Herbenoeming voorzitter en twee leden Raad van Toezicht Dienst Wegverkeer

22 mei 2000

Nr. DGP/VI/U.00.01224

Directoraat-Generaal Personenvervoer

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

Gelet op de artikelen 4d, 4j en 4k van de Wegenverkeerswet 1994;

Overwegende dat de voorzitter en twee leden van de Raad van Toezicht per 1 juli 1996 werden benoemd voor de periode van vier jaar;

Overwegende dat er dientengevolge per 1 juli 2000 drie vacatures ontstaan in de Raad van Toezicht van de Dienst Wegverkeer;

Overwegende dat de personen van wie de benoeming per genoemde datum eindigt bereid zijn gevonden voor een volgende periode zitting te nemen in de Raad van Toezicht;

Overwegende dat de bovengenoemde personen hun taak naar volledige tevredenheid hebben uitgeoefend;

Overwegende dat de voordracht van de voorzitter wordt gesteund door de overige leden van de Raad van Toezicht;

Overwegende dat over de herbenoeming positief is geadviseerd door de Plaatsvervangend Secretaris-Generaal en de directie van de Dienst Wegverkeer;

Overwegende dat niets eraan in de weg staat betrokkenen tot leden van de Raad van Toezicht te benoemen;

Besluit:

Artikel 1

1. Tot voorzitter van de Raad van Toezicht van de Dienst Wegverkeer wordt benoemd:

prof. dr. W. Lemstra (voorzitter), wonende te Hengelo; deze benoeming geschiedt voor een periode van vier jaar.

2. Tot leden van de Raad van Toezicht van de Dienst Wegverkeer worden benoemd:

a. prof. drs. A. Verberk RA, wonende te Papendrecht; deze benoeming geschiedt voor een periode van vier jaar;

b. ing. L.M. de Beer, wonende te Vlaardingen; deze benoeming geschiedt voor een periode van vier jaar.

Artikel 2

Dit besluit treedt in werking op 1 juli 2000.

Dit besluit zal in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Verkeer en Waterstaat,
T. Netelenbos.

Naar boven