Wijziging Regeling inkomensvoorziening voor oudere gewezen zelfstandigen in de veehouderij

8 januari 2001

Nr. TRCJZ/2001/2

Directie Juridische Zaken

De Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij;

Gelet op artikel 2 van de Kaderwet LNV-subsidies,

Besluit:

Artikel I

In artikel 9, eerste lid, onderdeel c, van de Regeling inkomensvoorziening voor oudere gewezen zelfstandigen in de veehouderij wordt `in Nederland' telkens vervangen door: in Nederland of in een andere lidstaat van de Europese Unie.

Artikel II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst, en werkt terug tot en met 2 juni 2000.

De regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij,L.J. Brinkhorst.

Toelichting

De Regeling inkomensvoorziening voor oudere gewezen zelfstandigen in de veehouderij (hierna: Iozv) voorziet in een bijdrage in het levensonderhoud voor oudere gewezen zelfstandigen in de veehouderij die het bedrijf willen of moeten beëindigen en geen alternatieve voorziening in het levensonderhoud hebben. De Iozv heeft een tijdelijk karakter; op 1 januari 2003 stromen de gewezen zelfstandigen die op grond van de Iozv een bijdrage hebben genoten door naar de voorziening op grond van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte zelfstandigen (hierna: Ioaz), een wet van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. De Iozv vormt een voorportaal van de Ioaz.

Het in artikel 9, eerste lid, onderdeel c, Iozv neergelegde vereiste dat een zelfstandige gedurende drie jaar voorafgaand aan de aanvraag in Nederland een bedrijf heeft gehad en gedurende zeven jaar voorafgaand aan die drie jaar in Nederland een bedrijf of beroep heeft uitgeoefend of arbeid heeft verricht, bleek naar het voorlopige oordeel van de Europese Commissie strijdig met Verordening nr. 1408/71 van de Raad van 14 juni 1971 betreffende de toepassing van de sociale zekerheidsregelingen op loontrekkende en hun gezinnen, die zich binnen de gemeenschap verplaatsen (PB nr. L 149, 5.7.1971, blz. 2). Deze Verordening strekt ertoe onder meer te voorkomen dat een recht op uitkering verloren gaat als gevolg van een vestiging in een andere lidstaat van de Europese Unie.

Om de Iozv in overeenstemming te brengen met Verordening nr. 1408/71 wordt in artikel 9, eerste lid, onderdeel c, de zinsnede `in Nederland' telkens vervangen door: in Nederland of in een andere lidstaat van de Europese Unie. Deze wijziging heeft geen nadelige gevolgen voor de vermindering van het mestoverschot omdat de belangrijkste eis, namelijk dat het bedrijf moet zijn beëindigd op grond van de Regeling beëindiging veehouderijtakken, onverminderd van toepassing blijft.