8 mei 2001
Directoraat-Generaal Rijkswaterstaat
De Directeur-Generaal Rijkswaterstaat,
Gelet op de artikelen 6 en 7, vierde lid, van het Besluit mandaat plaatsvervangend
secretaris-generaal en de diensthoofden Verkeer en Waterstaat;
Besluit:
Artikel 1
Het Besluit mandaat, volmacht en machtiging Rijkswaterstaat van 28 april
1997 (Stcrt. 1997, nr. 81), zoals gewijzigd bij besluit van 12 november 1998
(Stcrt. 1998, nr. 246) is van toepassing op de Projectdirectie Uitvoering
HSL-Zuid, met inachtneming van de volgende wijzigingen.
Artikel 2
Onder de functionarissen, genoemd in artikel 5 van het in artikel 1 genoemde
besluit, worden verstaan de volgende functionarissen werkzaam bij de Projectdirectie
Uitvoering HSL-Zuid:
a. de hoofdingenieur-directeur,
b. de plaatsvervangend hoofdingenieur-directeur,
c. de directeur uitvoering en techniek,
d. de managers van de projectbureaus
- Noord-Holland
- Zuid-Holland Midden,
- Zuid-Holland Zuid,
- HSL-A16,
- Railsystemen en
- Infraprovider Contractmanagement,
e. de hoofden van de stafafdelingen
- Bedrijfsvoering en Control,
- Personeel en Organisatie,
- Communicatie en,
- Contractzaken,
f. de hoofden bedrijfsvoering bij de onder d genoemde projectbureaus,
g. de plaatsvervangers van de onder c tot en met f genoemde functionarissen.
Artikel 3
De aangelegenheid, genoemd in Bijlage 1, onder A, onder 1, van het in
artikel 1 genoemde Besluit, is niet van toepassing.
Artikel 4
Dit besluit treedt in werking op de tweede dag na publicatie in de Staatscourant
en werkt terug tot 1 januari 2001.
Artikel 5
Dit besluit kan worden aangehaald als: Besluit mandaat, volmacht en machtiging
Projectdirectie Uitvoering HSL-Zuid van Rijkswaterstaat.
Dit besluit zal in de Staatscourant worden geplaatst en in afschrift worden
gezonden aan de Algemene Rekenkamer, de Secretaris-Generaal en diens plaatsvervanger,
de diensthoofden en de in dit besluit genoemde functionarissen.