Beleidsvoornemen Samenwerking Internationale Instituten

Besluit van de Staatssecretaris voor Ontwikkelingssamenwerking van 18 december 2002, kenmerk DCO/OO-482/02, tot vaststelling van een beleidsvoornemen voor subsidiëring op grond van de Subsidieregeling Ministerie van Buitenlandse Zaken

De Staatssecretaris voor Ontwikkelingssamenwerking,

Gelet op de artikelen 1.1.6, 1.1.10, 2.4.11, onder c, en 2.4.12, onder c, van de Subsidieregeling Ministerie van Buitenlandse Zaken1;

Besluit:

Artikel 1

Voor subsidieverlening op grond van de artikelen 2.4.11, onder c, en 2.4.12, onder c, van de Subsidieregeling Ministerie van Buitenlandse Zaken geldt voor het programma Samenwerking met Internationale Instituten (SII) voor de periode 1 januari 2003 tot en met 31 december 2003 het volgende beleidskader:

a. Doelstelling van het SII:

Het programma richt zich op

- versterking van de (hoger) onderwijssector in ontwikkelingslanden, door financiering van activiteiten die meerdere landen ten goede komen en die bijdragen aan de bevordering van kwaliteit, relevantie en toegang tot (hoger) onderwijs;

- bevordering van studie in de regio.

b. Landen/regio's:

Het programma richt zich specifiek op activiteiten die ondersteunend en relevant zijn voor meerdere landen tegelijk (landenoverstijgend). De activiteiten dienen ten goede te komen aan een of meerdere van de landen waarmee Nederland een bilaterale OSrelatie heeft (zie bijlage 1). Steun aan regionale opleidings- en trainingsinstituten richt zich op opleidingen die relevant zijn voor gekozen sectoren en thema's binnen de Nederlandse bilaterale samenwerking en voor capaciteitsopbouw in meer algemene zin, gerelateerd aan PRSP's.

c. Prioriteiten:

Activiteiten dienen aantoonbaar aan te sluiten bij behoeftes in ontwikkelingslanden en bij te dragen aan capaciteitsopbouw binnen de onderwijssector (zowel van onderwijsinstellingen als van ministeries en ondersteunende organisaties). Daarnaast is uitbreiding van de steun aan regionale opleidingsinstituten een prioriteit.

d. Soort activiteiten:

Activiteiten binnen het programma dienen bij te dragen aan het bereiken van de bovengenoemde doelstellingen en dienen te passen binnen de geformuleerde prioriteiten. Zij kunnen een zeer divers karakter hebben (zoals onderzoek, seminars, workshops, curriculum ontwikkeling, staf en managementtraining). Financiering van fysieke infrastructuur is slechts op zeer beperkte schaal en als onderdeel van bredere capaciteitsversterking mogelijk.

e. Organisaties:

Voor subsidiëring komen uitsluitend internationale organisaties en (sub)regionale en lokale organisaties die een netwerk in diverse ontwikkelingslanden vertegenwoordigen, in aanmerking. De ontvangende organisaties dienen te zijn geregistreerd als rechtspersoon en dienen te beschikken over de noodzakelijke uitvoeringscapaciteit.

Artikel 2

Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.

Dit besluit zal met de bijlage in de Staatscourant worden geplaatst.

De Staatssecretaris voor Ontwikkelingssamenwerking,namens deze,
de directeur-generaal Internationale Samenwerking,
R. Keller.

1 Stcrt. 1998, nr. 249

Bijlage 1.

stcrt-2002-246-p9-SC37746-1.gif
Naar boven