Normbedragen Abw, WSF en AKW per 1 januari 2003

Tussentijds Bericht Vreemdelingencirculaire TBV 2002/64

Aan:

- de Korpschefs Politieregio's

- de Korpsbeheerders Politieregio's

- de Bevelhebber van de Koninklijke Marechaussee

i.a.a.

- de Procureurs-Generaal

Onderdeel: Stafdirectie Uitvoeringsbeleid, Afdeling Uitvoeringsbeleid

Datum: 20 december 2002

Ons kenmerk: TBV 2002/64

Code: HKUIT02-4706AUB

Juridische achtergrond: Algemene bijstandswet, Wet Studiefinanciering 2000 en Algemene Kinderbijslagwet

Geldig van/tot: 1 januari 2003 tot 1 juli 2003

Onderwerp: normbedragen Abw, WSF en AKW per 1 januari 2003

Normbedragen Abw t.b.v. Vw

Het normbedrag is de toepasselijke Abw-norm inclusief vakantiegeld.

Per 1 januari 2003 zijn er nieuwe bijstandsnormen vastgesteld door de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. De normbedragen, die van belang zijn voor de toetsing aan het middelenvereiste in het kader van de Vreemdelingenwet, luiden met ingang van die datum als volgt:

stcrt-2002-248-p33-SC37872-1.gif

Leeftijd

Bovengenoemde normen gelden, voor wat betreft de toetsing aan het middelenvereiste in de zin van de Vreemdelingenwet 2000, voor alle leeftijdscategorieën. De grondslag hiervoor is neergelegd in artikel 3.74 Vreemdelingenbesluit 2000.

Vakantietoeslag

In de bijstandsuitkering is een vakantie-uitkering begrepen van 4,8% (norm voor 2003) van de uitkering. Dit is een netto bedrag.

In artikel 3.74 Vreemdelingenbesluit 2000 en hoofdstuk B1/2.2.3.1 Vreemdelingencirculaire 2000 wordt vermeld dat vakantiegeld als bestanddeel van inkomen kan worden meegerekend. De hoogte van het vakantiegeld voor werknemers is slechts gebonden aan een wettelijk minimum, namelijk 8% van het bruto maandsalaris. Dit is een bruto bedrag. In CAO-besprekinge`<\p>n kan worden onderhandeld over een hoger percentage vakantiegeld voor de werknemer.

Een werknemer zal in veel gevallen netto op een hoger bedrag vakantiegeld uitkomen dan de vakantie-uitkering in de bijstandsuitkering. Het kan dus voorkomen dat een werknemer zonder vakantiegeld onder de bijstandsnorm uitkomt, terwijl hij met vakantiegeld wel aan de norm voldoet.

Berekening

Het is slechts zinvol om het netto vakantiegeld op maandbasis te berekenen, indien het inkomen zonder vakantiegeld uitkomt onder de Abw-norm zonder vakantiegeld voor de desbetreffende categorie. Het vakantiegeld wordt bruto op de loonstrook vermeld of het kan worden afgeleid van het bruto maandinkomen met de volgende formule:

Bruto maandinkomen x 8 (of zoveel meer als is afgesproken in CAO) : 100 = bruto vakantiegeld

De formule om het bruto vakantiegeld naar netto om te rekenen luidt voor 2003 voor een salaris dat rond het bijstandsniveau ligt als volgt:

Bruto vakantiegeld x 67,65 : 100 = netto vakantiegeld

Toeslagen/Bijzondere bijstand

Een alleenstaande ouder of een alleenstaande kan onder meer in aanmerking komen voor een toeslag, wanneer de woonkosten niet met een ander gedeeld kunnen worden. Ook kan bijzondere bijstand worden toegekend als tegemoetkoming in de kosten voor bijvoorbeeld een wasmachine.

De Gemeentelijke Sociale Diensten hebben een beleidsvrijheid met het toekennen van toeslagen en er zijn over het algemeen geen standaardnormeringen ontwikkeld. Daarom heeft de Staatssecretaris van Justitie in haar brief van 20 oktober 1997 aan de Voorzitter van de Tweede Kamer besloten dat deze toeslagen voor wat betreft de beoordeling van het inkomensvereiste in de zin van de Vreemdelingenwet buiten beschouwing worden gelaten.

Toeslagen voor de overige categorieën en bijzondere bijstand worden eveneens voor wat betreft de beoordeling van het inkomensvereiste in de zin van de Vreemdelingenwet buiten beschouwing gelaten.

WSF

Voor vreemdelingen die voor studie naar Nederland komen (zie B6/2.3 Vreemdelingencirculaire 2000), gelden de normbedragen die in de Wet Studiefinanciering 2000 (Stb. 2000, 286) worden genoemd voor levensonderhoud, aangevuld met college- en/of lesgelden. Met ingang van 1 januari 2003 gelden op grond van het gestelde in artikel 3.74 Vreemdelingenbesluit 2000 onder b de volgende normbedragen:

stcrt-2002-248-p33-SC37872-2.gif

NB: De normbedragen voor middelbaar beroepsonderwijs gelden tot 1 augustus 2003 en de normbedragen voor hoger en wetenschappelijk onderwijs gelden tot 1 september 2003.

Ratio voor norm

Aangezien het vreemdelingen betreft, die primair voor het doel studie naar Nederland komen, is er gekozen voor de norm voor uitwonende studerenden.

Er is tevens besloten om de norm voor `niet-particulier voor ziektekosten verzekerden' aan te houden. Voor een aantal studenten - afhankelijk van de nationaliteit - is het namelijk mogelijk om de ziektekostenverzekeringen uit het land van herkomst mee te nemen. Zij zouden bij het hanteren van de hogere norm benadeeld kunnen worden. Om een eenduidige uitvoering te bevorderen is besloten tot één norm voor de studerenden.

*Socrates/Erasmusprogramma

In de periode van september 1997 tot april 1998 is een aantal Europese onderwijsprogramma's opengesteld voor studenten afkomstig uit de EU-kandidaatlidstaten Roemenië, Hongarije, Tsjechië, Cyprus, Polen en Slowakije. Het gaat om het Erasmus- en het Socratesprogramma. Op grond van een besluit van de Europese Commissie (Besluit Nr. 819/95/EG) mag aan deze studenten geen collegegeld worden berekend. Daarom is het netto normbedrag, waarover zij maandelijks dienen te beschikken, verminderd met het collegegeld. De student dient overigens zelf aan de hand van documenten aan te tonen dat hij deelnemer is aan een van deze programma's.

Normbedrag AKW

Het normbedrag ingevolge de Algemene Kinderbijslagwet, dat van belang is voor de toetsing van de vraag of sprake is van een wezenlijke bijdrage als bedoeld in hoofdstuk B2/8.3 onder d, is vastgesteld op € 386,00. Dit normbedrag geldt tot 1 oktober 2003.

TBV 2002/28

TBV 2002/28 is hierbij vervallen voor verblijfsaanvragen die ná 1 januari 2003 zijn ingediend. TBV 2002/28 behoudt zijn geldigheid voor aanvragen die in de periode van 1 juli 2001 tot 1 januari 2003 zijn ingediend dan wel in behandeling zijn genomen.

De Minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie,namens de Minister,
het Hoofd van de Immigratie- en Naturalisatiedienst,
H.W.M. Schoof.

Naar boven