De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
Maakt bekend:
Op 18 mei 1998 werd aan de negen in ons land werkzame screeningsorganisaties
vergunning krachtens de Wet op het bevolkingsonderzoek verleend voor door
hen uitgevoerd bevolkingsonderzoek naar borstkanker, met een aantal voorschriften.
Bij brief van 16 mei 2002 informeerde het College voor zorgverzekeringen (CVZ)
mijn ambtsvoorganger over een aantal ontwikkelingen die een herziening van
deze vergunning noodzakelijk maakten.
Ik ben van oordeel dat de genoemde screeningsorganisaties de vergunningvoorschriften
in voldoende mate naleven en hun activiteiten kunnen voortzetten met inachtneming
van twee voorschriften. Deze hebben betrekking op uitvoering van de `Regeling
van taken en verantwoordelijkheden' van het CVZ. De Staatssecretaris heeft
de organisaties verzocht mee te werken aan de verdere uitbouw en voltooiing
van deze regeling op 1 juli 2003. Ik verwacht de organisaties per 1 januari
2005 ongeclausuleerde vergunningen te kunnen verlenen. De beslissing is te
vinden op www.minvws.nl onder bevolkingsonderzoek.
Een belanghebbende kan tegen een besluit bezwaar maken op grond van artikel
7:1 van de Algemene wet bestuursrecht. Dit kan door een bezwaarschrift in
te dienen bij het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, t.a.v.
Directie Wetgeving en Juridische Zaken,
Postbus 20350, 2500 EJ Den Haag.
De termijn voor het indienen van een bezwaarschrift bedraagt zes weken.
De termijn vangt aan met ingang van de dag volgend op de dag waarop het besluit
is gedagtekend.
Het bezwaarschrift wordt ondertekend door de indiener en bevat:
- de naam en het adres van de indiener;
- de dagtekening;
- een omschrijving van het bestreden besluit, bijvoorbeeld door vermelding
van het zaaknummer, briefkenmerk en datum of door bijvoeging van een kopie
van het besluit;
- de gronden van bezwaar.
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,namens
deze,
de directeur Preventie en Openbare Gezondheidszorg,
A.A.W. Kalis,
arts.