Aanwijzing Fonds voor de Topsporter als werkgever

27 maart 2001

SV/WV/01/17336

Directie Sociale Verzekeringen

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, J.F. Hoogervorst, handelende in overeenstemming met de Minister van Financiën;

Gelet op de artikelen 11, onderdeel c, van de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering, 12, onderdeel c, van de Ziektewet, en 12, onderdeel c, van de Werkloosheidswet,

Besluit:

Artikel I. Wijziging van de regeling van 23 december 1986, nr. SZ/SVW/86/10693 (Stcrt. 251)

Na artikel 1 van de regeling van 23 december 1986, nr. SZ/SVW/86/10693, houdende aanwijzing als werkgever en uitzondering verzekeringsplicht werknemersverzekeringen (Stcrt. 251) wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 1a

Als werkgever van de topsporter die op grond van het in overeenstemming met Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport vastgestelde reglement van de stichting Fonds voor de Topsporter een periodieke uitkering als tegemoetkoming in de kosten van zijn levensonderhoud geniet, wordt aangewezen de stichting Fonds voor de Topsporter.

Artikel II. Inwerkingtredingsbepaling

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari 2001.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

`s-Gravenhage, 27 maart 2001.
De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,J.F. Hoogervorst.

Toelichting

In artikel 9 van de Ziektewet (hierna: ZW), de Werkloosheidswet (hierna: WW) en de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (hierna: WAO) is bepaald dat als werkgever van degene die als beroep een tak van sport beoefent, wordt beschouwd degene met wie de sportbeoefening is overeengekomen. In artikel 12, onderdeel c, van de ZW en de WW en artikel 11, onderdeel c, van de WAO is bepaald dat in afwijking hiervan een ander als werkgever kan worden aangewezen. In de onderhavige regeling wordt van deze mogelijkheid gebruik gemaakt voor de arbeidsverhouding van de topsporter die op grond van de - met ingang van 1 januari 2001 in werking getreden - stipendiumregeling een stipendium ontvangt. Op grond van een wijziging van de algemene maatregel van bestuur als bedoeld in de artikelen 5 van de ZW, de WW en de WAO wordt deze arbeidsverhouding als fictieve dienstbetrekking beschouwd (zie daartoe Stb. 2001, nr. 193).

Het doel van de stipendiumregeling is dat topsporters door middel van een stipendium in de kosten van hun levensonderhoud kunnen voorzien, zodat zij zich volledig kunnen wijden aan het beoefenen van topsport. De regeling voorziet in een maandelijks stipendium van ten hoogste 70% van het wettelijk minimumloon en een onkostenvergoeding aan topsporters die de A-status hebben verworven. De A-status wordt door de vereniging Nationaal Olympisch Comité Nederlandse Sport Federatie (hierna: NOC*NSF) aan de topsporters verleend en is gebaseerd op het door het NOC*NSF in overeenstemming met de Minister van Volksgezondheid Welzijn en Sport (hierna: VWS) vastgestelde Statusreglement Topsporters.

De uitvoering van de stipendiumregeling is opgedragen aan de stichting Fonds voor de Topsporter (hierna: Fonds). Dit Fonds is in samenwerking met de Minister van VWS en het NOC*NSF opgericht. Het stipendium wordt verstrekt op grond van een uitkeringsreglement van het Fonds dat aan de Minister van VWS ter goedkeuring wordt voorgelegd. Het Fonds verstrekt het stipendium aan de topsporter zolang deze de A-status behoudt en zolang de ter zake geldende inkomensgrenzen niet worden overschreden. De topsporter is ten opzichte van het Fonds gehouden zich gedurende de periode waarin hij een stipendium geniet, naar behoren in te spannen tot behoud van de A-status, zulks ter beoordeling van zowel de Landelijke Sport Organisaties als het NOC*NSF. Nu het Fonds ten aanzien van de stipendiumregeling als opdrachtgever c.q. werkgever van de topsporter optreedt, wordt in deze regeling het Fonds ook aangewezen als de premieplichtige werkgever in het kader van de werknemersverzekeringen.

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

J.F. Hoogervorst.

Naar boven