De voorzitter en de secretaris van het Havenschap Moerdijk;
Gelezen het voorstel van het Dagelijks Bestuur van 2 maart 2000 inzake de vaststelling van de mandaatregeling Havenschap Moerdijk 2000;
Gelet op artikel 31 van de Gemeenschappelijke Regeling Havenschap Moerdijk, herziening 1997 en de Wet Gemeenschappelijke Regelingen;
Besluiten:
Artikel 1
a. In dit besluit wordt onder mandateren verstaan: de bevoegdheid om in naam van de voorzitter en de secretaris stukken te ondertekenen.
b. In dit besluit wordt onder de afkorting ‘GRHM’ verstaan: de Gemeenschappelijke Regeling Havenschap Moerdijk, herziening 1997.
Artikel 2
De in artikel 3 van dit besluit genoemde bevoegdheden te mandateren aan de managers van het Havenschap Moerdijk.
Artikel 3
Aan iedere manager worden de bevoegdheden gemandateerd als bedoeld in:
Artikel 31 en artikel 35 GRHM: het ondertekenen door de voorzitter en het mede ondertekenen door de secretaris van alle stukken die uitgaan van de Raad van Bestuur en het Dagelijks Bestuur.
Artikel 4
De ondertekening van stukken als in dit besluit bedoeld luidt: ‘De Raad van Bestuur’, de secretaris, de voorzitter, namens deze de manager (functie), dan wel ‘Het Dagelijks Bestuur’, de secretaris, de voorzitter, namens deze de manager (functie en naam manager).
Artikel 5
Dit besluit treedt in werking nadat het op de voorgeschreven wijze is bekend gemaakt.
Dit besluit kan worden aangehaald als ‘Besluit inzake overdragen ondertekening bevoegdheid Havenschap Moerdijk 2000’.