Regeling vergoedingen leden RWI

20 december 2001

WBJA/W1/2001/86783

Directie Wetgeving, Bestuurlijke en Juridische Aangelegenheden

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Gelet op artikel 16, zevende lid, van de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen;

Besluit:

Artikel 1. Begripsbepalingen

In deze regeling en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

a. RWI: Raad voor werk en inkomen;

b. lid: een lid van de RWI, niet zijnde de voorzitter;

c. dagdeel: de delen van een dag waarvan het eerste aanvangt op het tijdstip van aanvang van de eerste bijgewoonde vergadering en het tweede en derde aanvangen nadat sedert dat tijdstip vijf respectievelijk tien uren zijn verstreken.

Artikel 2. Schadeloosstelling

1. De schadeloosstelling van een lid bedraagt € 313,11 per dagdeel.

2. Dit bedrag wordt aangepast aan de salarisontwikkeling van rijksambtenaren.

Artikel 3. Kostenvergoedingen

1. Een lid heeft recht op een vergoeding van reis- en verblijfkosten overeenkomstig het Reisbesluit binnenland en het Reisbesluit buitenland.

2. Een lid ontvangt een representatievergoeding overeenkomstig het Besluit vergoeding representatiekosten rijkspersoneel.

Artikel 4. Bewijs van aanwezigheid

1. De presentielijst van de betreffende vergadering strekt tot uitsluitend bewijs dat een lid die vergadering heeft bijgewoond.

2. Indien daartoe naar zijn oordeel aanleiding bestaat, kan de RWI bepaalde bijeenkomsten met vergaderingen gelijkstellen.

Artikel 5. Uitvoering van deze regeling

1. De kosten die voortvloeien uit deze regeling komen ten laste van de RWI.

2. De RWI is belast met de uitvoering van deze regeling.

Artikel 6. Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling vergoedingen leden RWI.

Artikel 7. Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2002.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

`s-Gravenhage, 20 december 2001.
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,W.A. Vermeend.

Toelichting

In artikel 16, zevende lid, Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen (Wet SUWI) is bepaald dat de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) de schadeloosstelling van de leden van de Raad voor werk en inkomen (RWI) vaststelt. De RWI wordt op basis van de Wet Suwi een belangrijk overlegorgaan voor de minister van SZW.

De RWI zal uit zestien leden bestaan, onder wie een voorzitter, en vijftien plaatsvervangende leden, die allen door de minister van SZW worden benoemd (artikel 16, tweede lid, Wet SUWI). Met betrekking tot de samenstelling van de RWI kunnen de door de minister van SZW aangewezen werknemersorganisaties een voordracht doen voor vijf leden en vijf plaatsvervangende leden, de door hem aangewezen werkgeversorganisaties voor vijf leden en vijf plaatsvervangende leden en de door hem aangewezen rechtspersoon die de gemeenten vertegenwoordigt voor vijf leden en vijf plaatsvervangende leden (artikel 16, derde lid, Wet SUWI). Mede op basis van het advies van de Sociaal-Economische Raad van 17 augustus jl. hebben de volgende organisaties leden en plaatsvervangende leden mogen voordragen:

Vereniging VNO-NCW: 2 leden en 2 plaatsvervangende leden.

MKB-Nederland: 1 lid en 1 plaatsvervangend lid.

LTO-Nederland: 1 lid en 1 plaatsvervangend lid.

FNV: 2 leden en 2 plaatsvervangende leden.

CNV: 2 leden en 2 plaatsvervangende leden.

Unie mhp.: 1 lid en 1 plaatsvervangend lid.

Raad voor Overheidspersoneelsbeleid: 1 lid en 1 plaatsvervangend lid van de werknemersdelegatie, alsmede 1 lid en 1 plaatsvervangend lid van de werkgeversdelegatie

Vereniging van Nederlandse Gemeenten: 5 leden en 5 plaatsvervangende leden.

Deze ministeriële regeling voorziet in een regeling met betrekking tot de vergoedingen aan de leden van de RWI, met uitzondering van de voorzitter. Voor de voorzitter is een aparte rechtspositieregeling vastgesteld. Voor de hoogte van de schadeloosstelling van de leden is aansluiting gezocht bij de vergoeding die leden van de Sociaal-Economische Raad ontvangen voor het bijwonen van vergaderingen.

Daarnaast ontvangen de leden een vergoeding voor representatie- alsmede reis- en verblijfkosten. Daarvoor is aansluiting gezocht bij de secundaire arbeidsvoorwaarden die voor personeel in rijksdienst gelden.

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

W.A. Vermeend.

Naar boven