeiders, die in Griekenland hun woonplaats hebben (Stb. 1962, 321)

waardering: B 1

(298)

handeling: Het aanwijzen van de gevallen waarin een gehuwde vrouwelijke rentetrekker recht heeft op kinderbijslag.

grondslag: Kinderbijslagwet voor invaliditeits-, ouderdoms- en wezenrentetrekkers (Stb. 1948, I 309) art. 2 eerste lid

periode: 1948 - 1962

product: ministeriële regeling

waardering: B 1

(299)

handeling: Het bij amvb bepalen dat de Kindertoelagewet voor gepensioneerden ook van toepassing is op andere dan in de wet genoemde groepen gepensioneerden of weduwen.

grondslag: Kindertoelagewet voor gepensioneerden (Stb. 1950, K 501) art. 14

periode: 1950 - 1962

product: algemene maatregel van bestuur

opmerking: Een dergelijke amvb diende medevoorbereid te worden door de ministers van Binnenlandse Zaken, Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen, Financiën, Oorlog, Marine, en Verkeer en Waterstaat.

waardering: B 1

(300)

handeling: Het (bij amvb) vaststellen van nadere voorwaarden voor het recht op kinderbijslag.

grondslag: Algemene Kinderbijslagwet (Stb. 1962, 160) art. 7-8 en (van Stb. 1983, 147 tot Stb. 1995, 220) art. 9 tweede lid en zoals gewijzigd (Stb. 1995, 220) art. 27 vierde lid; Kinderbijslagwet voor loontrekkenden (Stb. 1939, 806) zoals gewijzigd (Stb. 1950, K 369) art. 23 vijfde lid, vernummerd (Stb. 1952, 475) art. 19 vijfde lid (gewijzigd Stb. 1962, 257) art. 17 derde lid, 18 en 48 zesde en negende lid (b.w. Stb. 1979, 709); Kinderbijslagwet voor kleine zelfstandigen (Stb. 1951, 212) art. 6 derde lid en zoals gewijzigd (Stb. 1962, 257) art. 5 vijfde lid (b.w. Stb. 1979, 709)

periode: 1950 -

product: ministeriële regeling / algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Regelen inzake het in belangrijke mate onderhouden van een kind door de verzekerde (Stcrt. 1962, 251; vervangen Stcrt. 1964, 217; Stcrt. 1980, 19; Stcrt. 1983, 124)

- Regeling gelijkstelling pleegkinderen (Stcrt. 1963, 6; vervangen Stcrt. 1980, 34; Stcrt. 1982, 254; Stcrt. 1983, 124)

- Regelen inzake recht op tweevoudige kinderbijslag voor uitwonende invalide kinderen (Stcrt. 1983, 64)

- Regelen inzake het als studerend aanmerken van een kind (Stcrt. 1983, 161)

- Regelen inzake recht op kinderbijslag voor werkloze schoolverlaters (Stcrt. 1984, 219; vervangen Stcrt. 1991, 251)

- Regels ter zake van het recht op kinderbijslag voor de deelnemers aan een jeugdwerkplan (Stcrt. 1985, 113)

- Regelen inzake recht op kinderbijslag voor werkloze kinderen in het buitenland (Stcrt. 1990, 164)

- Regels inzake het recht op kinderbijslag in relatie tot de JWG (Stcrt. 1992, 136)

- Besluit onderhoudsvoorwaarden kinderbijslag (Stb. 1995, 451)

- Tijdelijk besluit onderhoudsvoorwaarden kinderbijslag 18-plussers (Stb. 1995, 452)

opmerking: Sinds 1995 worden de regels betreffende het beoordelen van de mate waarin een kind door de verzekerde wordt onderhouden, bij amvb vastgesteld.

waardering: B 1

(301)

handeling: Het stellen van nadere regels met betrekking tot vaststelling van de kosten voor het onderhoud van het kind en tot bepaling van het eigen inkomen van het kind.

grondslag: Algemene Kinderbijslagwet (Stb. 1962, 160) zoals gewijzigd (Stb. 1977, 670) art. 9a; vernummerd (Stb. 1980, 1 ) art. 10; gewijzigd (Stb. 1995, 220) art. 9

Kinderbijslagwet voor loontrekkenden (Stb. 1962, 257) zoals gewijzigd (Stb. 1977, 670) art. 19a (b.w. Stb. 1979, 709); Kinderbijslagwet voor kleine zelfstandigen (Stb. 1962, 257) zoals gewijzigd (Stb. 1977, 670) art. 7a (b.w. Stb. 1979, 709)

periode: 1977 -

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Regelen ter bepaling inkomen kind voor beoordeling recht op kinderbijslag (Stcrt. 1978, 3)

- Regelen ter bepaling inkomen kind voor recht op kinderbijslag (Stcrt. 1980, 17)

- Regeling wijziging rechten onderhoudskosten kinderbijslag (Stcrt. 1980, 193)

- Regeling inkomen kinderbijslag (Stcrt. 1995, 209)

waardering: B 1

(302)

handeling: Het bij amvb stellen van nadere regels inzake het uitkeren van kinderbijslagen aan arbeiders ten behoeve van natuurlijke kinderen.

grondslag: Kinderbijslagwet voor loontrekkenden (Stb. 1939, 806) zoals gewijzigd (Stb. 1950, K 369) art. 90a; vernummerd (Stb. 1952, 475) art. 42

periode: 1950 - 1962

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit van 21 april 1951 (Stb. 1951, 128)

- Besluit toepassing Kinderbijslagwet natuurlijke kinderen (Stb. 1953, 63)

waardering: B 1

(303)

handeling: Het vaststellen van regels ter bepaling wat verstaan moet worden onder 'nalatigheid om in het onderhoud van zich en zijn gezin te voorzien'.

grondslag: Noodwet Kinderbijslag Kleine Zelfstandigen (Stb. 1951, 212) art. 2 derde lid

periode: 1951 - 1962

product: ministeriële regeling

waardering: B 1

(304)

handeling: Het geven van voorschriften over de vaststelling van het aantal kinderen op een peildatum.

grondslag: Kinderbijslagwet voor loontrekkenden (Stb. 1939, 806) zoals gewijzigd (Stb. 1950, K 369) art. 24; vernummerd (Stb. 1952, 475) art. 20; Kinderbijslagwet voor Kleine Zelfstandigen (Stb. 1951, 212) art. 8 derde lid

periode: 1950 - 1962

product: ministeriële regeling

waardering: V 5 jaar

(305)

handeling: Het, in overleg met de ministers van Financiën, Economische Zaken en Landbouw, vaststellen van regels ter bepaling van het inkomen van een zelfstandige.

grondslag: Noodwet Kinderbijslag Kleine Zelfstandigen (Stb. 1951, 212) art. 7, gewijzigd (Stb. 1962, 257) art. 8 (b.w. Stb. 1979, 709)

periode: 1951 - 1980

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Regelen inzake de vaststelling van het inkomen van zelfstandigen (Stcrt. 1962, 251)

waardering: B 5

(306)

handeling: Het vaststellen van een regeling inzake een tegemoetkoming in de kosten van verzorging van thuiswonende meervoudig gehandicapte of ernstig lichamelijk gehandicapte kinderen.

grondslag: Rijksbegroting 1997 art. U 1310; Organisatiewet sociale verzekeringen (Stb. 1994, 916) art. 28 tweede lid; Organisatiewet sociale verzekeringen 1997 (Stb. 1997, 95) art. 25 eerste lid onder f, 28 vijfde lid en 86

periode: 1990 -

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Regeling tegemoetkoming onderhoudskosten thuiswonende meervoudig en ernstig lichamelijk gehandicapte kinderen (TOG) (Stcrt. 1997, 67)

waardering: B 1

Uitvoering werknemersverzekeringen

(307)

handeling: Het vaststellen van regels ten aanzien van de registratie van werkgevers door de bedrijfsverenigingen.

grondslag: Werkloosheidswet (Stb. 1949, J 342) art. 19 zevende lid (b.w. Stb. 1953, 117)

periode: 1949 - 1953

product: ministeriële regeling

waardering: B 5

(308)

handeling: Het vaststellen van voorschriften voor registratie van verzekerden en de gegevensverstrekking tussen uitvoeringsorganen, werkgevers en verzekerden.

grondslag: Organisatiewet Sociale Verzekering (Stb. 1952, 344) zoals gewijzigd (Stb. 1988, 655) art. 1 tweede lid, 23 zesde lid en 50f; vernummerd (Stb. 1993, 660) zevende lid; Wet op de Identificatieplicht (Stb. 1993, 660) art. 23; Organisatiewet sociale verzekeringen (Stb. 1994, 790) art. 59 zevende lid en 96; Organisatiewet sociale verzekeringen 1997 (Stb. 1997, 95) art. 47 eerste en vijfde lid, 48 tweede en 94 eerste lid

periode: 1988 -

product: ministeriële regeling, onder andere:

ten aanzien van gegevensverstrekking door uitvoeringsorganen

- Besluit registratiebericht (Stcrt. 1989, 244)

- Besluit statusoverzicht (Stcrt. 1990, 60)

- Regeling verzending statusoverzicht bedrijfsverenigingen over 1989 (Stcrt. 1990, 191)

- Besluit statusoverzicht (Stcrt. 1991, 217)

ten aanzien van gegevensverstrekking door werkgevers of verzekerden

- Besluit melding bedrijfsvereniging (Stcrt. 1989, 107)

- Regeling invoeringstermijn identificatieplicht verzekerde

- Regeling bewaarplicht identiteitsdocumenten (Stcrt. 1994, 100)

opmerking: De vaststelling van de regelingen gebeurde in overleg met de minister van Financiën en tot 1995 gehoord de SVr.

waardering: B 5

(310)

handeling: Het (bij amvb) vaststellen van nadere regels inzake de aanvraag, toekenning, herziening, schorsing, intrekking en betaalbaarstelling van uitkeringen ingevolge de werknemersverzekeringen.

grondslag: o.m.: Ziektewet (Stb. 1929, 374) zoals gewijzigd (Stb. 1935, 32) art. 17 tweede lid, 32 vierde lid, 40 tweede lid, 41, 42 en 46 derde lid, gewijzigd (Stb. 1952, 474) art. 28 vierde lid, 30 zesde lid, 32, 33, 37 tweede lid en 142 tweede lid, vernummerd (Stb. 1967, 473) 30 zesde lid, 44 derde lid (b.w. Stb. 1992, 82); Werkloosheidswet (Stb. 1949, J 423) zoals gewijzigd (Stb. 1953, 117) art. 47 eerste lid en zoals gewijzigd (Stb. 1967, 396) art. 31 eerste lid, onderdeel g eerste lid; Werkloosheidswet (Stb, 1986, 566) zoals gewijzigd (Stb. 1994, 955) art. 35a; Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (Stb. 1966, 84) art. 12, 20 tweede lid, 24, 26, 30, 39, 40, 45, 46, 46a, 50, 54, 59c(bis) 59e, 68 tweede lid en 99; Wet overgangsregeling arbeidsongeschiktheidsverzekering (Stb. 1967, 102) art. 39 vijfde lid, 42; Wet aanpassing daglonen Wet overgangsregeling arbeidsongeschiktheidsverzekering (Stb. 1971, 340) art. 10; Algemene Arbeidsongeschiktheidswet (Stb. 1975, 674) art. 7 tweede lid, 15, 17, 21, 29, 29a, 36a, vernummerd (Stb. 1995, 560) 29b, 34, 35, 36, 41, 45, 54, 56, 61 en 102; Toeslagenwet (Stb. 1986, 562) zoals gewijzigd (Stb. 1994 916) art. 16; Wet premieheffing over uitkeringen (Stb. 1986, 639) art. XV zevende lid; Besluit van 21 februari 1930 (Stb. 1930, 46) art. 1-3; Besluit van 21 juni 1967 (Stcrt. 1967, 124) art. 3 tweede lid

periode: 1966 -

product: algemene maatregel van bestuur / ministeriële regeling / circulaires, onder andere:

algemene maatregel van bestuur

- Besluit van 20 januari 1930 (Stb. 1930, 18)

- Besluit van 18 april 1935 (Stb. 1935, 194)

- Besluiten van 7 februari 1953 (Stb. 1953, 57 en 60)

ministeriële regeling

- Beschikking 202 van 15 januari 1953 (Stcrt. 1953, 13)

- Beschikking 1230 van 9 mei 1953 (Stcrt. 1953, 90)

- Regelen betreffende schorsing en opschorting van de uitbetaling van de arbeidsongeschiktheidsuitkering (Stcrt. 1967, 128; vervangen Stcrt. 1976, 203)

- Beschikking van 29 juni 1967, nr. 57 916 (Stcrt. 1967, 130)

- Regeling van 30 oktober 1967, nr. 59 859 (Stcrt. 1967, 217)

- Regeling aanwijzing gevallen waarin ter zake van toeneming van arbeidsongeschiktheid de uitkering onmiddellijk wordt herzien (Stcrt. 1967, 133; vervangen Stcrt. 1976, 179)

- Afwijkende regelen inzake het tijdstip van uitbetaling van de vakantieuitkering (Stcrt. 1967, 214; vervangen Stcrt. 1976, 191)

- Regeling inzake betaalbaarstelling uitkeringen ingevolge sociale verzekeringswetten door andere organen dan de Sociale Verzekeringsbank en de bedrijfsverenigingen (Stcrt. 1968, 53; vervangen Stcrt. 1976, 192; Stcrt. 1985, 123)

- Regeling van 16 september 1976, nr. 54 346 (Stcrt. 1976, 191)

- Regeling vergoeding voor reis- en verblijfkosten en voor tijdverlies (Stcrt. 1976, 192)

- Nadere regelen ingevolge art. 40 derde lid, van de WAO in verband met arbeidsongeschikte WSW-ers (Stcrt. 1982, 80)

- Beschikking 86/3976/IIId van 3 november 1986 (Stcrt. 1986, 235)

- Besluit 'opstapje' (Stcrt. 1986, 250)

- Besluit houdende regels inzake compensatie-uitkering (Stcrt. 1987, 252)

- Beschikking Aftrek van inkomsten (Stcrt. 1989, 252)

- Vaststelling bedrag bedoeld in art. 35a van de Werkloosheidswet (Stcrt. 1995, 169)

waardering: B 5

(311)

handeling: Het (bij amvb) bepalen van de verplichtingen van de werkgever bij de uitvoering van de werknemersverzekeringen.

grondslag: Ziektewet (Stb. 1929, 374) zoals gewijzigd (Stb. 1935, 32) art. 9 en 12, gewijzigd (Stb. 1952, 474) art. 11, gewijzigd (Stb. 1967, 473) art. 13 tweede lid en 58 (b.w. Stb. 1995, 691); Werkloosheidswet (Stb. 1949, J 423) art. 11, vernummerd (Stb. 1953, 325) art. 10, vernummerd (Stb. 1967, 421) art. 11 tweede lid; Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (Stb. 1966, 84) art. 12; Kinderbijslagwet voor loontrekkenden (Stb. 1939, 806) art. 13, vernummerd (Stb. 1952, 475) art. 14 (b.w. Stb. 1979, 709)

periode: 1945 - 1995

product: algemene maatregel van bestuur / ministeriële regeling, onder andere:

algemene maatregel van bestuur

- Besluit van 30 januari 1930 (Stb. 1930, 33)

- Besluit van 25 april 1940 (Stb. 1940, 847)

- Besluit van 7 februari 1953 (Stb. 1953, 55)

- Besluit van 28 januari 1953 (Stb. 1953, 61)

ministeriële regeling

- Besluit van 12 juni 1967 (Stcrt. 1967, 124)

opmerking: Onder de verplichtingen van de werkgever wordt o.a. verstaan het geven van de gelegenheid aan werknemers om van de aan hem toekomende bevoegdheden gebruik te maken en het doen van opgave van bedrijfsongevallen en beroepsziekten.

waardering: B 5

(316)

handeling: Het verstrekken van een model voor het wachtgeldreglement.

grondslag: Werkloosheidswet (Stb. 1949, J 423) art. 37 eerste lid, vernummerd (Stb. 1953, 117) art. 28 eerste lid (b.w. Stb. 1964, 484)

periode: 1949 - 1964

product: model

waardering: B 5

(320)

handeling: Het stellen van regels ten aanzien van de inschrijving van werkzoekenden bij het arbeidsbureau.

grondslag: Werkloosheidswet (Stb. 1949, J 423) art. 40 eerste lid, gewijzigd (Stb. 1953, 117) art. 31 eerste lid

periode: 1949 - 1986

product: (ministeriële) regeling, onder andere:

- Regeling inschrijving als werkzoekende bij het orgaan der openbare arbeidsbemiddeling (Stcrt. 1952, 119)

waardering: B 5

(321)

handeling: Het bepalen dat bepaalde groepen niet hoeven te voldoen aan de inschrijving als werkzoekende bij het arbeidsbureau.

grondslag: Regeling inschrijving als werkzoekende bij het orgaan der openbare arbeidsbemiddeling (Stcrt. 1952, 119) art. 3

periode: 1952 - 1986

product: regeling

opmerking: De regeling diende door het AWf en de directeur generaal gezamenlijk getroffen te worden, bij onenigheid tussen die twee kon de minister een dergelijke regeling vaststellen.

waardering: B 5

(322)

handeling: Het vaststellen van nadere regels inzake de berekening van de contante waarde van het verhaal op degene die arbeidsongeschiktheid veroorzaakt heeft.

grondslag: Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (Stb. 1966, 84) art. 90 tweede lid

periode: 1966 -

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Regelen ex artikel 90 WAO (Stcrt. 1969, 167)

- Regelen ex art. 90 tweede lid WAO (Stcrt. 1980, 253)

waardering: B 5

(327)

handeling: Het bij amvb regelen van vrijstellingen van verzekering krachtens de Ziektewet.

grondslag: Ziektewet (Stb. 1929, 374) zoals gewijzigd (Stb. 1935, 32) art. 31 derde lid, vernummerd (Stb. 1952, 474) art. 27 derde lid (b.w. Stb. 1966, 85)

periode: 1945 - 1966

product: - Besluit van 30 maart 1935 (Stb. 1935, 165)

- Besluit van 27 februari 1953 (Stb. 1953, 101)

waardering: B 1

(334)

handeling: Het verstrekken van subsidies aan ondernemingen of wachtgeldfondsen die een wachtgeldregeling uitvoeren.

grondslag: o.m. Wachtgeldregeling 1946 (Stcrt. 1945, 131) art. 1 e.v.

periode: 1945 - 1952

product: beschikking

opmerking: Tot de voorwaarden voor een subsidie (aanvankelijk 60% van de kosten, later 50%) behoorde de goedkeuring van de regeling. De aanvraag werd vanaf 1946 bij het Gewestelijk Arbeidsbureau ingediend die, evenals de Arbeidsinspectie, zijn advies daarover uitbracht.

waardering: B 5

(351)

handeling: Het stellen van regels met betrekking tot de eisen waaraan loongarantieregelingen moeten voldoen.

grondslag: Werkloosheidswet (Stb. 1949, J 423) zoals gewijzigd (Stb. 1977, 266) art. 42q tweede lid en 42s; Werkloosheidswet (Stb. 1986, 566) art. 69 vijfde lid en 71 (b.w. Stb. 1995, 685); Wet tijdelijke bijdrage herstructurering arbeidsvoorziening havens (Stb. 1995, 685) art. 11 tweede lid

periode: 1986 - 1995

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Vaststelling eisen waaraan een loongarantieregeling moet voldoen (Stcrt. 1977, 130; vervangen Stcrt. 1986, 250)

waardering: B 1

(352)

handeling: Het aanwijzen van groepen van werkgevers die in aanmerking komen voor een bijdrage voor een loongarantieregelingen laste van het AWf en het vaststellen van de berekeningswijze van die bijdrage.

grondslag: Werkloosheidswet (Stb. 1949, J 423) zoals gewijzigd (Stb. 1977, 266) art. 42q en 42r; Werkloosheidswet (Stb. 1986, 566) art. 69 en 70 (b.w. Stb. 1995, 685); Wet tijdelijke bijdrage herstructurering arbeidsvoorziening havens (Stb. 1995, 685) art. 2 eerste lid en 5

periode: 1986 -

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Regeling aanwijzing bijdragegerechtigde (Stcrt. 1996, 83)

waardering: B 5

(354)

handeling: Het oordelen over door werkgevers ingestelde beroepen ten aanzien van besluiten van het AWf/het Tica met betrekking tot de toekenning van een bijdrage aan een havenbedrijf.

grondslag: Werkloosheidswet (Stb. 1949, J 423) zoals gewijzigd (Stb. 1977, 266) art. 42u tweede lid; Werkloosheidswet (Stb. 1986, 566) art. 130 (b.w. Stb. 1995, 685)

periode: 1986 - 1997

product: beschikking

waardering: B 3

(355)

handeling: Het stellen van regels ten aanzien van deelname aan opleiding of scholing met behoud van uitkering.

grondslag: Werkloosheidswet (Stb. 1986, 566) art. 75 en 76

periode: 1986 -

product: ministeriële regeling

waardering: B 5

(361)

handeling: Het vaststellen van het uurtarief voor doventolken die tolkdiensten verrichten, waarvan de kosten ingevolge de AAW vergoed worden.

grondslag: Besluit doventolkvoorziening AAW (Stcrt. 1988, 34) art. 3 en 4

periode: 1988 - 1995

product: regeling

waardering: V 5 jaar na vervanging

(366)

handeling: Het beslissen op beroepen tegen door de Arbeidsinspectie gestelde eisen of afwijzingen van aan de Arbeidsinspectie gerichte verzoeken om eisen te stellen.

grondslag: Wet arbeid gehandicapte werknemers (Stb. 1986, 300) art. 6 vierde lid

periode: 1986 -

product: beschikking

waardering: V 10 jaar

(367)

handeling: Het aanwijzen van ambtenaren die belast zijn met de controle op de naleving van de verplichte arbeidsplaatsaanpassing door werkgevers ingevolge art. 6 van de Wet arbeid gehandicapte werknemers.

grondslag: Wet arbeid gehandicapte werknemers (Stb. 1986, 300) art. 13

periode: 1986 -

product: beschikking

opmerking: De aangewezen ambtenaren maken deel uit van de Arbeidsinspectie.

waardering: V 5 jaar na beëindiging werkzaamheden

(375)

handeling: Het vaststellen van regels inzake de mogelijkheid om in bepaalde gevallen van de verplichte adviesprocedure bij loondispensatie af te wijken.

grondslag: Wet arbeid gehandicapte werknemers (Stb. 1986, 300) zoals gewijzigd Stb. 1989, 403) art. 8 derde lid (b.w. Stb, 1994, 916)

periode: 1989 - 1994

product: ministeriële regeling

waardering: B 5

(383)

handeling: Het bij amvb vaststellen van de nadere regels ten aanzien van het Profylaxefonds.

grondslag: Ziektewet (Stb. 1935, 32) art. 125 en 126

periode: 1945 - 1950

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit van 3 januari 1931 (Stb. 1931, 2)

waardering: B 1

(384)

handeling: Het bij K.b. benoemen van de leden van het bestuur van het Profylaxefonds.

grondslag: Besluit van 3 januari 1931 (Stb. 1931, 2) art. 1

periode: 1945 - 1950

product: koninklijk besluit

waardering: V 10 jaar

(389)

handeling: Het goedkeuren van besluiten van het Profylaxefonds inzake de besteding van gelden voor het nemen van preventieve maatregelen voor werknemers.

grondslag: Besluit van 3 januari 1931 (Stb. 1931, 2) zoals gewijzigd (Stb. 1936, 854) art. 8 derde lid

periode: 1945 - 1950

product: beschikking

waardering: V 5 jaar

(391)

handeling: Het stellen van regels voor de liquidatie van het Profylaxefonds.

grondslag: Wet op het Praeventiefonds (Stb. 1950, K 259) art. 6

periode: 1950 - 1955

product: regels

waardering: V 5 jaar

(395)

handeling: Het aanwijzen van een rechtspersoon die tot taak heeft aanvullende arbeidsongeschiktheidsverzekeringen aan te bieden aan chronisch zieken en andere personen voor wie op de normale wijze geen aanvullende arbeidsongeschiktheidsverzekering kan worden gesloten.

grondslag: Wet medefinanciering aanvullende arbeidsongeschiktheidsverzekeringen (Stb. 1993, 735) art. 2

periode: 1993 -

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Besluit van 25 februari 1994, nr. 94/0869/DGSZ/SV/P (Stcrt. 1994, 41)

opmerking: Bij besluit van 25 februari 1994 werd De Onderlinge Waarborgmaatschappij 'MAAV' UA te 's-Gravenhage aangewezen. Deze waarborgmaatschappij is door de gezamenlijke verzekeringsmaatschappijen opgericht.

waardering: B 4

Uitvoering volksverzekeringen

(400)

handeling: Het vaststellen van regels inzake de verdeling van de taken en bevoegdheden terzake van uitvoering van de volksverzekeringen tussen de Sociale Verzekeringsbank en de Raden van Arbeid.

grondslag: Algemene Ouderdomswet (Stb. 1956, 281) art. 5 (b.w. Stb. 1987, 533); Algemene Weduwen- en Wezenwet (Stb. 1959, 139) art. 6 (b.w. Stb. 1987, 533); Algemene Kinderbijslagwet (Stb. 1962, 160) art. 5; Kinderbijslagwet voor loontrekkenden (Stb. 1962, 257) art. 16

periode: 1956 - 1988

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Regeling taakverdeling Sociale Verzekeringsbank en Raden van Arbeid (Stcrt. 1956, 186)

- Regeling overdracht werkzaamheden en bevoegdheden van de Sociale Verzekeringsbank aan de Raden van Arbeid (Stcrt. 1959, 100)

- Beschikking van 3 januari 1963. nr. 7347 (Stcrt. 1963, 3)

- Regeling taakverdeling AKW en KWL tussen Sociale Verzekeringsbank en Raden van Arbeid (Stcrt. 1975, 78)

- Regeling taakverdeling uitvoering AKW tussen Sociale Verzekeringsbank en Raden van Arbeid (Stcrt. 1980, 121)

opmerking: Bij de vaststelling van een dergelijke regeling werden de Sociale Verzekeringsraad en de Sociale Verzekeringsbank gehoord.

waardering: B 5

(401)

handeling: Het stellen van regels voor de administratie en registratie van de verzekerden.

grondslag: Algemene Ouderdomswet (Stb. 1956, 281) art. 4 tweede lid (b.w. Stb. 1994, 916); Algemene Weduwen- en Wezenwet (Stb. 1959, 139) art. 5 tweede lid; vernummerd (Stb. 1993, 660) derde lid (b.w. Stb. 1994, 916); Organisatiewet sociale verzekeringen (Stb. 1994, 790) art. 19; Organisatiewet sociale verzekeringen 1997 (Stb. 1997, 95) art. 28 vijfde en zesde lid

periode: 1956 -

product: (ministeriële) regeling, onder andere:

- Regeling vrijstelling sofi-nummer volksverzekeringen (Stcrt. 1997, 41)

waardering: B 5

(402)

handeling: Het stellen van nadere regels inzake de aanvraag, toekenning, herziening, schorsing, intrekking en betaalbaarstelling van uitkeringen ingevolge de volksverzekeringen.

grondslag: Noodwet Ouderdomsvoorziening (Stb. 1947, H 155) art. 11 vierde en zesde lid; Algemene Ouderdomswet (Stb. 1956, 281) art. 12-14 en 16, gewijzigd (Stb. 1985, 181) art. 15, 16-17, 19; Algemene Weduwen- en Wezenwet (Stb. 1959, 139) art. 24, 26-28 en 30 (b.w. Stb. 1985, 180) en zoals gewijzigd (Stb. 1967, 396) art. 32; Algemene Kinderbijslagwet (Stb. 1962, 160) art. 12 en 45, vernummerd (Stb. 1980, 1) art. 14 derde lid (b.w. Stb. 1991, 669) en 41; Kinderbijslagwet voor loontrekkenden (Stb. 1939, 806) art. 98, vernummerd (Stb. 1952, 475) art. 48, gewijzigd (Stb. 1962, 257) art. 21 zesde lid, 23 en 49 (b.w. Stb. 1979, 709); Kinderbijslagwet voor invaliditeits-, ouderdoms- en wezenrentetrekkers (Stb. 1948, I 309) art. 17; Kinderbijslagwet voor kleine zelfstandigen (Stb. 1951, 212) art. 21; gewijzigd (Stb. 1962, 257) art. 10 vijfde lid, 13 en 26 (b.w. Stb. 1979, 709); Algemene Nabestaandenwet (Stb. 1995, 690) art. 33 vierde lid, 48 tweede lid en 50 tweede lid; Invaliditeitswet (Stb. 1913, 205) art. 164

periode: 1945 -

product: ministeriële regeling of circulaire, onder andere:

- Beschikking van de waarnemend Secretaris-Generaal van Sociale Zaken van 4 november 1940, nr. 3761 (Stcrt. 1940, 215)

- Besluit van 7 maart 1951 (Stb. 1951, 69)

- Regeling van de Minister van Sociale Zaken van 29 juni 1947, nr. 2757 (Stcrt. 1947, 117)

- Rondschrijven van de Minister van Sociale Zaken aan Burgemeesters en Wethouders van 13 juni 1947, nr. 2702

- Regeling van de minister van Sociale Zaken van 17 september 1956, nr. 4501 (Stcrt. 1956, 186)

- Regeling van de minister van Sociale Zaken van 5 december 1956, nr. 5612 (Stcrt. 1956, 241)

- Regeling van de minister van Sociale Zaken van 2 januari 1957, nr. 5640 (vervangen Stcrt. 1959, 192; Stcrt. 1968, 53; Stcrt. 1976, 192; Stcrt. 1985, 123)

- Regeling van de minister van Sociale Zaken van 23 mei 1959, nr. 2366 (Stcrt. 1959, 100)

- Regeling van de staatssecretaris van Sociale Zaken van 21 augustus 1959, nr. 3580 (Stcrt. 1959, 164)

- Beschikking aanvraag kinderbijslagregelingen (Stcrt. 1963, 8; vervangen Stcrt. 1980, 51)

- Aanwijzingen aanvragen om kinderbijslag (Stcrt. 1975, 105)

- Regeling van de staatssecretaris van Sociale Zaken van 4 april 1985, nr. SZ/SV/VV/85/902 (Stcrt. 1985, 69)

- Regeling van de staatssecretaris van Sociale Zaken van 12 juli 1985, nr. SZ/SV/VV/85/2305 (Stcrt. 1985, 136)

waardering: B 5

(403)

handeling: Het bij of krachtens amvb vaststellen van nadere regels ten aanzien van de vaststelling en toekenning van de kinderbijslag.

grondslag: Kinderbijslagwet voor loontrekkenden (Stb. 1939, 806) zoals gewijzigd (Stcrt. 1940, 224) art. 25 zesde lid en 71 eerste lid; gewijzigd (Stb. 1950, K 369) art. 25b vierde lid; vernummerd (Stb. 1952, 475) art. 23 vierde lid; Noodwet Kinderbijslag Kleine Zelfstandigen (Stb. 1951, 212) art. 11 derde lid

periode: 1945 - 1962

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Beschikking van de waarnemend Secretaris-Generaal van Sociale Zaken van 2 november 1940, nr. 4051 (Stcrt. 1940, 224)

- Beschikking van de Secretaris-Generaal van Sociale Zaken van 28 juli 1941, nr. 2781 (Stcrt. 1941, 175)

- Besluit van 22 september 1945 (Stb. 1945, F 190)

- Besluit van 7 januari 1947 (Stb. 1947, H 5)

- Besluit van 22 maart 1951 (Stb. 1951, 85)

- Besluit van 8 oktober 1952 (Stb. 1952, 492)

- Voorschriften kinderbijslaglijsten (Stb. 1953, 467)

- Administratiebesluit kinderbijslagwet (Stb. 1955, 163)

waardering: B 5

(411)

handeling: Het bij amvb bepalen bij welke bedrijfsvereniging of welk kinderbijslagfonds bepaalde in de wet genoemde groepen arbeiders verzekerd dienen te worden.

grondslag: Kinderbijslagwet voor loontrekkenden (Stb. 1939, 806) zoals gewijzigd (Stb. 1950, 369) art. 71 tweede lid; gewijzigd (Stb. 1952, 342 en 475) art. 29

periode: 1952 - 1962

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit van 22 maart 1951 (Stb. 1951, 86)

waardering: V 5 jaar

Misbruik, oneigenlijk gebruik, fraude

(432)

handeling: Het bij amvb geven van controlevoorschriften aan de Raden van Arbeid en bedrijfsverenigingen.

grondslag: Ziektewet (Stb. 1935, 32) art. 48, vernummerd (Stb. 1952, 474) art. 39 (b.w. Stb. 1967, 473)

periode: 1945 - 1966

product: algemene maatregel van bestuur

waardering: B 1

(440)

handeling: Het (in overeenstemming) aanwijzen van personen die belast zijn met het opsporen van bij of krachtens de sociale verzekeringen strafbaar gestelde feiten.

grondslag: Organisatiewet Sociale Verzekering (Stb. 1952, 344) art. 56; Organisatiewet sociale verzekeringen (Stb. 1994, 790) art. 112; Algemene Ouderdomswet (Stb. 1956, 281) art. 55; gewijzigd (Stb. 1985, 181) art. 66; Algemene Weduwen- en Wezenwet (Stb. 1959, 139) art. 66; Algemene Kinderbijslagwet (Stb. 1962, 160) art. 41; Wetboek van Strafrecht art, 142 derde lid; Besluit Buitengewoon opsporingsambtenaar (Stb. 1994, 825)

periode: 1952 -

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Regeling aanwijzing opsporingsambtenaren sociale verzekeringswetten (Stcrt. 1959, 118; vervangen Stcrt. 1963, 8; Stcrt. 1966, 84; Stcrt. 1967, 157; Stcrt. 1968, 91; Stcrt. 1977, 19; Stcrt. 1980, 98)

- Besluiten buitengewoon opsporingsambtenaar BVG/Detam/Gak/GUO/SFB 1995 (Stcrt. 1995, 96)

opmerking: In de regelingen van voor 1995 werden met name genoemde personen aangewezen als buitengewoon opsporingsambtenaar. In de Besluiten van 1995 wordt een beperkt aantal, niet bij name genoemde personen per uitvoeringsinstelling aangewezen als buitengewoon opsporingsambtenaar. Deze personen worden door de procureur-generaal van het gerechtshof te Arnhem beëdigd.

waardering: V 5 jaar na einde aanwijzing

Rechtsbescherming

(442)

handeling: Het bij amvb vaststellen van regels ten aanzien van de termijn waarbinnen een beschikking op een aanvraag ingevolge een sociale verzekeringswet dient te worden gegeven.

grondslag: Organisatiewet Sociale Verzekering (Stb. 1952, 344) zoals gewijzigd (Stb. 1993, 650) art. 2a; Algemene Ouderdomswet (Stb. 1956, 281) zoals gewijzigd (Stb. 1993, 650) art. 5; Algemene Weduwen- en Wezenwet (Stb. 1959, 139) zoals gewijzigd (Stb. 1993, 650) art. 6; Algemene Kinderbijslagwet (Stb. 1962, 160) zoals gewijzigd (Stb. 1993, 650) art. 5b; Algemene Nabestaandenwet (Stb. 1995, 690) art. 33 vijfde lid; Coördinatiewet Sociale Verzekering (Stb. 1953, 577) zoals gewijzigd (Stb. 1993, 690) art. 3c; Algemene Arbeidsongeschiktheidswet (Stb. 1975, 674) zoals gewijzigd (Stb. 1993, 650) art. 3b; Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (Stb. 1966, 84) zoals gewijzigd (Stb. 1993, 650) art. 2b; Toeslagenwet (Stb. 1986, 562) zoals gewijzigd (Stb. 1993, 690) art. 1a; Werkloosheidswet (Stb. 1986, 566) zoals gewijzigd (Stb. 1993, 650) art. 2a; Ziektewet (Stb. 1929, 374) zoals gewijzigd (Stb. 1993, 650) art. 2b; Wet terugdringing beroep op de arbeidsongeschiktheidsregelingen (Stb. 1993, 412) art. XI vijfde lid; Organisatiewet sociale verzekeringen (Stb. 1994, 790) zoals gewijzigd (Stb. 1995, 250) art. 116a; Organisatiewet sociale verzekeringen 1997 (Stb. 1997, 95) art. 114

periode: 1993 -

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit beslistermijnen sociale verzekeringswetten (Stb. 1993, 779)

waardering: B 1

(443)

handeling: Het bij amvb stellen van regels voor de behandeling van bezwaarschriften tegen besluiten waaraan een medische of arbeidskundige beoordeling ten grondslag ligt.

grondslag: Ziektewet (Stb. 1929, 374) zoals gewijzigd (Stb. 1997, 178) art. 73; Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (Stb. 1966, 84) zoals gewijzigd (Stb. 1997, 175) art. 87b; Wet Terugdringing beroep op de arbeidsongeschiktheidsregelingen (Stb. 1993, 412) zoals gewijzigd (Stb. 1997, 178) art. XXVIIB; Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen (Stb. 1997, 176) art. 97; Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten (Stb. 1997, 177) art. 71

periode: 1997 -

product: algemene maatregel van bestuur

waardering: B 1

(444)

handeling: Het bij amvb vaststellen van regels ten aanzien van beroepsmogelijkheden voor beslissingen betreffende de vrijwillige invaliditeitsverzekering.

grondslag: Invaliditeitswet (Stb. 1913, 205) art. 352 tweede lid (b.w. Stb. 1955, 396)

periode: 1945 - 1955

product: algemene maatregel van bestuur

waardering: B 1

(445)

handeling: Het bij of krachtens amvb vaststellen van regels ten aanzien van de instelling van Commissies van Scheidslieden en de behandeling van geschillen door die commissies.

grondslag: Land- en Tuinbouwongevallenwet 1922 (Stb. 1922, 365) art. 90 derde lid (b.w. Stb. 1955, 396); Besluit van 11 juni 1923 (Stb. 1923, 258) art. 13, 30, 31, 44, 45 en 107

periode: 1945 - 1955

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit van 11 juni 1923 (Stb. 1923, 258)

waardering: B 4

(446)

handeling: Het instellen van een scheidsgerecht voor geschillen inzake de toekenning van uitkeringen aan bemanningsleden van zeevaartuigen.

grondslag: Zeeongevallenwet 1919 (Stb. 1915, 214) zoals gewijzigd (Stb. 1942, B 1) art. 8 vijfde lid (b.w. Stb. 1946, G 255)

periode: 1945 - 1946

product: instellingsbeschikking, reglement

waardering: B 4

(447)

handeling: Het benoemen van de voorzitter, plaatsvervangend-voorzitters, de secretaris en plaatsvervangend-secretarsissen en op voordracht van werkgevers- en werknemersverenigingen de leden-werkgevers en leden-werknemers van de Commissies van Scheidslieden.

grondslag: Besluit van 11 juni 1923 (Stb. 1923, 258) art. 12, 15 en 19

periode: 1945 - 1955

product: beschikking

waardering: V 10 jaar

(449)

handeling: Het goedkeuren van reglementen van de scheidsgerechten van bedrijfsverenigingen of de SVr.

grondslag: Ziektewet (Stb. 1929, 374) zoals gewijzigd (Stb. 1935, 32) art. 106 vijfde lid; Werkloosheidswet (Stb. 1949, J 423) art. 52 (b.w. Stb. 1953, 117); Kinderbijslagwet voor loontrekkenden (Stb. 1939, 806) art. 86 tweede lid (b.w. Stb. 1952, 342); Wet van 12 juli 1952 (Stb. 1952, 343) art. XLIIIa tweede lid

periode: 1945 - 1957

product: beschikking

waardering: V 5 jaar na afloop reglement

(451)

handeling: Het behandelen van beroepschriften en voeren van verweer in beroepschriftenprocedures voor de Raad van State

grondslag: onder andere: Wet administratieve rechtspraak overheidsbeschikkingen (Stb. 1975, 284) art. 11, Algemene wet bestuursrecht (Stb. 1992, 315)

periode: 1976 -

product: verweerschriften

waardering: B 3

(462)

handeling: Het beslissen op beroepschriften tegen bepaalde uitspraken van de Sociale Verzekeringsbank.

grondslag: Besluit van 3 september 1921 (Stb. 1921, 1043) art. 6, 10 en 22; Besluit van 12 maart 1923 (Stb. 1923, 63) art. 7 en 22; Ziektewet (Stb. 1929, 374) zoals gewijzigd (Stb. 1935, 32) art. 124 derde lid (b.w. Stb. 1952, 343)

periode: 1945 - 1967

product: beschikking

waardering: B 3

(463)

handeling: Het bij amvb stellen van regels voor de beslechting van geschillen tussen uitkerende instanties.

grondslag: Ziektewet (Stb. 1935, 32) art. 140, vernummerd (Stb. 1952, 474) art. 84 (b.w. Stb. 1966, 85)

periode: 1945 - 1966

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit van 17 mei 1935 (Stb. 1935, 287)

- Besluit van 9 maart 1953 (Stb. 1953, 114)

waardering: B 1

(464)

handeling: Het benoemen van een voorzitter (en leden) van het College van Arbitrage (dat een geschil tussen twee uitkeringsorganen oplost).

grondslag: Besluit van 17 mei 1935 (Stb. 1935, 287) art. 3 en art. 4 vijfde lid

periode: 1945 - 1952

product: aanstellingsbrief

waardering: V 5 jaar

(467)

handeling: Het goedkeuren van de overeenkomst tussen de SVB en een vereniging van apothekers of handelaars in geneesmiddelen inzake het instellen van een scheidsgerecht voor het beslechten van geschillen tussen partijen en nadere regels die uit de overeenkomst voortvloeien.

grondslag: Besluit van 3 september 1921 (Stb. 1921, 1043) zoals gewijzigd (Stb. 1927, 28) art. 27a; Besluit van 12 maart 1923 (Stb. 1923, 63) art. 27b

periode: 1945 - 1967

product: beschikking

waardering: B 5

(468)

handeling: Het beslissen in geschillen tussen een kinderbijslagfonds en het Kinderbijslagvereveningsfonds.

grondslag: Kinderbijslagwet (Stb. 1939, 806) art. 77 vierde lid; vernummerd (Stb. 1952, 342 en 475) art. 33 zesde lid

periode: 1945 - 1962

product: beschikking

waardering: B 5

(473)

handeling: Het, op voordracht van de Sociale Verzekeringsraad, benoemen van de voorzitter en plaatsvervangende voorzitter van de Commissie(s) van Arbitrage.

grondslag: Wet aanpassing daglonen Wet overgangsregeling arbeidsongeschiktheidsverzekering (Stb. 1971, 340) art. 8 derde lid

periode: 1971 - 1976

product: beschikking

waardering: V 10 jaar

Financiering

(479)

handeling: Het (bij amvb) vaststellen van regels ten aanzien van vaststelling van lonen en de loonadministratie.

grondslag: Ongevallenwet 1921 (Stb. 1921, 819) art. 43 vierde en vijfde lid, 44 eerste lid, 46 eerste lid en 47 (b.w. Stb. 1953, 578); Land- en Tuinbouwongevallenwet 1922 (Stb. 1922, 365) art. 81 tweede lid, 82 eerste lid, 84 eerste lid en 89

periode: 1945 - 1953

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Loonadministratiebesluit (Stb. 1930, 207)

- Beschikking van de minister van Arbeid van 20 september 1921 (Stcrt. 1921, 185) vele malen gewijzigd

waardering: B 5

(481)

handeling: Het bij amvb vaststellen van regels inzake premieheffing ingevolge de ongevallenwetten.

grondslag: Ongevallenwet 1921 (Stb. 1921, 819) art. 97; Land- en Tuinbouwongevallenwet 1922 (Stb. 1922, 365) art. 79 eerste lid en 105

periode: 1945 - 1965

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit van 20 december 1923 (Stb. 1923, 553)

- Besluit van 28 december 1928 (Stb. 1928, 504)

- Besluit van 18 december 1947 (Stb. 1947, H 431)

waardering: B 5

(482)

handeling: Het vaststellen van het voorschot- en het definitieve premiepercentage voor de Ongevallenwet.

grondslag: Ongevallenwet 1921 (Stb. 1921, 819) art. 40 eerste en tweede lid

periode: 1945 - 1965

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Beschikking van 22 december 1948 (Stb. 1948, 251)

waardering: B 5

(485)

handeling: Het vaststellen van de geldwaarde van niet in geld uitgekeerde delen van het loon.

grondslag: Ongevallenwet 1921 (Stb. 1921, 819) art. 5 tweede lid (b.w. Stb. 1953, 578)

periode: 1945 - 1953

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Beschikking van 24 december 1947, nr. 8943 (Stcrt. 1947, 251)

- Beschikking van 18 januari 1949, nr. 131 (Stcrt. 1949, 13)

waardering: V 5 jaar

(489)

handeling: Het beschikken op beroepschriften tegen beslissingen door de Scheepvaartinspectie genomen.

grondslag: Zeeongevallenwet 1919 (Stb. 1915, 214) art. 14

periode: 1945 - 1965

product: beschikking

waardering: B 3

(490)

handeling: Het controleren van de waarborgen voor de uitkeringen ingevolge de Zeeongevallenwet 1919 bij reders.

grondslag: Zeeongevallenwet 1919 (Stb. 1915, 214) art. 5 en 6

periode: 1945 - 1965

product: verklaring

waardering: V 5 jaar

(491)

handeling: Het aangaan van overeenkomsten met reders waarin de Staat zich verbindt als verzekeraar voor de uitkeringen ingevolge de Zeeongevallenwet 1919.

grondslag: Zeeongevallenwet 1919 (Stb. 1915, 214) art. 6 tweede lid

periode: 1945 - 1965

product: overeenkomst

waardering: B 5

(492)

handeling: Het bij of krachtens amvb vaststellen van uitvoeringsregels ten aanzien van de premiebetaling ingevolge de Invaliditeitswet

grondslag: Invaliditeitswet (Stb. 1913, 205) art. 57 tweede lid, 185, 187, 189, 193, 193a, 197, 198, 207, 224, 226, 233 derde lid, 234, 250 eerste lid, 258 tweede lid, 274, 275 vierde lid, 277 eerste en tweede lid, 286 tweede lid, 317, 329, 331, 343, 351 en 408

periode: 1945 - 1965

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit van 17 december 1919 (Stb. 1919, 814)

- Koninklijk besluit van 12 mei 1939 (Stb. 1939, 849)

- Koninklijke besluiten van 22 november 1951 (Stb. 1951, 507 en508)

- Koninklijk besluit van 19 januari 1952 (Stb, 1952, 36)

- Koninklijk besluit van 2 oktober 1953 (Stb. 1953, 470)

- Koninklijk besluit van 23 augustus 1956 (Stb. 1956, 473)

- Koninklijk besluit van 18 oktober 1960 (Stb. 1960, 438)

waardering: B 5

(498)

handeling: Het, gehoord de Sociale Verzekeringsraad en de Sociale Verzekeringsbank, vaststellen van het premiepercentage voor de uitvoering van de Interimwet invaliditeitsrentetrekkers.

grondslag: Interimwet invaliditeitsrentetrekkers (Stb. 1962, 534) art. 35 tweede lid

periode: 1962 - 1965

product: ministeriële regeling

waardering: B 1

(501)

handeling: Het (bij of krachtens amvb) vaststellen van regels ten aanzien van het loonbegrip.

grondslag: Kinderbijslagwet voor loontrekkenden (Stb. 1939, 806) art. 11 tweede lid; vernummerd (Stb. 1952, 342 en 475) art. 12 vierde lid (b.w. Stb. 1953, 578); Werkloosheidswet (Stb. 1949, J 423) art. 9 vierde lid (b.w. Stb. 1953, 578); Coördinatiewet Sociale Verzekering (Stb. 1953, 577) art. 6, 8, 9 en 9a; Besluit premiespaarregelingen en winstdelingsspaarregelingen (Stb. 1961, 460) art. 30-34 en 36; Besluit bedrijfsspaarregelingen (Stb. 1965, 261) art. 30-31. 38, 40 en 43

periode: 1945 -

product: algemene maatregel van bestuur / ministeriële regeling, onder andere:

algemene maatregel van bestuur

- Besluit premiespaarregelingen en winstdelingsspaarregelingen (Stb. 1961, 460)

- Besluit bedrijfsspaarregelingen (Stb. 1965, 261)

ministeriële regeling

- Beschikking tot aanwijzing als pensioenregeling (Stcrt. 1954, 71)

- Beschikking tot vaststelling van de geldswaarde van genoten verstrekkingen (Stcrt. 1954, 126)

- Regeling betreffende de geldswaarde van een aanspraak op uitkeringen (Stcrt. 1954, 173)

- Beschikking betreffende de geldswaarde van het genot van kost en inwoning (Stcrt. 1955, 168)

- Beschikking inzake uitvoering artikel 9, (zesde en) zevende lid van de CSV (Stcrt. 1961, 222; vervangen Stcrt. 1968, 6; 1969, 142)

- Beschikking van 8 februari 1962, nr. 1199 (Stcrt. 1962, 32)

- Regeling waardering loon in natura (Stcrt. 1962, 110; (twee)jaarlijks vervangen)

- Regeling inzake het aanmerken van reiskostenvergoeding als vergoeding van noodzakelijke kosten (Stcrt. 1965, 159; vervangen Stcrt. 1971, 76; 1971, 251)

- Regeling vergoedingen kosten woon-werkverkeer (Stcrt. 1976, 255; vervangen Stcrt. 1989, 252; 1990, 140)

- Nadere regelen maximumdagloon en franchise WAO (Stcrt. 1977, 37; vervangen Stcrt. 1985, 252)

- Beschikking aanwijzing van VUT-regelingen als pensioenregelingen (Stcrt. 1980,1)

- Regeling onkostenvergoeding vrijwilligers (Stcrt. 1984, 172)

- Beschikking aanwijzing van pensioenregelingen gebaseerd op het levensjaarbeginsel (Stcrt. 1985, 44)

- Nadere regels berekening premieloon bij samenloop (Stcrt. 1986, 250)

- Beschikking aanwijzing pensioenregelingen die mede voorzien in partnerpensioen (Stcrt. 1988, 61)

- Regeling waardering vervoer door de werkgever (Stcrt. 1989, 185)

- Regeling vaststelling maximaal te vergoeden bedrag per kilometer (Stcrt. 1989, 252)

- Regeling vergoedingen voor gemengde kosten (Stcrt. 1989, 252)

- Uitvoeringsregeling werknemersspaarregelingen en winstdelingsregelingen (Stcrt. 1993, 241)

- Regeling loonbegrip bij uitkeringen en verstrekkingen terzake van dienstjubilea (Stcrt. 1993, 249)

- Regeling vergoeding kosten kinderopvang (Stcrt. 1994, 252; vervangen Stcrt. 1995, 251; 1996, 250)

opmerking: Het betreft regels ten aanzien van

- aanspraken en uitkeringen die niet tot het loon worden gerekend;

- de waardering van niet in geld uitgekeerd loon;

- de waardering van loon boven een bepaald bedrag (overwerk);

- het maximumdagloon voor de ZW-WAO en WW en voor de ZFW en de franchise WAO en WW

waardering: B 1

(502)

handeling: Het (bij amvb) wijzigen van de bedragen van het maximumdagloon en de franchise voor de toepassing van de CSV.

grondslag: Coördinatiewet Sociale Verzekering (Stb. 1953, 577) art. 9 eerste tot en met vierde lid, 9a eerste en zesde lid

periode: 1953 -

product: algemene maatregel van bestuur / ministeriële regeling, onder andere:

algemene maatregel van bestuur

- Besluit vaststelling maximumpremieloon per dag (Stb. 1953, 596, vervangen Stb. 1954, 581; Stb. 1956, 632; Stb. 1959, 503; Stb. 1960, 530; Stb. 1962, 522; Stb. 1963, 551; Stb. 1965, 549; Stb. 1966, 552)

- Besluit herziening maximum daglonen (Stb. 1968, 347; vervangen Stb. 1968, 661; Stb. 1969, 13; Stb. 1969, 428; Stb. 1970, 235; Stb. 1970, 492; Stb. 1971, 78; Stb. 1971, 322; Stb. 1971, 611; Stb. 1972, 25)

- Besluit verhoging maximum premiedagloon verplichte verzekering ziekenfondswet (Stb. 1969, 63; vervangen Stb. 1970, 38; 1971, 834)

- Besluit houdende (tussentijdse) verhoging van het maximum dagloon (Stb. 1969, 195; Stb. 1974, 312; Stb. 1977, 37; Stb. 1977, 502; Stb. 1979, 579; Stb. 1980, 449; Stb. 1982, 97)

ministeriële regeling

- Beschikking herziening maximum-dagloon (Stcrt. 1972, 155 e.v.)

- Regeling verhoging maximum premiedagloon verplichte ziekenfondsverzekering (Stcrt. 1972, 219 e.v.)

- Regeling franchise ZFW (Stcrt. 1994, 249)

- Regeling premiepercentage en franchise werkgeversdeel premie AWf (Stcrt. 1995, 249)

- Regeling vaststelling premiepercentage en franchise WAO (Stcrt. 1996, 250)

opmerking: De wijziging van de hoogte het maximum dagloon waarover premie geheven kon worden gebeurde aanvankelijk vrijwel jaarlijks en bij amvb, vanaf 1972 halfjaarlijks en bij ministeriële regeling. Naast de normale aanpassing van de hoogte aan de hand van de ontwikkeling van het loonniveau (indexcijfer der lonen) kon ook tussentijds bij amvb het maximum dagloon gewijzigd worden.

waardering: B 1

(505)

handeling: Het (bij amvb) vaststellen van regels ten aanzien van de vaststelling en invordering van premies voor de werknemersverzekeringen.

grondslag: Coördinatiewet Sociale Verzekering (Stb. 1953, 577) art. 10, 11, 12, 14, 16a, 16b, 16d en 16e

periode: 1953 -

product: algemene maatregel van bestuur / ministeriële regeling, onder andere:

algemene maatregel van bestuur

- Besluit meldingsregeling Coördinatiewet Sociale Verzekering (Stb. 1986, 581)

- Loonbesluit zeevarenden (Stb. 1989, 608)

- Besluit afrekening autokostenvergoeding voor niet woon-werkverkeer (Stb. 1990, 540)

- Loonbesluit overheidswerknemers (Stb. 1996, 97)

ministeriële regeling

- Beschikking tot vaststelling van regelen ten aanzien van de loonadministratie (Stcrt. 1954, 1)

- Beschikking inzake verhoging percentage interest, te vorderen bij niet tijdige betaling der premie (Stcrt. 1958, 160; vervangen Stcrt. 1970, 60; 1987, 64)

- Besluit inzake administratievoorschriften bij onderaanneming (Stcrt. 1982, 109)

- Loonadministratiebesluit (Stcrt. 1987, 252)

- (Regeling) Administratieve Boeten Coördinatiewet (Stcrt. 1987, 252)

- G-Rekeningenbesluit (Stcrt. 1991, 105)

opmerking: ten aanzien van de vaststelling van dergelijke regels was ook de minister van Financiën verantwoordelijk (zie “Belastingver(h)effend”, handeling nr. 150).

Het betreft hier regels ten aanzien van

- voorschriften van uitvoeringsorganen voor de loonadministratie die de werkgever dient bij te houden;

- de toegestane afwijkingen van regels;

- het maatregelen bij achterstallige premiebetaling, of administratieve tekortkomingen (rentepercentage bij achterstalligheid of administratieve boete bij nalatigheid);

- premieheffing over uitkeringen;

- de ketenaansprakelijkheid;

- de bestuurdersaansprakelijkheid.

waardering: B 5

(508)

handeling: Het, gehoord de SER, bij amvb bepalen welk deel van de premie door de werknemer is verschuldigd.

grondslag: Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (Stb. 1966, 84) art. 77 tweede lid (b.w. Stb. 1986, 567); Werkloosheidswet (Stb. 1986, 566) art. 81 derde lid vernummerd (Stb. 1992, 732) vierde lid

periode: 1967 -

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit verdeling van de premie tussen werknemer en werkgever (WAO) (Stb. 1967, 417)

opmerking: Dit besluit werd (half)jaarlijks vernieuwd, waarbij de percentages gewijzigd werden (Stb. 1968, 660; Stb. 1969, 593; Stb. 1971, 18; Stb. 1972, 30; Stb. 1973, 19; Stb. 1974, 43; Stb. 1975, 10; Stb. 1976, 43; Stb. 1976, 517; Stb. 1977, 103; Stb. 1978, 87; Stb. 1979, 9; Stb. 1980, 183; Stb. 1980, 485; Stb. 1981, 14; Stb. 1982, 403; Stb. 1982, 642; Stb. 1983, 193; Stb. 1983, 518; Stb. 1983, 681; Stb. 1985, 139; Stb. 1986, 202)

- Besluit verdeling van het deel van de premie dat ten gunste komt van het Algemeen Werkloosheidsfonds over werkgever en werknemer (Stb. 1987, 68)

- Besluit tot vaststelling van een afwijkende verdeling over werkgevers en werknemers van het deel van de premie dat ten gunste komt van het AWF (Stb. 1996, 143)

waardering: B 5

(509)

handeling: Het vaststellen van het premiepercentage voor de Ziektewet.

grondslag: Ziektewet (Stb. 1929, 374) zoals gewijzigd (Stb. 1935, 32) art. 38 eerste lid, art. 63 eerste lid, art. 67 derde lid, art. 82 derde lid, art. 117 tweede lid (b.w Stb. 1952, 343); Besluit van 25 september 1943 (Vb.1943, 91), art. 1 en art. 2 (b.w. Stb. 1950, K664)

periode: 1945 - 1952

product: beschikking

waardering: B 5

(512)

handeling: Het (van 1981 tot 1986 bij amvb) vaststellen het premiepercentage voor de werkloosheidsverzekering.

grondslag: Werkloosheidswet (Stb. 1949, J 423) art. 34 eerste lid en art. 49 eerste lid, vernummerd bij (Stb. 1953, 117) art. 40 eerste en tweede lid

periode: 1949 - 1986

product: ministeriële regeling / algemene maatregel van bestuur, onder andere:

algemene maatregel van bestuur

- Besluit vaststelling van de premie voor de werkloosheidsverzekering en de verdeling daarvan (Stb. 1981, 369; vervangen Stb. 1982, 217; Stb. 1982, 553; Stb. 1983, 154; Stb. 1983, 456; Stb. 1984, 63; Stb. 1985, 276; Stb. 1986, 262)

opmerking: Bij de vaststelling werden het Algemeen Werkloosheidsfonds en de SVr betrokken.

waardering: B 5

(514)

handeling: Het verhogen van het premiepercentage voor de WW voor (groepen van) werknemers.

grondslag: Werkloosheidswet (Stb. 1986, 566) art. 86 derde lid (b.w. Stb. 1994, 916)

periode: 1987 - 1994

product: ministeriele regeling

waardering: B 6

(517)

handeling: Het goedkeuren van het besluit van het Aof, het AAf, het AWf of de SVr, na 1 januari 1995 het Tica, na 1 maart 1997 het Lisv inzake vaststelling van het premiepercentage dan wel het zelf besluiten tot vaststelling van het premiepercentage voor de WAO, de WW en de AAW.

grondslag: Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (Stb. 1966, 84) art. 78; Algemene Arbeidsongeschiktheidswet (Stb. 1975, 674) art. 76 (b.w. Stb. 1989, 127); Werkloosheidswet (Stb. 1986, 566) art. 116 tweede lid; Wet financiering volksverzekeringen (Stb. 1989, 129) art. 11 derde en vierde lid; Wet aanpassing uitkeringsregelingen overheveling opslagpremies (Stb. 1989, 127) art. 2

periode: 1966 -

product: beschikking

waardering: B 5

(519)

handeling: Het bij amvb stellen van regels ten aanzien van de vaststelling van het premiepercentage en de reservevorming voor de wachtgeldfondsen door bedrijfsverenigingen.

grondslag: Werkloosheidswet (Stb. 1986, 566) zoals gewijzigd (Stb. 1986, 639) art. 85 eerste lid en zoals gewijzigd (Stb. 1990, 404) art. 91 tweede lid; Wet van 27 juni 1990 (Stb. 1990, 404) art. IV

periode: 1987 -

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit tijdelijke regeling vaststelling premie wachtgeldfondsen (Stb. 1986, 653)

- Besluit premievaststelling en reservevorming wachtgeldfondsen (Stb. 1990, 447)

- Besluit premievaststelling wachtgeldfondsen (Stb. 1997, 800)

waardering: B 5

(523)

handeling: Het bij amvb vaststellen regels voor de berekening van het gemiddeld premiepercentage voor de Ziektewet en voor de Werkloosheidswet dat ten gunste komt van het wachtgeldfonds.

grondslag: o.a. Algemene Ouderdomswet (Stb. 1956, 281) art. 9 vierde lid en 29 achtste lid; Algemene Weduwen- en Wezenwet (Stb. 1959, 139) zoals gewijzigd (Stb. 1979, 711) art. 19 vierde lid en 37b vijfde lid; Algemene Arbeidsongeschiktheidswet (Stb. 1975, 674) art. 41a tweede lid; Werkloosheidswet (Stb. 1986, 566) art. 85 derde lid, Ziektewet (Stb. 1929, 374) zoals gewijzigd (Stb. 1992, 732) art. 61 eerste lid; Organisatiewet sociale verzekeringen (Stb. 1994, 790) art. 61 tweede lid

periode: 1992 -

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit vaststelling rekenpremies Ziektewet en wachtgeldfondsen (Stb. 1992, 733)

- Besluit afwijking van het Besluit vaststelling rekenpremies ZW en wachtgeldfondsen voor het jaar 1994 (Stb. 1993, 772)

- Besluit afwijking van het Besluit vaststelling rekenpremies ZW en wachtgeldfondsen voor het jaar 1996 (Stb. 1995, 697)

- Besluit vaststelling rekenpremie wachtgeldfondsen (Stb. 1996, 142)

waardering: B 5

(524)

handeling: Het (tot 1992 bij amvb) vaststellen van een gemiddeld premiepercentage voor de Ziektewet en voor de Werkloosheidswet dat ten gunste komt van het wachtgeldfonds, voor de hantering van de netto-netto-koppeling en de berekening van de vereveningsbijdrage bij een aantal (sociale) uitkeringen.

grondslag: o.a. Algemene Ouderdomswet (Stb. 1956, 281) zoals gewijzigd (Stb. 1979, 711) art. 9 vijfde lid en 29 zesde lid; Algemene Weduwen- en Wezenwet (Stb. 1959, 139) zoals gewijzigd (Stb. 1979, 711) art. 19 vierde lid en 37b vijfde lid; Algemene Arbeidsongeschiktheidswet (Stb. 1975, 674) zoals gewijzigd (Stb. 1979, 711) art. 41a tweede lid; Werkloosheidswet (Stb. 1986, 566) zoals gewijzigd (Stb. 1986, 639) art. 85 derde lid; Ziektewet (Stb. 1929, 374) zoals gewijzigd (Stb. 1986, 639) art. 61 eerste lid

periode: 1980 -

product: algemene maatregel van bestuur / ministeriële regeling, onder andere:

algemene maatregel van bestuur

- Besluit van 3 april 1980 (Stb. 1980, 201)

- Besluit van 24 december 1986 (Stb. 1986, 652)

- Besluit van 29 december 1986, (Stb. 1986, 685)

- Besluit van 23 juli 1987 (Stb. 1987, 420)

- Besluit van 19 februari 1988 (Stb. 1988, 94)

- Besluit van 22 december 1989 (Stb. 1989, 606)

waardering: B 5

(526)

handeling: Het verlenen van toestemming aan werkgevers om een hogere werknemerspremie in te houden.

grondslag: Ziektewet (Stb. 1935, 32) art. 69 tweede lid, gewijzigd (Stb. 1952, 474) art. 60 derde lid

periode: 1945 - 1996

product: beschikking

opmerking: De toestemming werd in veel gevallen per groep van werkgevers gegeven in verband van een bedrijfsvereniging. Dit kon dan alle aangesloten werkgevers betreffen of een gedeelte, bijv. een bepaalde risicogroep.

waardering: B 5

(528)

handeling: Het, in overeenstemming met de minister van Ontwikkelingssamenwerking, vaststellen van nadere regels inzake de toelating tot de vrijwillige verzekering voor de ZW, de WAO of de AAW van personen die werkzaamheden verrichten in een ontwikkelingsland.

grondslag: Ziektewet (Stb. 1929, 374) zoals gewijzigd (Stb. 1971, 422) art. 72a, gewijzigd (Stb. 1986, 567) art. 64 vierde lid; Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (Stb. 1966, 84) zoals gewijzigd (Stb. 1971, 422) art. 86a, gewijzigd (Stb. 1986, 567) art. 81 derde lid; Algemene Arbeidsongeschiktheidswet (Stb. 1975, 674) art. 77 eerste lid, gewijzigd (Stb. 1989, 127) art. 59a derde lid; Werkloosheidswet (Stb, 1986, 566) art. 53 tweede lid, gewijzigd (Stb. 1992, 675)

periode: 1971 - 1992

product: ministeriële regeling / algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Regelen betreffende vrijwillige verzekering ZW en WAO van Nederlanders werkzaam in ontwikkelingsland (Stcrt. 1971, 135; vervangen Stcrt. 1978, 83)

opmerking: Vanaf 1992 is alleen de minister van Ontwikkelingssamenwerking bevoegd tot bovengenoemde handeling.

waardering: B 1

(532)

handeling: Het, in overeenstemming met de minister van Financiën, (bij amvb) vaststellen van nadere regels met betrekking tot de heffing en afdracht van premies en vervangende belastingen ingevolge de volksverzekeringen.

grondslag: Algemene Ouderdomswet (Stb. 1956, 281) art. 26, 30-33; gewijzigd (Stb. 1985, 181) art. 37, 41-43; Algemene Weduwen- en Wezenwet (Stb. 1959, 139) art. 41, 43-45, 46 (b.w. Stb. 1986, 656) en (sinds Stb. 1986, 656) art. 48 negende lid; Algemene Kinderbijslagwet (Stb. 1962, 160) art. 20-23, 25-29 (b.w. Stb. 1988, 631); Kinderbijslagwet voor loontrekkenden (Stb. 1962, 257) art. 31 en 33 (b.w. Stb. 1979, 709); Algemene Arbeidsongeschiktheidswet (Stb. 1975, 674) art. 73 zesde lid en 75; Wet van 28 maart 1985 (Stb. 1980) art XIX; Wet financiering volksverzekeringen (Stb. 1989, 129) art. 11, 17, 44

periode: 1956 -

product: algemene maatregel van bestuur / ministeriële regeling, onder andere:

algemene maatregel van bestuur

- Besluit niet-invordering en gedeeltelijke invordering van premie (Stb. 1956, 625; vervangen Stb. 1959, 496, Stb. 1977, 73)

- Besluit vrijstelling van premieheffing ongehuwde vrouwen (Stb. 1962, 491; vervangen Stb. 1968, 254; Stb. 1980, 89)

- Besluit niet-invordering en gedeeltelijke invordering van premie alsmede verhaal kinderbijslagpremie (Stb. 1962, 554)

- Koninklijk besluit van 29 januari 1963 (Stb. 1963, 34)

- Besluit premieheffing artiesten en thuiswerkers (Stb. 1965, 519)

ministeriële regeling

- Regeling van de ministers van Sociale Zaken en Financiën van 27 december 1956, nr. 5964, resp. 231 (Stcrt. 1956, 252)

- Regeling van de staatssecretaris van Sociale Zaken en de minister van Financiën van 18 juli 1957, nr. 3321 resp. 182 (Stcrt. 1957, 139)

- Regelingen van de staatssecretarissen van Sociale Zaken en Financiën van 22 december 1959, nrs. 5455 en 5456, resp. B9/15580 en B9/15582 (Stcrt. 1959, 250)

- Regeling opslag bij premiebetaling na schuldige nalatigheid (Stcrt. 1961, 157; vervangen Stcrt. 1985, 131; Stcrt. 1989, 185; Stcrt. 1994, 32)

- Regeling vaststelling en afdracht van ten laste van het Rijk komende premies (Stcrt. 1961, vervangen Stcrt. 1985, 131; Stcrt. 1987, 38)

- Regelingen van de minister van Sociale Zaken en de staatssecretaris van Financiën van 27 december 1962, nrs. 7301 en 7302, resp. B2/20452 en B2/20453 (Stcrt. 1963, 3)

- Uitvoeringsbeschikking premieheffing Volksverzekeringen (Stcrt. 1968, 33)

- Regeling vergemakkelijking heffing loon- en inkomstenbelasting 1985 (Stcrt. 1985, 63)

- Regeling afdracht aan de fondsen van de door de Rijksbelasting geïnde premie voor de volksverzekeringen (Stcrt. 1985, 131; vervangen Stcrt. 1990, 38)

- Uitvoeringsregeling premieheffing volksverzekeringen 1990 (Stcrt. 1990, 94)

- Regeling perceptiekosten volksverzekeringen (Stcrt. 1991, 209)

waardering: B 1

(534)

handeling: Het goedkeuren van het besluit van de Sociale Verzekeringsbank dan wel het zelf besluiten tot vaststelling van het premiepercentage voor de AOW, de AWW/Anw en (tot en met 1989) de kinderbijslagverzekeringen.

grondslag: Algemene Ouderdomswet (Stb. 1956, 281) art. 28 en 68; gewijzigd (Stb. 1985, 181) art. 39 (b.w. Stb. 1989, 127); Algemene Weduwen- en Wezenwet (Stb. 1959, 139) art. 42 eerste lid (b.w. Stb. 1989, 127); Algemene Kinderbijslagwet (Stb. 1962, 160) art. 24 tweede lid; vernummerd (Stb. 1980, 1) art. 27 tweede lid (b.w. Stb. 1988, 631); Kinderbijslagwet voor loontrekkenden (Stb. 1962, 257) art. 31 derde lid (b.w. Stb. 1979, 709); Wet financiering volksverzekeringen (Stb. 1989, 129) art. 11 eerste en vierde lid

periode: 1956 -

product: beschikking

opmerking: Wanneer de minister het besluit van de Sociale Verzekeringsbank niet goedkeurde, diende hij zelf het premiepercentage vast te stellen.

waardering: B 1

(536)

handeling: Het (bij amvb) herzien van het bedrag waarover maximaal premie voor de AOW wordt geheven.

grondslag: Algemene Ouderdomswet (Stb. 1956, 281) art. 27 en 67; gewijzigd (Stb. 1985, 181) art. 39 (b.w. Stb. 1989, 127)

periode: 1956 - 1989

product: algemene maatregel van bestuur / ministeriële regeling

opmerking: De bijna jaarlijkse besluiten tot herziening van het maximumbedrag werd tot 1972 bij amvb genomen, na 1972 bij ministeriële regeling.

waardering: B 1

(537)

handeling: Het vaststellen van een reglement voor het Rijkskinderbijslagfonds.

grondslag: Kinderbijslagwet voor loontrekkenden (Stb. 1939, 806) art. 60 (b.w. Stb. 1952, 342)

periode: 1945 - 1952

product: reglement, onder andere:

- Beschikking van de waarnemend Secretaris-Generaal van Sociale Zaken van 26 september 1940, nr. 3539 (Stcrt. 1940, 188)

- Beschikking van de minister van Sociale Zaken van 3 juni 1947, nr. 6197 (Stcrt. 1947, 108) art. 1

waardering: B 4

(538)

handeling: Het vaststellen van de premie voor het Rijkskinderbijslagfonds.

grondslag: Kinderbijslagwet voor loontrekkenden (Stb. 1939, 806) art. 27 derde lid (b.w. Stb. 1952, 475)

periode: 1945 - 1952

product: algemene maatregel van bestuur

opmerking: De minister stelde de premie voor de werkgevers vast die bij het Rijkskinderbijslagfonds aangesloten waren. Dit verviel toen in 1952 de uitvoering geheel aan de bedrijfsverenigingen overgedragen werd.

waardering: B 1

(541)

handeling: Het (bij of krachtens amvb) stellen van regels inzake vrijwillige verzekering voor de volksverzekeringen.

grondslag: Algemene Ouderdomswet (Stb. 1956, 281) art. 35 en 6 tweede lid; gewijzigd (Stb. 1985, 181) art. 45; Algemene Weduwen- en Wezenwet (Stb. 1959, 139) art. 47 en 7 tweede lid; Wet van 23 april 1971 (Stb. 1971, 308) art. III eerste lid; Algemene Arbeidsongeschiktheidswet (Stb. 1975, 674) art. 77, gewijzigd (Stb. 1989, 127) art. 59a; Wet financiering volksverzekeringen (Stb. 1989, 129) art. 25-27; Algemene Nabestaandenwet (Stb. 1995, 690) art. 63

periode: 1959 -

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit vrijwillige premiebetaling AOW (Stb. 1961, 56)

- Besluit vrijwillige premiebetaling AOW en AWW (Stb. 1971, 798)

- Besluit vrijwillige premiebetaling Algemene Arbeidsongeschiktheidswet (Stb. 1976, 622)

- Besluit vrijwillige verzekering AOW, AWW en AAW (Stb. 1990, 38)

waardering: B 1

(543)

handeling: Het vaststellen van regels inzake de overhevelingstoeslag ingevolge de Wet financiering volksverzekeringen en de Wet overhevelingstoeslag opslagpremies.

grondslag: Wet aanpassing uitkeringsregelingen overheveling opslagpremies (Stb. 1989, 127) art. 81 derde lid en 82 derde lid

periode: 1989 -

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Regeling 'Als overhevelingstoeslag te beschouwen bedragen per 1 januari 1990' (Stcrt. 1989, 252)

- Regeling Vermenigvuldigingsfactoren Oort (Stcrt. 1989, 253)

- Regeling vaststelling als overhevelingstoeslag beschouwde bedragen (Stcrt. 1990, 71)

opmerking: Deze regelingen zijn sindsdien regelmatig aangepast en opnieuw gepubliceerd in de Staatscourant.

waardering: B 1

(545)

handeling: Het goedkeuren van de besluiten van de Sociale Verzekeringsbank en het Algemeen Arbeidsongeschiktheidsfonds inzake vaststelling dan wel zelf vaststellen van een premiepercentage voor de berekening van de overhevelingstoeslag als bedoeld in de Wet overhevelingstoeslag opslagpremies.

grondslag: Wet aanpassing uitkeringsregelingen overheveling opslagpremies (Stb. 1989, 127) art. 2 eerste lid

periode: 1989 - 1995

product: beschikking

waardering: B 1

(546)

handeling: Het bij amvb vaststellen van het premiepercentage voor de berekening van de overhevelingstoeslag als bedoeld in de Wet overhevelingstoeslag opslagpremies.

grondslag: Wet brutering overhevelingstoeslag lonen (Stb. 1993, 743) zoals gewijzigd (Stb. 1995, 566) art. 2 tweede lid

periode: 1995 -

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit vaststelling overhevelingstoeslag 1996 (Stb. 1995, 693)

- Besluit tot vaststelling van de overhevelingstoeslag 1997 (Stb. 1996, 310)

- Besluit tot vaststelling van de overhevelingstoeslag 1998 (Stb. 1997, 806)

waardering: B 1

(547)

handeling: Het bij amvb aanwijzen van uitkeringen en verstrekkingen waarover geen overhevelingstoeslag wordt toegekend.

grondslag: Wet overhevelingstoeslag opslagpremies (Stb. 1989, 128) art. 1 tweede lid, onderdeel b

periode: 1989 -

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit van 11 december 1989 (Stb. 1989, 573)

waardering: B 1

(548)

handeling: Het, tot 1989 bij amvb, vaststellen van regels inzake de vrijstelling van verplichtingen ingevolge de sociale verzekeringswetten wegens gemoedsbezwaren.

grondslag: Ongevallenwet 1921 (Stb. 1921, 819) zoals gewijzigd (Stb. 1928, 223) art. 98 eerste lid (b.w. Stb. 1953, 578 - CSV); Land- en Tuinbouwongevallenwet 1922 (Stb. 1922, 365) zoals gewijzigd (Stb. 1924, 137) art. 106 eerste lid; Ziektewet (Stb. 1929, 374) zoals gewijzigd (Stb. 1935, 32) art. 18 eerste lid en 20 (b.w. Stb. 1953, 578); Kinderbijslagwet voor loontrekkenden (Stb. 1939, 806) art. 19 eerste lid (en 21); vernummerd (Stb. 1952, 475) art. 18 eerste lid (b.w. Stb. 1953, 578); gewijzigd (Stb. 1962, 257) art. 35; Werkloosheidswet (Stb. 1949, J 423) art. 14 eerste lid en negende lid, vernummerd bij (Stb. 1953, 325) art. 12 eerste en negende lid; Coördinatiewet Sociale Verzekeringen (Stb. 1953, 577) art. 17 eerste en zesde lid; Algemene Ouderdomswet (Stb. 1956, 281) art. 36 en 35a; gewijzigd (Stb. 1985, 181) art. 46 en 47 (b.w. Stb. 1989, 127); Algemene Weduwen- en Wezenwet (Stb. 1959, 139) art. 48 en sinds (Stb. 1967, 396) art. 47a (b.w. Stb. 1989, 127); Algemene Kinderbijslagwet (Stb. 1962, 160) art. 30;

Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (Stb. 1967, 655 art. 31 en 32; Algemene Arbeidsongeschiktheidswet (Stb. 1975, 674) art. 75; Wet financiering volksverzekeringen (Stb. 1989, 129) art. 24

periode: 1945 -

product: algemene maatregel van bestuur / ministeriële regeling, onder andere:

algemene maatregel van bestuur

- Besluit van 27 mei 1924 (Stb. 1924, 267)

- Besluit van 20 augustus 1928 (Stb. 1928, 339)

- Besluit van 21 februari 1930 (Stb. 1930, 46)

- Besluit van 25 april 1940 (Stb. 1940, 848)

- Besluit van 13 oktober 1950 (Stb. 1950, K 455)

- Besluit houdende voorschriften inzake vrijstelling van verplichtingen ingevolge sociale verzekeringswetten wegens gemoedsbezwaren (Stb. 1953, 156; vervangen Stb. 1956, 626; Stb. 1980, 358)

ministeriële regeling

- Regeling gemoedsbezwaarden sociale verzekeringswetten (Stcrt. 1989, 252)

waardering: B 1

(549)

handeling: Het, in overleg met de minister van Financiën, vaststellen van regels en uitvoeringsvoorschriften inzake het toekennen van AOW-uitkeringen aan personen die wegens gemoedsbezwaren geen premie maar verhoogde belasting hebben betaald.

grondslag: Algemene Ouderdomswet (Stb. 1956, 281) zoals gewijzigd (Stb. 1962, 209) art. 36a; gewijzigd (Stb. 1985, 181) art. 48

periode: 1962 -

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Beschikkingen van de minister van Sociale Zaken en de staatssecretaris van Financiën van 2 juli 1962, nr. 3492 en 3493 (Stcrt. 1962, 135)

- Spaarregeling Gemoedsbezwaarden (Stcrt. 1985, 87)

- Regeling uitkering aan gemoedsbezwaarden (Stcrt. 1985, 98)

waardering: B 5

(555)

handeling: Het, in overeenstemming met de minister van Financiën, vaststellen van regels inzake de vergoeding van de kosten van sociale verzekeringswetten die geheel of gedeeltelijk door het Rijk worden gefinancierd.

grondslag: onder andere: Noodwet Ouderdomsvoorziening (Stb. 1947, H 155) art. 35 derde lid; Kinderbijslagwet voor invaliditeits-, ouderdoms- en wezenrentetrekkers (Stb. 1948, I 309) art. 16 derde lid; Kinderbijslagwet voor kleine zelfstandigen (Stb. 1951, 212) art. 20 derde lid, gewijzigd (Stb. 1962, 257) art. 24 derde lid (b.w. Stb. 1979, 709); Interimwet invaliditeitsrentetrekkers (Stb. 1962, 534) art. 37 tweede en derde lid; Liquidatiewet invaliditeitswetten (Stb. 1964, 488) zoals gewijzigd (Stb. 1967, 307) art. 40 derde lid en 52 derde lid; Algemene Arbeidsongeschiktheidswet (Stb. 1975, 674) art. 73 zesde lid; Wet van 14 september 1978 (Stb. 1978, 465) art. X zesde lid, XI zesde lid en XIII vierde lid; Toeslagenwet (Stb. 1986, 562) art. 26 tweede lid (b.w. Stb. 1995, 691); Algemene Kinderbijslagwet (Stb. 1962, 160) zoals gewijzigd (Stb. 1988, 631) art. 22 tweede lid; gewijzigd (Stb. 1991, 669) art. 29a tweede lid (b.w. Stb. 1994, 916); Organisatiewet sociale verzekeringen (Stb. 1994, 790) art. 74; Organisatiewet sociale verzekeringen 1997 (Stb. 1997, 95) art. 71; Besluit van 29 september 1942 (Vb.1942, 109) art. 3 lid 2 (b.w. Stb. 1950, K664)

periode: 1947 -

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Regeling van 12 december 1947, nr. 5661 (Stcrt. 1947, 245)

- Ministerieel besluit van 28 november 1951, nr. 4401 (Stcrt. 1951, 234)

- Ministerieel besluit van 7 april 1964, nr. 56432b (Stcrt. 1964, 71)

- Regels inzake de afdracht van gelden (Tw) (Stcrt. 1986, 250; vervangen Stcrt. 1987, 63)

- Financieringsbesluit kinderbijslag (Stcrt. 1988, 254)

- Financieringsregeling Algemene Kinderbijslagwet 1995 (Stcrt. 1995, 216)

- Financieringsregeling Toeslagenwet 1995 (Stcrt. 1995, 216)

- Financieringsregeling Algemene Kinderbijslagwet en Toeslagenwet (Stcrt. 1997, 41)

opmerking: Voorbeelden van wetten die geheel door het Rijk worden gefinancierd zijn de Noodwet Ouderdomsvoorziening, de Kinderbijslagwetten voor rentetrekkers en kleine zelfstandigen, de Toeslagenwet en (sinds 1989) de Algemene Kinderbijslagwet.

waardering: B 5

(556)

handeling: Het, gehoord de Sociaal-Economische Raad, bij amvb wijzigen van de hoogte van de rijksbijdrage aan het Interim-invaliditeitsfonds.

grondslag: Interimwet invaliditeitsrentetrekkers (Stb. 1962, 534) art. 34

periode: 1962 - 1965

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit van 24 november 1964 (Stb. 1964, 465)

waardering: B 1

(557)

handeling: Het vergoeden van de uitgaven ingevolge sociale verzekeringswetten en toeslagen die geheel of gedeeltelijk door het Rijk gefinancierd worden aan de uitvoeringsorganen (SVB, AWf, AAf, Tf, Tica/Lisv, Raden van Arbeid of bedrijfsverenigingen).

grondslag: onder andere: Kinderbijslagwet voor loontrekkenden (Stb. 1939, 806) art. 27 derde lid; vernummerd (Stb. 1952, 475) art. 25 derde lid (b.w. Stb. 1962, 257); Noodwet Ouderdomsvoorziening (Stb. 1947, H 155) art. 35 eerste en tweede lid; Kinderbijslagwet voor invaliditeits-, ouderdoms- en wezenrentetrekkers (Stb. 1948, I 309) art. 16; Kinderbijslagwet voor kleine zelfstandigen (Stb. 1951, 212) art. 20, gewijzigd (Stb. 1962, 257) art. 24 (b.w. Stb. 1979, 709); Werkloosheidswet (Stb. 1986, 566) art. 97 b.w. (Stb. 1987, 629); Algemene Arbeidsongeschiktheidswet (Stb. 1975, 674) art. 73 derde lid (b.w. Stb. 1983, 696); Toeslagenwet (Stb. 1986, 562) art. 26; Algemene Kinderbijslagwet (Stb. 1962, 160) zoals gewijzigd (Stb. 1988, 631) art. 22; gewijzigd (Stb. 1991, 669) art. 29a; Wet financiering volksverzekeringen (Stb. 1989, 129) zoals gewijzigd (Stb. 1989, 611) art. 30 eerste lid en 35 eerste lid; Wet tot aanvulling der ongevallenrenten (Stb. 1950, K 191) art. 12; Wet compensatie premie Algemene Ouderdomswet ongevallenrentetrekkers (Stb. 1957, 223) art. 3; Wet tot aanvulling van renten krachtens de Invaliditeitswet (Stb. 1948, I 308) art. 15; Wet tot aanvulling van renten krachtens de Invaliditeitswet (Stb. 1949, J 587) art. 3; Wet van 20 april 1950 (Stb. 1950, K 158) art. 4; Tijdelijke wet beperking inkomensgevolgen arbeidsongeschiktheidscriteria (Stb. 1996, 93) art. 12 tweede lid;

Besluit van 29 september 1942 (Vb.1942, 109) art. 3 lid 1 (b.w. Stb. 1950, K664)

periode: 1945 -

product: beschikking / Koninklijk besluit

opmerking: De hoogte van de Rijksbijdrage aan de kinderbijslagfondsen in de periode 1941-1962 werd bij Koninklijk besluit vastgesteld. Over dit besluit werd vanaf 1952 de Sociale Verzekeringsraad gehoord. Onder deze handeling valt ook de beoordeling van door de uitvoeringsorganen ingediende begrotingen of ramingen van de kosten.

waardering: V 7 jaar

(561)

handeling: Het goedkeuren van de begroting en jaarrekening van het Algemeen Kinderbijslagfonds en Toeslagenfonds.

grondslag: Algemene Kinderbijslagwet (Stb. 1962, 160) zoals gewijzigd (Stb. 1988, 631) art. 22 vierde lid; gewijzigd (Stb. 1991, 669) art. 29a vierde lid (b.w. Stb. 1994, 916); Toeslagenwet (Stb. 1986, 562) art. 26 derde lid; gewijzigd (Stb. 1990, 316 vierde lid (b.w. Stb. 1994, 916)

periode: 1988 - 1994

product: beschikking

waardering: V 5 jaar wordt bewaard bij de SVB/het Tf

(562)

handeling: Het vergoeden van de kosten voor uitkeringen aan bemanningsleden van zeevissersvaartuigen.

grondslag: Zeeongevallenwet 1919 (Stb. 1915, 214) art. 10 derde lid

periode: 1945 - 1967

product: beschikking

opmerking: Wegens de geringe draagkracht van de verzekeringsvereniging van de zeevissers was in de wet vastgelegd dat een deel van de uitkeringen voor de bemanningsleden van zeevisserschepen door het Rijk werd gedragen, te weten de helft van de uitkeringen voor schepen groter dan 40 ton inhoud en driekwart bij schepen kleiner dan 40 ton. Deze bijdrage werd gestort aan de Vereniging “Zee-risico”, die door de reders belast was met de uitvoering van de wet.

waardering: V 7 jaar

(564)

handeling: Het (jaarlijks) verstrekken van een bijdrage aan het Ouderdomsfonds.

grondslag: Ouderdomswet 1919 (Stb 1919, 628) art. 4; Wet van 30 juli 1926 (Stb. 1926, 247)

periode: 1945 - 1990

product: beschikking

waardering: V 7 jaar

(565)

handeling: Het jaarlijks verlenen van een bepaald bedrag aan het Algemeen Mijnwerkersfonds als bijdrage in de lasten van de verzekering van mijnarbeiders.

grondslag: Mijnwerkersinvaliditeitswet (Stb. 1933, 181) art. 9; Wet tot aanvulling van renten krachtens de Invaliditeitswet (Stb. 1948, I 308) art. 15; Wet tot aanvulling van renten krachtens de Invaliditeitswet (Stb. 1949, J 587) art. 3; Wet van 20 april 1950 (Stb. 1950, K 158) art. 4;

periode: 1945 - 1996

product: beschikking

waardering: V 7 jaar

(566)

handeling: Het (bij amvb) vaststellen van regels inzake de verrekening van premies en uitkeringen en inzake de begroting en verdeling van de uitvoeringskosten van de sociale verzekeringen door de uitvoeringsorganen.

grondslag: Wet op de Sociale Verzekeringsbank en de Raden van Arbeid (Stb. 1933, 598) art. 17, 18 en 62; gewijzigd (Stb. 1956, 297) art. 12, 13 en 62; Invaliditeitswet (Stb. 1913, 205) art. 24; Organisatiewet Sociale Verzekering (Stb. 1952, 344) art. 51 eerste lid; Ouderdomswet 1919 (Stb. 1919, 628) art. 4 derde lid, 6 tweede lid; Werkloosheidswet (Stb. 1949, J 423) art. 51, gewijzigd (Stb. 1953, 117) art. 42; Kinderbijslagwet voor loontrekkenden (Stb. 1962, 257) art. 34 zesde lid, vernummerd (Stb. 1976, 473) zevende lid (b.w. Stb. 1979, 709); Interimwet invaliditeitsrentetrekkers (Stb. 1962, 534) art. 55; Organisatiewet sociale verzekeringen (Stb. 1994, 790) art. 81 eerste lid en 85 eerste lid; Organisatiewet sociale verzekeringen 1997 (Stb. 1997, 95) art. 80 vierde lid

periode: 1945 - 1994

product: algemene maatregel van bestuur / ministeriële regeling, onder andere:

algemene maatregel van bestuur

- Besluit van 13 oktober 1934 (Stb. 1934, 547)

- Besluit van 13 oktober 1934 (Stb. 1934, 548)

- Besluit van 22 oktober 1957 (Stb. 1957, 422)

ministeriële regeling

- Regeling toerekening uitvoeringskosten Sociale Verzekeringsraad van de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid van 15 augustus 1969, no. 53374

- Beschikking verdeling kosten van beheer Sociale Verzekeringsbank (Stcrt. 1957, 213; vervangen Stcrt. 1968, 72, Stcrt. 1980, 135)

- Beschikking verdeling kosten van beheer Raden van Arbeid (Stcrt. 1957, 219; vervangen (Stcrt. 1968, 73; Stcrt. 1980, 50)

- Ministerieel besluit van 7 april 1964, nr. 56432a (Stcrt. 1964, 71)

- Ministerieel besluit van 2 augustus 1978, nr. 171.287 (Stcrt. 1978, 153)

- Regeling toerekening uitvoeringskosten College van toezicht sociale verzekeringen (Stcrt. 1995, 89)

waardering: B 5

(571)

handeling: Het vaststellen van het budget voor de uitvoeringskosten van het College van toezicht sociale verzekeringen

grondslag: Organisatiewet sociale verzekeringen (Stb. 1994, 790) art. 82 eerste lid en 83 eerste lid; Organisatiewet sociale verzekeringen 1997 (Stb. 1997, 95) art. 77 eerste lid en 78 eerste lid

periode: 1995 -

product: beschikking

waardering: V 10 jaar

(575)

handeling: Het jaarlijks bij Koninklijk besluit vaststellen van de verdeling van de kosten van de Sociale Verzekeringsbank en de Raden van Arbeid over de verschillende sociale verzekeringsfondsen.

grondslag: Wet op de Sociale Verzekeringsbank en de Raden van Arbeid (Stb. 1933, 598) art. 18 en 62 (b.w. Stb. 1956, 297)

periode: 1945 - 1956

product: Koninklijk besluit

waardering: V 5 jaar

(583)

handeling: Het vaststellen van de bijdrage van het College van toezicht sociale verzekeringen in de kosten van de onderzoeken van de Nationale ombudsman.

grondslag: Organisatiewet sociale verzekeringen 1997 (Stb. 1997, 95) art. 80 vijfde lid

periode: 1997 -

product: beschikking

waardering: V 10 jaar

(585)

handeling: Het stellen van nadere regels ten aanzien van het toekennen van een bijdrage door het Algemeen Werkloosheidsfonds aan de wachtgeldfondsen van de bedrijfsverenigingen.

grondslag: Werkloosheidswet (Stb. 1949, J 423) art. 43, gewijzigd bij (Stb. 1953, 117) art. 34; Werkloosheidswet (Stb. 1986, 566) art. 94 tweede lid en 113 (b.w. Stb. 1990, 404)

periode: 1949 -1990

product: ministeriele regeling, onder andere:

- Besluit van 17 september 1951, nr. 3626 (Stcrt. 1951, 182)

- Regeling Lastenplafonds wachtgeldfondsen (Stcrt. 1986, 242)

opmerking: Vanaf 1953 werd bij vaststelling van dergelijke regels de SVr door de minister gehoord.

waardering: B 5

(588)

handeling: Het stellen van regels betreffende de aanvulling van de ziekenkassen van een Raad van Arbeid door de andere uitvoeringsorganen.

grondslag: Ziektewet (Stb. 1935, 32) art. 67 zoals gewijzigd (Stb. 1937, 800) (b.w. Stb. 1952, 343)

periode: 1945 - 1952

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Besluit van 1 november 1943 (Stcrt. 1943, 224)

- Besluit van 14 april 1944 (Stcrt. 1944, 76)

waardering: V 10 jaar

(589)

handeling: Het geven van opdracht aan alle Raden van Arbeid om een ontstaan tekort bij de ziekenkas van een Raad van Arbeid aan te vullen.

grondslag: Ziektewet (Stb. 1935, 32) art. 67 zoals gewijzigd (Stb. 1937, 800) (b.w. Stb. 1952, 343)

periode: 1945 - 1952

product: circulaire

waardering: V 10 jaar

(590)

handeling: Het stellen van regels ten aanzien van het uit het AWf vergoeden van door het Rijk verleende bijdragen aan remigrerende werkloze werknemers.

grondslag: Werkloosheidswet (Stb. 1986, 566) art. 95 derde lid en 112

periode: 1986 -

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Besluit vergoeding remigratiebijdragen (Stcrt. 1986, 250)

- Regeling vergoeding remigratiebijdragen (Stcrt. 1996, 250)

waardering: B 5

(596)

handeling: Het, in overleg met de ministers wie het aangaat, vaststellen van regels inzake het toekennen van een uitkering uit het Algemeen Arbeidsongeschiktheidsfonds aan uitkeringverlenende rechtspersonen in verband met het ontbreken of beperken van het recht op uitkering of voorzieningen (de zogeheten fictieve uitvoering van de AAW).

grondslag: Algemene Arbeidsongeschiktheidswet (Stb. 1975, 674) art. 8 derde lid

periode: 1976 -

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Regelen inzake een uitkering uit het AAf (Stcrt. 1976, 208)

opmerking: Verzekerden die aanspraak of uitzicht hebben op een overheidspensioen wegens arbeidsongeschiktheid, hebben slechts recht op toekenning van een AAW-uitkering, indien deze hoger is dan dit pensioen. Zij komen niet in aanmerking voor AAW-voorzieningen. Omdat overheidswerkgevers wel premieplichtig zijn voor de AAW, werd uit het AAf maandelijks een vergoeding verstrekt aan het Algemeen Burgerlijk Pensioenfonds en de Minister van Defensie en tot 1994 aan het Spoorwegpensioenfonds voor het bedrag aan AAW-uitkeringen en AAW-voorzieningen dat aan de desbetreffende groep AAW-verzekerden niet wordt uitbetaald. De bij de vaststellen van de regeling betrokken ministers zijn dus de ministers van Binnenlandse Zaken, Defensie en Verkeer en Waterstaat.

waardering: B 5

(599)

handeling: Het voorbereiden en vaststellen van regelgeving betreffende de Ziektewetverzekering van degenen die zijn ingezet door de Einsatz Holland der Organisation Todt.

grondslag: Verordening van de rijkscommissaris voor het bezette Nederlandse gebied (Vb.1940, 23) art. 1; Verordening van de rijkscommissaris voor het bezette Nederlandse gebied (Vb.1940, 3) art. 2-3

periode: 1945 - 1945

product: - Besluit van 1 november 1943 (Stcrt.1943, 224)

- Besluit van 14 april 1944 (Stcrt.1944, 76)

waardering: B 6

(600)

handeling: Het houden van financieel toezicht op “De Centrale Onderlinge” en het bepalen van de bedragen die andere uitvoeringsinstanties moeten bijdragen.

grondslag: Besluit van 1 november 1943 (Stcrt.1943, 224) art. 1-2; Besluit van 14 april 1944 (Stcrt.1944, 76) art. 1-2

periode: 1943-1944

product: financiële bescheiden

waardering: B 6

(601)

handeling: Het geven van nadere richtlijnen betreffende de Ziektewetverzekering van degenen die zijn ingezet door de Einsatz Holland der Organisation Todt.

grondslag: Besluit van 1 november 1943 (Stcrt.1943, 224) art. 5; Besluit van 14 april 1944 (Stcrt.1944, 76) art. 5

periode: 1943-1944

product: Besluit van 19 mei 1944 (Stcrt.1944, 97)

waardering: B 6

(602)

handeling: Het vaststellen van regels ten aanzien van het beheer en de belegging van gelden van de sociale verzekeringsfondsen.

grondslag: onder andere: Ziektewet (Stb. 1935, 32) art. 113, art. 114, art. 115 eerste lid; gewijzigd (Stb. 1952, 343); vernummerd (Stb. 1952, 474) art. 63 eerste lid (b.w. Stb. 1959, 66) en zoals gewijzigd (Stb. 1994, 916) art. 63 tweede lid (b.w. Stb. 1996, 134); Kinderbijslagwet voor loontrekkenden (Stb. 1939, 806) art. 34, 50 en 62 (b.w. Stb. 1962, 257); Werkloosheidswet (Stb. 1949, J 423) art. 29 vijfde lid, vernummerd (Stb. 1953, 117) art. 20 vijfde lid; Algemene Ouderdomswet (Stb. 1956, 281) art. 23, 25 en 65 gewijzigd (Stb. 1985, 181) art. 34, 36 en 74; Algemene Weduwen- en wezenwet (Stb. 1959, 139) art. 21 twaalfde lid, 40 en 85a; Algemene Kinderbijslagwet (Stb. 1962, 160) art. 21 vierde lid, vernummerd (Stb. 1980, 1) art. 24 vierde lid; gewijzigd (Stb. 1990, 128) art. 22 derde lid; gewijzigd (Stb. 1991, 669) art. 29a derde lid (b.w. Stb. 1994, 916); Toeslagenwet (Stb. 1987, 91) art. 26 derde lid; Ziektewet (Stb. 1929, 374) art. 63 tweede lid; Werkloosheidswet (Stb. 1986, 566) art. 91 derde lid, 96 derde lid, 97 tweede en vierde lid en 113; Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (Stb. 1966, 84) art. 76 vierde en vijfde lid; Algemene Arbeidsongeschiktheidswet (Stb. 1975, 674) art. 72 tweede lid, 73 zevende lid en 100 (b.w. Stb. 1989, 127); Toeslagenwet (Stb. 1986, 562) zoals gewijzigd (Stb. 1990, 316) art. 26 derde lid (b.w. Stb. 1994, 916); Wet financiering volksverzekeringen (Stb. 1989, 129) art. 32 tweede en vierde lid, 35 derde lid, 36 tweede en vierde lid, 41 en 45 eerste lid; Organisatiewet sociale verzekeringen (Stb. 1994, 790) art. 69 zesde lid, 70, 71, 73 tweede lid en 76; Organisatiewet sociale verzekeringen 1997 (Stb. 1997, 95) art. 67, 68, 70 tweede lid, 71a derde lid en 72

periode: 1945 -

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Beschikking van de waarnemend Secretaris-Generaal van Sociale Zaken van 29 oktober 1940, nr. 3466 (Stcrt. 1940, 212)

- Beschikking van de waarnemend Secretaris-Generaal van Sociale Zaken van 29 oktober 1940, nr. 3467 (Stcrt. 1940, 212)

- Beschikking van de minister van Sociale Zaken van 3 juni 1947, nr. 6421 (Stcrt. 1947, 108)

- Besluit belegging van gelden van de wachtgeldfondsen en het Algemeen Werkloosheidsfonds (Stcrt. 1954, 100)

- Besluit belegging Ouderdomsfonds (Stcrt. 1957, 160)

- Besluit belegging van gelden Ouderdomsfonds en Weduwen- en wezenfonds (Stcrt. 1960, 137)

- Besluit belegging van gelden Ouderdomsfonds, Weduwen- en wezenfonds en Algemeen Kinderbijslagfonds (Stcrt. 1963, 7; vervangen Stcrt. 1974, 77)

- Beleggingsvoorschriften gelden Arbeidsongeschiktheidsfonds (Stcrt. 1972, 7)

- Besluit beleggingsvoorschriften sociale verzekeringsfondsen (Stcrt. 1982, 150; vervangen Stcrt. 1989, 204; 1991, 196; 1995, 49; 1996, 19)

- Besluit beleggingsvoorschriften Algemeen Kinderbijslagfonds (Stcrt. 1988, 254)

- Uitvoeringsregeling IOF en OFB (Stcrt. 1988, 254)

- Liquiditeitsregeling Centrale Sociale Verzekeringsfondsen (Stcrt. 1989, 240; vervangen Stcrt. 1996, 129)

- Regeling financiële rapportage fondsbeheerders (Stcrt. 1995, 224)

- Besluit Bijzondere Beleggingsvoorschriften in verband met de ontvlechting bedrijfsverenigingen - uitvoeringsinstellingen per 1 januari 1996 (Stcrt. 1995, 248; vervangen Stcrt. 1997, 125)

- Regeling tijdelijke middelenoverheveling en leningen centrale fondsen (Stcrt. 1997, 41)

- Regeling rekening-courantverhouding sociale verzekeringen (Stcrt. 1997, 242)

- Regeling reservevorming wachtgeldfondsen (Stcrt. 1997, 249)

opmerking: Tot het beheer van de sociale verzekeringsfondsen wordt ook het beheer van reserves, wachtgeldfondsen en afdelingskassen door bedrijfsverenigingen gerekend.

waardering: B 1

(604)

handeling: Het verstrekken van leningen (voorschotten) en bijdragen aan de sociale verzekeringsfondsen.

grondslag: Algemene Ouderdomswet (Stb. 1956, 281) zoals gewijzigd (Stb. ) art. 65; gewijzigd (Stb. 1985, 181) art. 74 (b.w. Stb. 1989, 127); Algemene Weduwen- en Wezenwet (Stb. 1959, 139) zoals gewijzigd (Stb.1976, 235) art. 21 twaalfde lid en (Stb. 1987, 629) art. 85a tweede en vierde lid (b.w. Stb. 1989, 127); Algemene Arbeidsongeschiktheidswet (Stb. 1975, 674) art. 100; Wet herziening aanpassingsmechanismen en vaststelling regelen hoogte sociaal minimum (Stb. 1979, 711) art. VII, IX eerste lid en XI eerste lid; Wet van 14 september 1978 (Stb. 1978, 465) art. X vijfde lid, XI vijfde lid en XIII derde lid; Algemene Kinderbijslagwet (Stb. 1962, 160) zoals gewijzigd (Stb. 1979, 709) art. 22-23 (b.w. Stb. 1983, 677); Werkloosheidswet (Stb. 1986, 566) zoals gewijzigd (Stb. 1987, 629) art. 97 eerste lid (b.w. Stb. 1994, 916); Wet financiering volksverzekeringen (Stb. 1989, 129) art. 32 eerste en derde lid en 36 eerste en derde lid; Liquiditeitsregeling Centrale Sociale Verzekeringsfondsen (Stcrt. 1989, 240) art. 2; Organisatiewet sociale verzekeringen (Stb. 1994, 790) zoals gewijzigd (Stb. 1994, 916) art. 69 negende lid; Organisatiewet sociale verzekeringen 1997 (Stb. 1997, 95) art. 67 zesde lid

periode: 1976 - 1997

product: beschikking

opmerking: De hoogte van de bijdrage of het voorschot werd in overleg met de minister van Financiën vastgesteld. Wanneer de vaststelling in de loop van het jaar plaatsvond, of herzien werd gebeurde dit bij Koninklijk besluit.

waardering: V 5 jaar

(612)

handeling: Het geven van toestemming en/of aanwijzingen aan een bedrijfsvereniging of het AWf/ Tica/Lisv voor uitgaven ten laste van de reserve.

grondslag: Ziektewet (Stb. 1929, 374) zoals gewijzigd (Stb. 1994, 916) art. 63 tweede lid (b.w. Stb. 1996, 134); Werkloosheidswet (Stb. 1949, J 423) art. 50, gewijzigd (Stb. 1953, 117) art. 41 eerste lid; Werkloosheidswet (Stb. 1986, 566) art. 96 tweede lid; Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (Stb. 1966, 84) zoals gewijzigd (Stb. 1994, 916) art. 76 vierde lid, vernummerd (1995) vijfde lid

periode: 1953 - 1997

product: beschikking

waardering: V 3 jaar

Organisatie van de uitvoering

(615)

handeling: Het instellen, wijzigen en opheffen van organisatie-eenheden op het beleidsterrein sociale verzekeringen.

periode: 1945 -

product: (organisatie)besluiten

waardering: B 4

(618)

handeling: Het bij amvb vaststellen van regels voor de samenwerking tussen de uitvoeringsorganen van de sociale verzekeringen, de Arbeidsvoorzieningsorganisatie, gemeenten en andere diensten en instellingen in verband met de inschakeling van uitkeringsgerechtigden in het arbeidsproces.

grondslag: Organisatiewet sociale verzekeringen 1997 (Stb. 1997, 95) art. 26 tweede lid en 45 tweede lid

periode: 1997 -

product: algemene maatregel van bestuur

waardering: B 1

(621)

handeling: Het bij amvb vaststellen van regels voor het vervullen van andere taken door uitvoeringsorganen dan de wettelijk voorgeschreven.

grondslag: Organisatiewet sociale verzekeringen 1997 (Stb. 1997, 95) art. 25 vijfde lid en 50 derde lid

periode: 1997 -

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit toetsingskader andere taken (Stb. 1997, 98)

waardering: B 1

(622)

handeling: Het verlenen van toestemming aan uitvoeringsorganen voor het verrichten van andere taken dan de wettelijk voorgeschreven taken.

grondslag: Organisatiewet sociale verzekeringen (Stb. 1994, 790) art. 49 en 54; Organisatiewet sociale verzekeringen 1997 (Stb. 1997, 95) art. 25 derde en vierde lid, 50; Besluit toetsingskader andere taken (Stb. 1997, 98) art. 2-4

periode: 1995 -

product: beschikking

waardering: B 5

(623)

handeling: Het bij amvb treffen van tijdelijke voorzieningen waarmee wordt bevorderd dat zo min mogelijk beroep behoeft te worden gedaan op de werknemersverzekeringen.

grondslag: Organisatiewet sociale verzekering (Stb. 1994, 790) art. 114; Organisatiewet sociale verzekeringen 1997 (Stb. 1997, 95) art. 112

periode: 1995 -

product: algemene maatregel van bestuur

opmerking: Een dergelijke voorziening heeft betrekking op samenwerking tussen het Tica/Lisv met één of meer Regionale Besturen voor de Arbeidsvoorziening, één of meer gemeenten of één of meer diensten of instellingen die werkzaamheden verrichten verband houdende met de werkzaamheden van het Tica/Lisv.

waardering: B 1

(624)

handeling: Het verdelen van het bedrijfs- en beroepsleven in onderdelen voor de uitvoering van de sociale verzekering.

grondslag: Werkloosheidswet (Stb. 1949, J 342) art. 16 eerste lid (b.w. Stb. 1953, 117); Organisatiewet Sociale Verzekering (Stb. 1952, 344) art. 3; Organisatiewet sociale verzekeringen (Stb. 1994, 790) art. 39; Organisatiewet sociale verzekeringen 1997 (Stb. 1997, 95) art. 51 eerste lid

periode: 1949 -

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Beschikking van de minister van Sociale Zaken van 31 december 1949 (Stcrt. 1950, 8)

- Beschikking van de staatssecretaris van Sociale Zaken van 8 december 1952 (Stcrt. 1952, 242)

- Regeling indeling bedrijfs- en beroepsleven in sectoren (Stcrt. 1997, 41)

opmerking: In de beschikking op grond van de OSV/nOsv gaat het om een indeling in 'takken', waarvoor bedrijfsverenigingen moeten zijn. In 1997 zijn het 'sectoren', waarbij het Lisv een sector kan indelen in sectoronderdelen. Voor een sector of sectoronderdeel kan een sectorraad worden ingesteld. In de bijlage bij deze beschikkingen wordt een overzicht gegeven van de verschillende werkzaamheden die onder de verschillende takken/sectoren vallen.

waardering: B 1

(626)

handeling: Het stellen van regels inzake de aansluiting van werkgevers bij een bedrijfsvereniging/sector en de overgang van vermogen bij overgang van één of meer werkgevers naar een andere bedrijfsvereniging/sector.

grondslag: Ziektewet (Stb. 1935, 32) art. 105 derde lid (b.w. Stb. 1952, 343); Werkloosheidswet (Stb. 1949, J 423) art. 19 zevende lid (b.w. Stb. 1953, 117)

periode: 1945 - 1952

product: algemene maatregel van bestuur

opmerking: Voor 1952 werden de regels bij amvb vastgesteld.

waardering: V 5 jaar (na vervallen)

(630)

handeling: Het goedkeuren van een besluit van de SVr inzake de vaststelling van het deel van de fondsen van een bedrijfsvereniging dat bij de overgang van een of meer werkgevers naar een andere bedrijfsvereniging mede overgaat.

grondslag: Organisatiewet Sociale Verzekering (Stb. 1952, 344) zoals gewijzigd (Stb. 1953, 120) art. 7 vierde lid; gewijzigd (Stb. 1961, 150) art. 7 vierde en vijfde lid

periode: 1953 - 1994

product: beschikking

waardering: V 10 jaar

(632)

handeling: Het (bij amvb) vaststellen van de vestigingsplaats van het Ctsv, het Lisv, de SVB en de districten en zetels van de Raden van Arbeid.

grondslag: Wet op de Sociale Verzekeringsbank en de Raden van Arbeid (Stb. 1933, 598) art. 1 en 2; Organisatiewet sociale verzekeringen (Stb. 1994, 790) art. 2, 21; Organisatiewet sociale verzekeringen 1997 (Stb. 1997, 95) art. 3, 17 en 30

periode: 1945 -

product: algemene maatregel van bestuur / ministeriële regeling, onder andere:

- Besluit van 2 juni 1934 (Stb. 1934, 301)

- Besluit van 22 juni 1934 (Stb. 1934, 327)

- Besluit van 13 oktober 1950 (Stb. 1950, K 454)

- Besluit aanwijzing zetel Sociale Verzekeringsbank (Stcrt. 1956, 135; vervangen Stcrt. 1990, 252)

- Besluit gebiedsindeling en plaats van vestiging Raden van Arbeid (Stb. 1982, 645)

- Regeling tot vaststelling van de zetel van het Landelijk instituut sociale verzekeringen (Stcrt. 1997, 41)

waardering: V 5 jaar na vervallen

(633)

handeling: Het, tot 1952 bij amvb, vanaf 1952 gehoord de SER, aanwijzen van centrale en representatieve organisaties van werkgevers en werknemers, die een bepaald aantal leden van de Raad van Toezicht LTOW, de Sociale Verzekeringsraad, het bestuur van de Sociale Verzekeringsbank en van het Landelijk instituut sociale verzekeringen mogen aanwijzen of die betrokken dienen te zijn bij de oprichting/instandhouding van een bedrijfsvereniging, het Tica of een sectorraad.

grondslag: Land- en Tuinbouwongevallenwet 1922 (Stb. 1922, 365) art. 33 derde lid; Werkloosheidswet (Stb. 1949, J 342) art. 24 vijfde lid, vernummerd (Stb. 1953, 117) art. 14 vijfde lid; Organisatiewet Sociale Verzekering (Stb. 1952, 344) art. 6a, 35 zesde lid; Wet op de Sociale Verzekeringsbank en de Raden van Arbeid (Stb. 1933, 598) zoals gewijzigd (Stb. 1956, 297) art. 6 derde lid; Organisatiewet sociale verzekeringen (Stb. 1994, 790) art. 24, 31 eerste lid, 40 en 41 tweede lid; Organisatiewet sociale verzekeringen 1997 (Stb. 1997, 95) art. 20, 33 en 56; Invoeringswet Organisatiewet sociale verzekeringen 1997 (Stb. 1997, 95) art. 66

periode: 1945 -

product: algemene maatregel van bestuur / ministeriële regeling, onder andere:

- Besluit van 26 september 1961, nr. 3183

- Beschikking van 27 juli 1964, nr. 58 337 (Stcrt. 1964, 151)

- Besluit van 11 oktober 1982 nr. 55 835

- Besluit van 3 november 1982, nr. 55 667 (Stcrt. 1982, 223)

- Besluit van 23 september 1994, nr. SZ/SV/U/94/4214 (Stcrt. 1994, 188)

- Aanwijzing organisatie overheidswerkgevers als representatieve organisatie in de zin van art. 56 Osv 1997 (Stcrt. 1997, 41)

waardering: B 4

(637)

handeling: Het (bij amvb) vaststellen van nadere regels ten aanzien van de onverenigbaarheid van lidmaatschap van de Sociale Verzekeringsraad, het bestuur van het Ctsv, van de Sociale Verzekeringsbank, het Lisv en de centrale fondsen met andere functies.

grondslag: Organisatiewet Sociale Verzekering (Stb. 1952, 344) art. 36 tweede lid; Wet op de Sociale Verzekeringsbank en de Raden van Arbeid (Stb. 1933, 598) zoals gewijzigd (Stb. 1956, 297) art. 7 tweede lid; Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (Stb. 1966, 84) art. 72 vierde lid, vernummerd (Stb. 1974, 509) zesde lid (b.w. Stb. 1976, 473); Algemene Arbeidsongeschiktheidswet (Stb. 1975, 674) art. 66 zesde lid (b.w. Stb. 1994, 916); Werkloosheidswet (Stb. 1986, 655) art. 103 zesde lid (b.w. Stb. 1994, 916) Organisatiewet sociale verzekeringen 1997 (Stb. 1997, 95) art. 6, 21, 34

periode: 1952 - 1994, 1997 -

product: algemene maatregel van bestuur / ministeriële regeling, onder andere:

- Besluit Onverenigbaarheid lidmaatschap Sociale Verzekeringsraad met andere functies (Stb. 1966, 537)

- Besluit van 14 januari 1974 (Stb. 1974, 41)

- Regeling onverenigbare functies Ctsv, SVB en Lisv (Stcrt. 1997, 41)

waardering: B 4

(638)

handeling: Het verlenen van ontheffing voor de bepaling in de OSV inzake de onverenigbaarheid van het lidmaatschap van de Sociale Verzekeringsraad met andere functies.

grondslag: Organisatiewet Sociale Verzekering (Stb. 1952, 344) art. 36 tweede lid (b.w. Stb. 1962, 24)

periode: 1952 - 1962

product: beschikking

waardering: V 5 jaar

(639)

handeling: Het regelen van de rechtspositie van de leden van het bestuur van het Ctsv, de voorzitter van de SVB en van het Lisv.

grondslag: Organisatiewet sociale verzekeringen (Stb. 1994, 790) art. 7 eerste lid; Organisatiewet sociale verzekeringen 1997 (Stb. 1997, 95) art. 7 eerste lid, 22 eerste lid en 35 eerste lid

periode: 1995 -

product: rechtspositieregeling

waardering: V 10 jaar

(640)

handeling: Het vaststellen van nadere regels voor de SVr omtrent

- het aantal leden en plaatsvervangende leden;

- de zetel van de Raad;

- de organisatie en taak:

- de kennisgeving aan de minister van genomen besluiten;

- de geldmiddelen en

- de geheimhoudingsplicht van de leden

grondslag: Organisatiewet Sociale Verzekering (Stb. 1952, 344) art. 35, 37, 43, 51 en 68

periode: 1952 - 1994

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Regels betreffende de Sociale Verzekeringsraad (Stcrt. 1953, 69)

- Regels betreffende de Sociale Verzekeringsraad (Stcrt. 1962, 140)

- Regeling toerekening uitvoeringskosten SVr, van 15 augustus 1969, nr. 53 374, Publ. SV 1969, nr. 31

waardering: B 4

(642)

handeling: Het doen van een voordracht aan de Kroon voor de benoeming van de voorzitter van de SVr, gehoord de Sociaal-Economische Raad.

grondslag: Organisatiewet Sociale Verzekering (Stb. 1952, 344) art. 35 derde lid

periode: 1952 - 1994

product: voordracht

waardering: V 10 jaar na bereiken van de 75-jarige leeftijd of overlijden

(643)

handeling: Het benoemen van een deel van de leden en plaatsvervangende leden van de SVr en het aanwijzen van een deel van de plaatsvervangende voorzitters, leden en plaatsvervangende leden van het dagelijks bestuur.

grondslag: Organisatiewet Sociale Verzekering (Stb. 1952, 344) art. 35 vierde tot en met zesde lid en 39 eerste lid

periode: 1952 - 1994

product: beschikking

opmerking: Voor de aanwijzing van de plaatsvervangende voorzitters werd de SVr gehoord.

waardering: V 10 jaar na bereiken van de 75-jarige leeftijd of overlijden

(649)

handeling: Het aanwijzen van personen die namens hem, met raadgevende stem, vergaderingen van de SVr, zijn kamers of commissies bijwonen.

grondslag: Regels betreffende de Sociale Verzekeringsraad (Stcrt. 1962, 140) art. 16a

Organisatiewet Sociale Verzekering (Stb. 1952, 344) zoals gewijzigd (Stb. 1966, 86) art. 39

periode: 1962 -

product: beschikking

waardering: V 5 jaar

(652)

handeling: Het (bij amvb) vaststellen van regels voor de werkzaamheden van de Raad van Toezicht RVB, Raad van Toezicht LTOW en het College van Toezicht (ZW).

grondslag: Wet op de Sociale Verzekeringsbank en de Raden van Arbeid (Stb. 1933, 598) art. 15 vierde lid (b.w. Stb. 1953, 121); Land- en Tuinbouwongevallenwet 1922 (Stb. 1922, 365) art. 34 eerste lid; Ziektewet (Stb. 1929, 374) zoals gewijzigd (Stb. 1935, 32) art. 120

periode: 1945 - 1953

product: algemene maatregel van bestuur / ministeriële regeling, onder andere:

- Besluit van 29 november 1923 (Raad van Toezicht LTOW) (Stb. 1923, 528)

- Besluit van 9 juli 1929 (College van Toezicht) (Stb. 1929, 383)

opmerking: Voor de vaststelling werden de organen zelf gehoord.

waardering: B 4

(653)

handeling: Het (bij Koninklijk besluit) benoemen van de leden en voorzitter van het College van Toezicht, de Raad van Toezicht RVB en de Raad van Toezicht LTOW.

grondslag: Land- en Tuinbouwongevallenwet 1922 (Stb. 1922, 365) art. 33; Besluit van 9 juli 1929 (Stb. 1929, 383) art. 1 tweede lid

periode: 1945 - 1952

product: Koninklijk besluit

waardering: V 10 jaar na beëindiging functie

opmerking: De leden van de Raad van Toezicht bij de RVB werden bij ministerieel besluit benoemd, de anderen bij Koninklijk besluit. De colleges waren tripartiet samengesteld en de benoeming van de werkgevers- en werknemers leden gebeurde op voordracht van door de minister als representatief aangewezen werkgevers- en werknemersorganisaties.

(655)

handeling: Het bij Koninklijk besluit benoemen en ontslaan en bij ministerieel besluit schorsen van de bestuursleden van het Ctsv.

grondslag: Organisatiewet sociale verzekeringen (Stb. 1994, 790) art. 4; Invoeringswet Organisatiewet sociale verzekeringen (Stb. 1994, 916) art. III; Organisatiewet sociale verzekeringen 1997 (Stb. 1997, 95) art. 5

periode: 1994 -

product: Koninklijk besluit, beschikking

opmerking: Alvorens een voordracht voor benoeming of ontslag te doen, wordt de SER in de gelegenheid gesteld hierover advies uit te brengen. De minister heeft de bevoegdheid de bestuursleden te schorsen.

waardering: V 10 jaar na bereiken van de 75-jarige leeftijd of overlijden

(661)

handeling: Het vaststellen van voorschriften voor gemeenschappelijke regelingen tussen twee of meer Raden van Arbeid.

grondslag: Wet op de Sociale Verzekeringsbank en de Raden van Arbeid (Stb. 1933, 598) art. 41 derde lid

periode: 1945 - 1988

product: ministeriële regeling

waardering: V 5 jaar

(666)

handeling: Het (bij Koninklijk besluit) benoemen van bestuursleden, plaatsvervangende bestuursleden en (wiskundig) adviseurs van de Sociale Verzekeringsbank en de voorzitters en leden van de Raden van Arbeid en (tot 1953) van de Raad van Toezicht.

grondslag: Wet op de Sociale Verzekeringsbank en de Raden van Arbeid (Stb. 1933, 598) art. 6, 7, 11, 13, 20 en 29 eerste lid; Organisatiewet sociale verzekeringen (Stb. 1994, 790) art. 22-24; Organisatiewet sociale verzekeringen 1997 (Stb. 1997, 95) art. 18-20

periode: 1945 -

product: Koninklijk besluit, beschikking

opmerking: De benoeming van de bestuursleden van de Sociale Verzekeringsbank gebeurde tot 1956 bij Koninklijk besluit. Sinds wetswijziging van 31 mei 1956 werd een derde deel van de bestuursleden door de minister benoemd, een derde deel door daartoe aangewezen organisaties van werkgevers en een derde deel door daartoe aangewezen organisaties van werknemers. De voorzitters van de Raden van Arbeid en van de Raad van Toezicht werden door de Kroon benoemd, de leden van deze Raden door de minister.

waardering: V 10 jaar na bereiken van de 75-jarige leeftijd of overlijden

(673)

handeling: Het bij amvb vaststellen van regels ten aanzien van de vergoedingen voor de leden van de Raden van Arbeid.

grondslag: Wet op de Sociale Verzekeringsbank en de Raden van Arbeid (Stb. 1933, 598) art. 32 en 36

periode: 1945 - 1988

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit van 10 november 1934 (Stb. 1934, 574)

- Besluit van 14 april 1949 (Stb. 1949, J 176)

waardering: V 5 jaar na vervanging

(674)

handeling: Het geven van toestemming aan een voorzitter van een Raad van Arbeid om nevenfuncties te bekleden.

grondslag: Wet op de Sociale Verzekeringsbank en de Raden van Arbeid (Stb. 1933, 598) art. 30 tweede lid

periode: 1945 - 1988

product: beschikking

waardering: V 10 jaar

(678)

handeling: Het erkennen of intrekken van de erkenning van het Tijdelijke instituut voor coördinatie en afstemming en goedkeuren van de statuten.

grondslag: Organisatiewet sociale verzekeringen (Stb. 1994, 790) art. 31-35

periode: 1994 -

product: beschikking

- Besluit tot erkenning van het Tijdelijk instituut voor coördinatie en afstemming (Stcrt. 1994, 246)

opmerking: Inzake de intrekking van de erkenning worden het Ctsv en de Ser in de gelegenheid gesteld advies uit te brengen. Op grond van art. 35 van de nOsv had de minister de mogelijkheid om zelf een rechtspersoon in te stellen dat als Tijdelijk instituut zou fungeren als de organisaties van werkgevers en werknemers niet tot oprichting van het instituut zouden zijn gekomen.

waardering: B 4

(679)

handeling: Het bij Koninklijk besluit benoemen van de voorzitter van het Tica.

grondslag: Organisatiewet sociale verzekeringen (Stb. 1994, 790) art. 31 eerste lid onder b

periode: 1994 -

product: Koninklijk besluit

waardering: V 10 jaar na bereiken van de 75-jarige leeftijd of overlijden

(686)

handeling: Het benoemen, schorsen en ontslaan van de voorzitter en de leden van het bestuur van het Lisv.

grondslag: Organisatiewet sociale verzekeringen 1997 (Stb. 1997, 95) art. 31-33

periode: 1997 -

product: beschikking

opmerking: Inzake het schorsen en ontslaan van de voorzitter van het Lisv dient het Ctsv gehoord te worden. De leden worden benoemd op voordracht van representatieve organisaties van werkgevers en werknemers.

waardering: V 10 jaar na bereiken van de 75-jarige leeftijd of overlijden

(693)

handeling: Het stellen van regels voor de overgang van vermogensbestanddelen van de bedrijfsverenigingen en het GAK op het Lisv.

grondslag: Invoeringswet Organisatiewet sociale verzekeringen 1997 (Stb. 1997, 96) art. 5 vierde t/m zesde lid

periode: 1997 -

product: ministeriële regeling

waardering: V 20 jaar

(696)

handeling: Het bij amvb vaststellen van regels waaraan bedrijfsverenigingen moeten voldoen.

grondslag: Land- en Tuinbouwongevallenwet 1922 (Stb. 1922, 365) art. 13, 17, 19 derde lid, 22, 25 sub b en 26, 31; Kinderbijslagwet voor loontrekkenden (Stb. 1939, 806) art. 54 eerste lid (b.w. Stb. 1952, 342)

periode: 1945 - 1965

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit van 19 oktober 1922 (Stb. 1922, 566)

- Besluit van 26 januari 1923 (Stb. 1923, 25)

- Besluit van 17 april 1923 (Stb. 1923, 143)

- Besluit van 30 juli 1923 (Stb. 1923, 385)

- Besluit van 21 september 1923 (Stb. 1923, 458)

- Besluit van 27 juni 1953 (Stb. 1953, 324)

- Besluit van 25 april 1940 (Stb. 1940, 851)

waardering: B 1/4

(697)

handeling: Het erkennen en intrekken van de erkenning van een bedrijfsvereniging en (tot 1995) goedkeuren van de (wijziging van de) statuten.

grondslag: Land- en Tuinbouwongevallenwet 1922 (Stb. 1922, 365) art. 13, 26 (b.w. Stb. 1952, 343); Ziektewet (Stb. 1929, 374) zoals gewijzigd (Stb. 1935, 32) art. 89 eerste lid, art. 107-110 (b.w. 1952, 343); Kinderbijslagwet voor loontrekkenden (Stb. 1939, 806) art. 39-47, 54-56a (b.w. Stb. 1952, 342); Werkloosheidswet (Stb. 1949, J 342) art. 16 tweede lid, 17, 20 vierde lid en 23 tweede en vierde lid (b.w. Stb. 1953, 117) en art. 37 eerste lid, vernummerd (Stb. 1953, 117) 28 eerste lid; Organisatiewet Sociale Verzekering (Stb. 1952, 344) art. 4-5, 6a, 10 derde lid en 14 eerste t/m vierde lid; Organisatiewet sociale verzekeringen (Stb. 1994, 790) art. 40, 48 en 50; Besluit benoeming vereffenaar liquidatie fondsen bedrijfsvereniging (Stcrt. 1986, 59) art. 1

periode: 1945 - 1997

product: beschikking

opmerking: Voor de OSV van 1952 waren er nog geen verplichte bedrijfsverenigingen. Voor de iedere sociale verzekeringswet moest een bedrijfsvereniging apart erkend worden, bij de LTOW gebeurde dit bij Koninklijk besluit. Vooraf werden de toezichthoudende colleges gehoord.

De op grond van de OSV verplichte bedrijfsverenigingen zijn erkend bij beschikkingen van 30 december 1952 (Stcrt. 1953, 1, 2 en 3), de Nieuwe Industriële Bedrijfsvereniging bij besluit van 20 december 1990 (Stcrt. 1990, 253) en de Bedrijfsvereniging voor de Tabakverwerkende en Agrarische Bedrijven bij besluit van 22 maart 1991 (Stcrt. 1991, 61). De twee laatste bedrijfsverenigingen zijn samenvoegingen van oudere bedrijfsverenigingen die tegelijkertijd of al eerder opgeheven zijn.

Alvorens een bedrijfsvereniging te erkennen of de erkenning in te trekken, hoorde de minister de SVr (sinds 1995 het Ctsv, maar alleen bij intrekking) en de SER. De minister kon ontheffing verlenen van de verplichting van een bedrijfsvereniging om een organisatie van werkgevers of werknemers, die op het terrein van die bedrijfsvereniging werkzaam is, te betrekken in haar werkzaamheden en bestuur (art. 6a). Wanneer de erkenning van een bedrijfsvereniging ingetrokken wordt benoemt de minister op voordracht van de SVr een vereffenaar voor de liquidatie van de door de bedrijfsvereniging beheerde fondsen.Op de afhandeling van de liquidatie wordt toezicht gehouden door de SVr die ook de vereffenaar decharge verleent.

waardering: B 4

(700)

handeling: Het bij amvb bepalen dat de taken van een bedrijfsvereniging door een hoofdbedrijfschap, een bedrijfschap of een door hen ingesteld orgaan worden uitgevoerd.

grondslag: Organisatiewet Sociale Verzekering (Stb. 1952, 344) art. 2 tweede en derde lid; vernummerd (Stb. 1986, 300) derde en vierde lid

periode: 1952 - 1994

product: algemene maatregel van bestuur

waardering: B 4

(701)

handeling: Het voorzien in de instelling van een bedrijfsvereniging of bepalen dat de uitvoering van de sociale verzekeringswetten door een aan te wijzen bedrijfsvereniging gebeurt, indien voor een onderdeel van het bedrijfs- en beroepsleven geen bedrijfsvereniging is erkend.

grondslag: Werkloosheidswet (Stb. 1949, J 342) art. 18 (b.w. Stb. 1953, 117); Organisatiewet Sociale Verzekering (Stb. 1952, 344) art. 6; Organisatiewet sociale verzekeringen (Stb. 1994, 790) art. 41 (b.w. Stb. 1995, 691)

periode: 1952 - 1995

product: algemene maatregel van bestuur, beschikking

opmerking: In het geval dat er voor een gedeelte van het bedrijfs- of beroepsleven geen bedrijfsvereniging was (of geen algemene bedrijfsvereniging) dan was de minister bevoegd een (algemene) bedrijfsvereniging op te richten en de bestuursleden daarvan te benoemen. Voor deze handeling konden bij amvb nadere regels gesteld worden. Van deze bevoegdheid heeft de minister geen gebruik hoeven maken; door werkgevers en werknemers werd immers de Nieuwe Algemene Bedrijfsvereniging opgericht.

waardering: B 4

(702)

handeling: Het bij of krachtens amvb vaststellen van regels voor de aanmelding, weigering, overgang en opzegging van het lidmaatschap van een werkgever bij een kinderbijslagfonds van een bedrijfsvereniging of het Rijkskinderbijslagfonds

grondslag: Ziektewet (Stb. 1929, 374) art. 101 derde lid (b.w. Stb. 1952, 443); Kinderbijslagwet voor loontrekkenden (Stb. 1939, 806) art. 42 derde lid, 53 derde lid, 65 eerste lid (b.w. Stb. 1952, 342)

periode: 1945 - 1952

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit van 10 juli 1929 (Stb. 1929, 387)

- Besluit van 25 april 1940 (Stb. 1940, 849)

- Beschikkingen van de waarnemend Secretaris-Generaal van Sociale Zaken van 22 november 1940, nr. 4301 en 4302 (Stcrt. 1940, 238)

- Besluit van 19 maart 1951 (Stb. 1951, 81)

- Besluit van 5 juni 1951 (Stb. 1951, 204)

opmerking: Ten tijde van de Tweede Wereldoorlog werden de regels niet bij amvb uitgevaardigd maar bij besluit van de Secretaris-Generaal.

waardering: V 5 jaar na vervallen

(703)

handeling: Het vaststellen van regels voor de overgang van rechten en verplichtingen van de bedrijfsverenigingen en Raden van Arbeid ingevolge de Ziektewet op de (nieuwe) bedrijfsverenigingen na de inwerkingtreding van de OSV.

grondslag: Wet van 12 juni 1952 tot nadere wijziging van de Ziektewet (Stb. 1952, 343) art. XXXVI tweede lid en XXXVII vierde lid

periode: 1952 - 1958

product: ministeriële regeling

waardering: V 20 jaar

(713)

handeling: Het treffen van een voorziening in geval de SVr een verklaring van geen bezwaar voor het zelfstandig voeren van de administratie weigert of intrekt.

grondslag: Organisatiewet Sociale Verzekering (Stb. 1952, 344) art. 25 derde lid, vernummerd (Stb. 1990, 656) vierde lid

periode: 1952 - 1994

product: beschikking

waardering: B 5

(714)

handeling: Het (bij amvb) geven van voorschriften voor afdelings- of plaatselijke kassen.

grondslag: Organisatiewet Sociale Verzekering (Stb. 1952, 344) art. 20 tweede lid; Ziektewet (Stb. 1929, 374) zoals gewijzigd (Stb. 1935, 32) art. 123 derde lid (b.w. Stb. 1952, 343)

periode: 1945 - 1997

product: ministeriële regeling / algemene maatregel van bestuur

waardering: V 5 jaar na vervallen

(719)

handeling: Het, in overeenstemming met de ministers van Binnenlandse Zaken, Verkeer en Waterstaat en Defensie, bij amvb vaststellen van regels ten aanzien van de gelijkstelling van overheidspensioenlichamen met bedrijfsverenigingen terzake van de toepassing van bepaalde artikelen van de nOsv.

grondslag: Organisatiewet sociale verzekeringen (Stb. 1994, 790) art. 68 tweede lid

periode: 1994 -

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

waardering: B 1

(720)

handeling: Het (bij amvb) stellen van regelen betreffende de zekerheid van een bedrijfsvereniging of een daarbij ondergebracht kinderbijslagfonds.

grondslag: Ziektewet (Stb. 1929, 374) art. 99 (b.w. Stb. 1952, 343); Kinderbijslagwet (Stb. 1939, 806) art. 44 (b.w. Stb. 1952, 342); Organisatiewet Sociale Verzekering (Stb. 1952, 344) art. 11

periode: 1945 - 1994

product: algemene maatregel van bestuur / ministeriële regeling, onder andere:

- Besluit van 25 april 1940 (Stb. 1940, 850)

waardering: B 4

(722)

handeling: Het goedkeuren van de zekerstellingen door een bedrijfsvereniging.

grondslag: o.m. Besluit van 25 april 1940 (Stb. 1940, 850) art. 1 (b.w. Stb. 1952, 342)

periode: 1945 - 1952

product: beschikking

waardering: V5 jaar

(729)

handeling: Het bij amvb vaststellen van regels en voorwaarden inzake de erkenning van uitvoeringsinstellingen.

grondslag: Organisatiewet sociale verzekeringen 1997 (Stb. 1997, 95) art. 59-60

periode: 1997 -

product: algemene maatregel van bestuur

waardering: B 4

(730)

handeling: Het, gehoord de SVr, erkennen of intrekken van een erkenning van een administrateur of uitvoeringsinstelling en het verbinden van voorwaarden aan die erkenning.

grondslag: Organisatiewet Sociale Verzekering (Stb. 1952, 344) art. 23 derde, vierde en achtste lid; gewijzigd (Stb. 1988, 655) art. 23b derde, vierde en achtste lid en (sinds Stb. 1990, 656) art. 24a; Organisatiewet sociale verzekeringen (Stb. 1994, 790) art. 51-53, 55; Organisatiewet sociale verzekeringen 1997 (Stb. 1997, 95) art. 59-64

periode: 1952 -

product: beschikking, onder andere:

- Beschikking van de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid van 30 december 1952, nr. 7538 (Stcrt. 1953, 1)

- Besluit inzake erkenning Gezamenlijk Uitvoeringsorgaan (Stcrt. 1991, 252)

- Erkenning en goedkeuring statuten USZO B.V. (Stcrt. 1998, 4)

opmerking: Tot de voorwaarden voor erkenning behoort ook de goedkeuring van de statuten. Indien een wijziging niet of niet tijdig aan de minister wordt voorgelegd kan de minister overgaan tot intrekking van de erkenning. In het besluit tot intrekking worden tevens de gevolgen voor de uitvoering van de sociale verzekeringen geregeld. In een voorkomend geval is de minister bevoegd om zelf een uitvoeringsinstelling op te richten.

waardering: B 4

(731)

handeling: Het aanwijzen van sociale voorzieningen die door een gezamenlijk administratiekantoor kunnen worden geadministreerd.

grondslag: Organisatiewet Sociale Verzekering (Stb. 1952, 344) art. 23 derde lid; vernummerd (Stb. 1966, 86) vierde lid; vernummerd (Stb. 1988, 655) art. 23b vierde lid

periode: 1952 - 1994

product: beschikking

opmerking: Voorbeelden van bedoelde sociale voorzieningen zijn regelingen voor vervroegde uittreding (vut-regelingen) en (bedrijfs)pensioenfondsen.

waardering: V 10 jaar

(738)

handeling: Het vaststellen van de termijn waarbinnen het Ctsv zijn oordeel over de jaarovereenkomsten en de kosten van uitvoering van die overeenkomsten aan het Lisv dient mee te delen.

grondslag: Organisatiewet sociale verzekeringen 1997 (Stb. 1997, 95) art. 75 derde lid

periode: 1997 -

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Regeling oordeel jaarovereenkomsten op grond van artikel 43 Osv 1997 (Stcrt. 1997, 41)

waardering: V 5 jaar na vervanging

(739)

handeling: Het vaststellen van regels inzake de uitbesteding van werkzaamheden door uitvoeringsinstellingen.

grondslag: Organisatiewet sociale verzekeringen 1997 (Stb. 1997, 95) art. 42 tweede lid

periode: 1997 -

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Regeling uitbesteding door uitvoeringsinstellingen (Stcrt. 1997, 41)

waardering: B 4

(741)

handeling: Het erkennen van een gemeenschappelijke medische dienst en het verbinden van voorwaarden en regels aan de erkenning.

grondslag: Organisatiewet Sociale Verzekering (Stb. 1952, 344) zoals gewijzigd (Stb. 1966, 86) art. 22a

periode: 1966 - 1994

product: beschikking van de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid van 27 december 1966 , nr 61 204 (Stcrt. 1966, 253)

opmerking: ten aanzien van de erkenning en de voorwaarden of regels, die de minister aan de erkenning verbond, diende de SVr gehoord te worden.

waardering: B 4

(743)

handeling: Het goedkeuren van het (mede) oprichten en (mede) instandhouden van revalidatie-inrichtingen door de GMD.

grondslag: Organisatiewet Sociale Verzekering (Stb. 1952, 344) zoals gewijzigd (Stb. 1966, 86) art. 22a tweede lid

periode: 1966 - 1994

product: beschikking, onder andere:

- Besluit van de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid van 14 april 1967 (Stcrt. 1967, 78)

opmerking: Alvorens gebruik te besluiten diende de SVr, de Ziekenfondsraad en de Centrale Raad voor de Volksgezondheid gehoord te worden.

waardering: V 5 jaar

(745)

handeling: Het geven van toestemming aan de GMD om werkzaamheden te verrichten, die voortvloeien uit andere sociale voorzieningen ten behoeve van een orgaan die die voorziening uitvoert.

grondslag: Organisatiewet Sociale Verzekering (Stb. 1952, 344) zoals gewijzigd (Stb. 1966, 86) art. 22c

periode: 1967 - 1994

product: beschikking

waardering: V 5 jaar wordt bewaard bij de GMD

(746)

handeling: Het bij amvb stellen van regels voor het bestuur en het beheer van het Kinderbijslagvereveningsfonds.

grondslag: Kinderbijslagwet voor loontrekkenden (Stb. 1939, 806) art. 76 derde lid, vernummerd (Stb. 1952, 475) art. 33 derde lid

periode: 1945 - 1962

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Beschikking van de waarnemend Secretaris-Generaal van Sociale Zaken van 22 november 1940, nr. 3762 (Stcrt. 1940, 238)

- Besluit van 20 april 1951 (Stb. 1951, 125)

- Besluit bestuur Kinderbijslagvereveningsfonds (Stb. 1953, 64)

waardering: B 4

(748)

handeling: Het (tot 1952 bij K.b.) benoemen van de leden van het bestuur van het Kinderbijslagvereveningsfonds en aanwijzen van de voorzitter en plaatsvervangend voorzitter.

grondslag: Kinderbijslagwet voor loontrekkenden (Stb. 1939, 806) art. 76 tweede lid; vernummerd (Stb. 1952, 475) art. 33 tweede lid; Besluit van 20 april 1951 (Stb. 1951, 125) art. 1

periode: 1945 - 1962

product: Koninklijk besluit / ministeriële beschikking

waardering: V 10 jaar na bereiken van de 75-jarige leeftijd of overlijden

(750)

handeling: Het aanwijzen van de zetel van het AWf, Aof, AAf en het Tf en het vaststellen van nadere regels inzake de samenstelling, taken en bevoegdheden van het bestuur en het beheer van het fonds.

grondslag: Werkloosheidswet (Stb. 1949, J 423) art. 24-26 en 28, vernummerd (Stb. 1953, 325) art. 14 tweede lid; Werkloosheidswet (Stb. 1986, 566) art. 103; Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (Stb. 1966, 84) art. 72, 74 eerste lid, 75 derde lid; Algemene Arbeidsongeschiktheidswet (Stb. 1975, 674) art. 66, 70 eerste lid en 71 derde lid; Toeslagenwet (Stb. 1986, 562) art. 31, 33 eerste lid

periode: 1949 - 1994

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Statuten Algemeen Werkloosheidsfonds (Stcrt. 1949, 222; vervangen Stcrt. 1955, 75; Stcrt. 1987, 97)

- Regelen betreffende het Arbeidsongeschiktheidsfonds (Stcrt. 1967, 65; vervangen 1974, Stcrt. 185)

- Regelingen betreffende het Algemeen Arbeidsongeschiktheidsfonds (Stcrt. 1976, 28 en 53)

- Regeling van 1 mei 1989, SV89/1786 (Stcrt. 1989, 88)

- Regeling van 20 december 1991 (Stcrt. 1991, 251)

- Regels betreffende het Toeslagenfonds (Stcrt. 1986, 250)

- Regeling samenstelling bestuur Toeslagenfonds (Stcrt. 1986, 250)

waardering: B 4

(751)

handeling: Het benoemen van de (plaatsvervangende) voorzitter(s) en een deel van de leden en plaatsvervangende leden van het Algemeen Werkloosheidsfonds, het Arbeidsongeschiktheidsfonds, het Algemeen Arbeidsongeschiktheidsfonds en het Toeslagenfonds.

grondslag: Werkloosheidswet (Stb. 1949, J 423) art. 24 derde tot en met vijfde lid vernummerd (Stb. 1953, 325) art. 14 derde tot en met vijfde lid; Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (Stb. 1966, 84) art. 72 tweede lid, gewijzigd (Stb. 1974, 509) derde lid (b.w. Stb. 1994, 916); Algemene Arbeidsongeschiktheidswet (Stb. 1975, 674) art. 66 derde lid (b.w. Stb. 1994, 916); Werkloosheidswet (Stb. 1986, 566) art. 103 vierde lid (b.w. Stb. 1994, 916); Toeslagenwet (Stb. 1986, 562) art. 31 derde lid (b.w. Stb. 1994, 916); Statuten AWF

periode: 1949 - 1995

product: beschikking

opmerking: De Stichting van de Arbeid werd (tot 1953) vooraf in de gelegenheid gesteld haar mening kenbaar te maken. Onder de handeling valt ook het bepalen van het aantal leden.

waardering: V 10 jaar na bereiken van de 75-jarige leeftijd of overlijden

(752)

handeling: Het aanwijzen van personen die met raadgevende stem de vergaderingen van het AWf, Aof of het AAf bijwonen.

grondslag: Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (Stb. 1966, 84) zoals gewijzigd (Stb. 1974, 509) art. 72a; Algemene Arbeidsongeschiktheidswet (Stb. 1975, 674) art. 67 (b.w. Stb. 1994, 916); Werkloosheidswet (Stb. 1986, 566) art. 103 negende lid (b.w. Stb. 1994, 916); Toeslagenwet (Stb. 1986, 562) art. 35(b.w. Stb. 1994, 916)

periode: 1974 - 1994

product: beschikking

waardering: V 5 jaar

(756)

handeling: Het vaststellen van regels voor de informatievoorziening door de SVB en het Lisv aan de minister.

grondslag: Organisatiewet sociale verzekeringen 1997 (Stb. 1997, 95) art. 87 derde lid

periode: 1997 -

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Regeling informatievoorziening sociale verzekeringen (Stcrt. 1997, 123)

opmerking: deze regeling bevat opdracht tot aanleveren van kwartaalbericht AOW, Anw en AKW, kwartaalverslagen fondsen, kroniek, kwartaalrapportages uitvoeringskosten, kerncijfers en enkele elektronische bestanden.

waardering: B 5

(758)

handeling: Het, eventueel in overeenstemming met de minister van Economische Zaken, (bij amvb) stellen van regels inzake het verstrekken van (persoons)gegevens aan derden in verband met wetenschappelijk onderzoek of statistiek.

grondslag: Organisatiewet Sociale Verzekering (Stb. 1952, 344) art. 12 vierde lid, gewijzigd (Stb. 1988, 655) art. 50g derde lid en 50n; Wet op de Sociale Verzekeringsbank en de Raden van Arbeid (Stb. 1933, 598) zoals gewijzigd (Stb. 1988, 655) art. 21 derde lid en 28 tweede en derde lid

periode: 1952 - 1994

product: algemene maatregel van bestuur / ministeriële regeling, onder andere:

- Besluit van de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid van 14 juni 1955, no. 3452 (Stcrt. 1955, 117)

opmerking: ten aanzien van de regels voor het verstrekken van statistische gegevens aan het Centraal Bureau voor de Statistiek werd de Centrale Commissie voor de Statistiek gehoord.

waardering: B 5

(761)

handeling: Het verlenen van ontheffing van het verbod om (persoons)gegevens aan derden door te geven in verband met wetenschappelijk onderzoek of statistiek.

grondslag: Organisatiewet Sociale Verzekering (Stb. 1952, 344) zoals gewijzigd (Stb. 1988, 655) art. 50g derde lid; Wet op de Sociale Verzekeringsbank en de Raden van Arbeid (Stb. 1933, 598); zoals gewijzigd (Stb. 1988, 655) art. 21 derde lid

periode: 1989 - 1994

product: beschikking

waardering: V5 jaar

(763)

handeling: Het jaarlijks vaststellen van een wetenschappelijke balans van het Ongevallenfonds.

grondslag: Ongevallenwet 1921 (Stb. 1921, 819) art. 40 zevende lid, vernummerd (Stb. 1953, 578) zesde lid

periode: 1945 - 1968

product: Wetenschappelijke Balans van het Ongevallenfonds

waardering: B 3

(765)

handeling: Het (bij amvb) vaststellen van voorschriften voor de gegevensverstrekking tussen uitvoeringsorganen onderling en/of andere publiekrechtelijke organen.

grondslag: Kinderbijslagwet voor loontrekkenden (Stb. 1939, 806) art. 79 tweede lid; vernummerd (Stb. 1952, 342 en 475) art. 35; gewijzigd (Stb. 1962, 257) art. 37 tweede lid (b.w. Stb. 1979, 709); Algemene Ouderdomswet (Stb. 1956, 281) art. 39 tweede lid, gewijzigd (Stb. 1985, 181) art. 51 (b.w. Stb. 1988, 655); Algemene Weduwen- en Wezenwet (Stb. 1959, 139) art. 51 tweede lid (b.w. Stb. 1988, 655); Algemene Kinderbijslagwet (Stb. 1962, 160) art. 32 tweede lid; vernummerd (Stb. 1980, 1) art. 29 tweede lid; Kinderbijslagwet voor kleine zelfstandigen (Stb. 1962, 257) art. 23 vijfde lid (b.w. Stb. 1979, 709); Organisatiewet Sociale Verzekering (Stb. 1952, 344) zoals gewijzigd (Stb. 1988, 655) art. 50n tweede lid; Wet op de Sociale Verzekeringsbank en de Raden van Arbeid (Stb. 1933, 598) zoals gewijzigd (Stb. 1988, 655) art. 20 vijfde lid; Ziektewet (Stb. 1929, 374) zoals gewijzigd (Stb. 1992, 82) art. 62; Organisatiewet sociale verzekeringen (Stb. 1994, 790) art. 103; Organisatiewet sociale verzekeringen 1997 (Stb. 1997, 95) art. 102

periode: 1945 - 1994

product: algemene maatregel van bestuur / ministeriële regeling / circulaire, onder andere:

algemene maatregel van bestuur

- Besluit van 7 maart 1951 (Stb. 1951, 68)

- Besluit gegevensverstrekking sociale verzekeringen (Stb. 1995, 278)

- Besluit gegevensverstrekking sociale verzekeringen 1997 (Stb. 1997, 99)

ministeriële regeling/circulaire

- Beschikking van de Secretaris-Generaal van Sociale Zaken van 13 februari 1941, nr. 598 (Stcrt. 1941, 31)

- Circulaire van de ministers van Sociale Zaken en Binnenlandse Zaken van 6 december 1956, afd. Soc. Verzekering nr. 5410, Directie B.B. afd. Bestuurszaken nr. 19119

opmerking: Bij de invoering van het sofi-nummer in 1988 zijn de bepalingen in de verschillende sociale verzekeringswetten vervangen door bepalingen in de Organisatiewet Sociale Verzekeringen (art. 50a-51a) en de Wet op de Sociale Verzekeringsbank art. 19-28. De overheidsorganen worden limitatief opgesomd en hun bevoegdheden of plichten worden weergegeven. Deze bepalingen zijn vervolgens overgenomen in de nOsv en de Osv 1997. Een deel van de nadere regelingen wordt vastgesteld in overleg met de minister van Binnenlandse Zaken.

waardering: B 5

(770)

handeling: Het verstrekken van inlichtingen aan (de Commissie van de Verzoekschriften van) de Staten-Generaal naar aanleiding van klachten van burgers betreffende de sociale verzekeringen.

periode: 1945 -

product: inlichtingen, verslag

waardering: B 3

(771)

handeling: Het voorbereiden en vaststellen van voorlichtingscampagnes.

periode: 1970 -

product: voorlichtingsmateriaal, voorlichtingsplan

opmerking: Het betreft hier bijvoorbeeld campagnes om de aandacht te vestigen op de inwerkingtreding van een nieuwe wettelijke regeling (bijv. Wulbz), op de mogelijkheden tot vrijwillige verzekering (bijv. campagnes voor de vrijwillige ouderdomsverzekering door de Raden van Arbeid) of op aspecten van het beleid (bijv. de campagne 'Zwartwerk is broodroof' van het Lisv).

waardering: B 5

(772)

handeling: Het uitvoeren van voorlichtingsactiviteiten op het terrein van de sociale verzekeringen.

periode: 1945 -

waardering: V 3 jaar

(773)

handeling: Het beantwoorden van vragen van individuele burgers, bedrijven en instellingen betreffende de sociale verzekeringen.

grondslag: Grondwet 1887 (Stb. 1887, 212) art. 8; Grondwet 1983 (Stb. 1983, 22) art. 5; Wet Openbaarheid van Bestuur (Stb. 1978, 581; Stb. 1991, 703)

periode: 1945 -

product: brieven aan burgers en instanties

waardering: V 3 jaar

(782)

handeling: Het bij amvb vaststellen van regels inzake het sluiten van leningen door de Raden van Arbeid ten behoeve van de aankoop van terreinen en de aankoop, bouw en verbouw van gebouwen.

grondslag: Wet op de Sociale Verzekeringsbank en de Raden van Arbeid (Stb. 1933, 598) art. 52 eerste lid

periode: 1945 - 1988

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit van 29 augustus 1934 (Stb. 1934, 491)

- Besluit van 22 oktober 1957 (Stb. 1957, 421)

waardering: V 5 jaar na vervallen

(785)

handeling: Het (bij amvb) vaststellen van regels voor de rechtspositie van het personeel van de uitvoeringsorganen van de sociale verzekeringswetten.

grondslag: onder andere: Organisatiewet Sociale Verzekering (Stb. 1952, 344) zoals gewijzigd (Stb. 1967, 102) 60 vierde lid, vernummerd (Stb. 1967, 102) vijfde lid, 60a en 65; Wet op de Sociale Verzekeringsbank en de Raden van Arbeid (Stb. 1933, 598) art. 47 (b.w. Stb. 1985, 695); en zoals gewijzigd (Stb. 1956, 297) art. 10 (b.w. Stb. 1985, 695; hersteld Stb. 1988, 623); Ambtenarenwet 1929, art. 134 eerste lid; Werkloosheidswet (Stb. 1949, J 423) zoals gewijzigd (Stb. 1953, 117) art. 15 derde lid; Wet houdende wijziging bepalingen inzake de Rijksverzekeringsbank en de Raden van Arbeid (Stb. 1956, 297) art. VIII; Liquidatie invaliditeitswetten (Stb. 1964, 488) art. 24 eerste lid, vernummerd (Stb. 1967, 307) art. 56; Liquidatiewet Ouderdomswet 1919 (Stb. 1977, 671) art. 10; gewijzigd (Stb. 1979, 673) art. 21; Organisatiewet sociale verzekeringen (Stb. 1994, 790) zoals gewijzigd (Stb. 1995, 691) art. 116b eerste lid; Organisatiewet sociale verzekeringen 1997 (Stb. 1997, 95) art. 116 eerste lid

periode: 1945 -

product: algemene maatregel van bestuur / ministeriële regeling, onder andere:

algemene regels

- Arbeidsovereenkomstenbesluit Raden van Arbeid (Stb. 1934, 386)

- Besluit van 30 mei 1949 (Stb. 1949, J 221)

- Beschikking van de staatssecretaris van Sociale Zaken van 25 juli 1956, nr. 3757 (Stcrt. 1956, 145)

- Besluit arbeidsvoorwaarden en bezoldiging personeel Sociale Verzekeringsbank (Stcrt. 1989, 142)

overgangsregels bij wijziging van de organisatie van de uitvoering

- Regeling van de staatssecretaris van Sociale Zaken van 11 februari 1953, nr. 662 SV (Stcrt. 1953, 33)

- Regeling arbeidsvoorwaarden ex-werknemers BV'en of GAK (Stcrt. 1962, 227)

- Besluit Personeelsvoorzieningen in verband met herziening Kinderbijslagverzekering (Stcrt. 1962, 227)

- Regeling Personeelsvoorzieningen in verband met de invoering van de WAO (Stcrt. 1967, 79)

- Beschikking van de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid van 27 juni 1968, nr. 51 897 (Stcrt. 1968, 129)

- Afvloeiingsregeling Inspecteurs- en Agenten VOV (Stcrt. 1978, 34)

- Kostenverdeling afvloeiingsregeling VOV (Stcrt. 1978, 34)

- Beschikking inzake toerekening kosten Afvloeiingsregeling Inspecteurs- en Agenten-VOV (Stcrt. 1987, 162)

opmerking: De regels voor de rechtspositie van het personeel van de Raden van Arbeid werden bij amvb vastgesteld, de andere bij ministeriële regeling.

waardering: V 7 jaar na vervallen

(786)

handeling: Het voorbereiden van instructies voor het bestuur en de ambtenaren van de Sociale Verzekeringsbank.

grondslag: Wet op de Sociale Verzekeringsbank en de Raden van Arbeid (Stb. 1933, 598) art. 7 tweede lid

periode: 1945 - 1956

product: algemene maatregel van bestuur

opmerking: Bij de voorbereiding van het besluit werd de Raad van Toezicht gehoord.

waardering: V 7 jaar (na vervallen)

(798)

handeling: Het overeenstemmen met het desbetreffende uitvoeringsorgaan over de benoeming van directieleden of een algemeen secretaris.

grondslag: o.m. Wet op de Sociale Verzekeringsbank en de Raden van Arbeid (Stb. 1933, 598); zoals gewijzigd (Stb. 1956, 297) art. 8; Organisatiewet Sociale Verzekering (Stb. 1952, 344) art. 40; Werkloosheidswet (Stb. 1949, J 423) art. 25 tweede lid, vernummerd (Stb. 1953, 325) art. 15 tweede lid

periode: 1949 - 1994

product: beschikking

opmerking: Het betrof onder andere de directieleden van de Sociale Verzekeringsbank (tot 1989), de algemeen secretaris van de SVr en de directeur van het AWf.

waardering: V 5 jaar

Toezicht

(799)

handeling: Het (bij amvb) vaststellen van regels voor het toezicht van de SVB op de Raden van Arbeid, zoals

- het aanwijzen van de rechtshandelingen waarvoor de Raden van Arbeid voor het verrichten ervan goedkeuring van de SVB dienen te vragen;

- het aanwijzen van de besluiten van de Raden van Arbeid waarvan zij geen afschrift aan de SVB hoeven te sturen.

grondslag: Wet op de Sociale Verzekeringsbank en de Raden van Arbeid (Stb. 1933, 598) art. 43 eerste lid onder d, 44 onder b, art. 66 derde lid

periode: 1945 - 1988

product: algemene maatregel van bestuur, ministeriële regeling

waardering: B 1

(800)

handeling: Het (bij amvb) vaststellen van regels voor de toezichtstaak van het AWf/de SVr/het Ctsv.

grondslag: Werkloosheidswet (Stb. 1949, J 423) art. 53 eerste lid (b.w. Stb. 1953, 117); Organisatiewet Sociale Verzekering (Stb. 1952, 344) art. 47 eerste lid

Wet op de Sociale Verzekeringsbank en de Raden van Arbeid (Stb. 1933, 598) zoals gewijzigd (Stb. 1956, 297) art. 16 eerste lid; Organisatiewet sociale verzekeringen (Stb. 1994, 790) art. 89 vierde lid; Organisatiewet sociale verzekeringen 1997 (Stb. 1997, 95) art. 11 derde lid

periode: 1949 -

product: algemene maatregel van bestuur / ministeriële regeling, onder andere:

- Besluit van 15 november 1954 (Stb. 1954, 521)

- Besluit van de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid van 15 november 1966, nr. 59 867 (Stcrt. 1966, 226)

- Besluit toezicht SVr (Stcrt. 1992, 51)

- Regeling rechtmatigheidsverklaring uitvoering sociale verzekeringen (Stcrt. 1995, 57)

waardering: B 5

(801)

handeling: Het vaststellen van regels inzake welke besluiten de uitvoeringsorganen ter goedkeuring of informatie aan het Ctsv moeten voorleggen.

grondslag: Organisatiewet sociale verzekeringen 1997 (Stb. 1997, 95) art. 13

periode: 1997 -

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Regeling voorlegging besluiten Ctsv (Stcrt. 1997, 41)

waardering: B 5

(802)

handeling: Het goedkeuren van uitvoeringsregelingen (algemeen verbindende voorschriften) van uitvoeringsorganen (o.a. ziekengeld- of wachtgeldreglement, dagloonregels, toezichtsregelingen, enz.)

grondslag: onder meer: Organisatiewet Sociale Verzekering (Stb. 1952, 344) art. 43; Organisatiewet sociale verzekeringen (Stb. 1994, 790) art. 65 eerste lid, 85 vijfde lid; Organisatiewet sociale verzekeringen 1997 (Stb. 1997, 95) art. 53 eerste lid, 54 derde lid en 58 derde lid; Ongevallenwet 1921 (Stb. 1921, 819) zoals gewijzigd (Stb. 1953, 578) art. 7 derde lid; Land- en Tuinbouwongevallenwet 1922 (Stb. 1922, 365) art. 23; Ziektewet (Stb. 1929, 374) zoals gewijzigd (Stb. 1935, 32) art. 65, 85, gewijzigd (Stb. 1952, 474) art. 8a vierde lid, 15, 16, 29, 37 tweede lid, 54, 57 eerste lid, 67 eerste lid, 71, 72a en 103; Werkloosheidswet (Stb. 1949, J 423) art. 37, vernummerd (Stb. 1953, 325) art. 28 en 9 achtste lid, gewijzigd (Stb. 1953, 578) art. 9a tweede lid, vernummerd (Stb. 1967, 396) art. 12a vierde lid; Werkloosheidswet (Stb. 1986, 566) art. 116 en 123; Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (Stb. 1966, 84) zoals gewijzigd (Stb. 1992, 82) art. 71a en zoals gewijzigd (Stb. 1993, 412) art. 34 zevende lid en 36 derde lid; Algemene Arbeidsongeschiktheidswet (Stb. 1975, 674) zoals gewijzigd (Stb. 1992, 82) art. 65 en (Stb. 1993, 412) art. 24 zesde lid, 26 derde lid; Coördinatiewet Sociale Verzekering (Stb. 1953, 577) art. 6, 7 en 9

periode: 1945 -

product: beschikking

opmerking: ten aanzien van de grondslagen kan opgemerkt worden dat voor de Ziektewet de belangrijkste zijn genoemd, maar dat het onzinnig was om de precieze inwerkingtreding enz van de verschillende artikelen op te nemen.

waardering: B 5 voor de besluiten die goedkeuring behoeven

V 5 jr voor de besluiten die geen goedkeuring behoeven

(804)

handeling: Het goedkeuren van bestuursreglementen en organisatieregelingen van uitvoeringsorganen (SVr, SVB, Ctsv, Lisv, Raden van Arbeid en centrale fondsen).

grondslag: Organisatiewet Sociale Verzekering (Stb. 1952, 344) art. 36 derde lid, 38 en 40 derde lid (art. 40 b.w. Stb. 1985, 695); Wet op de Sociale Verzekeringsbank en de Raden van Arbeid (Stb. 1933, 598) art. 28 en zoals gewijzigd (Stb. 1956, 297) art. 9; Organisatiewet sociale verzekeringen 1997 (Stb. 1997, 95) art. 8 vierde lid, 22 tweede lid, 23 vijfde lid, 35 tweede lid; Beschikking van de waarnemend Secretaris-Generaal van Sociale Zaken van 22 november 1940, nr. 3762 (Stcrt. 1940, 238) art. 3 vierde lid; Besluit van 20 april 1951 (Stb. 1951, 125) art. 3 vierde lid; Besluit bestuur Kinderbijslagvereveningsfonds (Stb. 1953, 64) art. 1

periode: 1945 -

product: beschikking

waardering: V 10 jaar

(806)

handeling: Het goedkeuren van besluiten van de Sociale Verzekeringsbank en de bedrijfsverenigingen inzake het intrekken of weigeren van vergunningen aan fondsen en instellingen om uitkeringen ingevolge de AOW, de AWW, de WAO, de AAW en de IW uit te betalen.

grondslag: Regeling van de minister, c.q. staatssecretaris van Sociale Zaken van 2 januari 1957, nr. 5640; Regeling van 1 oktober 1959, nr. 3790 (Stcrt. 1959, 192)

periode: 1957 - 1968

product: beschikking

waardering: V 10 jaar

(807)

handeling: Het goedkeuren van besluiten van het Aof, het AAf of de GMD inzake toekenning van subsidies aan instellingen of organisaties die ten doel hebben het nemen of bevorderen van maatregelen, welke strekken tot behoud, herstel of ter bevordering van de arbeidsgeschiktheid.

grondslag: Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (Stb. 1966, 84) art. 73a; Algemene Arbeidsongeschiktheidswet (Stb. 1975, 674) art. 69

periode: 1967 - 1992

product: beschikking

waardering: V 10 jaar

(818)

handeling: Het beoordelen van de meerjaren-beleidsplannen en jaarplannen van het Ctsv, de SVB en het Lisv en het vergezeld van zijn oordeel ter kennis brengen daarvan aan de Staten-Generaal.

grondslag: Organisatiewet sociale verzekeringen (Stb. 1994, 790) art. 89 vijfde en zesde lid; Organisatiewet sociale verzekeringen 1997 (Stb. 1997, 95) art. 11 tweede en vijfde lid, 25 tweede lid, 38 vierde lid

periode: 1989 -

waardering: B 3

(819)

handeling: Het beoordelen van de jaarverslagen, jaarrekeningen, verklaringen van rechtmatigheid en doelmatigheidsrapportages van het College van toezicht sociale verzekeringen en het vergezeld van zijn oordeel ter kennis brengen daarvan aan de Staten-Generaal.

grondslag: Organisatiewet sociale verzekeringen (Stb. 1994, 790) art. 89 vijfde en zesde lid; Organisatiewet sociale verzekeringen 1997 (Stb. 1997, 95) art. 11 vierde en vijfde lid en 84 vijfde en zesde lid

periode: 1995 -

waardering: B 3

(823)

handeling: Het geven van aanwijzingen aan de SVr/het Ctsv met betrekking tot de uitoefening van zijn taak.

grondslag: Organisatiewet Sociale Verzekering (Stb. 1952, 344) art. 41; Organisatiewet sociale verzekeringen (Stb. 1994, 790) art. 11, Organisatiewet sociale verzekeringen 1997 (Stb. 1997, 95) art. 2

periode: 1952 -

product: aanwijzing

opmerking: Van deze aanwijzingsbevoegdheid heeft de minister weinig gebruik gemaakt. Ten tijde van de SVr slechts twee maal; in de beide gevallen betrof het onderwerpen die te maken hadden met de wens van de minister te komen tot een actiever beleid ten aanzien van de fraudebestrijding. De aanwijzingen hadden betrekking op totstandkoming en inrichting van de Verzekerdenadministratie (VZA) bij de bedrijfsverenigingen en de Generale Verwijsindex (GVI) bij de VZA.

waardering: B 5

(830)

handeling: Het voorbereiden van Koninklijke besluiten ter schorsing of vernietiging van besluiten van de algemene vergadering of het bestuur van een bedrijfsvereniging, de Sociale Verzekeringsraad, het bestuur van het Ctsv, de SVB, een Raad van Arbeid of de voorzitter daarvan, het bestuur van het AWf, het Aof, het AAf, het Tf, het Tica, het Lisv of een uitvoeringsinstelling indien deze in strijd zijn met de wet of het algemeen belang.

grondslag: Organisatiewet Sociale Verzekering (Stb. 1952, 344) art. 28, 44 en 49; Wet op de Sociale Verzekeringsbank en de Raden van Arbeid (Stb. 1933, 598) art. 73-76; Ziektewet (Stb. 1929, 374) zoals gewijzigd (Stb. 1935, 32) art. 118 derde lid (b.w. Stb. 1952, 343); Werkloosheidswet (Stb. 1949, J 342) art. 26 tweede lid, vernummerd (Stb. 1953, 117) art. 16 tweede lid; Werkloosheidswet (Stb. 1986, 655) art. 105; Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (Stb. 1966, 84) art. 74 tweede lid; Algemene Arbeidsongeschiktheidswet (Stb. 1975, 674) art. 70 tweede lid; Toeslagenwet (Stb. 1986, 562) art. 33 tweede lid (b.w. Stb. 1994 916); Organisatiewet sociale verzekeringen (Stb. 1994, 790) art. 106-107; Organisatiewet sociale verzekeringen 1997 (Stb. 1997, 95) art. 105-106

periode: 1945 -

product: Koninklijk Besluit

opmerking: Besluiten van bedrijfsverenigingen, het bestuur van een fonds en vanaf 1994 van de SVB, het Tica/Lisv, de bedrijfsverenigingen en de uvi's konden door de resp. Sociale Verzekeringsraad en het College van toezicht sociale verzekeringen ter vernietiging of schorsing voorgedragen worden. Indien de voordracht niet door de SVr was geschiedt, werd hij alsnog over de kwestie gehoord.

De voorzitter van een Raad van Arbeid had tot taak besluiten van de Raad die zijns inziens strijdig waren met de wet of het algemeen belang, te melden aan het bestuur van de SVB, die deze vervolgens meldde aan de minister.

Een dergelijk besluit is met redenen omkleed en regelt tevens de gevolgen van de schorsing of vernietiging.

waardering: B 1

(832)

handeling: Het vaststellen van regels voor de procedure wanneer een Raad van Arbeid in beroep wil gaan tegen het besluit van de Sociale Verzekeringsbank inzake de begroting van de Raad.

grondslag: Wet op de Sociale Verzekeringsbank en de Raden van Arbeid (Stb. 1933, 598) art. 57

periode: 1945 - 1988

product: ministeriële regeling

waardering: V 5 jaar (na vervallen)

(833)

handeling: Het beslissen in geschillen waarbij een Raad van Arbeid tegen een besluit van de Sociale Verzekeringsbank in beroep is gegaan.

grondslag: Wet op de Sociale Verzekeringsbank en de Raden van Arbeid (Stb. 1933, 598) art. 40 derde lid, 41 vierde lid, 43 derde lid, 57 eerste lid en 64 eerste lid

periode: 1945 - 1988

product: beschikking

opmerking: In een aantal gevallen was advisering door de Raad van Toezicht, later de Sociale Verzekeringsraad over het geschil voorgeschreven.

waardering: B 3

(835)

handeling: Het beslissen in geschillen tussen Raden van Arbeid.

grondslag: Wet op de Sociale Verzekeringsbank en de Raden van Arbeid (Stb. 1933, 598) art. 65 derde lid

periode: 1945 - 1988

product: beschikking

waardering: B 3

(837)

handeling: Het (bij amvb) treffen van voorzieningen indien een uitvoeringsorgaan zijn taak niet naar behoren en in overeenstemming met bij of krachtens de wet gestelde regelen vervult.

grondslag: Werkloosheidswet (Stb. 1949, J 342) art. 23 zesde lid (b.w. Stb. 1953, 117); Werkloosheidswet (Stb. 1986, 655) art. 107 (b.w. Stb. 1994, 916); Organisatiewet Sociale Verzekering (Stb. 1952, 344) art. 16, 45 en 60 eerste lid; Wet op de Sociale Verzekeringsbank en de Raden van Arbeid (Stb. 1933, 598); zoals gewijzigd (Stb. 1956, 297) art. 17; Organisatiewet sociale verzekeringen (Stb. 1994, 790) art. 115; Organisatiewet sociale verzekeringen 1997 (Stb. 1997, 95) art. 113

periode: 1949 -

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit houdende een tijdelijke voorziening met betrekking tot het bestuur van het College van toezicht sociale verzekeringen (Stb. 1996, 216)

opmerking: Bij de voorbereiding van een dergelijke amvb werd onder de OSV de Sociale Verzekeringsraad gehoord. In de Osv 1997 is de mogelijkheid opgenomen dat de minister een voorziening treft voor ten hoogste zes maanden, terwijl wanneer het een langere periode betreft de voorziening bij amvb getroffen dient te worden.

waardering: B 5

(839)

handeling: Het bij amvb vaststellen van nadere regels inzake de verantwoording en rekenplichtigheid van het bestuur van de Sociale Verzekeringsbank aan de Sociale Verzekeringsraad en de minister.

grondslag: Wet op de Sociale Verzekeringsbank en de Raden van Arbeid (Stb. 1933, 598) zoals gewijzigd (Stb. 1956, 297) art. 15 tweede lid

periode: 1956 - 1994

product: algemene maatregel van bestuur

waardering: B 1

(840)

handeling: Het vaststellen van regels voor de inrichting van de (jaar)verslagen, jaarrekeningen en periodieke balansen van de uitvoeringsorganen inzake de uitvoering van de sociale verzekeringswetten.

grondslag: Organisatiewet Sociale Verzekering (Stb. 1952, 344) 12 derde lid, 46 derde lid en zoals gewijzigd (Stb. 1966, 86) art. 22d tweede lid; Wet op de Sociale Verzekeringsbank en de Raden van Arbeid (Stb. 1933, 598); zoals gewijzigd (Stb. 1956, 297) art. 11 zesde lid, 46 tweede lid, 50, 60 tweede lid en 78 tweede lid; Organisatiewet sociale verzekeringen (Stb. 1994, 790) art. 63 tweede lid, 87 derde en zesde lid en 90 derde lid; Organisatiewet sociale verzekeringen (Stb. 1997, 95) art. 82 derde en zesde lid; Land- en Tuinbouwongevallenwet 1922 (Stb. 1922, 365) art. 107 derde lid; Ziektewet (Stb. 1929, 374) zoals gewijzigd (Stb. 1935, 32) art. 122; Kinderbijslagwet voor loontrekkenden (Stb. 1939, 806) art. 35 tweede lid, 51 tweede lid en 63 tweede lid; Werkloosheidswet (Stb. 1949, J 423) art. 22 derde lid (b.w. Stb. 1953, 117) en art. 28 derde lid, vernummerd (Stb. 1953, 325) art. 19 derde lid; Werkloosheidswet (Stb. 1986, 566) art. 108 derde lid (b.w. Stb. 1994, 916); Toeslagenwet (Stb. 1986, 562) art. 36 derde lid (b.w. Stb. 1994, 916); Beschikking van de waarnemend Secretaris-Generaal van Sociale Zaken van 22 november 1940, nr. 3762 (Stcrt. 1940, 238) art. 14 tweede lid; Besluit van 20 april 1951 (Stb. 1951, 125) art. 14 tweede lid; Besluit bestuur Kinderbijslagvereveningsfonds (Stb. 1953, 64) art. 12 tweede lid;

periode: 1945 -

product: (ministeriële) regeling, onder andere:

- Beschikking van de waarnemend Secretaris-Generaal van Sociale Zaken van 29 oktober 1940, nr. 3517 (Stcrt. 1940, 212)

- Besluit van de minister van Sociale Zaken van 21 december 1946, nr. 5947

- Besluit Inrichting van door de Raden van Arbeid uit te brengen verslagen (Stcrt. 1953, 20; vervangen Stcrt. 1955, 18)

- Besluit van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 14 juni 1955, no. 3451 (Stcrt. 1955, 115)

- Besluit inrichting jaarverslagen Raden van Arbeid (Stcrt. 1964, 231; vervangen Stcrt. 1973, 80; Stcrt. 1980, 29)

- Besluit van de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid van 28 juni 1968 (GMD) (Stcrt. 1968, 132)

- Besluit inzake de jaarrekening van bedrijfsverenigingen (Stcrt. 1995, 100)

- Besluit jaarrekening en jaarverslag uitvoeringsinstanties (Stcrt. 1995, 251)

opmerking: De Sociale Verzekeringsraad werd gehoord bij de vaststelling van een ministeriële regeling en was bevoegd tot het vaststellen van modellen. ten aanzien van de regels voor het verwerken van statistische gegevens in het jaarverslag werd de Centrale Commissie voor de Statistiek gehoord. Per 1 januari 1989 verviel voor de bedrijfsverenigingen de verplichting tot het opnemen van statistische gegevens in het jaarverslag. Deze gegevens werden op andere wijze verzameld en bewerkt. Onder de nOsv (1995-1997) werden de regels voor jaarverslagen en jaarrekeningen door het Ctsv vastgesteld, in de Osv 1997 werd is deze bevoegdheid weer bij de minister gelegd.

waardering: V 5 jaar na vervanging

(844)

handeling: Het jaarlijks uitbrengen van een verslag aan de Kroon en de Kamers van de Staten-Generaal omtrent de staat en werkzaamheden van de Sociale Verzekeringsbank, de Raden van Arbeid en andere uitvoeringsorganen op het terrein van de volksverzekeringen.

grondslag: Wet op de Sociale Verzekeringsbank en de Raden van Arbeid (Stb. 1933, 598) art. 78; gewijzigd (Stb. 1956, 297) art. 78 eerste lid; Kinderbijslagwet voor loontrekkenden (Stb. 1939, 806) art. 35, 51 en 63;

periode: 1945 - 1994

product: jaarverslag

opmerking: Vanaf 1956 werd het verslag niet meer door de minister opgesteld, maar werd het door de Sociale Verzekeringsbank opgestelde verslag door de minister ter kennis gebracht aan de Kroon en de Staten-Generaal.

waardering: B 3

Aanvullende pensioenregelingen

(848)

handeling: Het vaststellen van beleid ten aanzien van aanvullende pensioenvoorzieningen, vervroegde uittreding en flexibele pensionering.

periode: 1945 -

product: beleidsplan, beleidsnota, onder andere:

- Nota aanvullende pensioenen (Pensioennota), Kamerstukken II, 1990-1991, 22 167, nr. 1-2

waardering: B 1

(849)

handeling: Het (doen) verrichten van onderzoek op het gebied van aanvullende pensioenvoorzieningen, vervroegde uittreding en flexibele pensionering.

grondslag: onder andere: Wet gelijke behandeling van slapers en gepensioneerden (Stb. 1991, 445) art. III tweede lid

periode: 1949 -

product: rapport

waardering: B 1

(851)

handeling: Het voorbereiden van de vaststelling, wijziging of intrekking van wetgeving op het gebied van aanvullende pensioenen.

periode: 1945 -

product: wetten, onder andere:

- Wet betreffende verplichte deelneming in een bedrijfspensioenfonds (Stb. 1949, J 121)

- Pensioen- en spaarfondsenwet (Stb. 1952, 275; opnieuw gepubliceerd Stb. 1981, 18)

- Wet betreffende verplichte deelneming in een beroepspensioenregeling (Stb. 1972, 400)

- Wet tot bevriezing van het kinderbijslagbedrag voor het eerste kind, alsmede oprichting van het Fonds Voorheffing Pensioenverzekering (Stb. 1972, 702)

- Wet regelende het heffen van een tijdelijke bijdrage ten behoeve van het Fonds Voorheffing Pensioenverzekering als nacalculatie van de lonen over 1972 (Stb. 1973, 339)

- Wet houdende bijdrage over 1974 ten behoeve van het Fonds Voorheffing Pensioenverzekering als nacalculatie van de lonen over 1972 (Stb. 1973, 671)

- Wet op de Pensioenkamer (Stb. 1983, 259)

- Wet verevening pensioenrechten bij scheiding (Stb. 1994, 342)

waardering: B 1

(854)

handeling: Het vaststellen van regels met betrekking tot de door werkgevers te sluiten verzekeringsovereenkomsten inzake pensioenvoorzieningen.

grondslag: Pensioen- en spaarfondsenwet (Stb. 1952, 275) art. 2 vierde lid

periode: 1952 -

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Algemene eisen verzekeringsovereenkomsten pensioen- en spaarfondsenwet (Stcrt. 1953, 236)

- Algemene eisen verzekeringsovereenkomsten pensioen- en spaarfondsenwet (Stcrt. 1973, 31)

- Algemene eisen schadeverzekeringsovereenkomsten pensioen- en spaarfondsenwet (Stcrt. 1973, 197)

- Regelen verzekeringsovereenkomsten Pensioen- en spaarfondsenwet (Stcrt. 1987, 143)

waardering: B 1

(855)

handeling: Het bij amvb vaststellen van regels ten aanzien van de uitvoering van de Pensioen- en spaarfondsenwet en de Wet betreffende verplichte deelneming in een bedrijfspensioenfonds en Wet betreffende verplichte deelneming in een beroepspensioenregeling.

grondslag: Wet betreffende verplichte deelneming in een bedrijfspensioenfonds (Stb. 1949, J 121) art. 15; Pensioen- en spaarfondsenwet (Stb. 1952, 275) art. 28; Wet betreffende verplichte deelneming in een beroepspensioenregeling (Stb. 1972, 400) art. 25

periode: 1949 -

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit van 17 augustus 1949 (Stb. 1949, J 395)

- Besluit van 17 december 1953 (Stb. 1953, 574)

- Instructie voor de Verzekeringskamer (Stb. 1972, 758)

- Besluit van 26 juni 1973 (Stb. 1973, 331)

- Besluiten van 26 oktober 1993 (Stb. 1993, 577 en 578)

waardering: B 1

(856)

handeling: Het bij amvb vaststellen van regels inzake het begrip 'toezegging omtrent pensioen' zoals dat in de Pensioen- en spaarfondsenwet wordt gehanteerd.

grondslag: Pensioen- en spaarfondsenwet (Stb. 1952, 275) zoals gewijzigd (Stb. 1997, 65) art. 2 achtste lid

periode: 1996 -

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit pensioentoezegging (Stb. 1997, 36)

waardering: B 1

(857)

handeling: Het vaststellen van regels en voorwaarden voor toezeggingen aan direct en indirect grootaandeelhouders.

grondslag: Pensioen- en spaarfondsenwet (Stb. 1952, 275) zoals gewijzigd (Stb. 1981, 17) art. 2 derde lid onder c

periode: 1981 -

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Regeling voorwaarden voor pensioentoezeggingen aan grootaandeelhouders (Stcrt. 1981, 31)

- Besluit vaststelling regels en voorwaarden voor pensioentoezeggingen aan direct en indirect grootaandeelhouders (Stcrt. 1994, 136)

- Regeling van voorwaarden voor pensioentoezeggingen aan direct- en indirect-grootaandeelhouders (Stcrt. 1994, 251)

waardering: B 1

(858)

handeling: Het vaststellen van regels en voorwaarden voor werkgevers inzake het doen van toezeggingen omtrent pensioen aan oudere personen.

grondslag: Pensioen- en spaarfondsenwet (Stb. 1952, 275) zoals gewijzigd (Stb. 1994, 496) art. 2 derde lid onder d

periode: 1994 -

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Besluit van de staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 15 juli 1994, nr. SZ/SV/P/94/3026 (Stcrt. 1994, 136)

waardering: B 1

(859)

handeling: Het vaststellen van regels omtrent het begrip 'gewezen deelnemer' in de Pensioen- en spaarfondsenwet.

grondslag: Pensioen- en spaarfondsenwet (Stb. 1952, 275) zoals gewijzigd (Stb. 1987, 340) art. 8 zevende lid; vernummerd (Stb. 1991, 445) negende lid

periode: 1952 -

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Regeling omschrijving gewezen deelnemer (Stcrt. 1991, 205)

waardering: B 1

(860)

handeling: Het vaststellen van regels inzake de afkoop van een pensioen of de aanspraak op een pensioen.

grondslag: Pensioen- en spaarfondsenwet (Stb. 1952, 275) zoals gewijzigd (Stb. 1987, 340) art. 32 vierde lid

periode: 1987 -

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Regeling aanwijzing van gevallen waarin afkoop van pensioen of een aanspraak op pensioen mogelijk is (Stcrt. 1987, 143)

- Regeling aanwijzing van gevallen waarin afkoop van pensioen of een aanspraak op pensioen mogelijk is (Stcrt. 1994, 136)

waardering: B 1

(861)

handeling: Het vaststellen van de maximum-hoogte van het pensioen, waarbij zowel het pensioenfonds of de verzekeraar als de rechthebbende zonder toestemming van de ander kan overgaan tot afkoop van het pensioen.

grondslag: Pensioen- en spaarfondsenwet (Stb. 1952, 275) zoals gewijzigd (Stb. 1994, 496) art. 32 zesde lid

periode: 1994 -

product: ministeriële regeling

waardering: B 1

(862)

handeling: Het (bij of krachtens amvb) vaststellen van regels ten aanzien van de berekening van de waarde van af of in te kopen aanspraken op pensioen en de te volgen procedure daarbij.

grondslag: Pensioen- en spaarfondsenwet (Stb. 1952, 275) zoals gewijzigd (Stb. 1987, 340) art. 32a derde lid; gewijzigd (Stb. 1994, 496) art. 32b derde lid; Wet verevening pensioenrechten bij scheiding (Stb. 1994, 342) art. 7 vierde lid; Besluit reken- en procedureregels recht op waarde-overdracht (Stb. 1994, 647) art. 8 vierde lid, 9 eerste lid en 12 tweede lid

periode: 1994 -

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit reken- en procedureregels recht op waarde-overdracht (Stb. 1994, 647)

ministeriële regeling, onder andere:

- Regeling berekening van een aan één van de Europese Gemeenschappen af te dragen afkoopsom (Stcrt. 1987, 143)

- Besluit van de staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 19 augustus 1994, nr. AZ/SV/P/94/3485 (Stcrt. 1994, 170)

- Regels voor berekening in geval van waarde-overdracht (Stcrt. 1995, 83)

opmerking: ten aanzien van de amvb op grond van art. 32b PSW gold tot de Wet afschaffing adviesverplichtingen (Stb. 1995, 355) de verplichting van de minister de Stichting van de Arbeid en de Verzekeringskamer te horen. Sindsdien geldt dat de minister bevoegd is de beide organen om advies te vragen.

waardering: B 1

(863)

handeling: Het, samen met de minister van Financiën, vaststellen van regels met betrekking tot de voorwaarden waaronder het sluiten of afwikkelen van overeenkomsten van verzekering voor eigen rekening door pensioen- of ondernemingsfondsen niet tot de uitoefening van het verzekeringsbedrijf wordt gerekend.

grondslag: Wet toezicht verzekeringsbedrijf 1993 (Stb. 1994, 252) art. 13 vijfde lid

periode: 1993 -

product: ministeriële regeling

waardering: B 5

(864)

handeling: Het bij amvb vaststellen van regels ten aanzien van het uitruilen van mogelijkheden van nabestaandenpensioen tegen een hoger of eerder ingaand ouderdomspensioen.

grondslag: Pensioen- en spaarfondsenwet (Stb. 1952, 275) zoals gewijzigd (Stb. 1994, 496) art. 2b

periode: 1995 -

product: algemene maatregel van bestuur

opmerking: Artikel 2b van de wet met deze uitruilmogelijkheid, treedt op 1 januari 2000 in werking; een amvb die deze materie nader regelt is reeds in voorbereiding.

waardering: B 1

(865)

handeling: Het verplicht stellen van het deelnemen in een bedrijfspensioenfonds voor alle of bepaalde groepen van bedrijfsgenoten.

grondslag: Wet betreffende verplichte deelneming in een bedrijfspensioenfonds (Stb. 1949, J 121) art. 3-5 en 7

periode: 1949 -

product: besluit van algemene strekking

opmerking: De verplichtstelling gebeurt op verzoek van een representatief deel van het georganiseerde bedrijfsleven in een bedrijfstak. Er wordt overleg gepleegd met een eventueel betrokken vakminister en worden de Sociaal-Economische Raad (tot 1952 de Stichting van Arbeid) en de Verzekeringskamer gehoord. Ook bij de intrekking van een verplichtstelling worden de SER en de Verzekeringskamer gehoord. Bij wijziging van de financiële opzet van het bedrijfspensioenfonds of van de statuten en reglementen kan de verplichtstelling ingetrokken worden tenzij de minister een verklaring van geen bezwaar afgeeft.

waardering: B 5

(866)

handeling: Het verplicht stellen van het deelnemen in een beroepspensioenregeling voor alle of bepaalde groepen van beroepsgenoten.

grondslag: Wet betreffende verplichte deelneming in een beroepspensioenregeling (Stb. 1972, 400) art. 2-5

periode: 1972 -

product: besluit van algemene strekking

opmerking: De verplichtstelling gebeurt op verzoek van een representatief organisaties van beroepsgenoten. Er wordt overleg gepleegd met een eventueel betrokken vakminister, en de Sociaal-Economische Raad en de Verzekeringskamer worden gehoord. Ook bij de intrekking van een verplichtstelling worden de SER en de Verzekeringskamer gehoord. Bij wijziging van de financiële opzet van het bedrijfspensioenfonds of van de statuten en reglementen kan de verplichtstelling ingetrokken worden tenzij de minister een verklaring van geen bezwaar afgeeft.

waardering: B 5

(869)

handeling: Het vaststellen van richtlijnen waaraan bedrijfs- of beroepspensioenregelingen waarvoor een verplichtstelling is verzocht, moeten voldoen.

grondslag: Wet betreffende verplichte deelneming in een bedrijfspensioenfonds (Stb. 1949, J 121) art. 5 derde lid; Wet betreffende verplichte deelneming in een beroepspensioenregeling (Stb. 1972, 400) art. 5 tweede lid en 8 tweede lid

periode: 1949 -

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Beschikking van de minister van Sociale Zaken van 13 mei 1949, nr. 978 (Stcrt. 1949, 94)

- Besluit van de minister van Sociale Zaken van 17 december 1949 (Stcrt. 1949, 249)

- Richtlijnen voor vrijstelling van deelneming in een bedrijfspensioenfonds wegens bijzondere pensioenvoorzieningen (Stcrt. 1953, 1)

- Richtlijnen gemoedsbezwaren tegen verzekering (Stcrt. 1973, 17)

- Richtlijnen betreffende vrijwillige voorzieningen in beroepspensioenregelingen (Stcrt. 1983, 23)

- Vrijstellingsregeling Wet Bpf (Stcrt. 1998, 78)

waardering: B 5

(870)

handeling: Het, in overeenstemming met de ministers wie het mede aangaat, gehoord de Verzekeringskamer, vaststellen van regels voor het in rekening brengen door het uitvoeringsorgaan van de kosten voor verevening van een pensioen na scheiding.

grondslag: Wet verevening pensioenrechten na scheiding (Stb. 1994, 342) art. 6 tweede lid

periode: 1994 -

product: ministeriële regeling

waardering: V 5 jaar

(871)

handeling: Het bij amvb aanwijzen van uitkeringen ingevolge enigerlei rekening die als pensioen in de zin van de Wet verevening pensioenrechten na scheiding worden aangemerkt.

grondslag: Wet verevening pensioenrechten na scheiding (Stb. 1994, 342) art. 1 achtste lid

periode: 1994 -

product: algemene maatregel van bestuur

waardering: B 5

(872)

handeling: Het vaststellen van het modelformulier voor de melding van het recht op vervening van pensioen na een scheiding aan een pensioenuitvoerder.

grondslag: Wet verevening pensioenrechten na scheiding (Stb. 1994, 342) art. 2 tweede lid

periode: 1994 -

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Regeling houden vaststelling van een modelformulier als bedoeld in artikel 2 van de Wet verevening pensioenrechten na scheiding (Stcrt. 1995, 34)

waardering: V 5 jaar

(873)

handeling: Het, in overeenstemming met andere betrokken ministers en gehoord de Verzekeringsraad, vaststellen van regels voor de berekening van pensioenrechten na scheiding die betrekking hebben op deelnemingsjaren gelegen voor de datum van inwerkingtreding van de Wet verevening pensioenrechten na scheiding.

grondslag: Wet verevening pensioenrechten na scheiding (Stb. 1994, 342) art. 10

periode: 1994 -

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Regeling pensioenberekening bij scheiding voor 27 november 1981 (Stcrt. 1994, 252)

- Regeling pensioenberekening over deelnemingsjaren voor 1 mei 1995 (Stcrt. 1994, 252)

waardering: B 5

(875)

handeling: Het (tot 1981 in overeenstemming met de minister van Justitie) op voordracht van daartoe aangewezen organisaties van werkgevers en werknemers, toevoegen van personen aan de Verzekeringskamer en de Pensioenraad van de Verzekeringskamer.

grondslag: Wet betreffende verplichte deelneming in een bedrijfspensioenfonds (Stb. 1949, J 121) art. 14 eerste lid (b.w. Stb. 1952, 275); Pensioen- en spaarfondsenwet (Stb. 1952, 275) art. 27 (b.w. Stb. 1992, 372); Wet betreffende verplichte deelneming in een beroepspensioenregeling (Stb. 1972, 400) art. 24; Statuten van de Stichting Verzekeringskamer (1992) art. 8

periode: 1952 -

product: beschikking

waardering: V 10 jaar na bereiken 75-jarige leeftijd of overlijden

(876)

handeling: Het (bij K.b.) aanwijzen van organisaties van werkgevers en werknemers die voordrachten mogen doen voor de door de minister van Sociale Zaken toe te voegen leden van de Verzekeringskamer of de Pensioenraad van de Verzekeringskamer.

grondslag: Pensioen- en spaarfondsenwet (Stb. 1952, 275) zoals gewijzigd (Stb. 1972, 774) art. 27 eerste lid (b.w. Stb. 1992, 372);

periode: 1972 - 1992

product: Koninklijke besluit / ministeriële regeling, onder andere:

- Koninklijk besluit van 29 april 1976 (Stcrt. 1976, 91)

- Koninklijk besluit van 18 februari 1981 (Stcrt. 1981, 40)

waardering: B 4

(877)

handeling: Het vaststellen van regels voor de taak en de vergoeding van de door de minister(s) benoemde leden van de Verzekeringskamer.

grondslag: Wet betreffende verplichte deelneming in een bedrijfspensioenfonds (Stb. 1949, J 121) art. 14 eerste lid (B.w. Stb. 1952, 275); Pensioen- en spaarfondsenwet (Stb. 1952, 275) art. 27 tweede lid (b.w. Stb. 1992, 372); Wet betreffende verplichte deelneming in een beroepspensioenregeling (Stb. 1972, 400) art. 24

periode: 1949 - 1992

product: ministeriële regeling

waardering: V 5 jaar na vervallen

(879)

handeling: Het goedkeuren van procedureregels van de Verzekeringskamer voor werkzaamheden betreffende de aanvullende pensioenen.

grondslag: Besluit van 17 augustus 1949 (Stb. 1949, J 395) art. 5 en 7; Besluit van 17 december 1953 (Stb. 1953, 574) art. 5-6 (b.w. Stb. 1972, 758); Pensioen- en spaarfondsenwet (Stb. 1952, 275) zoals gewijzigd (Stb. 1990, 29) art. 6c tweede lid

periode: 1949 -

product: beschikking

waardering: V 5 jaar wordt bewaard bij de Verzekeringskamer

(881)

handeling: Het vaststellen van regels voor het door de pensioen- en spaarfondsen vergoeden van de kosten voor de uitvoering van de pensioenwetten door de Verzekeringskamer.

grondslag: Wet betreffende verplichte deelneming in een bedrijfspensioenfonds (Stb. 1949, J 121) art. 12 (b.w. Stb. 1952, 275); Pensioen- en spaarfondsenwet (Stb. 1952, 275) art. 26; Wet betreffende verplichte deelneming in een beroepspensioenregeling (Stb. 1972, 400) art. 23

periode: 1952 -

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Kostenbeschikking Pensioen- en spaarfondsenwet (Stcrt. 1953, 251; vervangen Stcrt. 1973, 139 en Stcrt. 1993, 165)

- Kostenbeschikking Wet betreffende verplichte deelneming in een beroepspensioenregeling (Stcrt. 1974, 74; vervangen Stcrt. 1993, 165)

waardering: V 10 jaar na vervallen

(883)

handeling: Het beslissen op beroepschriften van pensioen- en spaarfondsen op besluiten van de Verzekeringskamer ten aanzien van bezwaarschriften tegen aanslagen inzake de kosten van de uitvoering van de Pensioen- en spaarfondsenwet.

grondslag: Kostenbeschikking Pensioen- en spaarfondsenwet (Stcrt. 1953, 251) art. 12 tweede lid; Kostenbeschikking Pensioen- en spaarfondsenwet (Stcrt. 1973, 139) art. 12 tweede lid; Kostenbeschikking Wet betreffende verplichte deelneming in een beroepspensioenregeling (Stcrt. 1974, 74) art. 12 tweede lid

periode: 1953 - 1987

product: beschikking

waardering: V 10 jaar

(884)

handeling: Het,- tot 1972 gehoord de Verzekeringskamer-, goedkeuren van statuten en reglementen van pensioen- en spaarfondsen en de wijzigingen daarvan.

grondslag: Pensioen- en spaarfondsenwet (Stb. 1952, 275) art. 4 (b.w. Stb. 1981, 17); Wet van 21 januari 1981 tot wijziging van de Pensioen- en spaarfondsenwet en enkele andere wetten (Stb. 1981, 17) art. IV

periode: 1952 - 1983

product: beschikking (gepubliceerd in de Staatscourant)

opmerking: Door de ministeriële goedkeuring van de statuten kreeg het fonds rechtspersoonlijkheid, voor zover het nog geen rechtspersoonlijkheid bezat. Na de inwerkingtreding van de Boek 2 (nieuw) BW zijn de fondsen op grond van de Overgangswet voor het nieuwe Burgerlijke Wetboek stichtingen in de zin van Boek 2 BW geworden. Nu dient een fonds op grond van Boek 2 BW volledige rechtspersoonlijkheid te bezitten alsvorens het als pensioen- of spaarfonds werkzaam kan zijn.

waardering: V 10 jaar wordt bewaard bij de Verzekeringskamer (zie aldaar nr. 888)

(885)

handeling: Het vaststellen van formulieren voor de aanmelding van pensioen- en spaarfondsen.

grondslag: Pensioen- en spaarfondsenwet (Stb. 1952, 275) art. 20; gewijzigd (Stb. 1981, 17) art. 4 tweede lid (gewijzigd Stb. 1994, 496)

periode: 1952 - 1994

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Beschikking van de minister van Sociale Zaken van 5 juli 1954, nr. 570 (Stcrt. 1954, 131)

- Beschikking aanmeldingsformulier (Stcrt. 1981, 31)

waardering: V 5 jaar na vervanging

(886)

handeling: Het ten behoeve van het toezicht registreren van aanmeldingen van pensioen- en spaarfondsen en het doorzenden van een exemplaar van de daarbij ontvangen statuten en reglementen en de wijzigingen daarvan aan de Verzekeringskamer.

grondslag: Pensioen- en spaarfondsenwet (Stb. 1952, 275) zoals gewijzigd (Stb. 1981, 17) art. 4 tweede en derde lid

periode: 1981 -

product: beschikking

opmerking: Sinds 1994 (Stb. 1994, 496) geldt de verplichte inzending van (wijzigingen van) statuten en reglementen aan de minister alleen nog voor de bedrijfspensioenfondsen.

waardering: V 10 jaar wordt bewaard bij de Verzekeringskamer

(892)

handeling: Het, op voorstel van de Verzekeringskamer en in overeenstemming met de minister van Justitie, vaststellen van de modellen van de staten waarop pensioen- en spaarfondsen gegevens dienen te verstrekken aan de Verzekeringskamer.

grondslag: Besluit van 17 augustus 1949 (Stb. 1949, J 395) art. 3; Besluit van 17 december 1953, (Stb. 1953, 574) art. 3; Besluit van 26 juni 1973 (Stb. 1973, 331) art. 2; Besluit van 26 oktober 1993 (Stb. 1993, 577) art. 2; Besluit van 26 oktober 1993 (Stb. 1993, 578) art. 2

periode: 1949 -

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Beschikking staten pensioen- en spaarfondsen (Stcrt. 1953, 254)

- Beschikking staten beroepspensioenfondsen (Stcrt. 1974, 12)

- Regeling staten pensioen- en spaarfondsen (Stcrt. 1991, 104)

- Regeling staten beroepspensioenfondsen (Stcrt. 1992, 176)

waardering: V 5 jaar na vervanging

(894)

handeling: Het bij K.b. beslissen op het beroep van een pensioen- of spaarfonds tegen het besluit van de Verzekeringskamer om de misstanden bij het fonds openbaar te maken.

grondslag: Wet betreffende verplichte deelneming in een bedrijfspensioenfonds (Stb. 1949, J 121) art. 11 derde lid (b.w. Stb. 1952, 275); Pensioen- en spaarfondsenwet (Stb. 1952, 275) art. 23 vierde lid; vernummerd (Stb. 1972, 774) vijfde lid (b.w. Stb. 1993, 650); Wet betreffende verplichte deelneming in een beroepspensioenregeling (Stb. 1972, 400) art. 21 vierde lid (b.w. Stb. 1993, 650)

periode: 1949 - 1993

product: Koninklijk besluit (tot de inwerkingtreding van de Pensioen- en spaarfondsenwet in 1952: ministerieel besluit)

waardering: B 3

(895)

handeling: Het bij K.b. aanwijzen van centrale en andere organisaties van werkgevers en werknemers, die door de Verzekeringskamer op de hoogte gebracht kunnen worden van aanwijzingen van de Verzekeringskamer aan fondsbesturen.

grondslag: Pensioen- en spaarfondsenwet (Stb. 1952, 275) zoals gewijzigd (Stb. 1972, 774) art. 23 tweede lid

periode: 1972 -

product: Koninklijk besluit, onder andere:

- Koninklijk besluit van 25 februari 1981 (Stcrt. 1981, 40)

waardering: B 5

(897)

handeling: Het, gehoord de Verzekeringskamer, controleren van wetenschappelijke balansen, verlies- en winstrekeningen en actuariële verslagen en de jaarlijkse door een accountant gecontroleerd verslagen van bedrijfspensioenfondsen.

grondslag: Wet betreffende verplichte deelneming in een bedrijfspensioenfonds (Stb. 1949, J 121) art. 8 (b.w. Stb. 1952, 275)

periode: 1949 - 1952

product: mededelingen

waardering V 20 jaar

(899)

handeling: Het beslissen op beroepen van pensioen- en spaarfondsen tegen door de Verzekeringskamer ingebrachte bezwaren tegen de aanwijzing van een actuaris door een fonds.

grondslag: Pensioen- en spaarfondsenwet (Stb. 1952, 275) art. 12 derde lid (b.w. Stb. 1993, 690); Wet betreffende verplichte deelneming in een beroepspensioenregeling (Stb. 1972, 400) art. 11 (b.w. Stb. 1993, 690)

periode: 1952 - 1993

product: beschikking

waardering: V 10 jaar

(900)

handeling: Het, gehoord de Verzekeringskamer, verlenen van ontheffing aan pensioen- en spaarfondsen, werkgevers of beroepsgenoten van dwingende bepalingen in de wetten inzake aanvullende pensioenen.

grondslag: Wet betreffende verplichte deelneming in een bedrijfspensioenfonds (Stb. 1949, J 121) art. 16; Pensioen- en spaarfondsenwet (Stb. 1952, 275) art. 29 (b.w. Stb. 1994, 496); Wet betreffende verplichte deelneming in een beroepspensioenregeling (Stb. 1972, 400) art. 26; Richtlijnen betreffende vrijwillige voorzieningen in beroepspensioenregelingen (Stcrt. 1983, 23) art. 5

periode: 1949 -

product: beschikking

opmerking: In 1994 is de ontheffingsbevoegdheid ingevolge art. 29 PSW overgedragen aan de Verzekeringskamer. De adviesverplichting van de Verzekeringskamer voor de Wet Bpf en de Wet Bpr is in respectievelijk 1995 en 1997 vervangen door een inlichtingenplicht indien de minister daar om verzoekt.

waardering: V 10 jaar bij weigering ontheffing

50 jaar bij verlening ontheffing

(906)

handeling: Het bij of krachtens amvb vaststellen van regels inzake de meldingsplicht van het bestuur van een rechtspersoon, indien de rechtspersoon niet in staat is tot betaling van zijn bijdrage aan het bedrijfspensioenfonds.

grondslag: Wet betreffende verplichte deelneming in een bedrijfspensioenfonds (Stb. 1949, J 121) zoals gewijzigd (Stb. 1986, 276) art. 18b eerste lid, vernummerd (Stb. 1990, 222) tweede lid

periode: 1986 -

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit meldingsregeling Wet betreffende verplichte deelneming in een bedrijfspensioenfonds (Stb. 1986, 582)

waardering: V 5 jaar

(909)

handeling: Het, gehoord de Stichting van de Arbeid, bij amvb vaststellen van nadere regels inzake het bestuur en het beheer van het Fonds Voorheffing Pensioenverzekering.

grondslag: Wet van 13 december 1972 (Stb. 1972, 702) art. 4 en 8

periode: 1972 -

product: algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Besluit Fonds Voorheffing Pensioenverzekering (Stb. 1974, 532)

opmerking: De adviseringverplichting van de Stichting van de Arbeid is in 1995 vervallen.

waardering: B 4

(912)

handeling: Het goedkeuren van het besluit van het Fonds Voorheffing Pensioenverzekering inzake

- het reglement voor de werkzaamheden van het bestuur van het Fonds

- regels voor een schadeloosstelling en de vergoeding voor reis- en verblijfkosten van de leden en plaatsvervangende leden van het bestuur van het Fonds.

grondslag: Besluit Fonds Voorheffing Pensioenverzekering (Stb. 1974, 532) art. 6 en 7

periode: 1974 -

product: beschikking

waardering: V 5 jaar

(913)

handeling: Het aanwijzen van vertegenwoordigers die met raadgevende stem de vergaderingen van het bestuur van het Fonds Voorheffing Pensioenverzekering bijwonen.

grondslag: Besluit Fonds Voorheffing Pensioenverzekering (Stb. 1974, 532) art. 5

periode: 1974 -

product: aanwijzing

waardering: V 5 jaar na beëindiging aanwijzing

(916)

handeling: Het stellen van regels voor de vergoeding door het FVP van de onkosten van de administratieve werkzaamheden van de Sociale Verzekeringsbank.

grondslag: Wet van 13 december 1972 (Stb. 1972, 702) art. 6 derde lid

periode: 1972 -

product: ministeriële regeling

waardering: V 5 jaar na vervallen

(920)

handeling: Het controleren van het jaarverslag, de jaarrekening, het accountantsrapport en andere verslagen en verantwoordingen van het Fonds Voorheffing Pensioenverzekering.

grondslag: Wet van 13 december 1972 (Stb. 1972, 702) art. 4 derde lid; Besluit Fonds Voorheffing Pensioenverzekering (Stb. 1974, 532) art. 16

periode: 1972 -

product: (controle)rapport

waardering: B 3

(922)

handeling: Het, eventueel in overeenstemming met de minister van Financiën, (bij amvb) vaststellen van regels voor de uitvoering van de wetten inzake tijdelijke bijdragen aan het Fonds Voorheffing Pensioenverzekering.

grondslag: Wet van 13 december 1972 (Stb. 1972, 702) art. 2 derde lid; Wet regelende het heffen van een tijdelijke bijdrage ten behoeve van het Fonds Voorheffing Pensioenverzekering als nacalculatie van de lonen over 1972 (Stb. 1973, 339) art. 5 tweede lid en 7; Wet houdende bijdrage over 1974 ten behoeve van het Fonds Voorheffing Pensioenverzekering als nacalculatie van de lonen over 1972 (Stb. 1973, 671) art. 5 tweede lid en 7

periode: 1973 - 1974

product: algemene maatregel van bestuur / ministeriële regeling

waardering: B 5

(927)

handeling: Het, tot 1995 gehoord de Stichting van de Arbeid, goedkeuren van bijdrageregelingen van het Fonds Voorheffing Pensioenverzekering voor voortzetting van pensioenvoorzieningen van werkloze werknemers of verwerving van pensioenaanspraken van vrouwelijke werknemers.

grondslag: Wet van 13 december 1972 (Stb. 1972, 702) zoals gewijzigd (Stb. 1988, 557) art. 4b derde tot en met achtste lid

periode: 1988 -

product: beschikking

opmerking: De adviseringverplichting van de Stichting van de Arbeid is in 1995 vervallen.

waardering: B 1

(928)

handeling: Het doen van een voordracht voor een Koninklijk besluit waarbij

- een besluit genomen wordt ter zake van het beroep van het Fonds Voorheffing Pensioenverzekering tegen het besluit van de ministers van Sociale Zaken en Financiën hun goedkeuring aan de bijdrageregelingen van het Fonds te onthouden (tot en met 1993)

- bijdrageregelingen van het Fonds Voorheffing Pensioenverzekering vernietigd worden ingeval deze regelingen er toe leiden dat het eigen vermogen van het Fonds beneden een bepaald bedrag daalt.

grondslag: Wet van 13 december 1972 (Stb. 1972, 702) zoals gewijzigd (Stb. 1988, 557) art. 4b vijfde (b.w. Stb. 1993, 650) en zevende lid

periode: 1988 -

product: (voordracht voor) Koninklijk besluit

waardering: B 1

(941)

handeling: Het geven van aanwijzingen aan de Pensioenkamer voor de uitoefening van de opgedragen taken.

grondslag: Wet op de Pensioenkamer (Stb. 1983, 259) art. 6

periode: 1984 - 1994

product: aanwijzingen, richtlijnen

waardering: B 5

(942)

handeling: Het aanwijzen van personen die met raadgevende stem de (commissie)vergaderingen van de Pensioenkamer mogen bijwonen.

grondslag: Wet op de Pensioenkamer (Stb. 1983, 259) art. 12

periode: 1984 - 1994

product: beschikking

waardering: V 5 jaar

(943)

handeling: Het vaststellen van nadere regels inzake de vestigingsplaats van de Pensioenkamer, het aantal leden en de organisaties van werkgevers en werknemers die de leden aanwijzen, de bekostiging en de begroting van de Pensioenkamer.

grondslag: Wet op de Pensioenkamer (Stb. 1983, 259) art. 2 derde lid, 8 eerste en derde lid, 15 eerste lid en 17 zesde lid

periode: 1984 - 1994

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Regeling tot uitvoering van de Wet op de Pensioenkamer (Stcrt. 1984, 155)

waardering: B 4

(944)

handeling: Het bij amvb vaststellen van regels inzake de onverenigbaarheid van het lidmaatschap en plaatsvervangend lidmaatschap van de Pensioenkamer met andere functies.

grondslag: Wet op de Pensioenkamer (Stb. 1983, 259) art. 9

periode: 1984 - 1994

product: algemene maatregel van bestuur

waardering: V 5 jaar na vervanging

(945)

handeling: Het vaststellen van regels voor de bezoldiging van de voorzitter van de Pensioenkamer en de vergoedingen voor de leden.

grondslag: Wet op de Pensioenkamer (Stb. 1983, 259) art. 14 eerste en tweede lid

periode: 1984 - 1994

product: ministeriële regeling

waardering: V 5 jaar na vervanging

(946)

handeling: Het benoemen van de voorzitter van de Pensioenkamer.

grondslag: Wet op de Pensioenkamer (Stb. 1983, 259) art. 8 tweede lid

periode: 1984 - 1994

product: beschikking

waardering: V 10 jaar na bereiken van de 75-jarige leeftijd of overlijden

(948)

handeling: Het goedkeuren van het reglement van werkzaamheden van de Pensioenkamer en de regels met betrekking tot de indienstneming, het ontslag, de bezoldiging en de andere arbeidsvoorwaarden van het personeel.

grondslag: Wet op de Pensioenkamer (Stb. 1983, 259) art. 10 en 13 derde lid

periode: 1984 - 1994

product: beschikking

waardering: V 5 jaar na vervanging wordt bewaard bij de Pensioenkamer

(954)

handeling: Het goedkeuren van de begroting van de Pensioenkamer.

grondslag: Wet op de Pensioenkamer (Stb. 1983, 259) art. 17 tweede tot en met zesde lid

periode: 1984 - 1994

product: beschikking

waardering: V 7 jaar

(957)

handeling: Het vaststellen van de jaarrekening van de Pensioenkamer.

grondslag: Wet op de Pensioenkamer (Stb. 1983, 259) art. 18 tweede lid

periode: 1984 - 1994

product: jaarrekening

waardering: V 7 jaar

(959)

handeling: Het geven van aanwijzingen aan de Pensioenkamer omtrent de inrichting van het jaarverslag.

grondslag: Wet op de Pensioenkamer (Stb. 1983, 259) art. 20 eerste lid

periode: 1984 - 1994

product: aanwijzing, richtlijn

waardering: V 5 jaar na vervanging

(960)

handeling: Het vaststellen van regels voor de toekenning van een uitkering aan vervroegd uittredende ex-mijnwerkers.

grondslag: Perspectievennota Zuid-Limburg (Kamerstukken II, 1977-1978, 13 969) p. 20

periode: 1979 -

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Regeling vervroegde uittreding ex-mijnwerkers (Stcrt. 1979, 120)

waardering: B 1

(961)

handeling: Het toekennen van uitkeringen aan vervroegd uittredende ex-mijnwerkers

grondslag: Regeling vervroegde uittreding ex-mijnwerkers (Stcrt. 1979, 120) art. 3-6

periode: 1980 -

product: beschikking

waardering: B 5

opmerking: Deze handeling wordt uitgevoerd door A.Z.L. Beheer onder mandaat van de minister.

(962)

handeling: Het vergoeden van de kosten van de uitkeringen en uitvoering ingevolge de Regeling vervroegde uittreding ex-mijnwerkers aan A.Z.L. Beheer.

bron:Rijksbegrotingen 1979-1996

periode: 1980 -

product: beschikking

opmerking: Door A.Z.L. Beheer worden maandelijks rapportages ingediend over het aantal uitkeringen en de uit te keren bedragen. Aan de hand hiervan worden door de minister voorschotten en verrekeningen gedaan.

waardering: V 5 jaar

(965)

handeling: Het beoordelen van jaarrapportages van A.Z.L. Beheer over de uitvoering van de VVU-regeling.

bron:interview

periode: 1980 -

product: jaarraportage A.Z.L. Beheer, beoordeling

waardering: B 3

(966)

handeling: Het beschikbaar stellen van gelden voor eenmalige uitkeringen aan oud-mijnwerkers met silicose.

bron: Rijksbegroting 1995-1996

periode: 1994 -

product: beschikking

waardering: B 1

Actor: Minister van Financiën

(111)

handeling: Het (bij of krachtens amvb) vaststellen van regels voor de afwikkeling van ongevallenrenten en afkoopsommen.

grondslag: Liquidatiewet ongevallenwetten (Stb. 1967, 99) art. 19, 26, 33 tweede lid, 35 derde lid en 36

periode: 1967 - 1975

product: algemene maatregel van bestuur / ministeriële regeling, onder andere:

- Besluit berekening afkoopsommen ongevalsuitkeringen (Stb. 1967, 345)

- Besluit uitvoering afwikkeling liquiditeitsuitkeringen en voorzieningen (Stb. 1967, 453)

waardering:

(114)

handeling: Het verrekenen van gelden, overdragen van contante waarden van verplichtingen ingevolge de Liquidatiewet Ongevallenwetten en het overdragen van vermogensoverschotten van de ongevallenfondsen.

grondslag: Liquidatiewet ongevallenwetten (Stb. 1967, 99) art. 25 tweede lid, 28, 29 en 30; Besluit overdracht contante waarde verplichtingen ongevallenverzekering aan het Arbeidsongeschiktheidsfonds (Stb. 1967, 339) art. 13-26; Besluit overdracht contante waarde gehandhaafde bijslagen op ongevalsuitkeringen aan het Arbeidsongeschiktheidsfonds (Stb. 1967, 431)

periode: 1967 - 1975

product: financiële bescheiden

waardering:

(540)

handeling: Het vergoeden van het bedrag aan niet-invorderbare premies ingevolge de AOW en AWW aan de Sociale Verzekeringsbank.

grondslag: Algemene Ouderdomswet (Stb. 1956, 281) art. 44; Algemene Weduwen- en Wezenwet (Stb. 1959, 139) art. 46; Beschikking van de staatssecretaris van Sociale Zaken en de minister van Financiën van 27 april 1961 nr. 1076 en 30 mei 1961, nr. A1/6035; Beschikking van de staatssecretarissen van Sociale Zaken en Financiën van 3 juli 1985, nr. 85/2245 (Stcrt. 1985, 233) art. 2-5; Beschikking van de staatssecretarissen van Sociale Zaken en Financiën van 28 januari en 10 februari 1987, nr. 87/00528 (Stcrt. 1987, 38) art. 2-5

periode: 1956 -

product: beschikking

waardering:

(563)

handeling: Het jaarlijks storten van bijdragen in het Invaliditeits(- en Ouderdoms)fonds en Interim-invaliditeitsfonds.

grondslag: Invaliditeitswet (Stb. 1913, 205) art. 20; Interimwet invaliditeitsrentetrekkers (Stb. 1962, 534) art. 33; Liquidatiewet invaliditeitswetten (Stb. 1964, 488) zoals gewijzigd (Stb. 1967, 307) art. 40 en 52

periode: 1945 - 1996

product: beschikking

waardering:

(602)

handeling: Het vaststellen van regels ten aanzien van het beheer en de belegging van gelden van de sociale verzekeringsfondsen.

grondslag: onder andere: Ziektewet (Stb. 1935, 32) art. 113, art. 114, art. 115 eerste lid; gewijzigd (Stb. 1952, 343); vernummerd (Stb. 1952, 474) art. 63 eerste lid (b.w. Stb. 1959, 66) en zoals gewijzigd (Stb. 1994, 916) art. 63 tweede lid (b.w. Stb. 1996, 134); Kinderbijslagwet voor loontrekkenden (Stb. 1939, 806) art. 34, 50 en 62 (b.w. Stb. 1962, 257); Werkloosheidswet (Stb. 1949, J 423) art. 29 vijfde lid, vernummerd (Stb. 1953, 117) art. 20 vijfde lid; Algemene Ouderdomswet (Stb. 1956, 281) art. 23, 25 en 65 gewijzigd (Stb. 1985, 181) art. 34, 36 en 74; Algemene Weduwen- en wezenwet (Stb. 1959, 139) art. 21 twaalfde lid, 40 en 85a; Algemene Kinderbijslagwet (Stb. 1962, 160) art. 21 vierde lid, vernummerd (Stb. 1980, 1) art. 24 vierde lid; gewijzigd (Stb. 1990, 128) art. 22 derde lid; gewijzigd (Stb. 1991, 669) art. 29a derde lid (b.w. Stb. 1994, 916); Toeslagenwet (Stb. 1987, 91) art. 26 derde lid; Ziektewet (Stb. 1929, 374) art. 63 tweede lid; Werkloosheidswet (Stb. 1986, 566) art. 91 derde lid, 96 derde lid, 97 tweede en vierde lid en 113; Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (Stb. 1966, 84) art. 76 vierde en vijfde lid; Algemene Arbeidsongeschiktheidswet (Stb. 1975, 674) art. 72 tweede lid, 73 zevende lid en 100 (b.w. Stb. 1989, 127); Toeslagenwet (Stb. 1986, 562) zoals gewijzigd (Stb. 1990, 316) art. 26 derde lid (b.w. Stb. 1994, 916); Wet financiering volksverzekeringen (Stb. 1989, 129) art. 32 tweede en vierde lid, 35 derde lid, 36 tweede en vierde lid, 41 en 45 eerste lid; Organisatiewet sociale verzekeringen (Stb. 1994, 790) art. 69 zesde lid, 70, 71, 73 tweede lid en 76; Organisatiewet sociale verzekeringen 1997 (Stb. 1997, 95) art. 67, 68, 70 tweede lid, 71a derde lid en 72

periode: 1945 -

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Beschikking van de waarnemend Secretaris-Generaal van Sociale Zaken van 29 oktober 1940, nr. 3466 (Stcrt. 1940, 212)

- Beschikking van de waarnemend Secretaris-Generaal van Sociale Zaken van 29 oktober 1940, nr. 3467 (Stcrt. 1940, 212)

- Beschikking van de minister van Sociale Zaken van 3 juni 1947, nr. 6421 (Stcrt. 1947, 108)

- Besluit belegging van gelden van de wachtgeldfondsen en het Algemeen Werkloosheidsfonds (Stcrt. 1954, 100)

- Besluit belegging Ouderdomsfonds (Stcrt. 1957, 160)

- Besluit belegging van gelden Ouderdomsfonds en Weduwen- en wezenfonds (Stcrt. 1960, 137)

- Besluit belegging van gelden Ouderdomsfonds, Weduwen- en wezenfonds en Algemeen Kinderbijslagfonds (Stcrt. 1963, 7; vervangen Stcrt. 1974, 77)

- Beleggingsvoorschriften gelden Arbeidsongeschiktheidsfonds (Stcrt. 1972, 7)

- Besluit beleggingsvoorschriften sociale verzekeringsfondsen (Stcrt. 1982, 150; vervangen Stcrt. 1989, 204; 1991, 196; 1995, 49; 1996, 19)

- Besluit beleggingsvoorschriften Algemeen Kinderbijslagfonds (Stcrt. 1988, 254)

- Uitvoeringsregeling IOF en OFB (Stcrt. 1988, 254)

- Liquiditeitsregeling Centrale Sociale Verzekeringsfondsen (Stcrt. 1989, 240; vervangen Stcrt. 1996, 129)

- Regeling financiële rapportage fondsbeheerders (Stcrt. 1995, 224)

- Besluit Bijzondere Beleggingsvoorschriften in verband met de ontvlechting bedrijfsverenigingen - uitvoeringsinstellingen per 1 januari 1996 (Stcrt. 1995, 248; vervangen Stcrt. 1997, 125)

- Regeling tijdelijke middelenoverheveling en leningen centrale fondsen (Stcrt. 1997, 41)

- Regeling rekening-courantverhouding sociale verzekeringen (Stcrt. 1997, 242)

- Regeling reservevorming wachtgeldfondsen (Stcrt. 1997, 249)

opmerking: Tot het beheer van de sociale verzekeringsfondsen wordt ook het beheer van reserves, wachtgeldfondsen en afdelingskassen door bedrijfsverenigingen gerekend.

waardering:

(913)

handeling: Het aanwijzen van vertegenwoordigers die met raadgevende stem de vergaderingen van het bestuur van het Fonds Voorheffing Pensioenverzekering bijwonen.

grondslag: Besluit Fonds Voorheffing Pensioenverzekering (Stb. 1974, 532) art. 5

periode: 1974 -

product: aanwijzing

waardering:

(927)

handeling: Het, tot 1995 gehoord de Stichting van de Arbeid, goedkeuren van bijdrageregelingen van het Fonds Voorheffing Pensioenverzekering voor voortzetting van pensioenvoorzieningen van werkloze werknemers of verwerving van pensioenaanspraken van vrouwelijke werknemers.

grondslag: Wet van 13 december 1972 (Stb. 1972, 702) zoals gewijzigd (Stb. 1988, 557) art. 4b derde tot en met achtste lid

periode: 1988 -

product: beschikking

opmerking: De adviseringverplichting van de Stichting van de Arbeid is in 1995 vervallen.

waardering:

(928)

handeling: Het doen van een voordracht voor een Koninklijk besluit waarbij

- een besluit genomen wordt ter zake van het beroep van het Fonds Voorheffing Pensioenverzekering tegen het besluit van de ministers van Sociale Zaken en Financiën hun goedkeuring aan de bijdrageregelingen van het Fonds te onthouden (tot en met 1993)

- bijdrageregelingen van het Fonds Voorheffing Pensioenverzekering vernietigd worden ingeval deze regelingen er toe leiden dat het eigen vermogen van het Fonds beneden een bepaald bedrag daalt.

grondslag: Wet van 13 december 1972 (Stb. 1972, 702) zoals gewijzigd (Stb. 1988, 557) art. 4b vijfde (b.w. Stb. 1993, 650) en zevende lid

periode: 1988 -

product: (voordracht voor) Koninklijk besluit

waardering:

Actor: Minister van Volksgezondheid

(35)

handeling: Het, samen met de minister van Buitenlandse Zaken, voorbereiden en vaststellen van het beleid met betrekking tot internationale aspecten van de sociale zekerheid.

periode: 1945 -

product: beleidsnota, beleidsplan

waardering:

(36)

handeling: Het voorbereiden van, deelnemen aan en rapporteren over vergaderingen van overleg- en bestuursorganen van internationale organisaties inzake sociale zekerheid.

periode: 1945 -

product: verslagen, notulen, notities, rapporten

opmerking: Voorbeelden van bedoelde internationale organisaties zijn de International Labour Organisation (ILO), de Raad van Europa, de Europese Unie (EU), de Verenigde Naties, de Benelux en de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO).

waardering:

(37)

handeling: Het aanwijzen van regeringsvertegenwoordigers in de Administratieve Commissie en het Raadgevend Comité van de Europese Unie.

grondslag: Verordening inzake de sociale zekerheid van migrerende werknemers, nr. 3/58 (PB EG 1958, 30) art. 44; Verordening van de Raad (EU) betreffende de toepassing van de sociale zekerheidsregelingen op werknemers en zelfstandigen, alsmede hun gezinsleden, die zich binnen de Gemeenschap verplaatsen, nr. 1408/71 (PB EG 1971, L 149) art. 80 eerste lid en 82 eerste lid

periode: 1958 -

product: aanwijzingsbesluit

waardering:

(39)

handeling: Het, samen met de minister van Buitenlandse Zaken, voorbereiden van de totstandkoming, wijziging en intrekking van (bilaterale en multilaterale) verdragen en bijbehorende akkoorden met andere mogendheden inzake sociale zekerheid.

periode: 1945 -

product: verdragen, administratieve akkoorden, afrekeningsakkoorden

waardering:

(40)

handeling: Het leveren van bijdragen aan de totstandkoming van multilaterale verdragen met administratieve akkoorden (ILO, Raad van Europa, VN) of verordeningen en regelingen (EU) van internationale organisaties inzake sociale zekerheid

periode: 1945 -

product: verdragen, administratieve akkoorden

opmerking: Hieronder worden ook verstaan de bijdragen aan de besluiten van de Administratieve Commissie van de EU.

waardering:

(44)

handeling: Het, in overleg met de minister van Buitenlandse Zaken, (beleidsmatig) beoordelen van mogelijke interventies in zaken die voorkomen bij internationale hoven (Hof van Justitie te Luxemburg, Europese Hof voor de Rechten van de Mens te Straatsburg, Commissie Rechten van de Mens van de VN).

grondslag: o.a. Protocol betreffende het Statuut van het Hof van Justitie, art. 20

periode: 1958 -

product: rapport/nota

waardering:

(45)

handeling: Het deelnemen aan (technische) commissies die nadere uitvoeringsregels stellen of toezien op de goede uitvoering van een verdrag.

grondslag: (Administratieve) Akkoorden ter uitvoering van verdragen; Verdrag betreffende de sociale zekerheid van Rijnvarenden, gesloten te Genève op 27 juli 1950 (Trb. 1953, nr. 76) art. 24

periode: 1950 -

product: verslag, notulen, aanwijzingen, informatieverstrekking

opmerking: Er zijn onder andere verscheidene Nederlands-Belgische Technische Commissies, bijvoorbeeld voor de geneeskundige verzorging en voor de uitkeringen en een Nederlands-Franse Technische Commissie. De Verdragen betreffende de sociale zekerheid van Rijnvarenden voorzien in de instelling van het Administratief Centrum, waaraan deelgenomen wordt door regeringsvertegenwoordigers en vertegenwoordigers van de werkgevers en de Rijnvarenden uit elk van de verdragsluitende staten.

waardering:

(46)

handeling: Het rapporteren over de implementatie van internationale regels in bestaande of nieuwe wet- en regelgeving op nationaal niveau.

grondslag: o.m. Statuut van de ILO art. 22; Verdragen van de ILO, bijv. Verdrag betreffende minimumnormen van sociale zekerheid (Verdrag nr. 102) (Trb. 1953, 69) art. 76; Europese Code inzake sociale zekerheid (Trb. 1965, 47) art. 74 en 76; EG-richtlijnen

periode: 1945 -

product: rapport

waardering:

(47)

handeling: Het geven van aanwijzingen aan uitvoeringsorganen inzake de toepassing van internationale verdragen of verordeningen.

periode: 1945 -

product: circulaires, correspondentie

waardering:

(50)

handeling: Het aangaan van overeenkomsten met andere EU-lidstaten inzake de vergoeding van op grond van EU-Verordeningen verleende geneeskundige verstrekkingen.

grondslag: Toepassingverordening 4/58 (PB EG 1958, 30) art. 74 en 75; Verordening van de Raad (EU) tot vaststelling van de wijze van toepassing van Verordening nr. 1408/71, nr. 574/72 (PB EG 1972, L 74) art. 93-105

periode: 1958 -

product: afrekeningsovereenkomst

waardering:

(115)

handeling: Het vaststellen van het bedrag dat door het Arbeidsongeschiktheidsfonds wordt overgedragen aan de Ziekenfondsraad wegens de afwikkeling van geneeskundige behandeling van ongevallen.

grondslag: Liquidatiewet ongevallenwetten (Stb. 1967, 99) art. 30

periode: 1967 - 1975

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Beschikking van 2 januari 1975, nr. 87369 (Stcrt. 1975, 7)

waardering:

(306)

handeling: Het vaststellen van een regeling inzake een tegemoetkoming in de kosten van verzorging van thuiswonende meervoudig gehandicapte of ernstig lichamelijk gehandicapte kinderen.

grondslag: Rijksbegroting 1997 art. U 1310; Organisatiewet sociale verzekeringen (Stb. 1994, 916) art. 28 tweede lid; Organisatiewet sociale verzekeringen 1997 (Stb. 1997, 95) art. 25 eerste lid onder f, 28 vijfde lid en 86

periode: 1990 -

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Regeling tegemoetkoming onderhoudskosten thuiswonende meervoudig en ernstig lichamelijk gehandicapte kinderen (TOG) (Stcrt. 1997, 67)

waardering:

(430)

handeling: Het instemmen met de organisatie die de Sociale Verzekeringsbank van (medisch) advies dienst bij de vaststelling of een kind meervoudig dan wel ernstig lichamelijk gehandicapt is.

grondslag: Regeling tegemoetkoming onderhoudskosten thuiswonende meervoudig en ernstig lichamelijk gehandicapte kinderen (Stcrt. 1997, 67) art. 8

periode: 1997 -

product: beschikking

waardering:

(431)

handeling: Het vergoeden van de kosten van de advisering door een deskundige organisatie ingevolge de TOG aan de Sociale Verzekeringsbank.

grondslag: Regeling tegemoetkoming onderhoudskosten thuiswonende meervoudig en ernstig lichamelijk gehandicapte kinderen (Stcrt. 1997, 67) art. 10

periode: 1997 -

product: beschikking

waardering:

Actor: de Minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening

(913)

handeling: Het aanwijzen van vertegenwoordigers die met raadgevende stem de vergaderingen van het bestuur van het Fonds Voorheffing Pensioenverzekering bijwonen.

grondslag: Besluit Fonds Voorheffing Pensioenverzekering (Stb. 1974, 532) art. 5

periode: 1974 -

product: aanwijzing

waardering:

(924)

handeling: Het aanwijzen van woningen en woongebouwen, waarvoor de leningen uit het Fonds Voorheffing Pensioenverzekering voorgefinancierd mogen worden.

grondslag: Besluit Fonds Voorheffing Pensioenverzekering (Stb. 1974, 532) art. 13 tweede lid

periode: 1974 -

product: beschikking

waardering:

Actor: Minister van Justitie

(59)

handeling: Het vaststellen van nadere regels voor de ongevallenverzekering van gedetineerden.

grondslag: Wet sociale verzekering gedetineerden (Stb. 1948, I 125) art. 3-5

periode: 1948 - 1965

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Beschikking van de minister van Justitie van 17 juni 1948/DG.BR. nr. 393/Kab. (Stcrt. 1948, 119)

- Beschikking vaststelling daglonen gedetineerden (Stcrt. 1957, 60)

waardering:

(440)

handeling: Het (in overeenstemming) aanwijzen van personen die belast zijn met het opsporen van bij of krachtens de sociale verzekeringen strafbaar gestelde feiten.

grondslag: Organisatiewet Sociale Verzekering (Stb. 1952, 344) art. 56; Organisatiewet sociale verzekeringen (Stb. 1994, 790) art. 112; Algemene Ouderdomswet (Stb. 1956, 281) art. 55; gewijzigd (Stb. 1985, 181) art. 66; Algemene Weduwen- en Wezenwet (Stb. 1959, 139) art. 66; Algemene Kinderbijslagwet (Stb. 1962, 160) art. 41; Wetboek van Strafrecht art, 142 derde lid; Besluit Buitengewoon opsporingsambtenaar (Stb. 1994, 825)

periode: 1988 -

product: ministeriële regeling, onder andere:

- Regeling aanwijzing opsporingsambtenaren sociale verzekeringswetten (Stcrt. 1959, 118; vervangen Stcrt. 1963, 8; Stcrt. 1966, 84; Stcrt. 1967, 157; Stcrt. 1968, 91; Stcrt. 1977, 19; Stcrt. 1980, 98)

- Besluiten buitengewoon opsporingsambtenaar BVG/Detam/Gak/

GUO/SFB 1995 (Stcrt. 1995, 96)

opmerking: In de regelingen van voor 1995 werden met name genoemde personen aangewezen als buitengewoon opsporingsambtenaar. In de Besluiten van 1995 wordt een beperkt aantal, niet bij name genoemde personen per uitvoeringsinstelling aangewezen als buitengewoon opsporingsambtenaar. Deze personen worden door de procureur-generaal van het gerechtshof te Arnhem beëdigd.

waardering:

Actor: Minister van Binnenlandse Zaken

(61)

handeling: Het (bij amvb) vaststellen van nadere regels voor de uitvoering van de regelingen betreffende de ongevallenverzekering van de vrijwillige brandweer.

grondslag: Besluit van de Secretarissen-Generaal van de Departementen van Sociale Zaken en van Binnenlandse Zaken betreffende ongevallenverzekering van de brandweer (Stcrt. 1941, 153) art. 7; Wet betreffende ongevallenverzekering van de vrijwillige brandweer (Stb. 1953, 560) art. 6 en 8

periode: 1945 - 1965

product: algemene maatregel van bestuur / ministeriële regeling

waardering:

(284)

handeling: Het bepalen dat de Commissie van Onderzoek moet worden ingesteld door twee gemeenten tezamen, of per deel van een gemeente of voor een bepaalde groep van de bevolking.

grondslag: Noodwet Ouderdomsvoorziening (Stb. 1947, H 155) art. 25 tweede en derde lid

periode: 1947 - 1956

product: beschikking

waardering:

(294)

handeling: Het bij K.b. goedkeuren van provinciale kindertoelageregelingen voor gepensioneerden.

grondslag: Kindertoelagewet voor gepensioneerden (Stb. 1950, K 501) art. 15 tweede lid

periode: 1950 -1962

product: Koninklijk besluit

waardering:

(296)

handeling: Het vaststellen van nadere regels voor de toepassing van de Kindertoeslagregeling overheidspersoneel.

grondslag: Kindertoeslagregeling overheidspersoneel (Stb. 1963, 219) art. 5 vijfde lid, 10 en 12 eerste en tweede lid (b.w. Stb. 1979, 709)

periode: 1963 - 1980

product: ministeriële regeling

waardering:

(404)

handeling: Het geven van uitvoeringsvoorschriften voor de Kindertoelagewet voor gepensioneerden.

grondslag: Kindertoelagewet voor gepensioneerden (Stb. 1950, K 501) art. 13

periode: 1950 - 1962

produkt: ministeriële regeling

waardering:

Actor: Minister van Defensie

(296)

handeling: Het vaststellen van nadere regels voor de toepassing van de Kindertoeslagregeling overheidspersoneel.

grondslag: Kindertoeslagregeling overheidspersoneel (Stb. 1963, 219) art. 5 vijfde lid, 10 en 12 eerste en tweede lid (b.w. Stb. 1979, 709)

periode: 1963 - 1980

product: ministeriële regeling

waardering:

(404)

handeling: Het geven van uitvoeringsvoorschriften voor de Kindertoelagewet voor gepensioneerden.

grondslag: Kindertoelagewet voor gepensioneerden (Stb. 1950, K 501) art. 13

periode: 1950 - 1962

produkt: ministeriële regeling

waardering:

Actor: Minister van Verkeer en Waterstaat

(404)

handeling: Het geven van uitvoeringsvoorschriften voor de Kindertoelagewet voor gepensioneerden.

grondslag: Kindertoelagewet voor gepensioneerden (Stb. 1950, K 501) art. 13

periode: 1950 - 1962

produkt: ministeriële regeling

waardering:

Actor: Minister van Ontwikkelingssamenwerking

(528)

handeling: Het (tot 1991 in overeenstemming met de minister van Sociale Zaken) vaststellen van nadere regels inzake de toelating tot de vrijwillige verzekering voor de ZW, de WAO of de AAW van personen die werkzaamheden verrichten in een ontwikkelingsland

grondslag: Ziektewet (Stb. 1929, 374) zoals gewijzigd (Stb. 1971, 422) art. 72a, gewijzigd (Stb. 1986, 567) art. 64 vierde lid; Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (Stb. 1966, 84) zoals gewijzigd (Stb. 1971, 422) art. 86a, gewijzigd (Stb. 1986, 567) art. 81 derde lid; Algemene Arbeidsongeschiktheidswet (Stb. 1975, 674) art. 77 eerste lid, gewijzigd (Stb. 1989, 127) art. 59a derde lid; Werkloosheidswet (Stb, 1986, 566) art. 53 tweede lid, zoals gewijzigd (Stb. 1992, 675) art. 53 eerste lid

periode: 1971 -

product: ministeriële regeling / algemene maatregel van bestuur, onder andere:

- Regelen betreffende vrijwillige verzekering ZW en WAO van Nederlanders werkzaam in ontwikkelingsland (Stcrt. 1971, 135; vervangen Stcrt. 1978, 83)

waardering:

Actor: de Minister van Onderwijs en Wetenschappen

(211)

handeling: Het bij amvb (gehoord de Sociale Verzekeringsraad) vaststellen van regels inzake de bevoegdheid van de Sociale Verzekeringsbank om de kinderbijslag te verrekenen met de minister van Onderwijs en Wetenschappen, na 1 januari 1994 de Informatie Beheer Groep, indien kinderbijslag tegelijk met studiefinanciering of een tegemoetkoming in de studiekosten is uitgekeerd.

grondslag: Algemene Kinderbijslagwet (Stb. 1962, 160) zoals gewijzigd (Stb. 1991, 669) art. 25 tweede lid (b.w. Stb. 1995, 220); Wet op de studiefinanciering (Stb. 1986, 252) zoals gewijzigd (Stb. 1991, 669) art. 150 (b.w. Stb. 1995, 220)

periode: 1991 - 1995

produkt: algemene maatregel van bestuur

opmerking: Een dergelijke amvb is niet tot stand gekomen. De bevoegdheid van de SVB en de Informatie Beheer Groep (IBG) om gelijktijdig verleende kinderbijslag en studiefinanciering of tegemoetkoming in de studiekosten met elkaar te verlenen is in 1995 (Stb. 220) direct in de wetten (en in de Wet tegemoetkoming studiekosten, Stb. 1995, 676) opgenomen.

waardering:

Actor: Vakministers

(867)

handeling: Het adviseren van de minister van Sociale Zaken over de verplichtstelling tot deelname in een bedrijfspensioenfonds of een beroepspensioenregeling.

grondslag: Wet betreffende verplichte deelneming in een bedrijfspensioenfonds (Stb. 1949, J 121) art. 3 eerste lid; Wet betreffende verplichte deelneming in een beroepspensioenregeling (Stb. 1972, 400) art. 2 eerste lid

periode: 1949 -

product: advies

waardering:

Actor: College van Rijksbemiddelaars

(278)

handeling: Het, gehoord de Stichting van de Arbeid, bepalen van de indeling van gemeenten of delen van gemeenten in vijf klassen ten behoeve van de uitvoering van de Noodwet Ouderdomsvoorziening.

grondslag: Besluit van 5 juli 1947 (Stb. 1947, H 224) art. 1

periode: 1947 - 1956

product: regeling, onder andere:

- Beschikking van het College van Rijksbemiddelaars van 24 juli 1947 (Stcrt. 1947, 146)

waardering: B 1

Het tweede deel van deze publicatie verschijnt in Stcrt. 86 (7 mei 2002).

Naar boven