Regeling vaststelling perioden EG-premies stieren, ossen en zoogkoeien 2001

20 december 2001

Nr. TRCJZ/2001/17814

Directie Juridische Zaken

De Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij,

Gelet op artikel 6, achtste lid, van Verordening (EEG) nr. 3508/92 van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 27 november 1992 tot instelling van een geïntegreerd beheers- en controlesysteem voor bepaalde communautaire steunregelingen (PbEG L 355);

Gelet op artikel 17, tweede lid, en artikel 30, tweede lid, van Verordening (EG) nr. 2342/1999 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 28 oktober 1999 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 1254/1999 van de Raad van de Europese Unie houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector rundvlees met betrekking tot premieregelingen (PbEG L 281);

Gelet op de artikelen 2.4, 3.4 en 3.8, van de Regeling dierlijke EG-premies;

Besluit:

Artikel 1

1. De perioden voor het indienen van een aanvraag voor een premie, bedoeld in artikel 2.4 van de Regeling dierlijke EG-premies, voor stieren en ossen voor het jaar 2002 zijn:

a. het tijdvak van 1 februari 2002 tot en met 1 maart 2002,

b. het tijdvak van 1 mei 2002 tot en met 31 mei 2002,

c. het tijdvak van 1 augustus 2002 tot en met 30 augustus 2002, en

d. het tijdvak van 15 oktober 2002 tot en met 14 november 2002.

2. De periode voor het indienen van een aanvraag voor een premie, bedoeld in artikel 2.4 van de Regeling dierlijke EG-premies, voor zoogkoeien voor het jaar 2002 is het tijdvak van 1 augustus 2002 tot en met 30 augustus 2002.

3. De periode voor het melden van overgedragen premierechten voor zoogkoeien, bedoeld in artikel 3.8 van de Regeling dierlijke EG-premies, voor het jaar 2002 is het tijdvak van 17 juni 2002 tot en met 28 juni 2002.

Artikel 2

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Artikel 3

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling vaststelling perioden EG-premies stieren, ossen en zoogkoeien 2002.

Deze regeling zal met toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij,L.J. Brinkhorst.

Toelichting

Periode voor het indienen van een aanvraag voor EG-premies voor stieren, ossen en zoogkoeien

In het kader van de Regeling dierlijke EG-premies kunnen producenten voor het aanhouden van ooien, stieren, ossen en zoogkoeien in aanmerking komen voor een premie. In artikel 1, eerste en tweede lid, van de onderhavige regeling zijn de aanvraagperioden voor de premie voor het aanhouden van stieren, ossen en zoogkoeien vastgesteld voor het jaar 2002.

Indien een aanvraag na de laatste dag van het desbetreffende tijdvak wordt ingediend leidt dit tot een verlaging van het steunbedrag met 1% per werkdag. Indien een aanvraag meer dan 25 dagen na de laatste dag van het desbetreffende tijdvak wordt ingediend is de aanvraag niet ontvankelijk en kan deze niet langer leiden tot het verstrekken van een subsidie.

Periode voor het melden van overgedragen premierechten voor zoogkoeien

Op grond van artikel 3.8 van de Regeling dierlijke EG-premies kan de verkrijger van premierechten slechts aanspraak op overgedragen premierechten maken indien zowel de vervreemder als de verkrijger het Agentschap LASER van het Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij van de overdracht in kennis hebben gesteld. In artikel 1, derde lid, van de onderhavige regeling is bepaald in welke periode de melding van de overdracht van premierechten voor zoogkoeien in 2002 kan plaatsvinden.

De Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij,

L.J. Brinkhorst.

Naar boven