Tariefsregeling gebruiksvergoeding 2001

Regeling houdende vaststelling van de tarieven voor de vergoeding over het kalenderjaar 2001 ter zake van het gebruik van spoorweginfrastructuur (Tariefsregeling gebruiksvergoeding 2001)

7 december 2000

Nr. DGP/VI/ U.00.03752

Directoraat-Generaal Personenvervoer

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

Gelet op artikel 3, eerste, tweede en vierde lid van het Besluit gebruiksvergoeding spoorweginfrastructuur;

Besluit:

Artikel 1

1. Het tarief per treinkilometer bedraagt voor het kalenderjaar 2001 f 0,6215.

2. Het tarief per keer dat een station van categorie 1 wordt aangedaan bedraagt voor het kalenderjaar 2001 f 2,0749.

3. Het tarief per keer dat een station van categorie 2 wordt aangedaan bedraagt voor het kalenderjaar 2001 f 0,4697.

Artikel 2

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2001.

Artikel 3

Deze regeling wordt aangehaald als: Tariefsregeling gebruiksvergoeding 2001.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Verkeer en Waterstaat,T. Netelenbos.

Toelichting

Op basis van artikel 4, eerste en vierde lid, van het Besluit gebruiksvergoeding spoorweginfrastructuur(hierna: het Besluit) is het tarief per treinkilometer voor het kalenderjaar 2001 het quotiënt van 30% van de in artikel 4, eerste lid, van het Besluit bedoelde begrote kosten en van het door Railned B.V. begrote aantal treinkilometers. Er wordt hierbij uitgegaan van de begrote kosten van RIB en NS Verkeersleiding B.V. zoals die in hun aanvraag voor de jaarlijkse subsidie zijn opgenomen. Ingevolge artikel 18, onder c, van het Besluit infrastructuurfonds moet RIB binnen haar jaarlijkse begroting ook de raming van de verwachte opbrengsten van de gebruiksvergoeding opnemen.

Voor het kalenderjaar 2001 geldt dat een bedrag aan begrote kosten van f 279 mln en een begroot aantal treinkilometers van 134,67 mln resulteert in een tarief van f 279 mln * 0,30/134,67 mln = f 0,6215 per treinkilometer.

Voor het goederenvervoer geldt op basis van artikel 3, derde lid, van het Besluit een marktparameter van 0,4. Toepassing hiervan resulteert in een tarief voor het goederenvervoer van 0,4 * f 0,6215 = f 0,2486.

Op basis van artikel 4, tweede en vierde lid, van het Besluit, is het tarief voor het kalenderjaar 2001 per keer dat een station van categorie 1 wordt aangedaan het quotiënt van 30% van de in artikel 4, tweede lid, genoemde begrote kosten en van het begroot aantal keren dat een station van categorie 1 in het kalenderjaar voor het openbaar vervoer van personen wordt aangedaan. Een bedrag aan begrote kosten van f 24 mln en een begroot aantal halteringen van 3,47 mln resulteert in een tarief van f 24 mln * 0,30/3,47 mln = f 2,0749 per keer dat een station van categorie 1 wordt aangedaan.

Op basis van artikel 4, derde en vierde lid, van het Besluit is het tarief voor het kalenderjaar 2001 per keer dat een station van categorie 2 wordt aangedaan het quotiënt van 30% van de in artikel 4, derde lid, genoemde begrote kosten en van het begroot aantal keren dat een station van categorie 2 voor het openbaar vervoer van personen wordt aangedaan. Een bedrag aan begrote kosten van f 16 mln en een begroot aantal halteringen van 10,22 mln resulteert in een tarief van f 16 mln * 0,30 /10,22 mln = f 0,4697 per keer dat een station van categorie 2 wordt aangedaan.

De in deze regeling opgenomen tarieven resulteren in een geschatte opbrengst aan gebruiksvergoeding over het kalenderjaar 2001 ter zake het nationale net van f 83,4 mln. Dit is het geschatte bedrag aan opbrengsten dat wordt gerealiseerd na toepassing van de geldende kortingen en vrijstellingen.

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

T. Netelenbos.