Beschikking van de minister van Economische Zaken d.d. 30 juli 2002, nr.
WJZ 02038670
De staatssecretaris is binnen de competentie van de minister en binnen
de grenzen van het door hem vastgestelde beleid in het bijzonder belast met
de taken inzake:
a. de handelspolitiek en internationale economische betrekkingen in het
algemeen, zowel in bilateraal verband als in internationale organisaties,
zoals bijvoorbeeld WTO, UNCTAD, OESO, Benelux en Europese Gemeenschappen;
b. het exportbeleid en de voorlichting ten behoeve van de uitvoer;
c. het ondernemerschap met name in startende en doorgroeiende ondernemingen;
d. de industriële eigendom;
e. het werven van buitenlandse investeringen in Nederland;
f. de economische infrastructuur voorzover liggend op het gebied van
- de regionale economische infrastructuur, ondermeer de inzet van regionale
stimuleringsmaatregelen zoals bijvoorbeeld de regioprogramma's, het Besluit
subsidies regionale investeringsprojecten en de regionale ontwikkelingsmaatschappijen;
- de economische positie van de grote steden en agglomeratiegebieden;
- de internationale samenwerking op het vlak van de regionale economische
structuur, ondermeer bestaande uit actieve participatie in het Europese regiogebied
(EFRO) en de bevordering van grensoverschrijdende economische samenwerking;
g. het consumentenbeleid;
h. de toeristische bedrijvigheid en het bevorderen van het toerisme naar
en in Nederland;
i. de kamers van koophandel en fabrieken.
De staatssecretaris voert in de contacten, die hij bij de behartiging
van de onder a. en b. genoemde aangelegenheden met buitenlanders heeft, de
titel: Minister voor Buitenlandse Handel.