Wijziging Regeling invoer, uitvoer en verkeer van planten

18 december 2002

Nr. TRCJZ/2002/12661

Directie Juridische Zaken

De Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij,

Gelet op beschikking nr. 2002/757/

EG van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 19 september 2002 houdende voorlopige fytosanitaire noodmaatregelen om het binnenbrengen en de verspreiding in de Gemeenschap van Phytophthora ramorum Werres, De Cock & Man in 't Veld sp. nov. te voorkomen (PbEG L 252/37), artikel 2 van de Plantenziektenwet en artikel 14 van het Besluit bestrijding schadelijke organismen;

Besluit:

Artikel I

Na artikel 12e wordt in de Regeling invoer, uitvoer en verkeer van planten een nieuw artikel 12f ingevoegd, luidende:

Artikel 12f

1. Onverminderd artikel 1 wordt voor de toepassing van dit artikel verstaan onder:

a. het schadelijke organisme: Phytophthora ramorum Werres, De Cock & Man in 't Veld sp. nov.;

b. gevoelige planten: planten, met uitzondering van vruchten en zaden, van Acer macrophyllum Pursh., Aesculus californica Nutt., Arbutus menziesii Pursch., Arctostaphylos spp. Adans, Heteromeles arbutifolia (Lindley) M. Roemer, Lithocarpus densiflorus (H & A), Lonicera hispidula (Dougl.), Quercus spp. L., Rhamnus californica (Esch), Rhododendron spp. L., andere dan Rhododendron simsii Planch., Umbellularia californica (Pursch.), Vaccinium ovatum (Hook & Arn) Nutt. en Viburnum spp. L.;

c. gevoelig hout: hout van Acer macrophyllum Pursh., Aesculus californica Nutt., Lithocarpus densiflorus (H & A) en Quercus L.;

d. gevoelige schors: aparte schors van Acer macrophyllum Pursh., Aesculus californica Nutt., Lithocarpus densiflorus (H & A) en Quercus L.;

e. beschikking nr. 2002/757/EG: beschikking nr. 2002/757/EG van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 19 september 2002 houdende voorlopige fytosanitaire noodmaatregelen om het binnenbrengen en de verspreiding in de Gemeenschap van Phytophthora ramorum Werres, De Cock & Man in 't Veld sp. nov. te voorkomen (PbEG L 252/37).

2. Het binnenbrengen in de Gemeenschap en de verspreiding in de Gemeenschap van niet-Europese of Europese isolaten van het schadelijke organisme is verboden.

3. Gevoelige planten en gevoelig hout worden slechts op het grondgebied van de Gemeenschap binnengebracht indien zij voldoen aan de punten 1a en 2 van de bijlage bij beschikking nr. 2002/757/EG, en indien zij bij binnenkomst in de Gemeenschap overeenkomstig artikel 13, eerste lid, onder a), van richtlijn nr. 2000/29/EG zijn onderzocht op de aanwezigheid van niet-Europese isolaten van het schadelijke organisme en daarbij vrij van het schadelijke organisme worden bevonden.

4. Het bepaalde in de punten 1a en 2 van de bijlage bij beschikking nr. 2002/757/EG is slechts van toepassing op, op of na 1 november 2002 verzonden, voor de Gemeenschap bestemde gevoelige planten en gevoelig hout van oorsprong uit de Verenigde Staten van Amerika.

5. De in deel A, rubriek I, punt 3, van bijlage IV bij richtlijn nr. 2000/29/EG vastgestelde maatregelen ten aanzien van hout van Quercus L., met inbegrip van hout dat niet zijn natuurlijke ronde oppervlakte heeft behouden, van oorsprong uit de Verenigde Staten van Amerika, zijn niet van toepassing op gevoelig hout van Quercus L. dat aan de vereisten van punt 2, onder b), van de bijlage bij beschikking nr. 2002/757/EG voldoet.

6. Gevoelige planten van oorsprong uit de Verenigde Staten van Amerika worden alleen binnen de Gemeenschap vervoerd als zij vergezeld gaan van een plantenpaspoort.

7. Met ingang van 1 november 2002 worden planten van Rhododendron spp., andere dan Rhododendron simsii Planch, en planten van Viburnum spp., met uitzondering van vruchten en zaden, van oorsprong uit derde landen, andere dan de Verenigde Staten van Amerika, nadat zij op het grondgebied van de Gemeenschap zijn binnengebracht, alleen binnen de Gemeenschap vervoerd indien zij vergezeld gaan van een plantenpaspoort.

8. Gevoelige schors van oorsprong uit de Verenigde Staten van Amerika wordt niet op het grondgebied van de Gemeenschap toegelaten.

9. Met ingang van 1 november 2002 verlaten planten van Rhododendron spp., andere dan Rhododendron simsii Planch., en planten van Viburnum spp., met uitzondering van vruchten en zaden, van oorsprong uit de Gemeenschap, de plaats van productie niet, tenzij zij voldoen aan de voorwaarden van punt 3 van de bijlage bij beschikking nr. 2002/757/EG. De producenten van deze planten worden geregistreerd overeenkomstig § 4.

Artikel II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 november 2002.

Deze regeling zal met toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

's-Gravenhage, 18 december 2002.
De Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij,C.P. Veerman.

Toelichting

Met deze wijziging van de Regeling invoer, uitvoer en verkeer van planten wordt de beschikking van de Commissie van 19 september 2002 houdende fytosanitaire noodmaatregelen om het binnendringen en de verspreiding in de Gemeenschap van Phytophthora ramorum Werres, De Cock & Man in 't Veld sp. nov. te voorkomen (Beschikking nr. 2002/757/EG, PbEG L 252) geïmplementeerd in de nationale regelgeving.

Binnen de gemeenschap zijn uitbraken van Phytophthora ramorum Werres, De Cock & Man in 't Veld sp. nov. (hierna: schadelijke organisme) geconstateerd.

Uit een eerste op de beschikbare wetenschappelijke informatie gebaseerde analyse van het risico van verspreiding is gebleken dat het schadelijke organisme en de schadelijke effecten ervan een ernstige fytosanitaire bedreiging voor de Gemeenschap zouden kunnen worden, met name de alleen in de Verenigde Staten voorkomende niet-Europese isolaten voor eiken in de Gemeenschap, en de Europese isolaten voor sierplanten als Rhododendron spp. en Viburnum spp..

Het schadelijke organisme is momenteel niet opgenomen in bijlage I of bijlage II bij Richtlijn nr. 2000/29/EG. Door de EU worden er derhalve voorlopige fytosanitaire noodmaatregelen genomen tegen het binnenbrengen en de verspreiding in de Gemeenschap van het schadelijke organisme.

De maatregelen hebben betrekking op het binnenbrengen en de verspreiding van het schadelijke organisme in de Gemeenschap, alsmede op de productie en de verzending van bekende waardplanten van het schadelijke organisme binnen de Gemeenschap, en zijn gericht op de bestrijding van het schadelijke organisme en op de bewaking in het algemeen om na te gaan of het schadelijke organisme in de lidstaten voorkomt, dan wel nog steeds afwezig is. Het is echter niet nodig dergelijke maatregelen toe te passen op planten van Rhododendron simsii Planch, met uitzondering van vruchten en zaden, omdat deze planten volgens de beschikbare informatie niet door het schadelijke organisme worden aangetast.

De Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij,

C.P. Veerman.

Naar boven