Mandatering, volmachtverlening en machtiging terzake van ministeriële bevoegdheden aan functionarissen van de Rijksvoorlichtingsdienst

26 februari 1999

Nr. 99P000065

De hoofddirecteur van de Rijksvoorlichtingsdienst

Gelet op de artikelen 5 en 6 van het besluit mandaat, machtiging en volmacht diensthoofden Algemene Zaken

Besluit houdende enkele aanpassingen van de mandatering, volmachtverlening en machtiging van ministeriële bevoegdheden aan functionarissen van de Rijksvoorlichtingsdienst:

Artikel 1

Het besluit van 7 december 1998, Nr. 98P000396, betreffende de verlening van ministeriële bevoegdheden aan functionarissen van de Rijksvoorlichtingsdienst wordt als volgt gewijzigd.

Artikel 2

Aan artikel 3, tweede lid wordt toegevoegd:

’Een functionaris als bedoeld in artikel 2 onder d maakt van het aan hem verleende mandaat uitsluitend gebruik bij afwezigheid van de directeur waaronder hij ressorteert.’.

Artikel 3

De tekst van artikel 4 derde lid wordt als volgt gewijzigd:

’Het plaatsvervangend hoofd Account en Projectmanagement, de Accountmanagers, het hoofd Communicatieonderzoek van de Directie Toepassing Communicatietechniek alsmede het hoofd en het waarnemend hoofd Pers en Publiciteit en het hoofd Informatie Voorziening van de Directie Voorlichting wordt volmacht en machtiging verstrekt voor handelingen waarmede een bedrag is gemoeid dat per geval vijftigduizend gulden niet te boven gaat.’.

Artikel 4

Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 maart 1999 en werkt terug tot 1 december 1998.


Den Haag, 25 februari 1999.
De hoofddirecteur van de Rijksvoorlichtingsdienst,
E. Brouwers.

Naar boven